Zonder koffiedik of een kristallen bol 'Het was alsof mijn wereld volledig instortte' Een verre vriend zonder gezicht Het Gesprek van de Dag Triviant-cd: hoe heet dat liedje ook alweer? Speurtocht eindigt in spraakverwarring Smartlap in telegramstijl: Aad de Keizer in Australië zoekt jeugdvriend Teuntje. Legt uit dat dat elftalgenoot was van voetbalclub Oranje Groen. Of preciezer: van het eerste elftal in 1953. Teuntje was tevens goede stapmaat. Tot Aad in 1956 emigreerde. Sindsdien nooit meer iets gehoord van Teuntje. Nu, aan het eind van 1994 een noodkreet Aad rich ting Leidsch Dagblad: „Waar is Teuntje?" Deze krant zoekt en vindt. En regelt uiteindelijk een telefoongesprek. Zoals gezegd, een heuse smart lap. Tenminste, dat denk je dan als de twee contact krijgen. Maar al snel verwordt de smartlap tot een klucht. Geen tranen, wel lachsalvo's. Omdat Aad, 60 jaar nu, aanvankelijk dacht dat Teuntje Flippo van achteren heette. Omdat Teuntje, die Zirkzeeheet, zich Aad niet kan herinneren. Ken den ze elkaar vroeger wel? „Dat moet wel", zegt Teuntje, in middels 59 jaar. „We kennen in elk geval heel veel dezelfde mensen." Kort verslag van een verwarrend telefoongesprek. „Met Aad de Keizer. „Met Teuntje." „Hallo. Teuntje." „Aad, ik zou niet weten wie je bent." „Maar je hebt toch in Oranje Groen gespeeld in 1953?" „Ja, maar jouw naam ken ik niet. „Aad, ken jij mijn vrouw, Rita van der Bom „Nee. Maar ken jij Jordens nog van Oranje Groen?" ,Ja." „En Koet? Met hem hebben we toch gespeeld?" „Ja, ken ik, Aad. „En die ene van Moenen. „Die ene? Je had, Koos, Henk en Wimpie. Maar sorry hoor Aad, ik kan me je gezicht niet herin- We gingen veel met elkaar stappen, Teuntje. Bijna elk weekend. Weet je nog die keer in die pub, in De Waag? Je pro beerde daar zelf een paar bier tjes te schenken." „Kan ik me niks van herinne ren. „Mijn vrouw en ik weten nog wel hoe je er uitzag. Zwart haar. Niet dik. Slank. ,Ja, dat klopt wel, Aad. Mijn stamcafé was in elk geval De Kruik aan de Haarlemmer straat. Daar ging ik altijd stap pen. „O, ik ging vroeger altijd naar Jan Lucie. „O ja, tegenover Het Gangetje. Nou, daar kwam ik nooit Aad. „Nog ejfe over voetbal, Aacl. Ken jij Koos Tettero?" „Nee. „En Siem Dubbeldeman?" „Ja, die woonde bij mij in de straat. „En keeper Daan Vogelenzang? „Ja." „Wimpie Marks?" Ja, Teuntje. Die ken ik ook. „Koossie van derMeij?" „Ja." „En Janus Hoppenbrouwer, Kees Fuchs, Kees van Belkum en Pé van Dijk?" „Ja, allemaal." „Dan moet je toch wel bij Oranje Groen hebben gevoet bald. Joh Aad, eerst dacht ik nog dat ik werd besodemieterd toen ik hoorde dat je mij zocht. Ik ken je immers niet. „Nee, nee. Het is echt geen gein tje hoor. „Nou ja, ik ga er van uit dat je in Australië woont. „Ja joh. Ik stuur je wel wat fo to's van mij en mijn vrouw. En ook wat oude voetbalfoto's. Dan herken je me wel." Ruim een week later komt een envelop met de foto's. Reactie Teuntje: „Ik ken hem niet. Echt niet." Teuntje Zirkzee belt met Australië. foto loek zuyderöuin december. Het is guur. De 1 -iwind waait door de bomen. De Iregen klettert tegen het raam. zaiWeer om lekker thuis te zitten. !0.|Waar de open haard snort als iooeen tevreden kater. De kerstver- ).3(lichting twinkelt nog door het 35;engelenhaar. Het is gezellig. En |P jdus blijft de treurbuis vanavond 16 [eens een keertje uit. Tijd voor jeen spelletje! ^Voortbordurend op het immen- tertae succes van Trival Pursuit, in de volksmond Triviant geheten, er een muzikale kloon van dit uit Noord-Amerika overge waaide gezelschapspel ontwik keld. Het heet voluit 'Trivial Pursuit The Music Master Ga- ime, het spel waar muziek in zit, n' 40 jaar pophistorie, 99 originele mjhits'. Een mond vol en dat ter- eejwijLhet spel niet meer omvat een cd-schijfje met muziek- en een böékje met Ivragen (en de antwoorden), e 4jln het begeleidende vraag- en oorantwoordenboekje belooft de uitgever ons meer dan waar voor ons geld (prijs 52,95 gul den). „Het spel voor het hele 2> gezin voegt een geheel nieuwe ■r dimensie toe aan het begrip 'plezier' en is een uitdaging voor een ieder die weieens ge test wil worden op zijn ©f haar za)[ kennis van populaire muziek. ■5 iHet 'goh, hoe heet dat liedje jook alweer?'-gevoel zal beslist za' onverbiddelijk toeslaan." h. jHet spel kan op twee manieren j worden gespeeld; met of zonder oorspronkelijkTriviant-bord. Want je kunt niet verwachten dat er voor dik vijftig piek ook nog een bord, een paar pionnen en een dobbelsteen van afkun nen. Bij gebrek aan een bord spelen we versie twee. De regels zijn eenvoudig. Gooi je 1 dan moet je zeggen wie het fragment zingt, bij 2 moet je zeggen in welk jaar het een hit was, bij 3 volgt een specifieke vraag over het nummer of de uitvoerende, bij 4 dient een re gel te worden meegezongen, bij vréag 5 moet de titel van de uit voerende artiest worden ge noemd en bij 6 alleen de titel. In de praktijk komt dit er op neer dat van de zes vragen er vier el kaar geheel of gedeeltelijk dub belen. Dat is dus absoluut 'not the way I like it'. De cd moet vol staan met, wij citeren 'superhits van de afgelo pen veertig jaar'. Helaas geeft (je Dikke van Dale geen om schrijving van een superhit, maar super betekent zoiets als groot, uitzonderlijk. Gut, gut, wat een kanjer van een hit ho ren wij daar van de groep Lima- hl die maar liefst vier weken in de top veertig stond en wel de 34ste plaats behaalde. Of wat dacht u vafi de Righ teous Bro thers die met hun Unchained Melody zelfs de top tien in kwa men met een verdienstelijke ne gende plaats. Hetgeen helaas niet gezegd kan worden van Elaine Paige Barbara Dickson die met hun duet I know him so well in 1985 jammerlijk bleven steken op de 26ste tree van de hiüadder. De popgroep Tavares schreef, volgens de triviant-cd, popgeschiedenis in de Lage Landen. Maar ach, wat zeuren we nou. Het kunnen natuurlijk niet alle maal nummer-1 hits zijn. Dat moet ook de reden zijn geweest dat de spelbedenkers nogal ruim zijn omgesprongen met een term als '40 jaar pophisto rie'. Veertig jaar geleden was het 1954. In het hele spel komt ech ter geen fragment voor uit dat jaar. ErZijn welgeteld twee frag menten uit de jaren vijftig, een stuk of tien uit de jaren zestig en de rest is van de jaren zeven tig of later. En wie denkt dat het The Beatles, Stones, Elvis, Dylan, Boudewijn de Groot of Doe Maarwdten die in de Lage Lan den de popgeschiedenis schre ven, zit er ook faliekant naast. Neen, dat waren volgens de da mes en heren van Trivial Purs uit veeleer Tatjana, Viola Wills, Smokie, Tavares en Alexander Curly. Toegegeven smaken kunnen verschillen. En daar valt, spreekwoordelijk althans, niet over te twisten. Dan nog maar wat feiten. De makers van het spel schrijven dat 'na gegronde controle gebleken is dat alle antwoorden uit de vragenlijst juist zijn.' Fout. Het nummer Sloop John B van de Beach Boys stond niet in 1964 in de Neder landse hitlijsten maar in 1966. Dave Beriy kwam nimmer met Little Things in de top vijf te recht, het nummer kwam niet verder dan de 26ste plaats. En tenslotte was Jacques Brei geen Vlaming, maar een Waal. Voort aan gaan we dus maar weer lek ker naar het Rad van Fortuin kijken! (Geraadpleegde literatuur: Hit- dossier 1958-1990, uitgeverij Becht en Oor's eerste Nederland se pop-encyclopedie, uitgever Ar gus) De voorspellingen van een paragnost Wie naar wat koffiedik tuurt ziet prut. En wie naar een kristallen bol koekeloert ziet glimmend glas. Zo zit dat en niet anders. De toekomst laat zich blijkbaar niet zo gemakkelijk bekijken op die manier. Zelfs de helderziende zou in het duister loeren wannéér hij bovengenoemde attributen zou raadplegen. Een echte paragnost heeft dat soort hulpmidde len ook helemaal niet nodig. Hij verkrijgt zijn in formatie op een andere manier. Uit beelden in zijn hoofd bijvoorbeeld. Of stemmen. Zeker nu, aan het eind van dit jaar, worden de deskundigen veelvuldig geraadpleegd. Je kunt bijna geen krant of tijdschrift opslaan of er staan voorspellingen van ze jn voor het komende jaar. Gedaan zonder koffiedik en kristallen bol. Alleen, als je al de toekomstvisies naast elkaar legt, vraag je je af of die voorspellingen nou zo veel beter zijn dan die van de kermis. Bijna elke deskundige 'ziet' de toekomst anders. Kun je dan nog wel spreken over deskundigen? Hebben die prognoses dan nog wel zin? Jan van der Heide wil daar wel wat over vertellen. De in Oegstgeest woonachtige paragnost staat hoog aangeschreven in Nederland. In het nieuw jaarsnummer van Paravisie, een maandblad over bovennatuurlijke verschijnselen en alternatieve geneeswijzen, geeft hij zijn voorspellingen prijs voor het komende jaar. Samen met nog negen tien andere hooggewaardeerde collega's. „Voorspellingen kunnen wijzen op een factor X", zegt Van der Heide geheimzinnig. „Het feit dat bepaalde dingen vastliggen, dat bepaalde dingen in de toekomst kunnen uitkomen." Wat dat be treft, zegt hij, kan hij al bogen op de nodige vol treffers. „Ik houd me al jaren bezig met voorspel lingen. Zo heb ik de coup in het Kremlin voor speld, de val van de Muur, het afzetten van Gor- batsiov, de moord op Sadat, de komst van een Poolse paus. Ook de vliegramp in de Bijlmer heb ik voorspeld. Ik zat er alleen een jaar naast. De ziekte van Bernard en de problemen met Brink man heb ik ook voorspeld." Maar dat zegt niks over de onderlinge verschillen in de prognoses van de deskundigen. Bovendien, Van der Heide zal er toch ook wel eens naast zit ten? Een bekentenis van zijn kant: „Je moet voor spellingen ook met de nodige scepsis bekijken. Flet is echt niet zo dat honderd procent van mijn voorspellingen uitkomt. En bij anderen ook niet. Voor mij geldt: als iets niet uitkomt, heb ik de beelden verkeerd geïnterpreteerd. Want de din gen komen tot mij in beelden. Of als geluid. Of het is een totaalgevoel wat ik heb." Hoe vaak Van der Heide zijn beelden, gevoelens en geluiden juist interpreteert, kan hij niet pre cies zeggen. „Dat heb ik zelf nooit berekend. An deren wel voor mij. Ze kwamen uit op 56 procent juiste voorspellingen over een aantal jaren." Iets meer dan de helft dus. Tot slot volgen hier een paar van zijn voorspellin gen voor 1995: Particulieren zullen over de grens massaal wapens inkopen, er zal een techniek worden ontdekt om een klein deeltje van de hersenen te transplante ren, de EO zal een keuze maken voor commercie, er zal een botsing tussen schepen plaatsvinden voor de Nederlandse kust waarbij een olietanker is betrokken, Frankrijk, België en Oostenrijk zullen sterk fascistisch worden, en het paarse kabinet zal niet overeind blijven. Ook al klopt er maar 56 procent, dan nog wordt het het jaartje wel! HERMAN JOUSTRA k? Gezocht: jongeren tegen discriminatie Het theaterproject MAPP (Multinational Antiracist Perfor mance Project) zoekt voor vol gend jaar veertig jongeren uit Engeland, Duitsland, Luxem- burg en Nederland in de leeftijd tussen 15 en 25 jaar. Zij moeten het.komend jaar gaan werken - j aan een straattheaterproduktie j tegen racisme en discriminatie, I die vervolgens in de genoemde zl landen wordt opgevoerd. De za- stichting Program, het Zuidhol- j lands steunpunt voor sociaal- cultureel werk en Centrum De J Heuvel uit Rotterdam dragen I zorg voor de Nederlandse in breng. Elke land levert 10 enthousiaste jongeren. Vanaf februari 1995 gaat de Nederlandse groep met een echte regisseur aan de slag. Vanaf 23 juli wordt er in Luxem burg een voorstelling van ge maakt, die tot en met 13 augus tus in ,de verschillende landen wordt opgevoerd tijdens een drieweekse tournee. Tussen februari en juli moet er wekelijks gerepeteerd worden. Daarbij is ervaring handig, maar niet noodzakelijk. De eigen bij drage aan het project, inclusief trainingen, tournee, maaltijden en reis- en verblijfkosten be draagt 150 gulden. Jongeren die hier zin in hebben kunnen zich op 5 februari van rist' 11 tot 17 uur voor een auditie- dof en informatiedag opgeven. Die heeft plaats in Gebouw De Heu- 0j vel, Grotekerkplein 5 in Rotter- -dam. Opgave en informatie bij Qok! Centrum de Heuvel 010- 4132100 (Peter Pieters of Mi- mount Eljaili) of de stichting za Program 01CT-4361766 (Ferry 1 jf'i Rigault). Analiste kwam plotseling op straat te staan Ze is ontslagen, maar heeft een beetje te doen met collega's die hun werk behielden. Ze heet Sylvia van Klink (26) en hoorde in februari dat ze per 1 juli weg moest bij het Leiderdorpse St. Elisabethziekenhuis. Samen met zo'n 60 collega's uit Leider dorp en het Alphense broertje, het Rijnoord-ziekenhuis. Een maand later had ze maar liefst twee banen op zak. Ze koos voor ziekenhuis 't Lage Land in Zoetermeer en werkt daar sinds 1 april. Ze hoefde dus geen Alphenaren in te werken die haar plaatsje kwamen inne men in het Leiderdorpse zie kenhuis. Ook kon ze al snel een dikke streep onder het verleden zetten. Van achterblijvers hoort ze dat de sfeer nog steeds gespannen is. Chefs en onderchefs die een stapje terug hebben gedaan, collega's die zich afvragen waarom de ene collega eruit vloog terwijl een ander mocht blijven. Die ander werkte toch juist slechter of werkte als part timer toch alleen maar voor wat extra's? Een afscheidsgebakje leek haar niet zö toepasselijk. Wel hing Sylvia na haar stille vertrek een uitnodiging voor een dineetje op het prikbord. Ze merkte toen dat collega's het heel erg von den dat ze weg moest. Echt emotioneel hebben ze het niet laten worden: „We hebben heel gewoon gekletst. Hoe het nu met ons gaat en hoe we het ont slag hebben opgenomen?" Achteraf zegt Sylvia dat selectie altijd moeilijk is: „Als je op kwa liteit zegt te gaan selecteren, Sylvia van Klink: „Een afscheidsgebakje leek me niet zo toepasselijk." kan het ook een probleem zijn als je er buiten valt." Toch hoopte ze eerst te kunnen blij ven zitten. En toen ze eind vorig jaar een andere baan kon krij gen, vroeg haar chef haar nog te blijven: „Hij wilde een sterk team houden en de part-timers eruit gooien Toch is ze niet echt boos op hem: „Het is de vakbond ge weest die heeft beslist. Die heeft bepaald dat de laatst gekome- nen, het eerst wegmoesten." Sylvia wist daardoor al in janua ri dat er geen hoop was. Ze was de laatst aangenomen analisten werkte pas sinds vorig jaar zo mer in Leiderdorp. Nu rijdt ze dagelijks langs het Elisabethziekenhuis, op weg naar haar werk in Zoetermeer. „Het doet me niks. Het zou me wel moeite kosten als ik er bin- foto ben de bruyn nen zou moeten stappen, als patiënt of bezoeker. En heus niet omdat het personeel min der bekwaam is." „Je wereld stort echt in als je hoort datje ontslagen wordt. Je denkt goed te zitten wanneer je een baan met vaste aanstelling hebt. Maar van de ene op de andere dag moet je zorgen dat je een inkomen hebt en een dak boven je hoofd". Sylvia had een piepklein kamertje in de ver pleegstersflat naast het zieken huis en mocht dat huren lot ze een nieuwe baan had. Vervol gens moest ze er zo snel moge lijk uit. Ze werd in die onzekere weken heen en weer geslingerd tussen een nuchter 'ik zie wel' en een paniekerig 'wat nu?' Omscho len? Ze koos voor solliciteren, solliciteren en nog eens sollici teren. Kranten kopen, sollicita tiebrieven schrijven. Gericht èn open: „Want ik ben niet iemand die niks doet. Ik ben ook echt een vechter, denk ik. Heb geluk kig geen aanleg voor grijze ha ren. Anders had ik ze wel ge had." Gelukkig werd ze gesteund door haar klinisch-chemicus, die overal een goed woordje deed voor haar en de drie andere analisten die eruit moesten. Ook verzorgde het ziekenhuis een soort van sollicitatiecursus, compleet met informatie over arbeidsbureau's en (ziektekos tenverzekeringen. „Ik heb er geleerd een CAO te lezen, maar werd er op een gegeven mo ment wat lacherig van. Ik ben heus wel mondig en kan best een gesprek voeren of brief schrijven. Maar mensen van de schoonmaakdienst hadden mis schien wat meer moeite met solliciteren." Drie van de vier ontslagen ana listen zijn inmiddels weer aan de slag. Sylvia heeft het vanaf de eerste dag enorm naar haar zin in haar nieuwe werkkring: „De hoofdanaliste en de klinisch- chemicus hadden mijn collega's van tevoren verteld in welke si tuatie we hadden gezeten." Toch kreeg ze in juni, tijdens een trip van drie weken door Afrika, pas echt het idee dat ze het verleden kon loslaten: „Een reisgenoot had ook zoiets mee gemaakt en we hebben enorm gerelativeerd. Nog eens lekker tegen elkaar gezegd dat we toch maar mooi door Afrika konden trekken dankzij de oprotpre mie." Ze heeft inmiddels ook een eta ge in haar geboortedorp Roelo- farendsveen, dichtbij de familie en kennissen die haar door de moeilijke tijden sleepten. „Het weekeinde na de slechte bood schap namen ze me meteen de kroeg in. 'Kom op, meid. Het le ven gaat door'. Ik kon er altijd heel open over praten. Ook over mijn sollicitaties." Paul de Leeuw bleek eveneens een steun: „Zijn onzin. Dat uitleven. Een klein kind kunnen zijn. Niet altijd dat serieuze." Ver in haar achterhoofd wist ze ook dat ze altijd kon terugvallen op werk in een Zwitserse pri- vékliniek. Voordat ze in Leider dorp aan de slag ging, had ze gewerkt in een rijkeluisdorpje bij Zürich. De patiënten waren er gemiddeld 90 en Sylvia miste de gezelligheid, de vrienden en kennissen uit Nederland. Ze is uiteindelijk niet teleurgesteld over haar terugkeer: „Ik ben wijzer geworden. En een beetje harder." PAUL VAN DER KOOLI Aad de Keizer uit Australië. EMIEL FANGMANN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 17