'In 2000 zijn nog
acht tot tien grote
bedrijven over'
Feiten &Meningen
Universitair
onderwijs aan
het verloederen
'Rwandese moordenaars ontlopen hun straf niet'
'Eenderde van Rwandese
slachtoffers was kind'
Afrikaans v
dupe van i"
hervorming!
televisie l
WOENSDAG 14 DECEMBER 1994
fJC
Werken aan een universiteit is sedert lang al
geen vreugde meer. Met name niet in de fa
culteiten die al bijna twee decennia lang
met wederkerende bezuinigingsronden
worden opgezadeld. Vooral name de sociale
faculteiten en de alpha faculteiten, de kun
sten-, cultuur- en wetenschappen hebben
het in deze periode moeten ontgelden. Ie
der jaar moest de begroting in neerwaartse
richting worden bijgesteld. Hoogleraren zijn
steeds minder de erudiete, soms wat we
reldvreemde geleerden, maar managers van
een bedrijf dat al meer dan tien jaar in her
structurering ligt.
Was het universitaire
bedrijf maar een echt
bedrijf. Dan was de
sanering daarvan kort
en krachtig geweest.
^jr Na zo'n sanering
H -'■ v'M gloort de toekomst of
fjH wordt de activiteit
alsnog beëindigd. In
beide gevallen wordt
tenminste gehandeld
naar de menselijke
maat. Mensen kun-
PIM FORTUYN nen veej verwerken
medewerker a]s er maar perspec-
tief is, of als het on
vermijdelijke niet eindeloos wordt gerekt.
De opeenvolgende ministers van onder
wijs hebben het echter klaar gespeeld de
universiteiten te storten in een proces waar
herstructurering op herstructurering werd
gestapeld, waarin met minder geld meer
studenten moesten worden onderwezen.
Het opmerkelijke is dat de onderwijsfabriek
universiteit nog steeds niet aan populariteit
heeft ingeboet bij de aanstaande clientele.
Ieder zichzelf respecterende ouder wil nog
steeds dat zijn kind wetenschappelijk on
derwijs volgt, zoals het onder de meeste
middelbare school-leerlingen onvermin
derd vanzelfsprekend is om wetenschappe
lijk onderwijs te volgen. Zelfs velen die de
dikwijls uitstekende HBO-beroepsopleidin-
gen volgen, maken op enigerlei moment
alsnog de overstap naar de universiteit.
Een universiteit die op menig vakgebied
al lang zijn naam niet meer waarmaakt. Het
zijn maar al te vaak grote onderwijsfabrie
ken geworden waar men met de minst mo
gelijke inspanning de grootste aantallen
studenten doorheen worden geperst. Het
ministerie van onderwijs stimuleert dit ook
nog door het subsidie-bedrag af te laten
hangen van het aantal studenten en de
doorlooptijd van de student. Veel binnen
korte tijd, loont meer dan de moeite.
Over kwaliteit, met name van het onder
wijs, wordt sedert lang niet meer gerept. De
universiteit staat of valt met de relatie leer
meester-leerling. Deze relatie komt in de
meeste gevallen niet tot stand. Het aantal
contacturen van docenten met studenten is
minimaal.
De instellingen zelf zijn sterk verbureau-
cratiseerd, hetgeen het onderlinge contact
tussen studenten en docenten ook al niet
gemakkelijk maakt. Voor elk probleem dat
de student ontmoet, is er een aparte dienst
met functionarissen die het probleem op
een gestandariseerde en gebureaucratiseer
de manier tegemoet treden. Ook zij moeten
produktie maken en aan het eind van het
jaar hun bestaan door statistieken recht
vaardigen. Daardoor is er een enorme over
head ontstaan bovenop de feitelijke pro
duktie van de universiteit. Een kostbare
aangelegenheid die de kwaliteit van het
produkt niet heeft verbeterd maar verslech
terd.
Aan zoiets moeilijks meetbaars als liefde
volle aandacht, absoluut noodzakelijk voor
de wetenschappelijke vorming van jonge
mensen, wordt in de verbureaucratiseerde
benadering van de universiteit al helemaal
geen woord meer vuil gemaakt. En toch is
dat het hart van de wetenschappelijke vor
ming. Zonder vorming wordt op zijn best
kennis overgedragen en die is zoals we we
ten nogal aan bederf onderhevig. Vorming
kan een leven lang mee, kennis helaas niet
De universiteit is een ambtelijk bastion,
met ambtenaren als werknemers van hoog
tot laag. De universiteit zou een bijenkorf
moeten zijn, die bruist van de activiteit,
waarin creatieve, intelligente en warmvoe
lende mensen de dienst uitmaken. Mensen
die dat doen voor een stukje van hun be
roepsloopbaan, een of verschillende malen
in die loopbaan. De universiteit is bij uitstek
een organisatie, die zou leven bij de invoe
ring van moderne contractarbeid, zoals bij
voortduring het neusje van de zalm kan
worden gepresenteerd. De universiteit is bij
uitstek een plek waar men tijdelijk verblijft,
zowel als student als docent. Een plek waar
het nieuwe alle ruimte krijgt om ontdekt te
worden en zich te ontwikkelen.
Zonder enig idee van wat een universiteit
zou moeten zijn, heeft het kabinet-Kok be
sloten dat er anderhalf miljard gulden moet
worden bezuinigd op het wetenschappelijk
onderwijs. De universiteiten pikten dat niet
en hebben nu een Pyrrus-overwinning be
haald. Het leeuwendeel van die anderhalf
miljard zal worden opgebracht door de stu
denten. De universiteiten kunnen nu weer
doorgaan of er niets aan de hand is. De ver
loedering van deze leerfabrieken kan onver
minderd doorgaan. De consument betaalt
ondertussen het gelag. Een al maar slechter
produkt tegen een steeds hogere prijs. Er
zijn weinig bedrijven die dat de universiteit
nadoen.
Ook hier zal de wal het schip uiteindelijk
keren. De particuliere hoogwaardige uni
versiteit met heel veel aandacht voor de
student is in aantocht. Zij zal duur zijn, dus
alleen toegankelijk voor de financiële elite
en een enkele bolleboos uit eenvoudige
kring. Dat is dan het resultaat van een zoge
naamd sociaal onderwijsbeleid dat zoveel
oog heeft voor gelijke kansen. De prijs voor
het al maar uitstellen van daadwerkelijke
ingrepen, die de universiteit reserveert voor
de elite van de geest in plaats van voor die
van het geld.
Farmaceutische industrie ruw gewekt uit winterslaap
De fabrikanten van pillen en poeders waren in de jaren tachtig in diepe slaap geraakt door het gemak waarmee ze geld ver
dienden. Elk jaar groeide de winst met 20 tot 25 procent. Het ging allemaal erg gemakkelijk, meent woordvoeder D. Bezem
van SmithKline Beecham (SMK), een van de grootste in de branche. „Vooral de tactiek van de zogenaamde me-foo-midde-
len leverde lange tijd goed geld op." Dat zijn geneesmiddelen die nauwelijks afwijken van hun voorganger.
Ontwikkelingskosten van een nieuw medicijn
In miljoenen dollars
1987 1990 1993
Research- en ontwikkelingskosten naar branche
20
Als percentage van de verkoop
■H
Toen eind jaren tachtig een groot aantal
patenten afliep, onder meer Tagamet
(maagzweer), Sibelium (duizeligheid)
en een groot aantal middelen tegen
hartklachten, werden de farma-bedrij-
ven ruw uit hun slaap gewekt. Zij raak
ten snel marktaandeel kwijt aan de pro
ducenten van patentvrije medicijnen.
Een voorbeeld van wat het effect is van
het verlopen van een patent: als het oc
trooi op het maagpreparaat Zantac van
Glaxo op termijn niet langer geldt, zal
dat volgens analisten de marktwaarde
van het Britse concern met vijf miljard
dollar doen kelderen tot ongeveer 20
miljard dollar.
Het wekt dan ook geen verbazing dat
onder concerns die geen nieuw, uniek
middel 'in de pijplijn' hadden, klappen
kunnen vallen. Het is een groeiend pro
bleem voor uitvinders van nieuwe ge
neesmiddelen als Glaxo, Merck en SKB.
Ook al omdat nationale overheden we
reldwijd de kosten van gezondheids
zorg (waaronder geneesmiddelen) pro
beren te drukken.
Vergoedingssystemen worden nu in di
verse landen onder de loep genomen.
Er werden striktere eisen gesteld aan
het karakter van de geneesmiddelen.
Ook huisartsen worden kritischer in het
voorschrijven. Dat is allemaal in het
voordeel van de patentvrije medicijnen,
waarop vooral veel kleine fabrikanten
zich hebben gestort.
Producenten van nieuwe geneesmidde
len (de grootste winstmakers in de far-
ma-branche) hebben als extra nadeel
dat de kosten voor onderzoek en ont
wikkeling in enkele jaren zijn verveel
voudigd. Het ontdekken en'ontwikkelen
van een nieuw medicijn kost tegen
woordig gemiddeld 500 miljoen gulden
aan geld en twaalf jaar aan tijd. Over
het algemeen wordt in de farma-sector
17 procent van de omzet aan onderzoek
en ontwikkeling uitgegeven, tegen bij
voorbeeld 5 procent in de telecommu-
Bezem: ,,Die onderzoekskosten bren
gen een enorm risico mee voor de ge
neesmiddelenproducenten. Je begint
met 10.000 stofjes en investeert miljoe
nen in de hoop twaalf jaar later één me
dicijn te verkopen. Je hebt alleen al vijf
jaar nodig voor onderzoek, dan komt de
fase van toepassing en beoordeling. En
vervolgens moet het nog worden gepro
moot en verkocht."
Die hoge investeringen en lange ont-
wikkelingstijd maken de farma-bedrij-
ven kwetsbaar, de miljoenen aan omzet
ten spijt. „We zijn namelijk lang niet zo
groot en machtig als iedereen denkt. Al
le Amerikaanse farma-bedrijven bij el
kaar zijn kleiner dan bijvoorbeeld IBM
ofMobil."
Hogere investeringen leiden tot kleinere
winstmarges. En dus ging de farma-in-
dustrie op zoek naar wegen om de groei
vast te houden. Dat waren ze als beurs-
fondsen ook wel verplicht aan hun aan
deelhouders, die verwend waren met
Een aantal farma-bedrijven besloot tot
fusie of overname. Vorige maand werd
elke week weer een transfer gemeld. Zo
nam American Home Products Cya-
namid over en werd SmithKline Beech
am eigenaar van Diversified Pharma
ceutical Services.
Maar er zijn nog meer redenen voor de
fusiegolf. Beursanaliste Loes Scholtens
van de Robeco Effecten Bank: „De grote
farma-concerns willen hun oorspronke
lijk sterke onderhandelingspositie weer
terug. Behalve de problemen met pa
tenten en nieuwe produkten, speelt ook
mee dat de afnemers zich beter hebben
georganiseerd."
De fusies in de farmaceutische indu
strie hebben verschillende achtergron
den. Scholtens: „De een koopt kennis
en geld voor investeringen in innovatie
ve medicijnen. De ander koopt ver
koopkanalen om zo sterker te staan in
de onderhandelingen. En de derde
breidt uit in het buitenland of in het as
sortiment."
Zowel Scholtens als de woordvoerders
van Glaxo, Merck en SKB voorspellen
dat er in het jaar 2000 nog maar acht tot
tien bedrijven over zijn, die zich de in
vesteringen in onderzoek en ontwikke
ling van nieuwe geneesmiddelen kun
nen veroorloven. „Alleen de concerns
met een omzet van minimaal anderhalf
miljard dollar blijven overeind", ver
wacht Merck-woordvoerder Kwak.
UTRECHT PIETER COUWENBERGH
i de massamoord in Rwanda; zij vonden zelf de dood of verloren hun ouders,
Zaïrees vluchtelingenkamp verspreide lichamen. Veel kinderen zijn direct of indirect het s
THE INDEPENDENT
Voor de nieuwe regering van
Rwanda heeft de vervolging van de
verantwoordelijken voor de volke
renmoord een grotere prioriteit dan
nationale verzoening. Dat zegt gene
raal Kagame, vice-president van
Rwanda. Tijdens een bezoek aan
Londen zei Kagame onlangs: „Over
verzoening kan alleen worden ge
sproken als de internationale ge
meenschap heeft uitgesproken dat
volkerenmoord niet wordt getole
reerd."
De generaal is het brein achter de
militaire overwinning van het Rwan
dese Patriottisch Front (RPF) en be
vond zich vaak vlakbij de frontlinie.
Hij wordt alom gerespecteerd en ge
vreesd.
Normaal gesproken is Kagame te
rughoudend en timide, maar nu ver
werpt hij krachtig iedere gedachte
aan amnestie ter wille van nationale
verzoening. „Ik begrijp niet welke
betekenis een verzoening zou heb
ben, tenzij sommige verantwoorde
lijken worden berecht", zegt hij.
„Berechting zou helpen om verzoe
ning tot stand te brengen, maar een
amnestie zou meer problemen
scheppen. De slachtoffers dege
nen die hun familie in de slachtpar
tijen zijn kwijtgeraakt zouden hun
vertrouwen in de leiding verliezen
en het recht in eigen hand kunnen
Generaal Kagame geeft toe dat
Rwanda geen politiemacht heeft,
weinig rechters en een inadequaat
rechtssysteem waardoor het lastig is
om verdachten een proces te geven.
Honderden van hen worden in de
gevangenissen van Rwanda vastge
houden omdat ze ervan worden ver
dacht betrokken te zijn geweest bij
de volkerenmoord. Of omdat ze
wraak hebben genomen op de
moordenaars. Volgens de vice-presi
dent zouden ze door Rwandese
rechtbanken worden berecht én
door het Internationale Trihunaal
dat wordt ingesteld door de Veilig
heidsraad van de Verenigde Naties.
Buiten Rwanda is nog niemand ge
arresteerd voor het organiseren van
de volkerenmoord die in april en
mei dit jaar door Hutu-extremisten
werd uitgevoerd tegen Tutsi's en po
litieke tegenstanders. Naar schatting
zijn tussen de 500.000 en een mil
joen mensen omgekomen. Sommige
verantwoordelijken bevinden zich in
Europa, maar de meerderheid
woont in de vluchtelingenkampen in
oost-Zaïre.
Bij de burgeroorlog in Rwanda zijn
ongeveer 300.000 kinderen omge
komen. Dat is ruim een derde van
de 800.000 mensen die bij de
slachtpartij om het leven zijn geko
men. Circa 90 procent van de kin
deren die de moordpartijen heeft
overleefd, heeft nog altijd last van
trauma's als gevolg van de gruwe
lijkheden waarvan zij getuige wa-
Dat zei Graga Machel, die in op
dracht van VN-secretaris-generaal
Boutros Ghali werkt aan een studie
over de effecten van oorlogen op
kinderen, donderdag tegen verslag
gevers in de Rwandese hoofdstad
Kigali. Machel, weduwe van de eer
ste president van Mozambique, be
zoekt in het kader van haar studie
ook andere oorlogsgebieden als
Bosnië, Angola en Sri Lanka. Zij
heeft in de gevangenis van Kigali
gesproken met moeders en kinde
ren. De gevangenis zit vol Hutu's
die ervan worden verdacht aan de
moordpartijen op de Tutsi's te
hebben deelgenomen. Ook be
zocht zij vluchtelingenkampen
waar honderdduizenden Hutu's
een toevlucht hebben gezocht.
Uit een Unicef-studie is gebleken
dat veel Rwandese kinderen door
een hel zijn gegaan en dat zij de ge
volgen daarvan waarschijnlijk heel
hun leven zullen ondervinden. Van
een groep van 207 wezen in een
stad die door massagraven was
omringd, had een kwart brand
wonden op het lichaam, Meer dan
de helft had gezien, hoe familiele
den om het leven werden gebracht.
Bijna alle kinderen hadden in
doodsangst verkeerd.
Generaal Kagame klaagt dat de
vluchtelingen meer hulp krijgen dan
de rest van het land en dat de kam
pen zijn overgenomen door mensen
die achter de slachtingen zitten. „Zij
zouden daar niet van mogen profite
ren", zegt hij. „Het verbaast ons dat
mensen in uniform en met geweer
eten krijgen."
Hij betoogt dat de burgers geschei
den zouden kunnen worden van mi
lities en tegen hen moeten worden
beschermd. „Zaïre zou dat kunnen
doen als dat land dat zou willen en
steun had van de internationale ge
meenschap". zegt hij. Hij weet niet
waarom Mobutu Sese Seko, de pre
sident van Zaïre, niet bereid is zijn
troepen het bevel te geven dit te
doen. Hij zegt dat de Zaïrezen,
bondgenoten van het vorige bewind,
niet hebben laten merken dat ze de
aanwezigheid van gewapende solda
ten in de vluchtelingenkampen af
keurden en dat ze geen pogingen
hebben gedaan om ook maar een
verantwoordelijke voor de volkeren
moord te arresteren.
Volgens Kagame is de situatie in heel
Rwanda weer veilig, afgezien van en
kele incidenten door mensen die
van over de grens uit de kampen in
Tanzania en Zaïre infiltreren. Op de
vraag of het voormalige nationale le
ger, dat zich nu voor het grootste
deel in het kamp Mugunga in de
buurt van Goma bevindt, op de lan
ge termijn een dreiging vormt voor
zijn regering, zegt hij: „Ze kunnen
proberen van over de grens een aan
val te doen, maar ik denk niet dat
dat een grote dreiging is. Het is een
situatie die we aan kunnen." Hij zegt
dat 2.500 soldaten van het voormali
ge leger naar Rwanda zijn terugge
keerd en in een later stadium gereïn
tegreerd kunnen worden in het
r van 40.000 man sterk.
LONDEN RICHARD DOWDEN
LUUTJE NIEMANTSVERDRIET
DEI
bt
Christelijke Afrikaners herinne
ren zich met weemoed de tijd
dat niemand het in zijn hoofd
haalde om in een talkshow op
TV met behulp van een kom
kommer het juiste gebruik van
een condoom te demonstreren
Of dat een radioluisteraar zekei
wist dat geen enkele presen
tatrice hem zou schokken met
een debat over masturbatie.
Het toeval wil dat de presenta
tor van de talkshow en de radio
presentatrice beiden kinderen
van de vroegere ANC-voorzitte
Oliver Tambo zijn. Ze behoren
tot de reeks nieuwe gezichten
die de Zuidafrikaanse Omroep
Coöperatie (SABC) de laatste
maanden heeft aangetrokken
ten einde een frisse wind in hel
oubollige omroepbestel te bla
zen. Afrikaners zullen zich op
meer veranderingen moeten
voorbereiden. De hervorming
van radio en TV is in volle gang.
Wie dat als eersten merken, zijn
730 merendeels blanke om
roepmedewerkers die hun baan
verliezen aan zwarte collega'
De nieuwe TV-directeur
Zwelakhe Sisulu had bij zijn
aantreden in september ver2
kerd dat er geen ontslagen z<
den vallen.
Maar de omroep staat voor
twee taken die elkaar tegen
spreken. Er moet worden bezui
nigd en er moeten meer zwarte
medewerkers komen. De SABC
is nog steeds een overwegend
blanke organisatie. Eind 1997
moet de helft van het personeel
volgens Sisulu uit zwarten be
staan.
Met meer zwarte gezichten op
TV kunnen de meeste Afrika
ners zich zonder al te veel
moeite verzoenen. Maar ze ma
ken zich zorgen over de vraag in
welke taal er straks wordt uitge
zonden. Zuid-Afrika heeft elf of
ficiële talen, die in de toekomst
allemaal op het scherm aan bod
moeten komen. Helaas is er
geen geld om iedere taal zijn ei
gen TV-station te geven. Dat be
tekent dat er keuzes gemaakt
moeten worden en Afrikaans
wordt daarbij de grote verliezer.
Op dit moment heeft Zuid-Afri
ka vier kanalen: M-net, een
commerciële, overwegend En
gelstalige zender die voorname
lijk speelfilms brengt en drie
SABC-kanalen. Een daarvan
zendt beurtelings in het Engels
en het Afrikaans uit. De andere
twee wisselen Engels af met uit
zendingen in Xhosa en Zulu.
In toekomst komt er naast M-
net een voornamelijk Engelsta
lige vermaak- en ontspannings
zender, terwijl de twee andere
kanalen voor alle elf talen moe
ten gaan werken. Op het ene
kanaal komt de nadruk te liggen
op leer- en opvoedkundige pro
gramma's, terwijl het andere
een gemengde amusements- en
informatiezender moet worden.
Het Afrikaans, tot kort geleden
als taal van de regeringspartij en
de ambtenarij de belangrijkste
van het land, is daarmee gere
duceerd tot één onder vele gelij
ken. Wat de SABC betreft, is het
straks ook grotendeels afgelo
pen met de kostbare nasyn-
chronisatie van Engelstalige se
ries in het Afrikaans.
In Afrikaner kringen heeft dat
voor storm gezorgd. Met statis
tieken in de hand proberen
conservatieve Afrikaners aan te
tonen dat hun taal door meer
mensen wordt gesproken en
verstaan dan Engels. Als het
Afrikaans al in zendtijd moet in
leveren, betogen ze, dan niet
ten gunste'van het koloniale
Engels, maar ten gunste van de
grootste zwarte talen, het Xhosa
en het Zulu.
Het klopt dat Afrikaans de moe
dertaal is. van een groot deel
van Zuid-Afrika's kleurlingen en
inderdaad spreken meer men
sen Afrikaans dan Engels. Maar
toch voeren de Afrikaners een
verloren pleit. Hun taal is voor
veel zwarten te zeer verbonden
aan de dagen van de apartheid
en krijgt alleen daarom al in
toekomst minder aandacht.
De Afrikaners hebben slechts
één troost. Er moet in toekomst
aanzienlijk meer ruimte komen
voor eigen Zuidafrikaanse pro
gramma's. De Omroepraad
heeft zelfs voorgesteld alle
zendgemachtigden te verplich
ten minstens tien procent van
hun tijd aan Zuidafrikaanse -
produkt te besteden.
Volgens M-net is dat onmoge
lijk. Er worden volgens de com
merciële zender in Zuid-Afrika
veel te weinig speelfilms en se
ries gemaakt om daar tien pro
cent van de zendtijd mee te vul
len. Maar volgens Sisulu wil de
SABC in toekomst 60 procent
van de zendtijd vullen met
Zuidafrikaans produkt. Boven
dien wordt de radio verplicht 25
procent Zuidafrikaanse muziek
te draaien. En dat schept onge
twijfeld ruimte voor de boeren-
blaaskapellen waar de Afrika
ners hun zendtijd graag mee
vullen.
KAAPSTAD RUNA HELLINGA
CORRESPONDENT