Cultuur Kunst
i
'Plakken is prutsen'
ewondering
l
'Ontdekking was sprookje'
Mauritshuis koopt Hobbema
DONDERDAG 8 DECEMBER 1994
Historische kleding lag lange tijd te verstoffen ver weg in
een museumdepot maar nu heeft textiel het tij mee. In
Leiden zijn op dit moment zelfs twee tentoonstellingen
aan stof gewijd. De Lakenhal toont Leids Goed. Het Rijks
museum van Oudheden laat de garderobe van de farao
zien. Simone Rood en Winfrida Wijsbek van het Uit-
hoomse restauratie-atelier Antiek Textiel hebben een
deel van de kledij expositieklaar gemaakt. Eerder namen
ze de Koptische collectie onder handen. Ze waren er ze
ven jaar zoet mee.
„Nee, we hebben daar echt niet
zeven jaar onafgebroken aan
gewerkt", ruimt Rood meteen
een mogelijk misverstand uit de
weg. „In de restauratiewereld
geven ze geld per project. Als
dat op is, stop je en dan is het
wachten op een nieuwe subsi
die. Bovendien zou het niet
kunnen. We hebben meer op
drachtgevers dan Oudheden."
ARNO van der HEIJDEN
met zijn succesvolle
cabaretprogramma
„HET DUET"
er Hei|den kan
(DeTelegra,
Zaterdag 10 december, 20.30 uur
KAPELZAAL K&O
tel. 071-131943/141141
De Koptische collectie herinne
ren de twee zich ook vanwege
de geur. „Dat rook je heel erg",
vertelt Wijsbek. „Echt een lij
kenlucht. Het zat vol met huid
en haren. En vocht en bloed van
de organen. Bij de kleding van
de farao's viel dat wel mee. Dat
waren natuurlijk machtige
mensen die goed werden gebal
semd."
Wijsbek laat een foto zien van
een geborduurd kinderhempje.
Stukken stof zijn compleet ver
dwenen. Nu hangt het heel en
wel in volle glorie aan het Ra
penburg. „Vooral de rug was er
erg aan toe. Het bloed en vocht
van de organen sijpelde via de
achterkant naar buiten vandaar
die beschadigingen. Het is een
hemd met inrijg. Vroeger maak
te ze kinderkleding op de groei.
In het lijfje werd een naad ge
maakt van dubbelgevouwen
stof. Als het hemd te klein werd,
dan haalde je die inrijg weer
los."
Op de tentoonstelling in Oud
heden hangt in een vitrine een
lap stof waar niet zo snel een
kledingstuk in valt te herken
nen. Die hebben Wijsbek en
Rood ook onder handen gehad.
„We wisten niet wat we ermee
aanmoesten", zegt Rood. „Die
lap is zo vaak versteld geweest.
Daar konden we weinig meer
aan doen. En in zulke gevallen
doen we liever niets dan dat we
gaan plakken. Want plakken is
prutsen. Je zet dan een stuk po-
lysterfolie achter de oorspron
kelijke stof. En dat is funest. Wij
gebruiken altijd natuurlijke ma
terialen want nylon snijdt de
stof kapot."
Te kort
„We staan bekend als restaura
tie-atelier maar dat is eigenlijk
niet zo'n goede term. Restaure
ren betekent nieuw maken. Dat
doen we niet. We conserveren
dat wat er nog is. Wat weg is, is
weg. Neem bij voorbeeld die ka
zuifel waar Winfrida nu mee be
zig is. Daar is ooit een nieuwe
voering ingezet met een nieuwe
sierrand. In de loop van de tijd
is dat gaan werken en trekken.
Dus nu maken we alles los, her
stellen het en brengen alles zo
veel mogelijk in oude staat te
rug. Maar ik weet nu al dat Win
frida straks goudgalon, dat is
dat sierrandje, te kort komt. Dat
laten we dan ook zo."
Het duo stuit soms op rare
zaken. In de voering van kazui
fel vond Rood een stuk beschre
ven stof van ene Josep A.A. van
Halle. „Een Brusselaar die de
kazuifel in 1855 heeft gerepa
reerd in opdracht van de Haar
lemse bisschop Van Vree. Hij
vraagt of we voor zijn ziel bid
den. En we hebben ooit stukjes
krant in een kledingstuk gevon
den. In het Frans waren daarop
de veilingberichten van groente
en fruit te lezen. Geen idee
waarom die krant in die voering
zat. Het papier had geen enkele
functie."
De fotograaf vraagt of hij op
tafel mag staan. „Natuurlijk",
reageert Rood. „Dat doen we
zelf ook vaak genoeg. Als we een
stof hebben gewassen bij voor
beeld. Vaak is het weefsel zo
teer dat we het met sponsen
droogdeppen. Laatst hadden we
een bruidssluier van Brussels
kant. Die hebben we met 4000
spelden vast moeten prikken
anders droogt het verfrummeld
op. Dus zaten we met z'n twee-
en bovenop tafel te prikken."
Wassen is een vak apart. Dat
gebeurt met speciaal water en
wasmiddel in een grote vierkan
te bak zonder scherpe randen.
„Het is een heel spannend ge-
Simone Rood (I) en Winfrida Wijsbek: „We maken niets nieuw. Wat weg is, is weg."
FOTO UNITED PHOTOS DE BOER/OLAF KRAAK
doe", zegt Rood. „Zeker mer- föhnen bovenop om ze zo spoe- zijn problemen. „Soms loop je
klappen. Die lopen altijd door. dig mogelijk droog te krijgen, er een paar weken omheen
Daar kun je donder opzeggen. Want de kleuren gaan pas lopen voordat je het in het water
Dus zodra die uit het water ko- als ze uit de bak komen." Vol- stopt. Maar dat maakt dit werk
men, zitten we daar met vier gens Wijsbek heeft ieder stuk juist zo leuk."
'NieuweVan Gogh met chirurgische naalden hersteld
amsterdam franchise ledeboer
„Het was net een sprookje",
zegt de Zwitserse kunsthande
laar en Van Gogh-expert Walter
Feilchenfeldt. Ergens op een
zolder lag tientallen jaren een
beschadigd bloemstilleven van
Van Gogh te verstoffen zonder
dat de eigenaar er weet van had.
Wakker geschud door de grote
overzichttentoonstelling van
Van Gogh in 1990 duurde het
toch nog tot de zomer van 1993
voor de eigenaar bij Feilchen
feldt op de stoep stond. On
danks de verwaarloosde staat
wist de kunsthandelaar uit Zü-
rich meteen dat hij een échte
Van Gogh in handen had.
„Ik heb zoveel werken van
Van Gogh gezien dat ik geen
moment twijfelde", vertelt Feil
chenfeldt tijdens de presentatie
woensdag in het Van Gogh Mu
seum in Amsterdam. Het ont
dekte schilderij toont een
herfstboeket met asters en mar
grieten uit de Parijse tijd van de
kunstenaar (1886-1888) en
wordt tot 1 januari in het muse
um getoond naast een soortge
lijk bloemstilleven uit de eigen
collectie. Zo wordt de bijzonde
re kwaliteit van de vondst extra
zichtbaar.
In samenwerking met Van
Gogh-restaurator Cornelia Pe
res is het werk gerestaureerd
door Claas Hulshoff van het
Kollektief Restauratieatelier
Amsterdam (KRA). In vier
maanden tijd zijn een grote
winkelhaak en wat kleinere
scheuren vrijwel onzichtbaar
weggewerkt met een naaldje dat
ook door hartchirurgen wordt
gebruikt. Deze methode is door
het KRA ontwikkeld in samen
werking met het Centraal Labo
ratorium voor onderzoek van
kunstvoorwerpen. Om de tech
niek onder de knie te krijgen
ging Hulshoff zelfs in de leer bij
het Academisch Medisch Cen
trum.
De eigenaar heeft Feilchen
feldt verteld dat hij het niet in
gelijste werk na de Tweede We
reldoorlog aantrof op een rom-
De net ontdekte asters van Van Gogh.
melmarkt in het Franse Reims.
Ondanks de duidelijk zichtbare
ondertekening met Vincent
rechtsonder verhuisde het doek
naar zolder.
Vier jaar geleden dook er ook
al een onbekend bloemstilleven
van Van Gogh op, maar derge
lijke ontdekkingen in de kunst
wereld blijven toch een zeld
zaamheid. Deze vondst is van
extra groot belang omdat het
werk nooit eerder werd geres
taureerd en Van Gogh er geen
beschermende vernislaag op
heeft aangebracht. Restaurator
Hulshoff wijst op het verschil
met het bloemstilleven ernaast,
waar Van Gogh wel een vernis
laag op aanbracht. De verf op
het ontdekte herfstboeket ziet
er opvallend veel frisser uit.
Volgens Hulshoff is de kwali
teit bovendien hoger omdat het
schilderij nooit eerder werd ver
doekt. „Verdoeken gebeurde
vroeger veel omdat men dacht
dat een schilderij zo beter be
houden bleef. Het karakter van
een werk zit echter ook in het
doek en verandert door zo'n in
greep definitief." De huidige
restauratoren denken daar an
ders over en verdoeken alleen
als het echt niet anders kan.
Hulshoff heeft voor de zeker
heid nu alleen een steundrager
op de achterkant aangebracht
die zo weer kan worden verwij
derd.
chef annemiek ruygrok, 071 -356471plv.-chef jan rijsdam, 071 -356473
Galeries uit regio op kunstbeurs
Atelier Wijsbek en Rood herstelde de kleren van de farao
leiden/rosmalen De Leidse galerie Liga Nieuw Beelden staat sa
men met de galeries Sanders Fine Art uit Rijnsburg en Kunst
handel le Chevalet uit Voorschoten op de Art Fair Autotron '94
in Rosmalen. Deze kunstbeurs richt zich op vrijwel alle kunst
stromingen uit de 18de tot de 20ste eeuw. De beurs duur tot en
met zondag 11 december en is geopend op vrijdag van 12 tot 10
uur en op zaterdag en zondag van elf tot zes uur.
Nieuwe architect Stedelijk Museum
amsterdam Er komt een nieuwe procedure voor de architect
keuze van de uitbreiding van het Stedelijk Museum in Amster
dam. Daaraan kunnen alle Europese architecten meedoen. Cul
tuurwethouder E. Bakker van Amsterdam zei dat gisteren tijdens
een commissievergadering in het stadhuis. Het college van b en
w besloot eerder de Portugese architect Alvaro Siza Vieira op
dracht te geven een ontwerp voor de nieuwbouw te maken. De
Bond van Nederlandse Architecten (BNA) maakte daartegen be
zwaar. De gemeente zou de Europese regelgeving overtreden
door één architect aan te wijzen.
Schildercursus bij Expressie 70
rosmalen Onder leiding van beeldend kunstenaar Willem van
den Broek begint op 21 januari bij Expressie 70 een cursus ab
stract schilderen. De cursusduur is 15 weken. Tijdens de cursus
worden alle mogelijkheden binnen de moderne schilderkunst
onderzocht. De lessen zijn op zaterdagochtend van tien uur tot
half een. Inlichtingen bij Expressie 70, telefoon 01720-93737.
Werk Redon ruim miljoen geveild
amsterdam Een bloemstilleven van de Franse schilder Odilon
Redon (1840-1916) heeft gisteren op een veiling bij Christie's in
Amsterdam een onverwacht hoog bedrag opgebracht. Een Zwit
serse particulier kocht het werk uit de jaren 1902-1905 voor
1.265.000 gulden, terwijl de opbrengst was geschat op vijf a ze
ven ton. Redon staat momenteel extra in de belangstelling door
de overzichtstentoonstelling in het Van Goghmuseum in Am
sterdam.
Lessen in Latijnsamerikaanse muziek
leiden De workshopband Latijnsamerikaanse muziek van de
Streekmuziekschool Leiden en omstreken begint op 18 januari
een cursus onder leiding van Regien de Ruiter. Percussionisten,
bassisten, gitaristen, blazers en zangers/zangeressen, die enige
speelervaring hebben, kunnen eraan meedoen. Inlichtingen op
maandagavond op telefoonnummer, 071-141041, bij het hoofd
van de afdeling lichte muziek, Dick Hermsen...
Scenarioprijs voor filmer Jansen
amsterdam Eugenie Jansen mag het scenario van de documen
taire Vogelvrij verfilmen. Gisteren tijdens de openingsavond van
het International Documentary Filmfestival Amsterdam (IDFA),
kreeg zij de Realiseringsprijs Scenario Workshop IDFA 1994 uit
handen van juryvoorzitter Richard Schoonhoven. Het Stimule
ringsfonds Nederlandse Culturele Omroepprodukties stelt de
prijs, waaraan een geldbedrag van 275.000 gulden is verbonden,
jaarlijks ter beschikking. Eén van de publieke omroepen zal Vo
gelvrij op televisie uitzenden. De jury was unaniem in de keuze
van Jansen.
In deze rubriek komen al of
niet bekende
streekgenoten aan het
woord die, hetzij direct,
hetzij zijdelings met kunst
en cultuur te maken
hebben. Ze praten over een
kunstvoorwerp, een
kunstuiting waaraan ze
bijzondere waarde
hechten. Van de snuifdoos
van oma tot het
grijsgedraaide muziekstuk
en alles wat daar tussen zit.
Vandaag spreekt Ellen
Looyestyn,
muziekwetenschapper,
zangeres, zangpedagoge en
dirigent van onder meer
het koor Het Zingend Hart,
haar bewondering uit voor
componist Walther
Stuhlmacher. „Iedereen
vindt het heerlijk om hem
te zingen."
Ik bewonder niet zo
zeer maar ben
eerder een
verwonderaar.
Bewonderen is zo
van iets of iemand op een
voetstuk zetten. Dat schept
afstand en daar hou ik niet van.
Ook niet in muziek. Muziek is*
niet heilig. Dat moet leven, iets
uitstralen. Daar komt ook mijn
bewondering voor Walther
Stuhlmacher vandaan. Hij weet
muziek niet alleen in klank te
vertalen. Als je hem hoort, zie je
ook beelden.
Van huis uit is Walther pianist.
Hij heeft het conservatorium
gedaan in Den Haag. En is heel
erg bezig met tekst en muziek.
Hij is een kennis van één van de
bassen van Het Zingend Hart en
kwam op een dag een keer
luisteren op een repetitie.
Walther was meteen vreselijk
enthousiast en vroeg of het
goed was als hij iets voor ons
schreef. Dat is natuurlijk
geweldig als iemand je zo'n
aanbod doet. En daar begint
mijn bewondering.
Zijn eerste stuk was Leve, leve,
muito leve een gedicht van
Fernando Pessoa. En Walther
kreeg het voor elkaar om iets te
maken wat Het Zingend Hart
aankon, niet te moeilijk was.
Tenslotte zijn het geen beroeps.
En in zijn eenvoud was het stuk
toch gigantisch boeiend. Terwijl
Walther nog nooit eerder iets
voor een koor had geschreven.
Pessoa is een heel gekke
dichter. Hij schrijft poëzie met,
om het eens moeilijk te zeggen,
een introverte weemoed. Heel
melancholisch maar ook met
een gevoel van eigenwaarde,
heel sterk zijn. En het is een
super-realist. Zo heeft Walther
ook een gedicht over het
maanlicht bewerkt. Pessoa zegt
daarin dat de meeste schrijvers
iets diëpers achter maanlicht
zoeken. Bij hem is maanlicht
gewoon maanlicht. Het is al
bijzonder dat het er is.
Het belangrijkste van Walther
vind ik zijn mogelijkheid om
een koor wezenlijk in te voelen.
En dat is heel moeilijk. Want
moderne composities zijn vaak
niet zingbaar. Die zijn zo
ingewikkeld geschreven dat je
er als koor niets mee kan. En
Walther voegt iets toe aan de
gedichten van Pessoa. Dat moet
een componist ook want anders
kan hij het componeren net zo
goed laten.
Ook heel bijzonder: het hele
koor vindt het heerlijk om
Walther te zingen. Je hebt bij
sommige stukken dat iemand
zegt: 'hè bah, moeten we dat
weer doen'. Bij Walther is dat
nooit het geval. En
iedereen heeft mooie
partijen, dat scheelt
natuurlijk ook. Ik
hoop dan ook dat hij
nog een tijdje
exclusief voor Het
Zingend Hart blijft
schrijven.
Het Mauritshuis in Den Haag heeft op een veiling
bij Sotheby's in Londen een monumentaal bos
landschap van Meindert Hobbema (1638-1709)
verworven. Het schilderij kon voor 3,4 miljoen
pond (ruim negen miljoen gulden, exclusief op
geld) worden aangekocht dankzij een rijksbijdra
ge die waarschijnlijk zo'n zes miljoen gulden zal
bedragen.
Hobbema schilderde het Boslandschap met
Boerenhoeves in 1665 op het hoogtepunt van zijn
kunnen. Geen enkel monumentaal landschap
van hem bevond zich meer in Nederland. Het
schilderij heeft een formaat van 89,5 bij 122 cm.
De monumentaliteit zit volgens een woordvoer
der van het Mauritshuis niet alleen in het for
maat, maar vooral in de rust en vanzelfsprekend
heid die de compositie kenmerkt. Het doek toont
een zonnig boslandschap met tussen de bomen
een slingerend zandpad, boerenhoeven en een
ven, het geheel verlevendigd met jagers, boeren
en kinderen.
De aankoop vult volgens het Mauritshuis een
van de belangrijkste lacunes in het Nederlandse
openbare kunstbezit op. Behalve het Rijk hebben
baron Thyssen Bomemisza, de Stichting Vrien
den van het Mauritshuis, het Prins Bernhard-
fonds, de Vereniging Rembrandt en het VSB
Fonds Den Haag financieel aan de aankoop bij
gedragen.