Droomkeuken is een nachtmerrie
Zangeres heeft soms heimwee
Klem gezet in 'malle
molen' van supermarkt
Het Gesprek van de Dag
Theo Bakker
tb
Vissersleids
'Pijp roken
geeft rust'
ZATERDAG 26 NOVEMBER 1994
MFamilie Riksman kookt van woede
a'Een wandelingetje in de keuken
;van Leen en Coby Riksman is
een tocht vol verrrassingen.
I Om in de koelkast te kunnen
graaien, dient het Hazerswoud-
se echtpaar eerst een kastdeur-
tje open te doen. En er zit geen
handgreep op die kastdeur. En
de deur gaat verkeerd om open.
Jammer, want zo hadden ze het
spul toch niet besteld bij Kui
pers Keukens in Roelofarends-
Dat geldt oók voor de vaatwas
ser die scheef staat. En wat te
zeggen van het keukenkastje
waar ze de spullen van bovenaf
uithalen? En waarom kan dat
kastje daar beneden alleen met
de voet geopend worden? Trou
wens, waar zijn de deklijsten?
En waarom loopt het aanrecht
niet door en kijken we ineens in
een gat? „Er mist ook nog een
keukenkastje", zegt Leen. „Dit
is mijn Bouwvalkeuken."
Natuurlijk kan er iets mis gaan
tussen bestellen en afleveren,
maar een keuken met een der
gelijke hoeveelheid gebreken is
natuurlijk uitzonderlijk. Hoog
tijd om eens uit te leggen hoe
de vork in de steel zit. In het
kort dan, want Leen zegt dat er
gigantisch veel fouten zijn ge
maakt door Kuipers Keukens,
een bedrijf dat overigens on
langs een executieverkoop
hield.
Welnu, op 13 augustus bestelde
hij met zijn vrouw zijn droom
keuken. Voor juli 1994, want
dan zouden ze pas vanuit hun
huurwoning naar hun eigen
nieuwbouwhuis verhuizen.
„Maar in juli 1994 was de keu
ken er nog niet", sipt Leen. „Bij
na een jaar later." Er werd wel
een noodkeuken geplaatst en
Een kneuterige keuken. Coby en Leen Riksman hadden het ook graag anders gezien.
)ij hi
een particuliere loodgieter trof
al een paar voorbereidingen
voor de eigenlijke keuken.
Die kwam op 8 augustus. Zon
der vaatwasser. Zonder koel
kast. Op 10 augustus kwam ie
mand van Jong Services langs,
het bedrijf dat de keukens in
stalleerde voor Kuipers. Die
constateerde dat er sprake was
van een linkse in plaats van de
gevraagde rechtse keuken, zeg
het maar precies het spiegel
beeld van het gewenste blok.
Leen: „Maar bij Kuipers zeiden
ze dat ik de tekening van de
keuken maar beter had moeten
bekijken. Dat ik fout besteld
had. Maar ik heb nooit een te
kening gekregen. En geen or
derbevestiging. En geen aan-
sluitplan."
Op 19 augustus werd toch het
een en ander inelkaar gezet. De
gebreken werden genoteerd en
de goede spullen zouden wor
den bezorgd. Op 12 september
kwamen inderdaad de vaatwas
ser en de koelkast. Leen: „Maar
ze werden in een doos in de ka
mer gepleurd. Allemaal losse
schroeven, bouten en stukken
ijzer erin. En de heren vroegen
1100 gulden installatiekosten."
Kort daarop, dezelfde dag nog.
komt een monteur de noodkeu
ken ophalen. Coby: „In z'n een
tje. Ik moest dus helpen sjou
wen. Door de blubber." Met het
plaatsen van de nieuwe keuken
had de monteur naar eigen zeg
gen niets te maken. Na wat ge-
telefonneer komt de monteur
toch terug om even te helpen
met installeren.
„Weet je wat ik nog bijna het
ergste vind", zegt Leen. „Dat we
als een beest zijn behandeld. Je
wordt gewoon voor leugenaar
uitgemaakt." „Ze bluffen je af',
klaagt Coby. „Elke keer als er ie
mand kwam vroeg-ie meteen
om geld. Nog voor hij iets had
gedaan. Ik ben zelf verpleegster.
Als iemand bij mij doodziek
binnenkomt vraag ik toch ook
niet hoeveel hij op zijn giro
heeft staan?"
Over bluf gesproken: drie dagen
voor de executieverkoop komt
iemand van Kuipers langs. Om
te zeggen dat het allemaal wel
goed zou komen. „Dat was de
eerste keer dat er iemand van
Kuipers langs kwam", lacht
Leen.
Het resultaat is inmiddels be
schreven. Leen kan brieven
schrijven wat hij wil. hij kan be
zoekjes afleggen en telefoontjes
plegen, de keuken is en blijft in
deplorabele staat. Dénkt Leen.
Want juist die dag wordt hij ge
beld door iemand van keu
kengigant Verkerk uit Ter Aar.
Dat bedrijf verklaart zich bereid
gratis alle ongemakken te ver
helpen. „Eindelijk", zucht Leen.
HERMAN JOUSTRA.
Over 'contemplatie' hadden
kerkelijken het wel eens. Wat
er precies mee bedoeld werd
wist niemand, maar het klonk
verheven. Een beetje stilstaan
bij alles, daar ging het om, ge
loof ik. De zondagmorgen was
daar een geëigend moment
voor. Nog steeds kleeft die
sfeer aan de rustdag. De grote
klokken doen van bim-bam
en je moet de neiging onder
drukken het Kozakkenkoor op
te zetten. Onderdrukken,
want 'stilstaan bij' doen we al
even niet meer. Stilstaan is
achteruit gaan. Ons stilstaan
heeft alles weg van de dui
zendpoot die zich afvraagt
hoe hij zich voortbeweegt en
nooit meer een pas verzet.
Daarom vliegt de gewijde
zondagssfeer al snel naar de
strot en wenkt buiten. Eruit,
ergens moet reuring zijn.
Ha, daar groepen mannen sa
men rond een visser. Die slaat
af en toe een vette voorn uit
de Oude Singel, maar is toch
vooral in gesprek met zijn
supporters.
Sjaak weet nog dat voor de
oorlog alle vis werd gebakken
en opgegeten of anders be
waard in azijn. En vangen dat
je toen nog deed. 'Als je naar
Noord-Holland ging nam je
toch een jute zak mee om alle
vis in te doen,' zegt visser
Henk. 'Nee joh, voor de oor
log ging toch niemand naar
Noord-Holland om te vissen,"
verbetert Willem. 'Maar wat
hebben we een vis gevreten,
hé,' weet Koos. 'Ken je wel
zien aan Willem z'n kop. Die
hep een echte vissekop gekre
gen,' pakt Henk terug.
'Weet jij dan niet dat er één
Euromunt komt', vraagt Sjaak
aan Bram. Als iets dan 125,-
kost, moet je vijfentwintig van
die dingen betalen.' 'Ja. maar
dan moet wel Noorwegen er
bij komen', zegt Willem.
'Hebbie dat gehoord op de ra
dio. Zestig procent van die
Noren is tegen. Ze hebben
groot gelijk. Hadden wij ook
moeten doen, joh. Maar wij
moesten zonodig de grenzen
opengooien. Honderdnegen
tig culturen hebbie nou hiero.
We hebben het maar 's zwaar.
Wij moeten al die culturen le
ren en zij maar eentje en dat
verrotten ze. Nederland moet
altijd zo humaan wezen, maar
wel ten koste van zijn eigén
'Hebbie het gehoord van
Daaffie', verlegt Sjaak. 'Erg,
hé.' 'Wist ik vrijdag al', zegt
Henk. 'Dat kan helemaal niet,
juh, hij is zaterdag pas dood
gegaan,' roept Willem. 'Iets in
zijn keel had-ie. Eerst ging-ie
naar de dokter. Die zei dat het
een kou was. Maar je weet
het, als je langer dan veertien
dagen schor blijft, is het foute
boel.'
'En dat van Piet. van dat on
geluk, ook verschrikkelijk,
niet. Die betonwagen is zo
van achteren z'n auto ingerej-
en. Zijn vrouw had dat kind
niet in de riempies gedaan,
anders was die er ook ge
weest. Maar zij moet nog wel
effies hebben geleefd. Piet
had nog tegen d'r gezegd, dat-
ie er niks aan kon doen.'
'Het was wat met dat Neder
lands elftal, niet', begint
Henk, terwijl-ie met bevende
hand een brasem uit het wa
ter pakt, daai mee Willem de
opmerking ontlokkend: 'Een
brasem hep geen tanden,
juh.' 'Dat PSV erin trapt, in
zo'n vent, begrijp jij 'tV Sjaak
ook niet. 'Wat was dat dan
met die Vonk, juh. Dat zijn
toch terugspeelballetjes, die
schoten. 'Jonk, juh, professor.'
'En die Roy dan, die hep ook
maar één been. Maar ja, dan
zou-ie niet kenne lopen.'
'Maar ik ga wel over twee we
ken naar De Kuip,' hervat
Sjaak. 'Wat ga je daar doen
dan, Sjaak? Kerstkaarten ver
kopen?'
Als de mannen het vervolgens
over het Leidse voetbal krij
gen, hun klaverjassen in het
Volkshuis, en het opgooien
van twee kaarten tegelijk, is
de hilariteit compleet. Hun
oprecht gevoelde maar ver
keerde opvattingen over asiel
zoekers daargelaten zijn het
mannen met een heerlijke
hoeveelheid mooie verhalen.
Mannen die doen en niet 'stil
staan bij', 's Ochtends samen-
groepen langs de waterkant, 's
middags met een pijpie bier
in de hand een beetje kanke
ren op de scheids bij het voet
bal. Ik heb bij hen stilgestaan
en in tijden niet zo gelachen.
Is dat ook contemplatief?
Voor gehandicapten wordt het steeds moeilij
ker om in Leiden boodschappen te doen. Was
de supermarkt Hoogvliet aan het Levendaal
tot voor kort een van de gunstige uitzonderin
gen, sinds een week is ook deze winkel minder
toegankelijk. Het klaphek bij de ingang heeft
namelijk plaats gemaakt voor een 'draaimo
len'. Wie afhankelijk is van een rolstoel komt
zonder hulp de winkel niet rneer binnen.
Het echtpaar Nap keek bepaald niet blij toen
ze vorige week ontdekten dat het hek was ver
vangen dooreen 'draaimolen'. „We moesten
de hulp van het personeel inroepen om de
molen een stukje omhoog te tillen. Maar ook
dat was onvoldoende. Mijn vrouw werd bijna
door de molen onthoofd", vertelt Nap veront
waardigd.
Zaterdag deed het echtpaar werderom bood
schappen. Omdat het nogal druk was in de
winkel, tilde Nap de molen maar zelf omhoog.
„De situatie was iets verbeterd, mijn vrouw
had wat meer ruimte. Door haar hoofd schuin
te houden kon ze er net door. Maar door de
molen op te tillen, plette ik wel een aantal ap
pelen die achter het draaihek lagen opgesta-
Mevrouw Nap vindt het vreselijk dat ze zonder
hulp van echtgenoot of personeelsleden geen
boodschappen meer kan doen. „Ik vind het
schandalig", zegt ze. „Vroeger kon ik dat hekje
prima passeren, maar nu kan ik zelfstandig de
winkel niet meer in. En dat geldt niet alleen
voor mij maar voor meer gehandicapten."
de Professorenwijk, in
i omgeving
Nap consta-
Het echtpaar
een aangepaste woning en i
waar meer gehandicapten v
teert dat het voor hen steeds*moeilijker wordt
om boodschappen te doen in Leiden. „Steeds
meer winkels treffen dit soort maatregelen. Er
is zo langzamerhand bijna geen supermarkt
meer te vinden die niet zo'n draaihek heeft.
Dat is niet alleen voor gehandicapten lastig.
Ook mensen met kinderwagens kunnen moei
lijker binnenkomen.
Bedrijfsleider Odems van Hoogvliet zit duide
lijk met het geval in zijn maag. „Helaas zijn dit
soort maatregelen noodzakelijk in verband
met de criminaliteit", legt hij uit. „Door het
plaatsen van een draaihek hopen we de snel
heid terug te dringen, waarmee bijvoorbeeld
een dief of een zakkenroller weg kan komen.
Wij hebben het nieuwe hek geplaatst, omdat
klanten hierom vroegen en op advies van de
politie."
inmiddels hebben al meer gehandicapten de
winkel bezocht. Volgens Odems vindt nie
mand de nieuwe maatregel geslaagd, maar
hebben de meeste mensen er na uitleg wel be
grip voor. Op veranderingen hoeven gehandi
capten niet te rekenen. Maar mensen met kin
derwagens en rolstoelen hoeven wat hem be
treft niet te wanhopen. „Wij maken met liefde
dat hek voor ze open. Ook als het druk is. Al
onze personeelsleden hebben wat dat betreft
instructies gekregen.
Voor het echtpaar is dat onvoldoende. „Met
dit soort maatregelen ontneem je gehandicap
ten nu net dat laatste stukje zelfstandigheid
zegt Nap. „Mijn vrouw kan nu niet meer zon
der hulp de winkel in. Voor haar is dat vrese
lijk."
DORITH L
De Zangeres Zon
der Naam was af
gelopen weer te
rug in Leiden.
Voor de presenta
tie van haar boek
met daarin haar le
vensverhaal. „Nu
ik alleen ben, is
het verlangen naar
mijn geboortestad
sterker gewor-
Altijd gedacht dat met het ver
scheiden van commissaris Mai-
gret het internationale gilde van
pijprokers uit een soort eerbe
toon en masse dan ook maar de
pijp aan Maarten had gegeven.
Want de 'ouderwetse' pijproker,
die moet je vandaag de dag
toch zeker met een lampje zoe
ken. Mooi imago had zo'n man
trouwens. Rond hem hing een
sfeertje van gezelligheid en hui
selijkheid en zo op het oog was
hij de hele dag met niets anders
bezig dan met het stoppen of
ontstoppen van zijn pijp. Ie
mand dus met een hoge aai
baarheidsfactor. Type Chriet Ti-
tulaer, zeg maar, zij het dan dat
de bekende ruimtevaartdeskun
dige niet rookt. Zijn ze er nog of
zijn ze al lang uitgestorven, de
mannen van de lange adem?
A. van Duijn, directeur van het
IJmondcollege (voortgezet on
derwijs), is er nog. Al jaren rookt
de Katwijker met veel smaak
een pijp. „Het helpt me om me
ergens op te concentreren",
zegt hij. „Dat vind ik wel het
mooiste van een pijp. Voor G.
van Kruistum, voorziter van het
Katwijks Museum en eveneens
een bekend pijproker in de
kustplaats, ligt dat iets anders.
„Ik rook voor de smaak en de
geur. Dat er steeds minder
mensen pijp roken komt wel
licht door hun jachtige bestaan.
Ze nemen er de tijd niet meer
voor. Maar ik associeer pijpro
ken nog altijd met rust."
Van Kruistum mag dan de rust
zoeken, dat geldt zeker niet
voor elke pijproker. Het levend
bewijs daarvoor wordt bijvoor
beeld morgen geleverd in
Gouda alwaar pijprokers elkaar
de loef proberen af te steken tij
dens het nationale kampioen
schap Stenen Pijp Roken. Ook
een pijproker heeft af en toe be
hoefte aan een wat rumoeriger
verzetje.
De Zangeres Zonder Naam heeft eindelijk
haar boek geschreven. Nu kan ze haar aan
dacht weer richten op de toekomst. Ze wil
haar rust en geluk terugvinden en haar da
gen niet meer in eenzaamheid slijten. Maar
hoe dat precies gaat gebeuren, is voor haar
nog onduidelijk. „Ik heb geen echte plan
nen meer. Ik heb veel vrienden maar die
wonen allemaal ver weg. Daardoor krijg ik
wel eens I\eimwee naar Leiden. Naar de
straten waar ik heb gewoond, hoewel de
meeste daarvan al lang zijn verdwenen."
Mary werd er 75 jaar geleden in een krot in
de Weverstraat geboren. Ze trad in Leiden
op met haar broer Jerry en debuteerde er in
het Leidsch Revue- en Cabaretgezelschap.
Kortom, Leiden was haar stad. En is eigen
lijk nog steeds haar stad. Zeven jaar gele
den, toen ze afscheid nam als zangeres, viel
haar de eer te beurt tot ereburgeres te wor
den benoemd.
De Zangeres zal haar stad wel altijd in haar
hart dragen. „Nu ik alleen ben, is het ver
langen naar mijn geboorteplaats sterker ge
worden. Soms denk ik er aan om er weer te
gaan wonen. Terug naar mijn oude vrien
dinnen en mijn familie. Maar dan zou ik
ook weer andere vrienden en familie moe
ten achterlaten in Stramproy. Dus ik ben er
nog niet uit wat ik ga doen. Er zal vanzelf
iets gaan gebeuren, dat hoop ik toch."
Daar in Strampoy is zij ook ereburgeres.
Haar loopbaan begon ook pas echt in het
zuiden, nadat ze een contract had gesloten
bij Johnny Hoes. Het zou leiden tot kolken
de massa's in De Kuip en Paradiso, konink
lijke onderscheidingen en uiteindelijk het
verschenen boek. „Van mijn broers en zus
sen ben ik de enige die nog in Limburg
woont", zegt ze. „Ik heb al die tijd best kun
nen aarden tussen de Limburgers. Ik pas
me aan elke mentaliteit aan."
„Ik kijk niet naar onderscheid in ras of le
venswijze. Ik praat met iedereen omdat een
mens voor mij nog altijd in de eerste plaats
een mens is. Daardoor krijg ik altijd ver
trouwelijke reacties van allerlei mensen die
om hun kleur of gedrag worden uitgestoten.
Homofielen, lesbiennes, zwarte mensen of
gehandicapten. Ze zijn me allemaal even
lief. Ik voel me soms een beetje moeder van
een heel groot gezin. Van al mijn fans maar
ook van al die verschoppelingen. Soms zou
ik er bij iedereen wel in willen hameren dat
ze goed moeten leven, want dan kan het le
ven zo mooi zijn. Samen met elkaar."
De Jeanne d'Arc van de homo's werd de
Zangeres genoemd nadat ze een lied zong
tegen de Amerikaanse Anita Bryant, een in
middels vergeten leidster van een campag
ne tegen homoseksualiteit. Haar platenfir
ma vond die strijdvaardigheid commercieel
niet zo handig en nam de plaat uit de han
del. Bij de presentatie van het boek ver
scheen ook een cd met het omstreden
nummer uit 1977. Het hoort ook bij haar.
FRITS VAN OTTERDUK.
Readies en suggesties voor
"Gesprek van de Dag"
Telefoon 071-356444
of
Postbus 54,2300 AB
te Leiden
Bruikbare tips worden
beloond met een cadeaubon
von 25 gulden.