Bagger bedreiging
voor jachthavens
'Een echte visser gooit geen vis weg'
Regio
Vogels niet
verstoord
door aanleg
pijpleiding
Een goede
relatie
/^K K RO N vd?e JSfef
ZATERDAG 29 OKTOBER 1994
ALKEMADE MARIETA KROFT
De vogels in de Veender- en Lij-
kerpolder in Alkemade hebben
zich tijdens het broedseizoen
nauwelijks iets aangetrokken
van de aanleg van de kerosine-
leiding. Het aantal uitgekomen
eieren van grutto's was er in
vergelijking met vorig jaar zelfs
toegenomen: van 180 naar 208.
Er kwamen in deze polder
weliswaar minder kieviten uit
de schaal (249 in '94 tegen 366
vorig jaar) maar dat verschijnsel
is in meer polders van Alkema
de te zien. Dat gaat ook op voor
de tureluur (18 uitgekomen eie
ren dit jaar tegen 31 vorig jaar).
Dat blijkt uit de resultaten van
de Weidevogelwachtvereniging
Rijpwetering over 1994.
Dit voorjaar ontstond veel com
motie bij natuurbeschermers en
de gemeente Alkemade omdat
het ministerie van defensie
midden in het vogelbroedsei-
zoen begon met de aanleg van
de pijpleiding door de Veender-
en Lijkerpolder. Gevreesd werd
dat de vogels op de vlucht zou
den slaan en dat er van het uit
broeden van eieren niets meer
terecht kwam. Uiteindelijk wer
den de werkzaamheden stilge
legd en kwamen de partijen een
compromis overeen. Dat hield
onder meer in dat er gebruik
werd gemaakt van minder sto-
ringgevoelige technieken en dat
het werk in het meest vogelrijke
gebied werd uitgesteld tot na
het broedseizoen.
De afname van het aantal kie
viten in de Veender- en Lijker
polder is volgens secretaris P.
van der Ploeg geen gevolg van
de aanleg van de pijpleiding.
Waarschijnlijker is dat hier en
kele gegevens ontbreken omdat
een boer dit jaar geen vogel
wachter toeliet op zijn land. „Je
kunt er toch geen peil op trek
ken", zegt de Ripper, die al
meer dan 30 jaar door de pol
i der Ploeg: „Je kunt er toch geen peil op trekken."
FOTO BEN DE BRUYN
ders trekt. „Soms loop ik door
een gebied en denk ik 'verrek ik
ben een hoop kieviten kwijt'.
Maar dan blijken ze opeens in
een andere hoek te zitten, leder
jaar geeft weer verrassingen. Je
kunt eigenlijk het ene jaar ook
niet met het andere vergelijken.
De weersomstandigheden zijn
immers ook ieder jaar anders."
„In de Waterloospolder zijn
dit jaar veel meer vogels gesig
naleerd dan de afgelopen ja
ren", vervolgt hij. „Volgens mij
heeft dat te maken met de be
mesting. Deze polder werd een
soort natuurgebied dat niet
mocht worden bemest. Door de
verschraling van de grond zag je
de vogels wegtrekken. Vorig jaar-
is er toch weer ruige mest ge
strooid. Meteen zie je een enor-
me toename van vogels."
Voor de vogelwachter uit Oud
Ade is één ding wel zeker: het
vogelbestand in de Veender- en
Lijkerpolder is niet door de
werkzaamheden afgenomen. Of
de hevige protesten achteraf
overdreven zijn geweest, wil
Van der Ploeg niet zeggen.
„Misschien. Het meest storende
was wel dat als wij iets willen,
we dit en dat moeten regelen
om het voor elkaar te krijgen.
Nu wil de regering iets en dan
kan alles. Waarom konden ze
niet even een paar maanden
wachten met dit gebied? Er zal
wel een reden voor zijn, maar
die hebben ze ons niet duidelijk
gemaakt." Hij laat een overzicht
zien van andere gebieden in
Zuid-Holland waar vogelwach
ters erop uittrekken om nesten
te beschermen. Duidelijk blijkt
dat het hier, in deze ruim 1000
hectare die door 31 vogelwach
ters uit Alkemade in de gaten
wordt gehouden, om één van
de vogelrijkste gebieden van
Nederland gaat.
KEUKEN fê/j\
BADKAMERS
KASTEN
BEDDEN
Een royale showroom
o.a. 80 luxe keukens
30 badkamers
ruime keus: buro's
bedden
kasten
tafels/ stoelen
ardl
KOETSIERSWEG 7, SASSENHEIM TEL 02522-30481 FAX 02522-30563
v i »7 TcT-<ci T«ytt7T— I 1 I r A t r*—
Watersportverbond vern acht massale sluiting
Wanneer de rijksoverheid niet bijspringt, moeten de ko
mende jaren tientallen jachthavens in Nederland sluiten,
omdat de exploitanten geen geld hebben om de havens
uit te baggeren. Dat is de verwachting van secretaris P. de
Vries van het Koninklijk Nederlands Watersport Verhond
(KNWV) in Bunnik. Doordat de vervuilde bagge. niet
meer zomaar mag worden gestort, zijn de kosten van het
baggeren in een paar jaar tijd tien tot twintig maal zo
hoog geworden.
aan de Westeinderplassen
vreest ook dat de bagger steeds
meer problemen zal veroorza
ken. „Het wordt steeds ondie
per. Boten die diep steken kun
nen nu nog wel in de haven ko
men, maar die moeten gedeel
telijk door de modder heen en
dat is heel lastig. En er zijn al
mensen die met hun boot niet
meer in de boxen kunnen ko
men", aldus eigenaar B. Kern-
pers.
Angst voor sluiting heeft hij
niet. „Zo'n vaart /al het wel niet
lopen. Maar we hebben er wel
hinder van. En als het niet
grootschalig wordt aangepakt,
wordt het in de toekomst voor
heel veel jachthavens proble-
Geen hinder
Kempers is een van de weinigen
in de regio die ziet dat de bag
ger steeds verder zijn haven in
sluit. Bij jachthaven De Hippert
in Leimuiden verklaart eigenaar
l. van Zaane dat 'het aUemaal
wel meevalt'. „We hebben er
geen hinder van en er zijn nog
nooit klanten weggebleven.
Maar ik zou het natuurlijk wel
heerlijk vinden als het Noord-
einde weer eens uitgcl>ii|{gerd
zou worden." Ook bij de
Kaagsociëteit in Warmond
wordt geen hinder ondervon-
i de aangroeiende bag
Tot voor enkele jaren konden
de exploitanten van jachtha
vens - veelal watersportvereni-
ringen de begger gewoon op
de kant of op diepe plaatsen in
plassen gooien. 1 let uitbaggeren
kostte daardoor niet meer dan
ongeveer vijf gulden per kubie
ke meter. Op dit moment lopen
de prijzen op tot honderd gul
den per kuub, doordat de bag
ger alleen op een beperkt aantal
stortplaatsen mag worden ge
dumpt. In de toekomst is het de
bedoeling dat de bagger niet
meer wordt gestort, maar wordt
schoongemaakt. Dat kan oplo
pen tot circa 250 gulden per
kuub.
Jachthavens dreigen door de
ze oplppende kosten voor on
overkomelijke problemen te
aden gesteld. Voor zover De
Vries
jachthaven als gevolg van de
hoge baggerkosten gesloten.
Het betrof hier een haven in
Zeeland aan een water met eb
en vloed. „Door de getijdebe
wegingen is zo'n haven het
eerst aan de beurt om dicht te
slibben", aldus De Vries.
De Leimuidese jachthaven
het Kempers Princessepaviljoen
Hoewel een groot aantal
jachthavens het baggeren nog
wel even kan uitstellen, moeten
schepen met een wat grotere
diepgang steeds vaker buiten de
haven blijven. Daarnaast is het
bij sommige havens zinloos om
te baggeren, omdat het water
buiten de haven net zo hard
dichtslibt. Dat is bijvoorbeeld
het geval op de Kleine Poel, een
kleine plas in de noord-oost
hoek van de Westeinder plassen
bij Aalsmeer. Aan de Kleine Poel
ligt een aantal jachthavens dat
door het ondieper wordende
water steeds moeilijker te berei
ken is. In zijn functie van secre
taris van de commissie Milieu
zorg Pleziervaart overlegt De
Vries regelmatig met de rijks
overheid over de baggerproble
matiek. In de commissie zitten
naast de KNWV, de ANWB en
de Iliswa de ministeries van
verkeer en waterstaat, VROM,
landbouw en economische za
ken.
„De jachthavens nemen
steeds meer maatregelen om
vervuiling in de haven tegen te
gaan; i lei grootste deel van de
vervuiling komt nu van buiten.
Wij stellen ons daarom op hel
standpunt dal de overheid de
zaakt door de vervuiling van
buiten moet betalen", aldus De
Vries. Hij betwijfelt overigens of
het Rijk de tientallen miljoenen
die dit gaat kosten op tafel wil
leggen. „Op het hele budget van
rijkswaterstaat stelt het bedrag
niets voor. Maar als ze voor de
jachthavens een uitzondering
maken, komen ook de gemeen
les aankloppen en wie weel wie
nog meer. Ze zijn daarom niter-
mate voorzichtig"
Katwijkse schipper Willem van der Plas blijft na 50 jaar aan de wal
IJMUIDEN/KATWUK
Dan komt-ie weer eens thuis
na een week hard sappelen,
helemaal total-loss. Vragen z'n
kinderen en kleinkinderen:
Kom. Ga je mee dat en dat
doen. „Het liefste ga ik gewoon
naar de bank. Lekker liggen.
Even tijd voor mezelf." Sinds
deze week heeft Willem van
der Plas alle tijd van de wereld.
De 64-jarige Katwijker is, er
mee gestopt. Precies vijftig jaar
is hij als visserman'op zee ge
weest. „Ik zal dat sfeertje aan
boord wel missen. Maar fysiek
ben ik op. Voor mij hoeft het
allemaal ook niet meer zo."
Of Willem de Noordzee kent?
Een overbodige vraag eigenlijk.
Misschien nog wel beter dan zijn
woonplaats Katwijk, uiteraard
met uitzondering van de route
huis-kerk die Van der Plas twee
keer per zondag aflegt. Overal is-
ie op het water te vinden. Op
zoek naar vis. Mooie kabeljauw.
Of wijting. Eigenlijk alles wat in
z'n netten komt. Élke dag weer.
De dag ervoor was het niet
geweldig. De schipper van de
KW 173 Wilhelmina had samen
met de KW 137 Marijke 'ges-
pand', vakjargon voor het sle
pen van een net dat tussen de
schepen is gespannen. Totale
opbrengt van de reis: 6500 gul
den, te verdelen over de tien be
manningsleden en de eigenaren
van de schepen. Om maar te
zwijgen over de normale kos
ten. „Geen goede visserij", ver
telt Van der Plas terwijl hij bij de
Vissershaven in IJmuiden de
trossen losmaakt voor de vol
gende visreis.
Zo'n drie uurtjes had-ie gesla
pen. En nu staat hij geconcen
treerd zijn werk te doen. Laatste
radioverbinding met schipper
Huig Messemaker van de KW
137 Marijke. Beide schippers
varen al weer negen jaar 'in
span' voor de gebroeders Vooys.
Willem voor Arie Vooys. Huig
voor diens broer Gerrit. Ze ken
nen elkaar van haver tot gort.
Een half woord is genoeg. „Op
hoop van zegen", zegt Willem
van der Plas bijna bezwerend
terwijl hij vijftien mijl uit de
kust van IJmuiden de netten
neerlaat.
Met een vaartje van vier mijl
per uur vaart het span in zuide
lijke richting. Relaxed zit Van
der Plas achter het bedie
ningspaneel. Links een visplot-
ter voor de positie van het
schip, daarnaast allerlei meter-
tjes met snelheden en andere
gegevens. Bedieningspanelen
voor het manoeuvreren van de
netten. „Net een cockpit van
een helikopter", grinnikt Van
der Plas. Het heeft hem veel
moeite gekost om alle laatste
snufjes op communicatiegebied
onder de knie te krijgen. Heel
anders in ieder geval dan pak
weg 50 jaar geleden. De Katwij
ker kroop toen nog over het dek
van het schip voor de sortering
van de vis die daar even tevoren
was uitgestort, 's Nachts was
het om de beurt buiten de
wacht houden. Iedereen een
kwartiertje in verband met het
koude weer. En dan weer gauw
naar binnen. Bepaling van je
positie? Vroeger ging het ge
woon via de kaart. Maar zo door
de jaren heen leerde Van der
Plas de Noordzee op z'n duim
pje.
Vleet
Twaalf jaar was hij en net van
IS GEBASEERD OP WEDERZIJDS BEGRIP
Reclame maken is investeren. Niet alleen in geld en tijd.
Reclame maken is ook peoples business.
Het moet klikken tussen u en ons. Bel en vraag naar
Theo Luijpen of Michael Breel.
88 - postbus 366 - 2300 A] Leidat - telefoon: 071 - 89 93 66 - fax: 071 - 89 38 59
school getrapt. Z'n vader, ook
visser, had hem geïnteresseerd
voor de visserij. Dus ging de
jonge Willem met de bus naar
IJmuiden. Eind 1945 was het.
En IJmuiden lag in puin. Willem
ging als jongste knecht mee met
de KW 42, enige tijd later inge
ruild voor de KW 43. Het jaar
daarop volgden meerdaagse rei
zen. Óp haringvangst met een
vleet. Twee a drie weken weg
van huis. De vleet werd een bot
ter. Daarna weer een schokker.
Uiteindelijk werd hij benoemd
als schipper van de KW 30. De
laatste dertig jaar zit hij bij de
gebroeders Vooys, waarvan
twintig jaar als schipper op de
Wilhelmina.
Turend over het water vertelt
de Katwijker over z'n carrière
als 'eenvoudig visserman'. Over
de zestiger en zeventiger jaren,
een periode waarin alles kon.
Onbeperkte visvangst. Alles
ving-ie. Opgejut door collega
schippers die vrijdagmiddag op
de afslag de besommingen met
elkaar vergeleken. De wedloop
om de grote vangsten. De bo
men groeiden de hemel in. Na
afloop van elke reis weer het
zelfde ritueel. De vis werd uit
het ruim geschept en verdween
uiteindelijk via mandjes in kis
ten. De verkoop op de afslag ge
schiedde per kist. Alleen de
duurdere vissoorten als tong en
tarbot werden eerst gewogen.
Bedrijvigheid in de afslag en
in de haven. Vooral op maan
dag en vrijdag. Rijendik lagen
daar dan de scheepjes. Altijd
was het dringen om ijs in te
kunnen nemen. En vrijdagmid
dag of zaterdagochtend met de
bus weer terug naar Katwijk. De
NZH had zelfs een specialelijn-
dienst, zo populair was het tra
ject. Een bus gemist? Geen pro
bleem. Even een kaartje leggen
met collega's. Of een biertje
drinken. Je kende iedereen van
naam. Die gezelligheid is in de
loop der jaren grotendeels ver
dwenen, vindt Van der Plas.
Sfeer
De eerste trek van die dag. Tien
uur. Van der Plas kijkt teleurge
steld naar het resultaat van de
vistrek. Amper vijf kistjes. Tus
sen de spartelende vis een gi
gantische veenklomp. „Ik lijk de
turfschipper van Breda wel",
lacht de schipper. Z'n zeemans
pet diep over zijn ogen. Verder
een zwart t-shirt met bretels,
een spijkerbroek floddert om
zijn benen. Na overleg met z'n
collega-schipper stoomt Van
der Plas snel op naar een ander
gebied. Kijken of het daar wat
beter is. Duizenden keren moet
hij op die manier de Noordzee
hebben doorkruist. „Of ik me
wel eens verveel", herhaalt hij
de vraag. „De zee is elke dag an
ders. Altijd ben je benieuwd
naar de opbrengst. De sfeer hier
aan boord is ook prima. Af en
toe eens een boos woord. Da's
alles."
Nee, daarom stopt Van der
Plas ook niet. Het hoeft niet
meer voor hem. „M'n vrouw zie
ik alleen in het weekeinde. En
omdat ik altijd moe ben, heb
ben de kinderen ook niets aan
mij. Geen sociale contacten.
Niets gezamenlijks onderne
men, behalve de kerkgang. Elke
zondagavond ga ik weer prakki-
zeren: wat zal de komende
week brengen. Dan keek je
maar op je wekker tot je op
moest staan." Lachend: „Zeg
nou zelf, dit is toch geen leven?"
Maar leven of geen leven. In
de halve eeuw op het water
heeft Van der Plas best wat
meegemaakt. Moeiteloos lepelt
hij twee hoogtepunten op.
Twintig mijl ten westen van
Texel was het, zo'n twintig jaar
geleden op een stormachtige
dag. Kreeg hij een SOS door op
z'n kanaal. Een coaster in de
problemen. In de buurt waar hij
lag. Bij aankomst bleken vier
Arabische matrozen zich op het
zinkende schip te bevinden. „Ze
durfden niet met ons mee. Ze
wilden met het vliegtuig. Al
thans, die beweging maakten
ze. Dus ik de marine bellen.
Even later kwam een helikopter
ze ophalen." Dan dat konvooi
van Katwijkse schepen tijdens
de Watersnoodramp van '53.
Heeft hij toch zeventig Zeeuwen
geëvacueerd. Niet dat dat zo
bijzonder was. „Het was m'n
pucht."
Toch zal het hem hebben ge
stoken. Die reactie van de ge
meente Katwijk bij de aanvraag
voor een koninklijke onder
scheiding. De dochters van zijn
baas hadden de schipper ter ere
van diens 25-jarig dienstver
band voorgedragen voor een
lintje. „Hoezo," zou de betref
fende ambtenaar hebben ge
zegd, „heeft hij dan iets belang
rijks gedaan?" Van der Plas ver
telt het zonder enig rancune.
Ach, merkt hij even later op. „Ik
ben een tevreden mens. Ik heb
alles wat ik wil. Het is wel goed
zo. Door de jaren heen ben ik
milder geworden. Het hoeft niet
Regeltjes
Zo rond november vorig jaar
vertelde hij het Arie Vooys.
'Arie, ik zet er een punt achter.
Het is genoeg zo'. „M'n vrouw
wilde me meer thuis hebben.
En dan natuurlijk dat ik niet
meer tegen die druk kan." Maar
ook om een andere reden stopt
Van der Plas ermee. Al die regel
tjes, al die quoteringen, hij kotst
ervan. De overheid die in je nek
staat te hijgen, wachtend tot ze
je ergens op kunnen betrappen.
Vorige week bijvoorbeeld. Kreeg
hij dat schrijven in de brieven
bus: een boete van tienduizend
gulden. Alleen vanwege het feit
dat een gedeelte van een net
per ongeluk 48 mazen had ge
teld in plaats van de voorge
schreven 50. Dat soort muggen
zifterij.
Of een ander akkefietje. De
tranen springen nog in zijn
ogen bij alleen al de herinne
ring. Hij had te veel makreel ge
vangen, meer dan de toegesta
ne tien procent bijvangst. Maar
liefst 120 bakken met de mooi
ste makreel kon overboord wor
den gegooid. Vreselijk. Een ech
te visser gooit geen vis weg.
„Geef ons desnoods minder
zeedagen. Het gaat er ten slotte
om de overbevissing tegen te
gaan." Want dat er iets moet
gebeuren, daar is Van der Plas
het mee eens. Maar dat het zo
beroerd met de visstand is als
de biologen ons willen geloven,
gaat er bij de schipper niet in.
„Eind vorig jaar ging het ver
schrikkelijk slecht met de kabel
jauw. Je ving niets. Maar de af
gelopen maanden is er weer
veel kabeljauwbroed, kleine ka-
beljauwtjes. Die vissoort trekt
wel weer aan. Of neem nu gul
len en wijting. Het barst er mo
menteel van langs de Neder
landse kust."
„Alleen die prijzen, hè. Eén
gulden 'voor een kilo wijting.
Dat is haast vooroorlogs. Kabel
jauw levert ook weinig op van
wege die goedkope importen
uit Oost-Europa. Daar moet de
overheid iets aan doen." Van
der Plas kan het voorstellen dat
voornamelijk oudere collega's
het bijltje erbij hebben neerge
gooid en gebruik hebben ge
maakt van de saneringsregeling.
Maar wel met het resultaat dat
van de eens grote Katwijkse
rondvisvloot slechts een aantal
scheepjes nog in de vaart is. De
Wilhelmina blijft in ieder geval
vissen. Nieuwe schipper wordt
Willem Vooys, de 33-jarige zoon
van eigenaar Arie. Hij ziet geen
reden om ander werk te zoeken.
„Ik ben van jongs af aan opge
groeid met de visserij. Boven
dien zei men twintig jaar gele
den ook al dat de visserij geen
toekomst heeft. Ach, de hele
markt verschuift. Als je vroeger
horsmakreel ving, gooide je het
weg. Tegenwoordig kopen veel
in Nederland wonende buiten
landers deze vis. Schar, een an
der voorbeeld. De Japanners
zijn er gek op. Met als gevolg
dat je er een goede prijs voor
krijgt."
Precies half twee volgt de
twee trek. 'Een wereldtrek', ver
telt de schipper verheugd. De
netten zitten zó vol dat de in
houd over de twee scheepjes
moet worden verdeeld. T achtig
bakken, schat dè Katwijker.
„Kijk. Zo is de natuur ook weer.
Van te voren kun je er geen in
schatting van maken. Daarom is
de visserij zo leuk." Van der Plas
gaat naar z'n kooi. Even een
uurtje dutten. Trekt zijn gezicht
in een grimas. „Nog maar vier
dagen op zee. Verschrikkelijk,
hè. lakker niets doen. l-ekker
thuis zitten." Snel: „Al weiger ik
met m'n vrouw te gaan winke
len."
Ook Huig Messemaker stopt
De Katwijkse kotter KW 137 krijgt een nieuwe schipper. De
huidige schipper Huig Messemaker stopt er deze weck mee.
Messemaker heeft ruim dertien jaar op de KW 137 'Marijke' ge
varen. Het schip is eigendom van de Katwijker Gerrit Vooys.
Diens zoon, eveneens een Gerrit, wordt de nieuwe schipper,
De 58-jarige Huig Messemaker had vorig jaar al met het werk
kunnen stoppen. Het was echter zijn wens gelijktijdig met Wil
lem van der Plas, schipper van de KW 173 'Wilhelmina' zijn
loopbaan te beëindigen. Huig Messemaker en Willem van der
Plas hebben negen jaar 'samengespand', dat wil zeggen: met
één groot net tussen de schepen gevaren. Willem van der Plas
wordt opgevolgd door Willem Vooys, zoon van KW 173-eige
naar Arie Vooys.