Nooit meer op de fiets naar een ontsnapping Vrouw krijgt meer te zeggen in de kerk Feiten &Meningen Golfstaten en Tunesië stap dichter bij Israël MAANDAG 3 OKTOBER 1994 2 NIEUWSANALYSE Afscheid van hoofdofficier van justitie Jitta In Israël is gisteren met tevredenheid gerea geerd op twee nieuwe ontwikkelingen in het vredesproces: de gedeeltelijke opheffing van de economische boycot door de Golf staten en de bekendmaking dat Tunesië een belangenkantoor opent in Tel Aviv. De Golfstaat Qatar /.al waarschijnlijk binnen kort eenzelfde slap nemen. Het besluit van de Tunesische regering werd verwacht, nadat een maand geleden Marokko aankondigde dat het diplomatieke betrekkingen met Israël zou aanknopen, op het laagst mogelijke niveau. Omdat het op dit moment nog niet duidelijk is of de Israë lische vertegenwoordigers in Tunis diplo matieke status zullen krijgen, is hel wat voorbarig om in het geval van Tunesië te spreken van diplomatieke relaties. Maar in ieder geval zullen Israëliërs binnenkort te recht kunnen in een Tunesische vertegen woordiging, die zal worden gevestigd in de Belgische ambassade in Tel Aviv. I let kan toor zal zich voorlopig vooral bezighouden met economische betrekkingen tussen de twee landen. Die bestaan immers, net als met Marokko. Fr zijn zelfs Israëlische bedrijven die han del drijven met Saudi-Arabië en andere Golfstaten. Die handel verloopt in de regel via derde partijen en wordt niet aan de gro te klok gehangen. Het besluit van de Golf staten hun economische boycot van Israël gedeeltelijk op te heffen het afgelopen weekeinde in New York bekendgemaakt zal daarin weinig verandering brengen. Flet slaat namelijk alleen op de secundaire en de tertiaire boycot. Dat wil zeggen: het op de zwarte lijst plaatsen van internationale bedrijven die handelsbetrekkingen onder houden met Israël, en de boycot tegen be drijven die zaken doen met firma's die met Israël handelen. Tot nu toe dienden Amerikaanse, Eu ropese en Japanse bedrijven die contracten wilden sluiten met een van de Golfstaten, een verklaring te tekenen waarin ze bevesti gen dat ze geen relaties hebben met Israël. Dat hoeven ze nu niet meer en dat betekent dal multinationale ondernemingen als Shell, Unilever, BP of Philips voortaan op grond van strikt economische overwegin gen kunnen besluiten al of niet in Israël te investeren. Vele multinationals, waaronder de ge noemde vier, hebben in het afgelopen half jaar al missies naar Tel Aviv gestuurd om de mogelijkheden af te tasten. Het Israëlische ministerie van buitenlandse zaken is opti mistisch, maar niet alle Israëlische econo men zijn ervan overtuigd dat de opheffing van de boycot voor een toevloed van inves teringen zal zorgen. Israël heeft een geringe afzetmarkt en het vredesproces met de Ara bische buurlanden en de Palestijnen is nog verre van voltooid. Ondertussen betekent het onder Ameri kaanse druk genomen besluit van de Golf staten wel dat de Arabische boycot van Is raël, die de laatste jaren steeds minder voorstelde, nu niet veel meer voorstelt. Het vredesverdrag van Israël met Egypte en, re center, het akkoord met de PLO, de verge vorderde besprekingen met Jordanië en de toenadering tot Marokko en Tunesië, maakte de positie van de Golfstaten die het vredesproces altijd hebben gesteund steeds merkwaardiger. Dat de boycot economisch niet veel meer voorstelde, neemt niet weg dat het besluit van de Saudi's en hun buren politiek gezien van grote betekenis is. Daarop wijzen ook de furieuze reacties van landen als Iran, Li bië, Syrië en Libanon. Nog vorige maand was Syrië er op een bijeenkomst van de Arabische Liga in geslaagd een voorstel tot opheffing van de secundaire boycot te tor pederen. Op 30 oktober begint in de Marokkaanse stad Casablanca een driedaagse economi sche topconferentie over het Midden-Oos ten, in aanwezigheid van de Amerikaanse president Bill Clinton en Boris Jeltsin. Vol gens Israël houdt de boycot-opheffing door de Golfstaten ook verband met die bijeen komst. TEL AVIV AD BLOEMENDAAL CORRESPONDENT Weg vanwege zijn omstredenheid? Onzin. Omdat hij op koninginnedag zijn lintje weigerde? Ook al niet. Vanwege ontoelaatbare deals met criminelen dan misschien? Allemaal uit de lucht gegre pen. Hoofdofficier van justitie A. Josephus Jitta is simpelweg gevraagd om op het ministerie aan de slag te gaan, zegt hij. „Ik had natuurlijk kunnen weigeren en in Alkmaar kunnen blijven zitten." Gelaten hoorde hij het Grote Gissen aan. „Het is voor de buitenwereld kennelijk moeilijk te aan vaarden dat er niks aan de hand is." Een excursie, rond 1960. Een strafrechtdocent regelde voor een groepje studenten van de Universiteit van Amsterdam een uitstapje naar een gevangenis. In het groepje jongeman Jitta, zoon van een Alkmaarse bankdirecteur. Een student die rechten was gaan doen omdat het 'zo lekker kort was en omdat je er alle kanten mee uitkon'. „Voor ik die studie begon, had ik geen idee wat zou gaan doen. Dat veranderde toen ik in dat dispuut kwam waarmee we die gevangenissen van binnen bekeken en waar mee we strafzittingen nabespraken." Strafrecht werd zijn specialisatie. „Civielrecht is voor een groot deel te herleiden op geld kwesties. In het strafrecht gaat het in de eerste plaats om de mensen. De betrokkenheid bij slachtoffers en daders is voor mij een voortdu rende drijfveer geweest. Dat is het eigenlijk nog steeds." En zo kreeg Alkmaar een écht Alkmaarse offi cier van justitie. Eentje die op de fiets naar het Huis van Bewaring Bergerhout kwam als daar een ontsnapping was. Eentje die 's nachts op het politiebureau langskwam als er vragen wa ren in een onderzoek naar grote brandstichtin gen. En eentje die (ook na jaren) verdachten nog bij naam en toenaam kent. Zelfs vaak bij houdt wat ervan zijn 'klantjes' is terechtgeko men. Er was een tussenstation: als advocaat-gene raal werkte Jitta vanaf eind 1977 bij het hof in Amsterdam. In 1982 keerde hij alweer terug naar zijn geboorteplaats. Nu als hoofdofficier. Twaalf jaar later, bij zijn vertrek, heeft de rechtbankpresident het over 'een kenmerken de periode Jitta'. Logisch, want de hoofdofficier drukte zijn stempel op grote drugzaken en moordonder- zoeken. Werd voortdurend in verband ge bracht met 'de harde lijn' en het optimaal ge bruiken van gaatjes die de wet de opsporings ambtenaar biedt. Jitta: „Daar waar geen rege ling is en waar ruimte bestaat, moet je die be nutten. Uiteraard binnen de beperkingen van de wet, maar het nemen van risico's hoort daarbij." Kenmerkend voor Jitta: bij cellengebrek be sprak hij het idee van meerdere gedetineerden in één cel. Hij wilde af van mistige praktijken rond euthanasie en nodigde de artsen uit open kaart te spelen met justitie. Landelijke faam verwierf de hoofdofficier als mede-ontwerper van de Plukze-wet waarmee de misdaadsector sinds vorig jaar financieel kan worden uitge kleed. Hij praat openlijk over het onderhandelen met kleine criminelen om de grote jongens te kun nen pakken. „De richtlijnen over deals met cri minelen moeten in mijn ogen worden ver ruimd. De misdaad-hoek is een informatie bron die je niet kunt verwaarlozen. Stel dat er een crimineel is die zegt dat hij weet wie Jaap van der Fleiden heeft vermoord. Dan moet je toch niet op voorhand zeggen: 'met zo'n man praat ik niet'? Uiteraard moet je zo'n gesprek met omzichtigheid omkleden, want in het milieu zijn ze niet altijd even betrouwbaar. Maar het is juist de uitdaging om langs die voetangels en klemmen te komen." Hij heeft de naam hard te zijn, speurend naar het grote drugwerk? Zelf vindt hij dat het toe gemeten imago grotendeels berust op een sa menloop van omstandigheden. Omdat hij als liefhebber van zeezeilen toevallig onderzoeken met drugschepen in handen kreeg. „Het op pakken van de Lammie bij Den Helder heeft bijvoorbeeld erg veel aandacht gehad. Dat ik die zaak deed, kwam alleen omdat ik destijds ongeveer de enige officier was die bakboord en stuurboord uit elkaar kon houden." Ook bij het aanhouden van roofovervallers van de Alkmaarse Grosmarkt was zijn taak naar ei gen zeggen niet meer dan 'verantwoordelijk heid nemen'. Nadat destijds bij de politie de tip was binnengekomen dat er een overval aan zat te komen, gaf Jitta toestemming voor het formeren van een arrestatieteam. Om de buurt te beschermen, was de opdracht om de daders op hun vluchtweg aan te houden. Dat lukte. Maar er werden auto's geramd en de verdach ten belandden na en spectaculaire aanhou ding geboeid op straat. „Toen heb ik wel even peentjes gezweet. Zo'n beslissing gaat je niet in je kouvve kleren zitten. Want als er wat zou zijn misgegaan, had ik mij daarvoor verant woordelijk gevoeld. Successen, jazeker. Toch wilde het nooit zo erg vlotten tussen Jitta en de media. Dat zijn inzet hem de naam 'omstreden' opleverde, doet hem zeer. „Als serieus aan mij of mijn werk was getwijfeld, was ik nooit hoofdofficier ge worden of gebleven. Dat er desondanks een geur van omstredenheid aan mijn persoon is blijven kleven, daar heb ik schade van onder vonden." „Soms heb ik het zelf ook niet handig gedaan. Bij het bedanken voor het lintje had ik beter gewoon kunnen vertellen waarom ik dat deed." Waarom dan? „Omdat ik vind dat de lintjesregen tot een automatisme is verwaterd. Een lintje krijgen alleen omdat ik een aantal jaren mijn werk heb gedaan, vind ik onzin. Daarbij staat het stelsel van rangen en standen bij de lintjes me tegen. Want waarom moet ik een ander lintje krijgen dan een bode?" Naast onhandigheden herinnert hij zich ook een actie die hij achteraf als fout erkent. „In een zaak had ik te maken met een verslaafde woninginbreker. Het bekende beeld van een man die meermalen was vastgezet. Een psy chiater noemde hem in zijn rapport 'volledig ontoerekeningsvatbaar'. In de rechtszaal eiste ik daarom in plaats van straf een gedwongen verpleging in een psychiatrisch ziekenhuis. Dat betekent ongeveer datje de verdachte elke verantwoordelijidieid als mens ontneemt. Dat je hem 'tot plant verklaart'. Bij nader inzien zeg ik: ik had het standpunt van de psychiater toen naast me moeten neerleggen en de ver dachte in zijn menselijke waarde moeten la ten. Die man hebben we trouwens in de rechtszaal nooit meer teruggezien." Jitta's thuisfront is allang blij dat hij wat anders gaat doen. Eindelijk zijn naam eens uil de pu bliciteit. Eindelijk eens af van de bedreigingen en de nachtelijke telefoontjes van beschonken veroordeelden. Nooit meer politiemensen voor de deur die zijn vrouw in spannende tij den naar haar werk moeten begeleiden. „Dat soort dingen zijn heel vervelende kanten van het werk. Maar het zit in mijn rol. Sommige veroordeelden zien de officier nu eenmaal als boeman." Opgelucht, bij zijn vertrek? ,,Ik ga weg met ge mengde gevoelens. Op het werk als hoofdoffi cier was ik nog lang niet uitgekeken en ik ga ervan uit dat ik weer terugkom in de praktijk van de strafrechtpleging. Mijn rang en titel blijft ook die van hoofdofficier van justitie. Maar nu gedetacheerd op het ministerie." In typische overheidstaal heet zijn nieuwe baan 'manager van grootschalige projecten als de nieuwe aanpak voor jeugdcriminaliteit'. „Er is nog geen concrete invulling voor en dat vind ik eigenlijk wel aantrekkelijk. Het biedt me de mogelijkheid om mijn ervaring en achtergrond te benutten op een manier die me zelf zinvol lijkt." ALKMAAR «JAN VRIEND Paus opent bisschoppensynode over religieuzen Wat is de plaats van de vrouwelijke religieuze in de kerk en wat kan er worden gedaan om de leegloop uit de kerken tegen te gaan? Dat zijn enkele zaken die centraal staan op de bisschoppensynode voor religieuzen die tot en met eind oktober in het Vati- caan wordt gehouden. Met een mis in de Sint Pieter heeft paus Johannes Paulus II de bisschoppensyno de gisteren officieel geopend. De synode gaat vooral over de positie van de vrouw in de 'macho-kerk'. Onder de 348 deelnemers zijn 7 patriarchen, 39 kar dinalen, 60 aartsbisschoppen, 118 bisschoppen en 90 priesters. Nederland is vertegenwoordigd door bisschop Wiertz van Roermond. De synode komt enigzins tegemoet aan de, zeer voorzichtige, roep om meer 'inspraak' en gelijkwaardigheid binnen de kerk. Voor het eerst mogen vrouwen meedoen, een van de secretarissen van de synode is zelfs een Het afnemend aantal vrouwen in de kerk is ook een bron van zorg voor het Vaticaan. Veel aandacht is weggelegd voor de positie van de vrouwelijke reli gieuze. er zijn 680.000 vrouwen tegen 230.000 man- Pater Marcello Zago, speciaal secretaris van de sy node, zei gisteren in een interview in de krant van het Italiaanse episcopaat, L'Avvenire, dat het niet juist is te spreken van een 'macho-kerk'. De inter viewer had hem gewezen op het feit dat slechts 59 van de 348 deelnemers aan de synode v zijn. terwijl de vrouwen met zeventig procent de overgrote meerderheid vormen onder de gewijden. „Laten we vooropstellen dat een synode altijd een bisschoppen-aangelegenheid is. Dat er 59 vrouwe lijke toehoorders en experts aanwezig zullen zijn, is een waar record. Zij kunnen bovendien op alle ni veaus aan de discussies deelnemen", aldus Zago. Abdis Lilia Capretti, voorzitter van de vereniging van Italiaanse moeder-oversten, is voorzichtig als het gaat om de 'roep om gelijke kansen', zoals die ten hore ii gebracht door de Internationale Vereni ging van Moeder-oversten UISG. „De kerk heeft de afgelopen tijd in tal van documenten een grote be reidwilligheid getoond. De weg die we nog moeten afleggen, is lang, maar de wil om samen te lopen, bestaat zeer zeker", aldus Capretti. Tijdens zijn preek sprak de paus zich uit voor nieu we vormen van religieus leven. Hij riep de religieu zen op tekenen van vreugde en hoop te zijn tegen over de voortschrijdende leegloop uit de kerk (secu larisatie). 'de grootste armoede van de huidige tijd'. Volgens de paus is nu. na de synodes over het chris telijke gezin (1980), het leven van de leken (1987) en de priesters in de kerk (1990), het moment aan gebroken om uitgebreid stil te staan bij de religieu ze instituten. Hij riep verder op tot gehoorzaam heid en kuisheid. De 74-jarige paus. wiens rechter dijbeen na een val in april nog niet volledig genezen is, leek tijdens de meer dan twee uur durende mis gisteren in betrekkelijk goede conditie. Hij sprak de 10.000 aanwezigen, onder wie ook Moeder Teresa uit Calcutta, met vaste stem toe. Om gezondheids redenen stelde de paus onlangs nog een bezoek aan de Verenigde Staten een jaar uit. De paus zei gisteren dat hij hoopt dat de bisschop pensynode 'van speciaal belang is voor alle zonen en dochters van de kerk'. Eerder al had hij de hoop uitgesproken dat de synode tot nieuwe roepingen voor het gewijde religieuze leven zal leiden. Sinds de jaren zestig is het aantal religieuzen in de we reld, nu een miljoen, met ongeveer dertig procent afgenomen. Vrouwengroepen, waaronder de Internationale Unie van Generaaloversten, hebben de paus ook in een brief opgeroepen vrouwen in de rooms-katho- lieke kerk meer invloed te geven. Ze hopen dat de merendeels mannelijke deelnemers aan de synode gehoor zullen geven aan die roep om meer vrou wen op invloedrijke posities in de wereldkerk en het Vaticaan. De wijding van vrouwelijke priesters, die de paus in het voorjaar krachtig heeft afgewezen, zal tijdens de bisschoppensynode echter niet aan de orde komen. ROME EELCO VAN DER LINDEN CORRESPONDENT 'Gegrepen door de angst dat ik de pest had' De pest tast de geest aan lang voordat de ziekte een aanval doet op het li chaam. Gisteravond was ik er van overtuigd dat ik was getroffen door de pest. Mijn keel deed zeer en ik voelde me koortsig het was alsof de bovenkant van hoofd was uitgezet. Ik werd gegrepen door de duizeligmakende angst dat ik de pest had en ik stelde me voor hoe de ziekte met angstwekkende snelheid door mijn lichaam ijlde, langs een benedenwaardse spiraal van verslechteren de gezondheid, via koort sen en rillingen, om te ein digen met het uitputten van mijn longwanden. De paniek werd veroor zaakt door mijn bezoek aan de stad Surat, waar de pest op zijn hevigst is. Tot nu toe zouden vijftig men sen aan de ziekte zijn ge storven en 650 anderen zijn geïnfecteerd. De pest laat zich niet onmiddellijk bij de besmetting voelen. De dodelijke bacterie loert 72 uur tot 10 dagen voor zij een aanslag pleegt op het menselijk lichaam. Toen ik aan deze gevaarlij ke periode begon, was ik net terug bij mijn gezin in New Delhi. In gedachten ging ik terug naar Surat, om te probe ren te reconstrueren waar ik de ziekte kon hebben opgelopen. Was ik in het ziekenhuis te dicht bij een patiënt gekomen? Was het die oude man met lege ogen, die bewusteloos op de vloer van het zieken huis lag? Of het kind dat in een deken gewikkeld, on danks de verstikkende hit te, in de armen van zijn vader rilde van de kou? Of kan het gebeurd zijn op het perron? Was iemand in de hysterische mensen massa, die allemaal Surat probeerden te ontvluch ten, al besmet met de pest? Ik zal nooit de angstige ge zichten van de passagiers vergeten, toen ze me za gen, met mijn operatielap je nog voor mijn gezicht. Ik had me het comparti ment in moeten vechten, dat vol zat met winkeliers uit Bombay die terugkeer den van een pelgrimstocht uit de Himalaya. De passa giers waren bang om ook maar iemand uit Surat de trein in te laten. In mijn kantoor contro leerde ik mijn tempera tuur. Die was normaal. De hele nacht door nam ik mezelf steeds weer op nieuw de temperatuur op. Ik leed aan een zere keel en ernstige zwaarmoedig heid, verder niets. Verme nigvuldig mijn paniek met negen miljoen en u heeft een idee wat het is om tij dens de pest in New Delhi te wonen. NEW DELHI TIM MCGIRK THE INDEPENDENT A. Josephus Jitta: Het is voor de buitenwereld kennelijk moeilijk te aanvaarden dat er niks aan de hand is." Paus Johannes Paulus II bij de opening van de bisschoppensynode gisteren in Vaticaanstad. FOTO EPA MASSIMO CAPODANNO

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 2