Gekonkel en gekuip
in 'Een Sterke Man'
Vernietiging als
vorm van kunst
Krols Okaka's Wonderpark
doet geforceerd aan
Boeken
Vrouw-onvriendelijke
poëzie onder vergrootglas
DONDERDAG 29 SEPTEMBER 1994
Tandeknarsen met Renate Dorrestein
BOEKEN
RECENSIE HANS WARREN
Die vrouwen liefheeft, of haar veracht, 36
pag, geïll., fl. 10,-. Wie op een hele reeks
van zes boekjes uit de Slibreeks intekent
betaalt in totaal fl 36,-. Stichting Kunstuit
leen Zeeland, Kuiperspoort 22, Middel
burg.
De Slib-reeks onder hoofdre
dactie van drs A. de Bruyne pre
senteert met gepaste trots het
66e deeltje dat de intrigerende
titel draagt: Die vrouwen lief
heeft, of haar veracht, Middel
eeuwse gedichten over de
vrouw. Nader gepreciseerd: het
betreft uit het Hebreeuws ver
taalde gedichten die de vrouw
tot onderwerp hebben. Liefdes
verzen, maar ook andere. Ze
zijn op één na van de hand van
mannen en dateren uit de tien
de tot de vijftiende eeuw. Verta
lers waren Resianne Fontaine,
Emile Schrijver en Irene Zwiep.
In de poëzie uit de middel
eeuwen neemt de vrouw
meestal een zeer extreme posi
tie in. Ofwel ze is een verheven,
uit de verte aanbeden ideaal,
een prinses-achtige gestalte, of
wel een slang, een duivelin, er
enkel op uit om de man met
haar listen in het verderf te stor
ten. De Hebreeuwse poëzie uit
die periode maakt daar geen
uitzondering op. Naar de keuze
van de vertalers/samenstellers
te oordelen, lijken de vrouw-on
vriendelijke verzen verre in de
meerderheid te zijn. 'Hoe meer
vrouwen, hoe meer hekserij',
luidt de titel van de inleiding tot
dit mini-boekje.
Een dergelijke stereotiepe op
vatting over de vrouw bestond
dus al eeuwenlang. Het is niet
eens zo verwonderlijk dat nog
in de veertiende eeuw de ene
Hebreeuwse dichter in liefdes-
verwarring stamelend eindigt
met:
'Kom toch liggen, mijn lief,
(lat ik mij laaf aan jouw pracht,
Mij aan je verlokkende schoon
heid wijd, terwijl een ander iro
nisch zegt: Hier volgt een gulden
regel, waar ik mij steeds aan
hou: Vraag altijd haar advies,
maar doe het omgekeerde'.
Toch kon een anonymus om
streeks het jaar 1000 ook onge
geneerd dichten: 'Wat is liet
heerlijk haar te penetreren
Midden in de week, en op de dag
des Heren Wat kunnen mij
mijn vele zonden deren Op Jom
Kippoer laat ik me wel bekeren
Het boekje één bezwaar: het
gebruikte lettertype is zo mi
nuscuul dat je zeer goede ogen
danwel een vergrootglas nodig
hebt om het te kunnen lezen.
Jammer, jammer. En nog eens
jammer. Een Sterke Man, de
nieuwe roman van Renate Dor
restein, stond aanvankelijk aan
gekondigd als Addergebroed.
Een prachtige titel, die boven
dien de inhoud perfect dekt.
Dorrestein gunt de lezers van
haar elfde hoek een leerzaam en
ontluisterend kijkje in de hel.
Voor onze verbijsterde ogen
licht ze hel deksel op van een
kookpot vol jaloezie, haat, on
macht, onverwerkte trauma's
en hypocrisie. Wie graag milde
gedachten koestert over de ei
gen soort, laat Addergebroed...
correctie: Een Sterke Man, liever
ongelezen. U bent gewaar
schuwd.
Het verhaal begint bijna knus
van overzichtelijkheid. Barbara
Vrijman, beeldend kunstenaar,
is uitgenodigd om een periode
van ongekende artistieke groei
te komen doormaken in de
kunstenaarskolonie van Step
hen O'Shaugenessy, op het Ier
se platteland. Door de invitatie
is ze even vereerd als verrast. En
Barbara kan wel een opkikkertje
voor haar ego gebruiken, want
ze is net een jaar gescheiden en
heeft het drama nog niet hele
maal (dit is een understate
ment) verwerkt.
Arme Barbara, ze krijgt in Ier
land nauwelijks balsem voor
haar ziel aangereikt. Om te be
ginnen slingeren in de kunste
naarskolonie opzichtig knipsels
rond waarin haar werk door een
plaatselijke kunsthotemetoot -
sister Nancy, een non als kunst
critica! - van nul en generlei
waarde wordt verklaard. De ma
chiavellistische Stephen blijkt
zo zijn eigen methoden te heb
ben om het groepsproces te stu
ren en daarbij door artistieke
doorbraken bij 'zijn' kunste
naars te bewerkstelligen. Het
zou wel eens zo kunnen zijn dat
Barbara niet naar Ierland is ge
roepen vanwege haar kwalitei
ten als beeldend kunstenaar,
maar om de rol van splijtzwam
te vervullen. Dit leed is niet ge
noeg. Barbara raakt een haar ter
plekke in de schoot geworpen
minnaar, de van vitaliteit bijna
uit zijn broek barstende Ameri
kaanse lilliputter Felix, op wel
zeer alledaagse en troosteloze
wijze kwijt. Namelijk aan een
fatale Zuidamerikaanse schoon
heid. Deze manzieke Charlie is
door Dorrestein even efficiënt
als humoristisch geportretteerd.
Het boek is opgezet als een
vierluik. Na Barbara komen nog
drie andere bewoners van de
helse kunstenaarskolonie aan
bod. Hels, inderdaad, want het
leed dat Barbara Vrijman in
haar rugzakje met zich meetorst
en later nog op haar bordje
krijgt bijgeschept, is peanuts
vergeleken met de achtergrond
van de overige kolonisten.
Zo hebben we Marcus, een
oude man die zijn enige klein
kind, de lust van zijn leven,
doodgereden blijkt te hebben.
We hebben Katie, een alcoholis-
te op leeftijd die in Belfast op
groeide, door haar vader werd
misbruikt, en haar uit incest ge
boren dochtertje mishandelde.
Het kind werd doodgeschoten
- Menno Heling en Lex Her
mans. Prisma Vakwoorden
boek Kunst en Cultuur. Een
verzameling vaktermen op het
gebied van kunst en cultuur,
niet gericht op de benamingen
van stromen en stijlen. Er is
vooral plaats voor termen uit de
marketing, de bedrijfsvoering
en de grafische sector. De tref
woorden zijn voorzien van om
schrijvingen en van vertalingen
in het Engels, Duits en Frans.
De vertalingen staan in het re
gister met een verwijzing naar
het Nederlandse trefwoord. Ook
zijn er overzichten van overkoe
pelende organisaties in de
kunstsector, festivals en prijzen.
Uitg. Het Spectrum, 224 pag.,
24,90.
door militante protestanten.
Schuld en verdriet zijn in Kades
van drank doordrenkte geest
onontwarbaar verknoopt.
Belle, de vrouw van Stephen
O'Shaugenessy, heeft een zoon
tje met kanker, Beryl. Zijn vader
accepteert het kind niet - het is
een te opzichtige smet op zijn
bijna-goddelijke blazoen - en
daardoor is ook de liefde tussen
Belle en Stephen gedoofd.
Met het wisselen van per
spectief in het verhaal bewerk
stelligt Dorrestein dat diverse
zaken uiteenlopend en vaak
verrassend worden belicht. Een
bekende en effectieve schrijver
struc. Toch vind ik het jammer
dat Barbara als hoofdpersoon
losgelaten wordt.
Het onderlinge gekonkel, ge
kuip en de welig tierende frus
traties op de kunstenaarskolo
nie leiden uiteindelijk tot een
moord. Wie die moord heeft ge
pleegd en waarom, daar kun je
allerlei theorieën over hebben.
Motieven te over.
De zaken worden steeds inge
wikkelder, laat dat maar aan
Dorrestein over. In Een Sterke
Man komen weer allerlei ele
menten uit haar eerdere boeken
aan bod: de buitenissige plek,
drank als kwaaddoener, al
machtige moeders, machteloze
kinderen, en het overal sissende
en loerende Kwaad.
Wat ik jammer vind is dat er
ditmaal zo weinig mogelijkhe
den zijn om je met de persona
ges te identificeren. De boze
Barbara, de intrieste Katie, de
zielige tweelingzus Helen die
door haar andere helft ruw ver
laten wordt, de machtswellusti
ge Stephen die vergeefs toena
dering zoekt tot vrouw en kind
Renate Dorresteins 'Een Sterke Man' blijft een beetje afstandelijk. Misschien is het Renate Dorresteins meest
sombere boek tot nu toe. archieffoto pr
en dus eigenlijk ook zielig is - je
kijkt ernaar en tandeknarst om
hun lot. Maar echt met ze mee
voelen, dat lukt niet.
Ontaarde moeders, Dorres
teins magnifieke roman van
twee jaar geleden, greep onont
koombaar naar de strot juist
doordat je kon meevoelen met
de belangrijkste personages.
Een Sterke Man blijft toch een
beetje afstandelijk. Misschien is
het Renate Dorresteins meest
sombere boek tot nu toe, haar
beste vind ik het niet.
Carel Blotkamps studie over Mondriaan
Gem't Krol speelt met eerdere thema's als goed en slecht, hard en zacht. Maar hij wil 'verhalender' zijn.
archieffoto pr
Carel Blotkamp: „Deze foto toont een wonderlijk elegante Mondriaan.'
pr/arnold newma
literatuur
recensie nico keuning
Okoka's Wonderpark, Cerrit Kro! Quer-
ido, fl.27,50 - De reus van Afrika, uitg. Re
servaat, Heiloo, fl. 30.- giro 6318695
Okoka's Wonderpark is niet de
nieuwste speelfilm van Spiel
berg. Het is de titel van de pas-
verschenen roman van Gerrit
Krol. Het verhaal speelt in Nige
ria en in Engeland, in Lagos-
/Warri en in Londen. Het ver
schil tussen zwart en blank
wordt daarmee in wisselend
perspectief op soms aangrijpen
de wijze duidelijk gemaakt. Via
de achtentwintigjarige geoloog
John White (sic) zien wij de
voormalige Engelse zwarte ko
lonie door blanke ogen.
Toch onderscheidt John zich
van de andere Europeanen door
een bepaalde affiniteit, begrip
voor de Nigerianen. Hun trots
bijvoorbeeld en hun humor.
Krol herkent iets in die chaoti
sche samenleving: een bepaalde
orde. Krol geeft zelf een uiterst
humoristische beschrijving van
een drama op zee. Een man
dobberend in een stuurloos
bootje op de horizon. De man
gaat staan, zwaait om hulp,
duikt snel weer ineen om zijn
evenwicht te herstellen. De
strandmeester, op een duin ge
zeten, herkent het beeld niet:
'Het leek een dobber die, recht
op, regelmatig onder water ge
trokken werd en dan, losgela
ten, weer omhoog schoot.'
Volgt een beschrijving hoe de
man aan land wordt gebracht
en hoe er voor bewezen dien
sten wordt betaald. Maar er zijn
ook andere scènes, zoals het lijk
dat dagenlang op straat blijft
liggen, bedelaars en verkopers
die zich op de blanken storten,
de zorgvuldigheid waarmee een
boek wordt verkocht, hoe een
Kassier zelf de volgorde van uit
betalen bepaalt (in rangorde
van waardigheid en humor) aan
de twintig klanten die opge
propt in een smoorhete Kabine
op hun geld wachten.
De sterkste cultuurschok er
vaart John White als hij vanaf de
achterbank van een taxi een
hardloper naast zich ziet ren
nen en daarachter nog een. Jog
gers, denkt John, genietend van
de olympische kracht die de lo
pers uitstralen. Nog meer lopers
rennen in beeld. Dan ziet John
dat hier sprake is van een ach
tervolging. Een dief, die vervol
gens wordt gepakt en doodge
schopt.
Krol vlecht flarden van ge
sprekken van Europeanen door
het verhaal. Dat werkt goed.
Evenals de beschouwingen over
winnaars en verliezers, nonnen
en waarden. Door de tegenstel
ling tussen zwart en blank val
len alle beschouwingen over te
genstellingen als vanzelf in het
boek op hun plaats.
Ze zijn primitiever, luidt een
bewering van een Europeaan.
Provincialen zegt een ander.
Afrika als provincie van Europa,
omdat het telefoonnetwerk via
Europa werkt. Maar 'wij' zijn af
hankelijk van de satelliet: 'De
mensheid als provincie van de
techniek, of van wat men 'de
economie' noemt. Stel je dat 's
voor.' Wie is er in deze context
winnaar of verliezer?
Het verhaal begint in Lagos
en eindigt in Londen. John Whi
te, die als enige Europeaan 'niet
voor het geld' in Nigeria is, con
stateert na een jaar dat hij niet
is veranderd. 'Mijn target was
nul. En die heb ik gehaald,' zegt
hij tegen 'Moeder Afrika', een
blanke hoer, die later in Londen
door een Nigeriaan wordt ver
moord.
Krol verbleef zelf in Nigeria
van 1986 tot 1989. Hierover
schreef hij reportages voor de
Volkskrant die werden gebun
deld in De reus van Afrika. Van
deze stukken is in zijn nieuwe
roman niets terug te vinden. In
Okoka's Wonderpark speelt Krol
met eerdere thema's uit zijn in
drukwekkend oeuvre als goed
en slecht, hard en zacht.
Deze thema's worden onder
steund door treffende beschrij
vingen van voorvallen en be
schouwingen. Dat is voor mij
genoeg. Maar evenals in 'Om
helzingen' wil Krol meer 'vertel
len', 'verhalender' zijn. Dat
geeft ook deze roman iets gefor
ceerds.
boeken
recensie godert van golmjon
Mondriaan - Destructie als kunst, 264 p.p.
170 afbeeldingen in kleur en zwart-wit.
Auteur: Carel Blotkamp. Uitgave: Waan-
ders Uitgevers. Prijs: f 79.50
Misschien wat deelonderwer
pen, gedetailleerde thema's. Ca
rel Blotkamp, hoogleraar kunst
geschiedenis aan de Vrije Uni
versiteit van Amsterdam en
beeldend kunstenaar, heeft met
zijn boek Mondriaan - Destruc
tie als kunst, zijn laatste grote
tekst over de schilder van de
Nieuwe Beelding geschreven.
Over de atelierpraktijk van
Mondriaan.
In zijn boek heeft Carel Blot
kamp voor het eerst de theoso
fische teksten en ideeën van
Mondriaan direct met diens
werk verbonden. Een hachelijke
opgave die nog niet eerder door
een kunsthistoricus ter hand
was genomen. De teksten die
Mondriaan over zijn theoso
fische uitgangspunten en doel
stellingen schreef, behoren niet
tot de doorzichtigste. Eerder
vormen ze een vat vol tegen
strijdigheden die een geuan-
ceerde interpretatie van Mon-
driaans werk lange tijd in de
weg gezeten hebben.
Er bestaat op het oog een fric
tie tussen Mondriaans theoso
fische idealen en de manier
waarop hij die in zijn werk ge
stalte heeft willen geven. Een
frictie, die door velen als sto
rend wordt ervaren. De grote
verdienste van het boek is dat
Blotkamp door een nauwkeuri
ge vergelijking van Mondriaans
teksten met de schilderijen
minstens een aantal hinderlijke
misverstanden uit de weg
„Door het af te doen als zwe
verige onzin, zoals sommigen
doen, doe je niet alleen de per
soon maar ook zijn werk on
recht. Dan kom je al gauw uit
op omschrijvingen als 'rigide' of
'dogmatisch', terwijl Mondriaan
dat helemaal niet was. Dat wil
ik met mijn boek duidelijk ma
ken."
Beeldtaal
Een verwijt dat Mondriaan wel
wordt gemaakt, is dat hij buiten
de realiteit, buiten het leven
stond. Zo blijft hij zich met een
schijnbaar ijzeren discipline be
palen tot het creëren van een
universele, van de aardse wer
kelijkheid bevrijde beeldtaal ter
wijl er tijdens zijn leven toch
twee wereldoorlogen hebben
gewoed. Het is niet bekend hoe
Mondriaan daar als persoon op
reageerde, hij heeft zich er nooit
over uitgelaten. Dat wekt ge
makkelijk het beeld van een on
verstoorbare, rigide man.
„Er zijn meer mensen die
dingen in grote lijnen blijven
zien, los van de gebeurtenissen
om hen heen. Mondriaan dacht
heel ver in de toekomst. Je hoeft
niet in zijn ideeën te geloven
om zijn werk te kunnen waar
deren. Het lijkt gedresseerd en
getemd. Maar het zijn verre
gaande, rigoureuze acties! Het
commentaar van Barnett New
man op Mondriaan in het schil
derij Who is afraid of Red, Yel
low and Blue belicht een ver
keerde kant van Mondriaan.
Mondriaan deed minstens zulke
gewaagde dingen als Newman.
Ik vind in elk geval dat Mondri
aan veel verder ging. Ik noem
zijn schilderijen soms verheven
en dramatisch."
Veel misverstanden en specu
laties berusten op de grote on
bekendheid met het leven van
Mondriaan. Een meer biografi
sche benadering had mogelijk
meer helderheid kunnen ver
schaffen over de soms tegen
strijdige verhoudingen tussen
zijn werk en zijn ideeën.
Met zijn boek beoogt Blot
kamp ook een andere, gevoelige
kant van Mondriaan te laten
zien. „Die foto die Arnold New
man maakte van Mondriaan in
zijn atelier, die toont een won
derlijk elegante Mondriaan.
Niet voor niets open ik mijn
boek met die foto. Ik denk dat
hij zich soms wel eens los kon
maken. Ik heb niet de indruk
dat hij met iedereen zo formeel
omging. Zijn brieven over zijn
vriendin Toos Stieltjes getuigen
van een grote gevoeligheid en
zijn zelfs ontroerend. Want dat
kon hij ook: zich onvoorwaar
delijke overgeven en bekennen
tot iemand."
„Er wordt bij Mondriaan heel
gauw in termen van constructie
gedacht. Maar het is opheffen,
afbreken. Dat is specifiek voor
hem. Het gaat om een rigoureu
ze abstrahering van het beeld
en het stellen van de rigoureuze
verhoudingen tussen de ver
schillende elementen van het
beeld. Daarin was hij veel radi
caler dan Malevitsj. De destruc
tie als kunst!
Om die reden gelooft Blot
kamp ook dat Mondriaan van
alle Nederlandse schilders het
verst is gegaan in de gevolgtrek
kingen van het kubisme van Pi
casso en Braque.
„Mondriaan is de enige Ne
derlander geweest die de lessen
van de Kubisten heeft geleerd.
Hij heeft ook de leegte tussen
de volumes als volwaardige
component beschouwd. Dat
heeft hij theoretisch en schil
derkunstig goed opgepikt. Het
Kubisme is geen vereenvoudi
ging van een gezien beeld: een
stad, een landschap. Het is ver
beelden van hoe dingen zich tot
elkaar verhouden. Het is een
belangrijk moment van abstrac
tie. De volle leegte tussen de
dingen.
Hem stond een bevrijding
van de materie voor ogen die
voor alle mensen zou gelden.
En volgens hem kon je zo'n
staat alleen maar bereiken wan
neer je de bestaande bindinge
en verhoudingen zou afbreker
De schilderijen zijn dan oo
nooit soft. Het is radicaa
Scherp. Mondriaan heeft uitei
sten beproefd waarmee we no
een eeuw voort kunnen."