Aristide blijft een groot raadsel Twijfels over uitvoering akkoord Haïti Feiten &Meningen DINSDAG 20 SEPTEMBER 1994 JIEUWSANALYSE Ondanks opluchting dat een Amerikaanse invasie van Haïti is vermeden, ontstond gis teren snel twijfel of de overeenkomst met de Haïtiaanse junta over de machtsover dracht aan de gekozen president Aristide tot het gewenste resultaat zal leiden. President Clinton heeft, menen politieke analisten, handig een militaire operatie we ten te voorkomen waar een groot deel van het Congres en de publieke opinie tegen was. Maar het is niet zeker of hij zal slagen in zijn beleid om de democratie in Haïti te herstellen. Sommigen menen dat dit doel is ondergesneeuwd bij het akkoord, waarvan Clinton heeft gezegd dat de bescherming van Amerikaanse levens 'onze eerste priori- Critici zeggen dat het akkoord ex-president Carter onderhandelde, en dat voorziet in het aftreden van juntaleider ge neraal Cedras en twee andere militairen voor 15 oktober, in diverse onderdelen in tegenspraak lijkt met het tot nu gevoerde Amerikaanse beleid: Ondanks eerdere eisen van Clinton dat Cedras en zijn medewerkers direct aftreden, kunnen zij nu nog maximaal vier weken aan de macht blijven; Waar regeringsfunctionarissen steeds nadrukkelijk zeiden dat de juntaleiders Haï ti moeten verlaten, bevat het akkoord geen verplichting dat zij dit moeten doen; Hoewel Clinton persoonlijk vorige week de junta van een terreurbewind en grove schending van de mensenrechten beschul digde, zal het Haïtiaanse parlement hun amnestie bespreken. Terwijl de eerste van de 15.000 Ameri kaanse troepen aan land zijn gegaan, ver klaarden Carter en anderen dat Cedras en zijn collega's geen andere keuze hebben dan het akkoord na te leven. „Ze staan voor een militaire situatie waarbij al hun stappen tegen de aangevlogen troepen vruchteloos zouden zijn en praktisch zelfmoord beteke- Maar onafhankelijke analisten menen dat dit niet noodzakelijk de waarborg is dat Aristide, die in Washington in ballingschap leeft sinds hij drie jaar geleden bij een mili taire coup werd afgezet, op ordelijke wijze weer aan de macht zal komen. „Ik denk dat door het akkoord de militaire leiding wordt verdreven", aldus Ernest Preeg van het Centrum voor Strategische en Internationa le Studies. „Wat minder duidelijk is, hoe de overgang zal verlopen." „Het (Haïtiaanse) leger zal nauwgezet on der controle staan, maar de verdeeldheid in het land ligt dieper. Tweederde van de Haï- tianen heeft dan wel gestemd op Aristide, maar eenderde stemde tegen en zij contro leren het overgrote deel van de machts structuren." Zelfs Carter erkent dat hij zich zorgen maakt hoe te voorkomen dat Aristide'^ te rugkeer niet tot een burgeroorlog zal leiden. De verdreven president zelf beloofde vorige week in een toespraak hard te zullen wer ken aan verzoening in zijn land. Zijn aanhangers hebben minder vertrou wen dat de Haïtiaanse militaire leiders het akkoord zullen uitvoeren. Een van hen, voormalig ambassadeur Robert White, zei dat Cedras 'niet kan worden vertrouwd'. Volgens White betreurt het pro-Aristide kamp dat 'deze groep drughandelaren en moordenaars er vanaf komen met amnestie en worden behandeld als eerzame lieden'. Andere critici zijn nog afwijzender. Laurie Richardson van het Quixote Centre in Was hington is van mening dat het akkoord 'per se niet zal werken'. „Het is gewoon een nieuwe versie van het akkoord van Gover nors Island, maar dan zonder de regering- Aristide", verklaarde zij. De vorig jaar gesloten overeenkomst van Governors Island, genoemd naar de plaats in de haven van New York, voorzag in het aftreden van Cedras ten gunste van Aristi de. Maar Cedras kwam het niet na en voer de aan dat Aristide de voorwaarden ervan niet uitvoerde. „Het is mogelijk dat leden van de junta gaan zeggen dat dit niet de be doeling van het akkoord was, en dat ze na dere waarborgen eisen", zo meent Ri chardson. De een noemt hem een gevaarlijke gek, de ander een god „Haïti is het niet waard om Ameri kaans bloed voor te vergieten." Het was de afgelopen weken een veel gehoord argument in de VS tegen een invasie van Haïti. Veel critici voegden daar steevast aan toe: „En zeker niet voor Aristide." Men kon nog begrip opbrengen voor Bill Clintons behoefte de democratie in Haïti te herstellen, maar om Ame rikaanse soldaten in te zetten al leen om Jean-Bertrand Aristide weer in zijn ambt te herstellen, ging velen te ver. Temidden van alle loftui j tingen en kritiek op het Béden akkoord tussen de VS erfwet de Haïtiaanse militaire pet kj junta, was één geluid gitf? pol teren opvallend afwezigfi»iitl dat van Jean-Bertrand Aristide, misschien wel de belangrijkste figuur het Haïtiaanse drama. J De Haïtiaanse presidentj^T^ zweeg omdat hij, naar verluidt, allerminst blij i| met het akkoord, v de junta tot 15 oktober aan de macht kan blij- Lp h 1 ven. Aristide is boven- Lchi dien woedend dat in de |ers afspraken met geen woord wordt gerept oveL, zijn terugkeer. De a nestie die de militairen beloofd, betekent boven^É^ dien dat zij niet zullen ,u''1 worden gestraft voor de 1 duizenden moorden var e 8e de laatste jaren en zelfs un I niet eens het land hoe- ers ven te verlaten. c Volgens Aristides advi- e seur Burt Wides had de generaals nooit de kans fP SI geboden mogen worden*1 tot 15 oktober a blijven. Zij zullen v hem de komende vier weken gebruiken o veel mogelijk medestan-» ders van Aristide uit de weg te ruimen. De Ame- j rikaanse soldaten z hun daarbij weinig ii wegleggen. .01 Aristide tijdens een bijeenkomst op het Witte Huis. Achter de tafel vlnr: stafchef Sjalikasjvili, veiligheidsadviseur Lake, minister Christopher (buiten landse zaken) en president Clinton. foto epa De centrale figuur in het Haïtiaanse drama is nogal om streden. Velen in Washington, zelfs binnen de Clinton- regering, vertrouwen de 41-jarige president niet. On danks zijn plechtige beloften dat na zijn terugkeer 'geen wraak, geen vergelding' zal plaatsvinden, houdt men het hart vast. Aristide wordt niet beschouwd als een stabiele leider, die in staat is om de felle emoties die straks ongetwijfeld bij zijn terugkeer zullen ontstaan onder controle te houden. Clinton heeft Aristide laten beloven dat hij als zijn ter mijn erop zit, in februari 1996, zal opstappen. En niet voor niets: toen Jimmy Carter, die in 1990 de presi dentsverkiezingen bijwoonde, aan Aristide vroeg of hij een eventueel verlies zou accepteren, ontstak Aristide in grote woede. Hoe durfde Carter! Washington heeft in Haïti liever een president aan het bewind die even wichtiger is dan een gitaar spelende en zoete gedichten schrijvendepriester-politicus. Niemand heeft een helder beeld van de persoon Aristi de. De Amerikaanse geheime dienst CIA noemde hem in een omstreden rapport twee jaar geleden 'een ge vaarlijke gek en een moordenaar'. Zijn aanhangers zien hem als een 'goddelijke' figuur. Zelf vergeleek hij zich in een autobiografie vorig jaar met Robespierre, de hardhandige leider van de Franse revolutie. Maar hij zei onlangs 'toch liever een Gandhi te zijn', de ultieme pa cifist. Wie of wat Aristide werkelijk is, blijft echter een raadsel. Aristides ster steeg aan het eind van de jaren tachtig toen hij als priester-politicus het verzet leidde tegen de brute dictator 'Baby Doe' Duvalier. Bij de eerste demo cratische verkiezingen, in februari 1990, werd hij met overweldigende meerderheid tot president gekozen. Hij startte een economisch hervormingsbeleid, waarbij de overheidskosten werden teruggedrongen, nen werden geschapc politiesysteem werd c Maar hij toonde zich al meteen onverzoenlijk tegen over de militairen die decennia lang een terreurbewind hadden gevoerd. Hij verzette zich nauwelijks toen zijn aanhangers wraakacties ondernamen tegen militairen en leden van de TonTons Macoutes, de moordenaars van Duvalier. Zij bedienden zich daarbij van de 'hals band', een met benzine gevulde autoband die om de nek van de gevangenen werd gebonden en in brand ge- stoken. Vaak niet duizenden toeschouwi toeschouwers.,, In een rede uit 1992 juichte Aristide het gebruik van die 'halsbanden' toe, wat hem in de VS nog steeds wordt aangewreven. Het bracht het Vaticaan ertoe om Aristi de, die als linkse 'bevrijdingstheoloog' in de katholieke hiërarchie toch al niet geliefd was, uit zijn priesterambt te zetten. Aristide koos bovendien politieke vrienden als ministers zonder op hun deskundigheid te letten. Maar volgens velen is Aristide tijdens zijn drie jaar in ballingschap in de VS sterk veranderd. Clinton gelooft dat het Aristide ernst is als hij over verzoening spreekt, zoals vorige week vrijdag op het Witte Huis. Hij stak zijn hand uit naar de militairen die hij amnestie beloof; de en naar de zakenwereld. Aristide, die ondernemer schap ooit een 'doodzonde' noemde, heeft nu beloofd het vrije-marktsysteem in Haïti te zullen bevorderen. Een handicap is zijn gebrek aan politieke ervaring. Hij is niet zelden besluiteloos. Vorig jaar maakte hij de Amerikaanse regering razend met zijn aanhoudende aarzelingen om het akkoord van Governors Island te te kenen, op grond waarvan de militaire junta beloofde op te stappen. Uiteindelijk zwichtte hij onder zware druk van Clinton. Dat zijn gelijk later die herfst toen de generaals weigerden op te stappenwerd bevestigd, veranderde het oordeel over hem niet. P Ook de door Aristide benoemde premier Robert Malar werd vorig jaar ongeduldig met zijn president. MalvaE? deed zijn uiterste best om een bijeenkomst te belegg#1111 van gematigde groeperingen in Haïti (onder wie Arisflj de-tegenstanders) teneinde het militaire bewind op weldloze manier af te schudden. Maar Aristide wilde j daar niets van weten en bekritiseerde Malval vanuit woi Washington. Malval gaf eind vorig jaar op en stelde zifeen functie ter beschikking. ker! Enkele maanden geleden werd bekend dat de Ameriwee nen de telefoontjes van Aristide afluisterden. In een geh daarvan bekritiseerde Aristide de Amerikanen en liet pe 1 zich zeer anti-Amerikaans uit. Congresleden die de Do banden beluisterden, vroegen zich af Washington ie-mu mand moest steunen die de VS zo minacht. Maar an-pe derszijds beseft Washington dat zonder Aristide het prille democratische experiment in Haïti op dit mo ment weinig overlevingskansen heeft. WIM STEVENHAGEN Franse minnaars )A,wtHeiPaiwrt o* ONZE. ZwMRHe&tfOEvegSfMfo tWMedS, waom vri Wij va*. vEive veR- iTREKK»JÉ| VAuQeiP AAK) Fransen hebben een zekere re- ié^SÏ putatie als min- fcBTTBd naars. Met na- mS BH me in Angelsak- ^pari^^ sischélanden schijnt men te geloven dat Fransen 'het' bui tengewoon vaak, lang, met veel plezier en kunde doen. Ik heb me onlangs door een Engelse vriendin laten vertellen dat heel wat van haar landgenotes dro men van een French lover. Sinds ze er zelf een heeft, krijgt ze van landgenotes in ieder ge val regelmatig plagerige of zelfs lichtelijk jaloerse opmerkingen te horen. Waar de Franse reputatie op het gebied van l'amourvandaan komt, is onduidelijk. Komt het omdat het in Franse poëzie en chansons zo vaak om de liefde draait? Heeft het met de reputa tie van Parijs als 'stad van de liefde' te maken? Of ligt het aan het feit dat er in Franse films nogal vaak en uitbundig be mind wordt? Joost mag het weten. Maar ook zonder een diepgaande of we- tenschappelijkverantwoorde studie naar het onderwerp te hebben gedaan, ben ik er per soonlijk van overtuigd dat de mythe van de Franse i op weinig of niets berust. Het Franse weekblad VSD be vestigde die overtuiging onlangs met een gedegen verhaal over la vie trés privée des Francais. Het 'zeer intieme leven der Fransen'. Uit statistisch onder zoek blijkt dat een op de drie Fransen 'het' twee tot drie keer per week doet. Negentien pro cent zit op een gemiddelde van eenmaal per week, drie procent op eenmaal per maand en ne gen procent doet het nooit. Een kleine, maar harde kern doet het dagelijks. Als ze het doen, nemen Fransen er de tijd voor. De gemiddelde liefdesdaad duurt voor bijna een derde van de ondervraag den meer dan een uur, terwijl ruim 25 procent van de Fransen er minimaal een half uur voor uit trekt. Elf procent heeft ech ter aan maximaal een kwartier genoeg. Al evenmin erg buitensporig lijkt me het gegeven dat het overgrote deel van de Fransen de slaapkamer de ideale plaats vindt om het te doen, al schijnt nood de wet nog wel eens te breken. Volgens VSD heeft maar liefst 57 procent van de Fransen het 'wel eens' of 'meerdere ma len' in de auto gedaan, terwijl 15 procent bijzonder hartstoch telijke momenten in de keuken zegt te hebben beleefd. Dat alles zijn voornamelijk kwantitatieve gegevens. Of de gemiddelde Fransman een be tere minnaar is dan, bijvoor beeld, een Nederlander, Belg of Duitser valt daar niet uit af te leiden. Maar voor 43 procent van de Franse vrouwen bestaat de 'ideale avond' niet uit een romantisch en intiem samen zijn, maar uit een bezoek aan het theater gevolgd door een etentje in een goed restaurant. Zo mogelijk nog veelzeggender is het feit dat maar liefst 55 pro cent van de Francaises een goed boek verkiest boven het gezel schap van een verliefde man. Al evenmin erg vleiend voor 'French lover' is het gegeven dat 29 procent van de vrouwen zich tijdens het liefdesspel verveelt en dat maar liefst 36 procent van de Frangaises zegt dat ze heel goed zonder zouden kun nen. Slechts een magere 30 pro cent van de Franse vrouwen is tevreden over hun partner als HANS GERTSEN CORRESPONDENT Elke fabrieksbaan levert elders twee arbeidsplaatsen op De conjunctuur is een gecompliceerd ver schijnsel en wordt vaak ten onrechte als verklaring voor allerlei veranderingen van de economische bedrijvigheid ten tonele gevoerd. Zwakheden zoals te lage produkti- viteit, te hoge kostenniveaus, te geringe flexibiliteit en de moeizame en kostbare ontslagprocedures, zijn structurele tekort komingen die vooral in een neergaande conjunctuur pijnlijk voelbaar worden. De conjunctuur maakt structurele problemen zichtbaar, maar veroorzaakt ze niet. Voor de Nederlandse economie is export erg belangrijk (circa zestig procent van ons bruto nationaal produkt). De agro (voeding) gerelateerde produkten en diensten vormen daarbij een belangrijke en weinig conjunc tuurgevoelige factor. De industrie daarente gen is wel conjunctuurgevoelig, maar vormt ook het onmisbare draagvlak voor de ver nieuwing en de concurrentiekracht van de economie. De industrie zorgt voor circa twintig procent van de werkgelegenheid in ons land en neemt tachtig procent van de technologie-ontwikkeling voor haar reke- ning. Het aandeel van de industriële produkten in de Nederlandse export bedraagt circa ze ventig procent. Elke arbeidsplaats in de in dustrie creëert als afgeleide twee arbeids plaatsen in de toeleverende sectoren. De structuur van de Nederlandse economische bedrijvigheid rechtvaardigt de stelling dat een gezonde industrie de basis is voor een gezonde economie. Teneinde de hinderlijke conjuncturele schommelingen op landelijk niveau (ma cro-economisch) af te zwakken, is een aan tal maatregelen gewenst. 1Meer mondiale spreiding van de Neder landse afzetmarkten. Nu gaat 85 procent van onze export naar gebieden binnen een straal van slechts duizend kilometer rond Amsterdam. 2. Naast de kapitaalgoederen moeten ook de daarbij behorende onderhoudsdien sten, toepassingssoftware en gebruiks goederen worden geleverd. 3. Meer kennisintensieve industriële pro dukten maken, die de afnemer ook in. slechte tijden uit economische redenen tot aanschaf uitnodigen. Of liever nog, dwingen. 4. Meer geïntegreerde posities per bedrijfs kolom opbouwen van grondstof tot con- sumentenprodukt (clustering). Het Nederlandse bedrijfsleven maakt weer winst, minister van financiën Zalm rekent op extra belas tinginkomsten en de werkloosheid daalt. Kortom, de Nederlandse economie trekt weer aan. Is het hoge-drukgebied van blijvende aard of is een de pressie in aantocht? Veel zal afhangen van de re sultaten van de grote Nederlandse ondernemin gen. In een serie columns geeft een groot aantal top-ondernemers op deze pagina zijn mening over de economische ontwikkelingen. Vandaag geeft Jan Hovers zijn mening. Hij is voorzitter van de raad van bestuur van Stork in Naarden. Daarnaast is hij lid van de raad van commissarissen bij Atag, Fokker, Cap Volmac, Hoechst Holland en Peja, en is hij lid van de raad van advies van ABN AMRO. Deze macro-economische prioriteiten heb ben wij bij Stork op ondernemings(micro- economisch)niveau in praktijk proberen te brengen. Ongeveer de helft van de vier mil jard gulden omzet van Stork wordt gereali seerd via de verkoop van industriële syste men. Deze worden door de afnemers ge bruikt voor de produktie van primaire con sumptiegoederen, zoals bedrukte stoffen voor kleding en interieurdecoratie en voor de produktie van een veelheid van voe dingsmiddelen, variërend van zuivelpro- dukten tot vleeswaren. De investeringen in deze systemen nemen wereldwijd weer toe. Niet alleen in de groei markten in het Verre Oosten en Zuid-Ame- rika, maar ook in de traditionele westerse markten, zoals Europa en Noord-Amerika. Daar profiteert Stork van door meer nieuwe machines te verkopen en door levering van onderhoudsdienstenbedieningssoftware. onderdelen en goederen die nodig zijn voor een optimaal gebruik gedurende de gehele economische levensduur. De andere helft van de omzet van Stork be staat uit wat wij met de verzamelnaam In dustriële Dienstverlening aanduiden. Dit betreft een veelheid van diensten voor ont werp, bouw, onderhoud en rehabilitatie van de industriële en utiliteitsinfrastructuur in de regio's waar Stork zich met haar indus triële dienstverlening heeft gevestigd. Deze activiteiten volgen, zij het enigermate afge vlakt, de conjunctuurpatronen waarmee onze industriële klanten te maken hebben. Als macro-economisch gezien de conjunc tuur aantrekt, dan stijgt de vraag naar in dustriële ondersteuningsdiensten. Zij het met een vertraging van enkele maanden tot een jaar. Van de totale concernomzet wordt inmid dels circa tweederde buiten Nederland ge realiseerd waarvan weer de helft buiten de Europese Unie. Dit leidt tot een conjunc- tuurdempende geografische spreiding. Ook besteden wij bij Stork steeds meer aafl dacht aan de kennisintensieve produkten en diensten. Van de circa 20.000 medewerj kers werken er bijna 12.000 in Nederland. L Daarvan heeft meer dan 25 procent een I HBO of universitaire opleiding. Tien jaar geleden was dat nog slechts voor elf procer van onze medewerkers het geval. F- De conjuncturele ontwikkeling in de voor L onze export belangrijke markten ontwikkel, zich positief. Dat is gunstig voor Nederland en ook voor Stork. Dat mag echter onder I geen enkele voorwaarde leiden tot uitstel f van structurele maatregelen, noodzakelijk F om de mondiale concurrentiepositie van dl Nederlandse industrie te versterken. Met kracht moeten de structuurversterkende F maatregelen ter hand worden genomen, r Vooral gericht op het stimuleren van tech-F nologie-ontwikkeling,exportbevordering, L kostenflexibilisering,produktiviteitsverho-F ging en kostenverlaging. Dat laatste onder r andere door meer inkoop van componen- P ten in lage-lonenlanden, waarbij bovendia van de harde Nederlandse gulden kan v den geprofiteerd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 2