c
u
Leven en wonen
Pinda's en kralen
^Mummies maken
Kleurig carnaval
bij Frank Govers
Edgar Vos:
Stijl met 'n
verrassingseffect
Couture Heymans
weer 'Trés Max'
Molenaar: variaties
op het thema jasje
MAANDAG 19 SEPTEMBER 1994
7
SPREEKUUR
Lienekes moeder kwam met haar dochter
tje - twee en een half jaar oud - wat geagi
teerd de spreekkamer in. Het meisje was
die ochtend zoet aan het spelen geweest
met haar twee jaar oudere zus, die kralen
reeg. Moeder had op een gegeven moment
Lieneke enorm horen hoesten en daarna
huilen en ze vermoedde dat Lieneke zich in
een kraal had verslikt.
Bij luisteren over de tongetjes van het kind.
hoorde ik aan de rechterkant zachtere
ademgeluiden dan links en dat zou heel
goed kunnen passen bij een verstopping in
een van de luchtwegen, in dit geval dan
waarschijnlijk door een kraal. Het was dui
delijk dat hier meer onderzoek aan te pas
moest komen en ik verwees Lieneke naar
een ziekenhuis voor een röntgenfoto van de
longen en verdere behandeling. Op de foto
- zo bleek uit de brief die ik later van het
ziekenhuis ontving - was inderdaad een
vreemd lichaam gezien dat dezelfde dag
nog door de longarts was verwijderd. liene
ke kon meteen weer mee naar huis en alles
liep dus goed af.
Beschadiging
Bas had minder geluk. I lij had al zeker een
half jaar een hardnekkige hoest, die gewe
ten werd aan het fielt dat hij net naar da i>.i
sisschool was gegaan en dus door kontakt
met andere kinderen steeds nieuwe lucht
weginfecties opliep, wat heel normaal is.
Maar het was een naar hoestje en toen hij
op een gegeven moment koorts kreeg en
vieze prut ging ophoesten, werd ook van
Bas een röntgenfoto gemaakt. Bij hem wa
ren, net als bij Lieneke, in de rechterlong af
wijkingen te zien, maar ze waren veel uitge
breider: Bas had een echte longontsteking
en het leek erop dat ook bij hem 'iets' in de
luchtwegen zat. Dat 'iets' bleek een pinda te
zijn, die maar met moeite verwijderd kon
worden.
Zijn moeder wist toen te vertellen dat er
aan het begin van het schooljaar wel een
verjaarsfeest je was geweest, waarbij natuur
lijk ook wat borrelnoten waren geserveerd,
maar ze kon zich niet herinneren Bas ervan
te hebben zien eten. De ontsteking in de
long ging na het verwijderen van de pinda
niet goed over. Er was schade ontstaan in
het weefsel van de long zelf, waardoor
steeds opnieuw pus werd gevormd. Bas
moet in verband met deze afwijkingen de
komende jaren, en misschien wel levens
lang, antibiotica blijven gebruiken.
Kinderen hebben als ze klein zijn de nei
ging van alles in hun mond te stoppen. Dat
is de normale manier om de wereld te ont
dekken. Als de voorwerpen die als sahbelaar
dienen maar klein genoeg zijn, bestaat het
gevaar dat het kind zich verslikt en het
voorwerpje inademt. Afhankelijk van vorm
en diameter kan het blijven steken in keel,
luchtpijp of een van de luchtwegen. Bij ob
structie van keel of luchtpijp is het kind
meestal zo heftig kortademig dat er direct
ingegrepen moet worden.
Bronchoscopie
De longarts of keel-neus-oorarts kijkt dan
met een buigzaam kijkertje in de luchtwe
gen en verwijdert het ingeademde object.
Deze ingreep heet bronchoscopie. Als het
object klein is, zoals een pinda of een kraal,
komt het dieper in de longen vast te zitten,
zodat er minder klachten zijn. Meestal
komt het in de rechterkant terecht, omdat
de luchtweg van de rechterlong (de hoold-
bronchus) in het verlengde van de luchtpijp
loopt, zodat de kraal er als het ware auto
matisch inrolt.
Als een deel van de long van de buitenlucht
is afgesloten, treedt er infectie op. Vergelijk
dit met een gootsteen die verstopt is ge
raakt: er blijft water in achter, bacteriën
grijpen hun kans en al snel ruik je dat er iets
mis is aan de gootsteen. Zo'n infectie achter
een afsluiting kan, en dat is bij Bas ook ge
beurd, het longweefsel ernstig beschadigen.
Het is dus zaak om bij verdenking op ina
deming van een vreemd lichaam (aspiratie)
niet te wachten met een bezoek aan de
dokter. In de meeste gevallen waarin een
vreemd lichaam werd aangetroffen in de
luchtwegen, bleek achteraf dat een van de
ouders had gezien dat het kind zich verslik
te. Als een kind zonder verdere oorzaak
blijft hoesten en vooral als het daarbij
sputum opgeeft, moet u naar de dokter. Tij
dige ontdekking van een vreemd lichaam
kan enorm veel ellende voorkomen.
rB Uf
MARISKA KOSTER
arts
TUIN
dj
e*?a Van de Egyptenaren weten we dat ze zowel
s mensen als dieren conserveerden met be-
zor'hulp van kruiden en specerijen. Onder an-
>rn>dere schijnt mirre (een geschenk van de
P?1: Drie Koningen) ervoor geschikt zijn. Wij
a /doen het eenvoudiger.
Wij houden ons bezig met het conserveren
van takken en bladeren en helemaal eigen
tijds noemen we dat mummificeren. De ge
mummificeerde kamerplanten komen er-
aan. Kamerplanten dus die van oorsprong
lévend en echt waren en door middel van
a jj de een of andere behandeling levenloos
erj. maar 'net echt' zijn.
,as Kijk, dat gaat me te ver. Dat doet me den-
en ken aan bloemen en planten van plastic.
n Maar een paar kleurige beuken- of eiken-
bladeren in een vaas zie ik wel zitten. Het
trucje om ze houdbaar te maken ken ik al-
ICl lang, maar vroeger gebruikte ik de verkeer
de verhouding glycerine en water. Nu ken
ik het enige en juiste recept:
Pluk de takken als ze nog gaaf en niet ver-
1 kleurd zijn. Snijd schuin bij en verwijder de
onderste bladeren zodat er minstens 10 cm
.aa kale stengel overblijft. Vul een passend pot
je je (wel verzwaren anders valt de boel om)
lgei met gelijke hoeveelheden glycerine en wa-
ter. Zet de takken daarin en zet alles weg op
0(jj een koele donkere plaats.
sjJ Ga na 10 dagen kijken. Als het goed is, zijn
jprï de bladeren verkleurd en prachtig glan
zend. Laat ze desnoods nog een of twee da
gen in glycerine met water staan en gebruik
ze daarna ongegeneerd in huis. Er is géén
j water nodig. Dat kunnen ze niet meer op-
I nemen. Beuk, eik (vooral de Amerikaanse),
17,J klimop en magnolia
2,9 doen het voortreffe-
2.4 uik met deze wij26
7* van mummificeren.
3 5( men niet zozeer
4;a hele takken, maar al-
5.1! leen fraai gevormde
Lij bladeren mummifi-
8 3i' ceren dan kan ook.
3 51 Hiervoor legt men
8'3( losse bladeren in
2.0( een bakje met gelij-
ke hoeveelheden
water en glycerine.
Zodra ze verkleurd
ziin (meestai °°kna
een 8 tien^ wor~
^en ze uh het bakje
3,4) zacht zeepsop afge-
M wassen en op keu-
7 Or kenpapier te drogen
3,3j gelegd- Bladeren op
2*6 deze wijze geconser-
7,31 veerd, kunnen op
velerlei manier als versiering worden g
gj bruikt. Ik ken zelfs iemand die ze op het be-
hang heeft geplakt.
Ü2J LEZERSVRAAG
Oh, oh wat jammer dat E. MASSéUS UIT,
gj SANTPOORT die overheerlijke jutteperen te
20 laat plukt. Steen- en pitfruit moet geplukt
)*4C' worden als het 'plukrijp' is. Dat is als men
L7fl de vrucht gemakkelijk los trekt. Er heeft
zich dan namelijk een flinterdun kurklaagje
1 gevormd tussen steel van'de vrucht en de
j'7f, boom. Jutteperen moeten ongeveer twee
i'7C weken vóór ze rijp zijn geplukt worden en
,5Q op een donkere droge plaats gelegd om na
■3jj te rijpen. Wèl elke dag controleren, want
deze peren zijn maar enkele dagen lekker.
13(! Binnen de kortste keren worden ze 'buik-
'34 ziek'.
,80 En nu het probleem van het inmaken. Hier
•®J volgt mijn grootmoeders recept:
j Schil de peren, snijd ze in parten, verwijder
60 het klokhuis. Maak een stroop van 2 dl wa-
joc ter, 500 gram suiker, een pijp kaneel en
.70 eventueel een kruidnagel. Laat de peren
hierin een minuut of vier koken. Laat in het
L vocht staan tot ze afgekoeld zijn. Ze moeten
i0 zacht zijn maar toch stevig. Voeg dan per
'9C kilo peren (waarvoor het recept is bestemd)
40 3/« liter brandewijn toe. Iets meer mag, min-
Ojj der nooit. Dan is er kans op schimmel. Vul
4P zeer goed gereinigde stopflessen hiermee,
oo De brandewijn moet minstens 40% alcohol
80 bevatten.
50 MEVROUW VOGEL UIT LEIDEN be-
schermt haar winteraconieten zelfs met sa
téstokjes om het groen een kans te geven.
Maar de stokjes vallen om. Als ze de stokjes
in plastic limonaderietjes stopt, blijven ze
"j langer intakt. Overigens kan men met een
i gerust hart eenjarigen vlakbij en rond aco-
,dJj nieten zetten. Die redden het wel als men
de bolletjes maar niet beschadigt. Hoor ik
nog of het allemaal lukt? En dan het pro
bleem van de thunbergia die telkens de pot
uitgroeit. Een pot van 15 cm doorsnee lijkt
n j me genoeg voor deze plant. Een grotere pot
n geeft een grotere plant. Als dat niet gewenst
is, dan lijken die 15 cm prima. Daar moet
de plant dan maar vrede mee hebben.
Mensen wonen ook vaak in huizen die te
n klein zijn nietwaar.
Komt er bij u al tuinierend of wandelend
in de natuur een vraag op? Greet Buchner
zal proberen voor u het antwoord te vin
den. De vraag kunt u opsturen naar Dami-
-J ate Dagbladen, Postbus 507,2003 AP
_J Haarlem t.a.v. de redactie LEVEN EN WO-
NEN.
r zijn
Dit broekpak in een geel-zwarte ruit wordt iets bijzonders door er een
goudkleurig kanten gilet en een glimmende blouse met grote strik bij te
laten dragen en die steek niet te vergeten. foto jochem brouwer
Frank Govers, 35 jaar couturier, i
jubileumcollectie het Carnaval van Venetië t
uitgangspunt. Zijn show bleef dank zij een
stijlvastheid die welhaast on-Govers is van be
gin tot eind carnavalesk. Hoeden, kleuren en lijnen, al
les verwees naar de kleurrijkheid en excessiviteit waar
mee de betere klasse zich in het Italië van de renaissan
ce kleedde. Een thema waar Govers zich met zijn voor
liefde voor waanzinnige kleurencombinaties en zijn
dwangmatige hang naar theater prima bij thuis blijkt te
voelen.
Historische-optochtkleren, ontdaan van de typische
accessoires uit 't verleden maakt Govers tot kleding
voor de vrouw van nu. Broekpakken in Casanova-stijl
bij voorbeeld in zwart/gele ruit met aansluitende blou
se van goudkleurige kant of pakken bestaande uit strak
ke pantalon met bolerojasje die doen denken aan de
outfit van de Spaanse toreador. Ze ogen spectaculair
door de tops met dubbele kraag en manchetten die er
onder worden gedragen. Kortgerokte tailleurs in com
fortabele snit zijn voor vele gelegenheden bruikbaar als
de blouse wordt verruild voor een feestelijk geborduurd
plastron.
Voor officiële diners en partijen bedacht Govers ul
trakorte cocktailjurken met bijbehorende jasjes en jur
ken van geplisseerd lamékant met handgeborduurde
rechtvallende blazers. Maar ook 'positiejurken' van flu
weel en lamékant in gewaagde kleurencombinaties die
onmiskenbaar a la Govers zijn. Voor gala's en grote
ontvangsten veel tweedelige avondjaponnen met taft-
zijden rok, handborduur en pailletten voor de moderne
Colombine en dramatische aansluitende lange jurken
van glanzend zilver- of bronskleurig velours-de-panne.
De winterbruid gaat volgens 'Carnevale di Venezia' ge
kleed in ruiten taftzijden rok met crinoline en een jakje
van rood slangeleer over een paillettentopje met knal
rood hart.
In hét Haags Gemeentemuseum wordt vanaf 1 ok
tober tot en met 8 januari 1995 een overzichtsten
toonstelling gehouden van 35 jaar Frank Govers hau
te couture.
CONNY VAN CELDER
Ondanks z'n inmiddels eerbiedwaardige
leeftijd blijft Max Heymans elke seizoen
opnieuw verrassen. En niemand wil echt
weten of dat cocktailjurkje met kanten
rok al niet eens eerder is getoond. Max Heymans is im
mers een fenomeen in de Nederlandse mode dat het
verdient bewonderd te worden.
Al was het alleen al vanwege zijn vakmanschap, dat
in z'n collectie voor komende herfst en winter vooral
sprak uit de winterjassen. De lange wollen mantels, af
gezet met vossebont, zijn regelrechte blikvangers van
wege hun perfecte coupe en sierlijke stiksels.
Van een overslagjas in Prince-de-Gallesruiten vertelt
de ladyspeaker: „Dit is een exacte kopie van de jas
waarin Coco Chanel vlak na de oorlog van Parijs naar
Hollywood reisde daarmee de ontwerpster noemend
die altijd een lichtend voorbeeld voor Heymans is ge
weest. De vermelding van 'la Coco' is eigenlijk niet eens
nodig. De tweedpakjes met vierkante jasjes met opge
stikte zakken boven knielange rechte rokken zijn im
mers helemaal a la Chanel. Of, zoals de ladyspeaker
herhaaldelijk opmerkt: „Trés Max Heymans".
Maar dat laatste geldt ook voor zijn zwierige korte
rokjes in twee lagen, de grote omslagdoeken, de enor
me strikken op cocktailjurken, dejange goudkleurige
kettingen en de duizenden pailletjes. 'Trés Max' zijn
bovendien de majestueuze titels die Heymans zijn ont
werpen heeft meegegeven. '1 Heure de Champagne'
heet bijvoorbeeld een abrijcooskleurige wollen japon
met smalle schouderbandjes en een lage rug, waarvan
de rok is versierd met tussengestikte banen van goudla-
mé.
Echt vernieuwend is het allemaal niet. Wel mooi. Ook
in de cocktailcollectie, waar mini-jurkjes met wijde
kanten rokken boven hartvormige strapless topjes ver
gezeld gaan van met kant afgezette stola's en waar zij
den avondbroeken samengaan met lange jassen van
hetzelfde materiaal. „Trés Max Heymans", roept de
ladyspeaker. Ze heeft gelijk: het zijn plaatjes, zoals al
leen Max Heymans ze maakt.
KITTY VAN GERVEN
^■tijl met een verras-
singseffect blijkt voor
Edgar Vos, die bijna
veertig jaar in het vak zit, het
adagium. Een avondjapon ziet
er van voren uit als klassiek ge
sneden kunstwerk maar heeft
een spectaculair laag uitgesne
den versierd rugdecolleté. Een
sober jasje verbergt een spette
rend paillettentopje, een blouse
geheel van doorkijkstof blijkt
aan de voorzijde voorzien van
metalen borst- en buikbepant
sering. Voor niet-experimentele
Vos een ongewoon statement
om de vrouw op die wijze 'in
het harnas te jagen'
Voor overdag vallen lange wijde wollen mantels op door accenten in
shocking pink, petrol en oker aan diabolo-manchetten en opstaande kraag,
evenals de tailleurs in primaire kleuren naast het vertrouwde zwart, donker
bruin, grijs en bordeaux. De getailleerde of aangesloten jasjes met ceintuur
worden gedragen op klokkende rokken of kilts.
Supervrouwelijk ogen daarnaast zevenachtste jasjes met laag aangesneden
klokkende plooien op rechte rokjes of aangesloten jurkjes.
Ook bij Edgar Vos opvallend veel glans en glitter in de avondkleding al is het
allenmaafminder theatraal dan Govers. Filmsterachtig zijn brokaten aangeslo
ten jasjes op crepe-de-chine palazzobroeken, een ware vondst rechtvallende
lange shifts van een transparante jurk over een 'onderjurk' die bij beweging
zorgt voor spectaculaire (kleur)effecten. Voor het kleine zwarte jurkje heeft Vos
tal van mooie uitvoeringen be
dacht, met blote of transparan
te schouderpartijen.
De bruid als apotheose is mooi
en traditioneel in crèmekleuri
ge tafetas voor wijde petticoat
rok en strak lijfje met pailletten
borduur. Ze draagt op het
hoofd een koket hoedje met
sluier.
Aangesloten, wollen
bouclé jasje met cein
tuur in rood op een
eveneens rode suède
kilt. Ook de sjaal is
van suède.
foto» frits schroe
Streng getailleerd pak met daaronder een doorschijnende blouse met
borstplaten uit de collectie van Edgar Vos. foto frits schroeder
et is geen toeval dat Frans Molenaar de
M M eerste couturier is die van Royal Leerdam
de opdracht kreeg een aantal creaties in
kristal te ontwerpen. Molenaar heeft een directe band
met de beeldende kunst. Hij wordt vooral geïnspireerd
door het geometrische en abstracte. En dit creatief
denken is bijzonder geschikt om omgezet te worden in
kristal. Hij ontwierp 18 unica's waarmee hij een plaats
je heeft gekregen in de rij van toonaangevende ontwer
pers als Andries Copier; Floris Meydam en Willem
Heesen.
Net als bij zijn kleding speelt de sobere belijning van
de krachtig vorm een belangrijke rol. Met die soberheid
viel het tijdens de show in de propvolle Spiegelzaal van
het Amstelhotel eigenlijk best mee. Want al waren de
lijnen bedriegelijk eenvoudig, nog nooit liet Molenaar
zo'n grote verscheidenheid aan jasjes en jassen zien,
gedragen op korte rechte of royaal klokkende rokken
die behoorlijk kort waren.
De tijd van het overseized jasje is echt voorbij. Favo
riet bij Molenaar is een tot de taille strak getailleerd
model, waarbij de rugpartij verder klokkend valt en de
voorpanden rond zijn weggesneden. Ook de mouwen
zijn vrij nauw. Heel elegant was ook de iets minder ge
tailleerde lange blazermantel. Kleding waarin je je al
leen maar goed kunt bewegen als de coupe perfect is.
Voor vrouwen die het toch wat ruimer en sportiever
willen maakte Molenaar vrij lange blouson-modellen
met klepzakjes op borsthoogte of luxueus ruime om
slagdoeken afgezet met ingeverfd poolvos. Bont werd
s bij veel jassen en tailleurs gedragen in de
in een grote losse kraag; een rand langs de
of een grote ronde hoed.
Wat kleuren betreft Was het bij Molenaar een zaak
van uitersten. Uiteraard zwart en de bruintinten maar
ook alle tinten oranje en cerise-rood. In zijn ontwerpen
in suède combineerde Molenaar die twee kleuren heel
geraffineerd, zoals in een tuniek-achtig emsemble
waarvan het ruime hes met zijsplitten dat net de zoom
van de rok raakte, vanachter sloot met vrij grote kno
pen. In die sobere lijn deed ook de klassieke robe-man-
teau, mooi aansluitend gemaakt het bijzonder goed.
In de cocktail- en avondkleding kwamen al die kle
dingstukken weer terug in materialen als zuiver zijden
taft, Ottoman zijde en fluweel met als enige versiering
grote strass-knopen. Als extraatje bracht Molenaar voor
de avond heel strakke fluwelen jurkjes met ragdunne
schouderbandjes waarover hij een doorschijnende,
ruim gesneden, lange blouse met lange, poffende mou
wen liet dragen.
De bruid, het traditionele sluitstuk van elke couture-
show ging gehuld in een japon met strak lijfje en heel
wijde rok die uitliep in een kloeke sleep. Ook hier geen
tierlantijnen, alleen de in de taille aangezette banden
die boven de sleep een feestelijke maar beschaafde
strik vormden.
De ontwerpen in kristal zijn nog tot 25 september te
zien in Museum Van der Togt, Dorpstraat 50 Amstel
veen. Openingstijdens vrij. t/m zon. 13.00 - 17.00 uur.
HENRIeTTE VAN DER HOEVEN
Flonkerende kleurrijke colombines,
zó weggelopen uit een uitbundig ge
kostumeerde Don Juan van Mozart
en onverwacht martiale femmes fa-
tales in van borstplaten voorziene
doorkijk. Statements waarmee
Frank Govers en Edgar Vos, duide
lijk maken, dat streven naar een ho
ger niveau ook voor hen nog een
uitdaging is.
Strakke sobere kleding waar je lan
ger dan een seizoen plezier van
kunt hebben. De uitdaging voor
Frans Molenaar is nog altijd de per
soonlijkheid van de vrouw te onder
strepen met kleding waarin ze ook
nog kan werken.
En dan Max Heymans; een feno
meen in de Nederlandse mode dat
het verdient bewonderd te worden,
ook als is hij niet echt vernieuwd
bezig. Want zijn kleren zijn plaatjes
en trés Max. Vier Amsterdamse
couturiers presenteerden afgelopen
week hun collecties.