'We praten elkaar aan
dat alles om geld gaat'
Feiten Meningen
Nederland moet
Van den Broek
aan de dijk zetten
Mvt:'.
I-
Cultuurschok
in Praag
Voor drank worden Zweden en Finnen wakker
ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1994
In de stilte voor de storm van Prinsjesdag
worstelt het kabinet intern met een pro
bleem dat ogenschijnlijk onbeduidend is,
maar in de praktijk van grote symbolische
betekenis. Handhaaft Nederland Hans van
den Broek als Europees Commissaris in
Brussel, of vervangt paars de CDA'cr door
iemand uit eigen gelederen? De uitkomst
zal niet alleen duidelijk maken of de aanval
wordt ingezet op de christendemocratische
alomtegenwoordigheid op politieke sleutel
posities. De strijd om de baan van Van den
Broek gaat ook over de brave manier waar
op Nederland zijn nationale belangen bin
nen de Europese Unie verdedigt.
De drie coalitiepartijen doen weinig om
de indruk te vestigen dat ze het eens zijn
over de prestigieuze benoeming in Brussel.
Officieel is het wachten op de Luxemburger
Jacques Santer, die als nieuwe Commissie
voorzitter moet laten weten welke porte
feuille Nederland volgend jaar krijgt, Maar
achter de schermen is de strijd ontbrand
om de baan en hel bijbehorende salaris van
360.000 gulden per jaar.
De WD wil nu eindeljk wel eens een par
tijgenoot benoemd zien. De liberalen zijn er
nog nooit aan te pas gekomen in al die ja
ren dat christen-democraten en sociaal-de
mocraten onderling bedisselden wie van
hen Nederland in Brussel vertegenwoordig
de. I let is een goede bestuurlijke traditie dat
alle grote politieke stromingen naar rato
van hun omvang aan de beurt komen bij
het verdelen van belangrijke posten. Hele
maal gelukt is dat nooit: na zeventig jaar
deelname van het CDA aan de Haagse re
geermacht is die partij nog altijd oververte
genwoordigd. Eén van de belangrijkste poli
tieke vernieuwingen die de paarse coalitie
de komende jaren kan doorvoeren, is aan
die CDA-macnt een einde te maken. De
WD heeft bovendien een prima kandidaat:
met oud minister Neelie Kroes zou Neder
land wellicht de belangrijke portefeuille van
transport kunnen bemachtigen.
Minister Van Mierlo en premier Kok hou
den de christen-democraat Van den Broek
vooralsnog de hand boven het hoofd. De
voorzichtige Kok voelt weinig voor een
stoelendans als die het risico in zich bergt
dat Nederland in Brussel aan macht inboet.
De D66-bewindsman op Buitenlandse Za
ken voert verhevener argumenten op. Van
Mierlo gelooft echt dat Van den Broek, die
is belast met de buitenlandse betrekkingen,
een wereld baan heeft.
Dat is een typisch Haags misverstand.
I let Europese gemeenschappelijke buiten
landse beleid heeft immers nog nooit wat
voorgesteld. Van den Broek heeft zich voor
al laten kennen als iemand die lange en
doorwrochte colleges geeft oveNk^töestand
in de wereld en daarnaast mat zijn collega-
Commissarissen ruzie zoekt. 1 fij wilde per
se vice voorzitter van de Commissie wor
den (hetgeen mislukte), dreigde met aftre
den toen de EIJ-ambassades niet onder zijn
verantwoordelijkheid leken te komen, en
verloor een loopgravenoorlog over zijn be
voegdheden. Zijn streven naar een 'meer
geprofileerde rol' van de EU werd vakkun
dig gefrustreerd door de lidstaten, die dat
liever zelf doen.
Voor de meeste lidstaten is de EU vooral
een goedgevulde subsidiepot en een plat
form om hard te vechten voor de belangen
van de eigen boeren, vervoerders, vissers en
achtergebleven regio's. De hoogdravende
Nederlandse idealen over een 'federaal Eu
ropa' en beschouwingen over 'verdieping
van de Unie' hebben er in de praktijk toe
geleid dat we in Brussel te boek staan als
net meest gehoorzame jongetje van de klas,
zoals een hoge diplomaat het uitdrukt.
Paars kan daar verandering in brengen
door Van den Broek aan de dijk te zetten en
eindelijk een iets minder naïeve en meer op
nationale belangen georiënteerde Europa-
politiek te gaan voeren. Het internationale
transportbeleid is voor de Nederlandse eco
nomie van levensbelang. En anders kunnen
we nog altijd proberen de landbouwporte-
feuille in de wacht te slepen. De oud-minis
ters Cierrit Braks en Piet Bukman zitten
daarvoor op het vinkentouw. Al zijn die van
het CDA.
DEN HAAG PETER DE VRIES
Thijs Wöltgens, fen'ent verdediger van de verzorgingsstaat
Bedachtzaam klopt hij
de as van zijn wilde
Havanna. „Er hangt
een sfeer van grote
verandering in de
lucht", stelt Thijs
Wöltgens vast in het
gemeentehuis van
Kerkrade. „De tijd
geest schrijft min of
meer voor dat alles an
ders moet. Zo vaak
maak je dat niet mee.
Bij mijn weten is het in
mijn leven maar twee
keer eerder het geval
geweest: meteen na de
oorlog en in de jaren
zestig.Voorzichtig
formulerend: „Je zou
denken dat nu op
nieuw een grote ver
bouwing voor de deur
staat".
Thijs Wöltgens: „Bijna met de dag raak ik
i overtuigd dat de verzorgingsstaat de grootste uitvinding van de twintigste e
Wöltgens geldt samen met PvdA-minis-
tur jan l'ronk als een prominent denker
in de sociaaldemocratische beweging.
PvdA-voorzitter Rottenberg heeft Wölt-
gejjs bijvoorbeeld gevraagd om het nieu
we beginselprogramma van zijn partij te
schrijven nu hij het fractievoorzitter
schap heeft verruild voor het burgemees
terschap van zijn woonplaats Kerkrade.
Vorige week al hekelde hij 'paars', waar
volgens hem de sociaal-democratie wei
nig bij te zoeken heeft en met enige gre
tigheid ging hij in op de uitnodiging eens
wat uitvoeriger stil te staan bij de 'trends
van deze tijd'. Is het waar dat de calcule
rende burger oprukt, dat de sociale ze
kerheid grondig moet worden gewijzigd,
dat het paarse kabinet de voorbode is
van een doorbraak in de maatschappelij
ke verhoudingen. Of liggen de kaarten
toch anders?
Wöltgens neemt om te beginnen de soci
ale zekerheid maar eens bij de kop. Die
staat volgens hem nog wel het meest op
de tocht. „Al sedert de éénprocentsnota
van Duisenberg in 1975 zijn we bezig de
sociale zekerheid te trimmen. Dat duurt
dus al zo'n twintig jaar, zonder dat het
eind in zicht is. Ik begrijp heel goed dat
dan het gevoel ontstaat van: al het lap
werk is niet fundamenteel genoeg. Ook
in Den I laag kijken ze er zo tegenaan.
Vandaar dat het kabinet over twee jaar
het hele stelsel tegen het licht wil hou
den."
Wöltgens houdt zijn hart vast. De afgelo
pen jaren is, zo meent hii, de verzor
gingsstaat in een te kwade reuk komen
te staan. Anders gezegd: het is nogal mo
dieus geworden de verzorgingsstaat af te
schilderen als een hangmat waar de uit
keringsontvanger maar moeilijk uit te
kieperen. Wöltgens: „Bijna met de dag
raak ilcer meer van overtuigd dat de ver
zorgingsstaat de grootste uitvinding van
de twintigste eeuw is".
Dat vraagt om een toelichting. „In de
eerste plaats is in de noordeuropese lan
den, waar de verzorgingsstaat het meest
tot wasdom is gekomen, de maatschap
pelijke ongelijkheid belangrijk terugge
drongen. Wij kennen hier geen armoede,
bedeling, krottenwijken en wijdverbreide
ongeletterdheid zoals in de VS. De col
lectieve voorzieningen hebben geleid tot
een relatief hoge belasting- en premie
druk. Desalniettemin doen de economi
sche prestaties van de landen met een
uitgebreide verzorgingsstaat in de afge
lopen vijftig jaar niet onder voor die van
westerse landen waar werklozen in de rij
bij de gaarkeuken moeten staan. Hoe dat
kan? De verklaring ligt in de ernorme so
ciale stabiliteit, het geringe aantal sta
kingsdagen, loonmatiging en het uitblij
ven van grote maatschappelijke onrust."
Daarmee is het verhaal echter niet af. De
econoom Wöltgens erkent onmiddellijk
dat de hoge premiedruk een belemme
ring vormt voor de werkgelegenheid.
Ook hebben sommige regelingen, de
WAO voorop, uitgenodigd tot misbruik.
Als je de stapel rapporten die over de
sociale zekerheid zijn verschenen door
kijkt en niet ziet dat er iets mis is, moet
je wel blind zijn", zegt hij.
KAT OP HET SPEK
Het antwoord van Wöltgens is echter
veel minder verstrekkend dan de recep
ten die het kabinet nu op de plank heeft
gelegd: het (gedeeltelijk) privatiseren van
de WAO en Ziektewet en het op de schop
nerven van het hele stelsel. Hij betoogt:
„De kern van alle rapporten is dat in de
sociale zekerheid de kat soms te dicht op
het spek is gebonden. Als werkgevers en
werknemers er samen belang bij hebben
;n goede afvloeiingsregeling
te stoppen, moet je deze partijen geen
WAO-uitkeringen laten verstrekken. Het
zelfde geldt voor de aanpak van uitke
ringsfraude. Pas sinds kort kijken de so
ciale diensten wat kritischer naar hun
cliënten. Wij zijn allemaal vreselijk ge
schrokken van de omvang van de fraude
met WW en Bijstand, maar dat betekent
óók dat hier nog honderden miljoenen te
verdienen zijn zonder dat de mensen de
dupe worden die echt recht op een uit
kering hebben. Vervolgens kun je men
sen met behoud van hun uitkering op al
lerlei manieren inschakelen in het ar
beidsproces. Met deze wijzigingen is de
klus volgens mij geklaard, zonder dat er
bloed hoeft te vloeien".
BEZIELEND VERBAND
Een ander tijdverschijnsel
Wöltgens moeite heeft, is de opmars van
wat hij noemt het 'calculerende denken'.
„Wij zijn elkaar aan het aanpraten dat fi
nanciële prikkels zo'n beetje onze enige
drijfveer vormen. Dat gaat volstrekt
voorbij aan de niet-materiële redenen
waarom mensen zich graag inspannen.
Als alle menselijke betrekkingen het ka
rakter krijgen van contract en ruil. ko
men we in een onleefbare wereld te
recht."
Wöltgens kan deze stelling eenvoudig il
lustreren. In politiek Den Haag werd wat
bevreemd gereageerd op zijn uitspraak
dat het burgemeesterschap van Kerkrade
zijn hoogste ambitie was. Grijnzend:
„Mijn voorgangers hebben het verder
geschopt. Wim Meijer werd Rabo-top-
man, Ed van Thijn burgemeester van
Amsterdam, Wim Kok premier. Maar
mijn familie woont al tot in het tiende
geslacht in Kerkrade. Ik heb de behoefte
me ergens thuis te voelen. Steeds meer
weg van de cijfers en op zoek naar het
bezielend verband. Hier in Kerkrade
wemelt het van de verenigingen, waar
mensen enorm veel tijd in stoppen. Het
alleen maar carrière maken is hier nog
ondergeschikt aan het hebben van een
gelukkig leven. Dat spreekt me wel aan".
Gemeenschapsgevoel en burgerzin zul
len hoogstwaarschijnlijk kernbegrippen
worden in het nieuwe PvdA-beginselpro-
gramma, kondigt Wöltgens aan. „Het is
natuurlijk vloeken in de paarse kerk,
maar in de politiek zou de eerste aan
dacht eigenlijk moeten uitgaan naar het
behouden of weer opbouwen van het ge
meenschapsgevoel
Zijn opvolger Wallage krijgt van Wölt
gens het advies tijdens grote debatten
dat aspect te benadrukken. „Als dat niet
gebeurt, loop je het risico dat de burgers
de politiek gaan zien als één pot nat. Dan
moet je er rekening mee houden dat de
kleine partijen bij de volgende verkiezin
gen nog meer voet aan de grond krijgen.
Met zo'n versplintering is niemand ge
diend."
Tegelijkertijd weet Wöltgens als geen an
der dat het debat in de Tweede Kamer
niet echt uitnodigt tot grootse bespiege-
lingen. In de tijd van Den Uyl was het
overigens niet anders, vertelt hij met
smaak. „In 1983 hadden we bedacht dat
Den Uyl zichzelf eens wat meer moest
profileren als staatsman. Bij de algemene
beschouwingen moest hij met een visio
nair verhaal komen. Na veel gezwoeg
was dat verhaal klaar, maar wat stond er
de volgende ochtend in de krant: Den
Uyl bepleit koppeling. Over de rest geen
letter."
KERKRADE PAUL KOOPMAN
Twee jongens rennen over het i
perron en terwijl de ingeblikte i
vrouwenstem van de metro het
in- en uitstappen al verbiedt,
duiken zij rakelings langs de
dichtklappende deuren, de wa
gon in. De jongens dragen de
typische vakantiekleding van
deze tijd: baseballpetten met de
klep naar achter, ruimvallende
schreeuwerige hemden, kleur-
rijke bermuda's en sportschoe
nen. Zij zijn nog opgewonden
van hun roekeloze, maar ge
slaagde entrée. In luid Ameri
kaans reageren zij zich af en
hun harde stemmen komen
ruimschoots uit boven het la
waai van de snel optrekkende
Er is geen Tsjech in de volle wa
gon die blijk geeft van afkeuring
of zelfs maar openlijk naar hen
kijkt, maar toch is de cultuur
schok voelbaar. Deze jonge
Amerikaanse toeristen hebben
zowat alle regels en gedragsco
des aan hun laars gelapt. Een
Tsjech zal hooguit de pas ver
snellen om de metro te halen en
wanneer hij te laat is, lacht hij
om zichzelf en wacht op de vol
gende trein. Hoewel jonge Pra-
genaars zich onder invloed van
de televisie en de toeristen zich
wat uitbundiger beginnen te
kleden, zijn zij alleen al vanwe
ge hun krappe beurs veel min
der opzichtig en trendy gekleed.
En als er in de metro al gepraat
wordt lezen is veel gebruike
lijker doen de Tsjechen dat
op gedempte toon. Een luid ge
sprek op vijf meter afstand van
elkaar verstoort de rust en pri
vacy van anderen en dat doe je
nu eenmaal niet.
De Pragenaars worden dezer
dagen doorlopend met andere
gewoonten en culturen gecon
fronteerd; dit jaar worden maar
liefst 70 miljoen toeristen ver
wacht. In hele stukken van hun
hoofdstad voelen zij zich niet
meer thuis. Dat komt enerzijds
door de enorme toeristische
drukte en anderzijds door de
prijzen die zijn afgestemd op de
westerse bezoeker en voor de
gemiddelde Tsjech onbetaal
baar zijn. Op het prachtige Plein
van de Oude Stad, onder meer
bekend vanwege het fraaie
raadhuis met astronomisch
uurwerk en klokkenspel, heeft
het gemeentebestuur bij het
monument van Jan Hus banken
laten zetten waar men, anders
dan op de terrassen, kan gaan
zitten zonder iéts te moeten be
stellen; de Pragenaar wordt in
zijn eigen stad geduld, maar is
economisch niet interessant.
Van de gretige belangstelling
voor met name westerse bezoe
kers waar kort na de omwente
ling sprake van was, is weinig
meer over. De stroom buiten
landers, aangetrokken door de
lage prijzen en de prachtige va
kantiebestemming, wordt door
de Praagse bevolking met ken
merkende zelfspot, geduld en
passiviteit vanwege het econo
misch belang meer getolereerd
dan geaccepteerd. Maar de tole
rantie neemt af, vooral de rug
zaktoeristen die weinig geld in
het laatje brengen, ondervinden
toenemende wrevel.
Omgekeerd merken de meeste
toeristen maar weinig van een
cultuurschok. De Tsjechen
waarmee zij voomameljk in
aanraking komen in de horeca
en in de winkels, zijn op de toe
risten ingesteld: met oppervlak
kige, plastic beleefdheid probe
ren zij geld te verdienen. De
Tsjechische Jan Modaal woont
en werkt ver van de toeristen
vandaan. Hij zoekt de toeristen
niet op en de toeristen hem
niet.' Aan verbroedering tussen
de volken draagt het toerisme
niet echt bij. Alleen in de metro
komen zij elkaar soms tegen en i
dan blijkt hoe verschillend men
eigenlijk is.
PRAAG ADRIAANJ VAN VUREN
Geen wekker kan op tegen de meta
len stem van de scheepssteward die
's ochtends om zeven uur door alle
luidsprekers van de m/s Mariella be
kend maakt dat de tax-freewinkels
open zijn voor de verkoop van
drank. Als door tientallen horzels ge
beten, schieten Zweden en Finnen
wakker, long en oud klauteren uit
bed. De tijd dringt, want er zijn nog
maar twee uur te gaan tot Stock
holm. En drank is wat deze mam
moet-schepen drijvende houdt. Zon
der drank zou de veerboot die dage
lijks pendelt tussen Stockholm en
Helsinki de helft kleiner kunnen zijn.
Ik bewaar geen goede herinneringen
aan mijn eerste overtocht naar Scan
dinavië. Het wiegen van de boot. de
kleine, bedompte cabines, de lange
reis, zorgden voor een wee en onge
makkelijk gevoel. Ik was blij dat jk
uiteindelijk in Götenborg van boord
mocht. Maar dat was 22 jaar gele
den. Sindsdien is er veel veranderd.
De veerboten worden steeds groter.
Zoals Amerikaanse steden met el
kaar wedijveren over de hoogste
wolkenkrabber, zo proberen de veer
bootmaatschappijen als de Viking
Line en de Silja Line elkaar de loef af
te steken met wéér een grotere, mo
dernere boot.
Deze veerboten worden wel varende
hotels genoemd. Dat is wat te be
scheiden uitgedrukt. De m/s Mariel-
le 177 meter lang, 29 meter breed
en meer dan tien verdiepingen hoog
en nog bij lange na niet het grootste
of meest luxueuze schip dat in de
Oostzee dienst doet doet eerder
denken aan een drijvende Noord -
wijkse Koningin Wilhelminaboule-
vard. De strandtenten ontbreken,
maar verder zit alles er op en er aan.
van privé-accommodatie tot luxe
hotel (er kunnen 2.700 passagiers
aan boord, er zijn 2.405 bedden.),
parkeerplaatsen (480 auto's en 62
vrachtwagens), disco, casino, nacht
club, restaurants, sauna, schaak-
hoek. wisselkantoor. VW. bioscoop
en nog zo wat.
En niet te vergeten, de tax-free win
kels. Die hebben deze veerdiensten
zo populair en succesvol gemaakt.
Een avondje stappen kan in Stock
holm of Helsinki aardig in de papie
ren lopen. Een tientje voor een glas
bier is geen uitzondering. Sterkere
drankjes zijn nog duurder en dat
voelt met name de Fin in zijn porte
monnee. Drinken doe je in Finland
en in mindere mate ook in Zwe
den niet voor de gezelligheid,
maar per definitie om je helemaal
vol te laten lopen, om dan uitgeteld
en gestrekt naar huis te worden ge
sleept. Ie ziet een groepje Finnen ge
zellig kwetterend een restaurant of
pub binnenkomen en twee uur later
liggen de eersten van het stel lui,d
snurkend op of onder tafel. Als je
Finnen er op aanspreekt, halen ze
hun schouders op. Zo is het leven.
Dronkenschap is niet iets om je voor
leschamenjntegendeel. lammer al
leen dat drank To-tkmr Ul.
De veerboten bieden echter uit
komst. De overtocht in een simpele
4-persoonshut is spotgoedkoop; je
kunt zelfs zonder hut als je de hele
nacht doordanst en drinkt en ge
woon ergens neerploft; en het is ge
zellig en voor veel minder geld dan
thuis kun je hier eten, feesten en
drinken. Na een dagje winkelen in
Stockholm of Helsinki ga je de vol
gende dag weer terug.
De veerdiensten kennen hun klan
ten. Jongeren tot 20 jaar krijgen geen
kaartje voor zo'n weekend'cruise',
tenzij ze kunnen aantonen met een
'geldige' reden, familiebezoek bij
voorbeeld. de oversteek willen ma
ken. De tax-free winkels verkopen
hun sterke drank pas twee uur voor
aankomst, anders zou de baromzet
in gevaar komen en waarschijnlijk
ook de veiligheid van de passagiers.
Bovendien is de aankondiging dat de
drankverkoop is begonnen de best
denkbare manier om de opvarenden
wakker te krijgen.
STOCKHOLM
TOM JANSSEN