'Respect bestaat in ons vak niet meer' Een spannend, vergeeld jongensboek Sport o o _i 00 o O ff WOENSDAG 24 AUGUSTUS 1994 18 i°E' cc. LU _i LU 00 Henk Wullems schuift aan in wachtkamer vol werkloze trainers Wat hebben Ab Gritter, Bram Braam, Frans Körver, René Notten, Jo Bonfrère, Piet Buter en Henk Wullems met elkaar gemeen. Twee dingen. Ze zijn voetbaltrainer en ze staan met stip op de vacaturelijst van de WON (Vereniging van Voetbaloefenmeesters in Nederland). Kortom: ze zitten zonder werk en zoeken een nieuwe club. Ieder op zijn eigen manier. De een zit rustig thuis en laat de dingen op zich af komen, een ander houdt brievenbus en telefoon scherp in de gaten, een derde schrijft sollicitatiebrieven en een vierde wacht op het begin van de compe titie om zich daarna al snel te laten zien bij een club met een slechte seizoenstart. Henk Wullems (58) is de nestor van het trainersgilde. Hij was werkzaam bij clubs als Unitas, Blauw Wit, Willem II, NAC, Vi tesse, Go Ahead Eagles, Excelsior, Al Na- da (Saudi-Arabië), AZ en ADO Den Haag. Bij de laatste club kwam op 1 augustus een einde aan een zeven maanden du rende verbintenis als technisch directeur. Mooie clubs, een mooie carrière, een mooie leeftijd. Hoog tijd voor de voetbal- vut. Toch? „Ben je gek. Daar heb ik abso luut nog geen zin in. Voel ik me veel te fit voor." Een nieuwe club is voor hem geen absolute must meer. Financieel hoeft hij zich al lang geen zorgen meer te maken. Maar het voetbalhart blijft kloppen. Hij werd onlangs zelfs weer een beetje verliefd. Óp ADO/Den Haag. Vreemd, voor iemand die geen enkele binding met de stad heeft. Wullems is geboren in Haarlem, woont in Tilburg en heeft een vakantiehuisje in Egmond aan Zee. Maar het is Wullems ten voe ten uit. „Ik ben emotioneel. Ik ga van een club houden. Ik heb zeven jaar bij Vitesse gezeten omdat ik van die club hield. Ik kon tussentijds weg naar AZ, dat was dus nog voor de glorieja ren van AZ, maar ik deed het niet. Want m'n hart lag bij Vitesse." Toch liep z'n passie voor het voetbal de laatste twee jaar een flinke knauw op. Zowel bij AZ als in de residentie moest hij voortijdig vertrekken. Ondanks een doorlopende verbintenis (AZ) en ondanks een mondelinge toezegging tot con tractverlenging (Den Haag). Wullems weet de oorzaak wel. „Er worden steeds meer bestuurders aangesteld die in de sponsorhoek thuishoren. Die totaal geen ver stand hebben van voetbal, zowel inhoudelijk als organisatorisch. Ze komen binnen met een zak geld, of vermeend geld, en willen meteen de dienst uitmaken." Het voorbeeld van AZ is tekenend, vindt de oefenmeester. In '90 kreeg hij de volmachten en de tijd om een regionaal getint elftal in de Alk- maarderhout neer te zetten. Zijn eenjarig con tract werd in het voorjaar van '91 zelfs openge broken en verlengd met vier jaar. Totdat voorzit ter Bart de Lange het hoog in de bol kreeg. Wul lems: „Kwam ik terug van vakantie, had hij Da vid Loggie opeens vastgelegd voor twee jaar. Ik vond een half jaar al meer dan zat voor een spe ler van die leeftijd. Nee hoor, twee jaar, plus een jaarsalaris van een ton. Ik zeg: 'De Lange, dat moet je me nooit meer flikken.' Toen zijn de conflicten begonnen. De problemen namen in aantal toe toen de huidige suikeroom van AZ, Dick Scheringa, aan het bestuur werd toegevoegd. „Het is een beetje een raar verhaal, nu pompt die man bijna twee miljoen gulden in AZ, een paar jaar geleden draaide hij nog elk dubbeltje om. Voor elke uit wedstrijd moesten we naar een zo goedkoop mogelijk restaurant toe, waar we een toeristen menu van 17,50 mochten bestellen. Een keer moesten we zelfs verantwoording afleggen over een kan melk die te veel was geschonken. Met die man ontstonden er voortdurend conflictsi tuaties." De korte-termijn politiek van types als Scher inga druist lijnrecht in tegen de visie van Wul lems. „Continuïteit vind ik het belangrijkste. Nu ook weer bij AZ. Goede spelers als Van Roon en Panhuis moesten weg. Schrijvers had net bijge tekend of Theo Vonk stond op de stoep. Voor 750.000 gulden werd Mutsaers gekocht. En denk nou niet dat die jongen een jaarsalaris krijgt van veertig-, vijftigduizend gulden. Nortan wordt ge haald, maar daar zijn weer geen goede afspraken mee gemaakt. Rini Coolen, zelfde verhaal. Ga zo ma'ar door. Ik had een leuk regionaal elftal neer gezet en ik vond het jammer dat ik het karwei niet mocht afmaken. Bij AZ wilde ik m'n carrière afbouwen. Het werd me niet gegund." Z'n laatste klus werd tegelijk de merkwaardig ste job uit z'n 28-jarige loopbaan als trainer. Technisch directeur van het zieltogende ADO Den Haag, waar salarissen niet meer uitbetaald werden (Wullems: 'Ik wacht nog steeds op een deel van m'n salaris'), waar lease-auto's opeens werden ingenomen, waar mannen met shovels dreigden het speelveld onherstelbaar te vernie len. „Ik had half januari een gesprek met secre taris Cees Oostrom. Die zei dat er wat probleem pjes waren. Maar dat ik in zo'n chaotische toe stand terecht zou komen, wist ik echt niet. Er werd ook vreemd tegen mijn komst aangekeken. Ten eerste was er geen geld, en ten tweede had den ze iemand met een Haagse achtergrond ver- Henk Wullems: „Als je bij Den Haag een bus bestelde, v wacht op die positie." Wullems schrok van de vijandige benadering. „Ik moest helemaal m'n eigen weg zoeken, ik werd aan niemand voorgesteld. Met voorzitter Nyqvist heb ik een gesprek gehad van een paar minuten, die was altijd op reis. Het is voorgeko men dat ik het bestuur moest vertegenwoordi gen bij wedstrijden omdat er geen bestuurslid aanwezig was." Het ene probleem loste het andere af in het Zuiderpark. „Als je een bus bestelde voor een uitwedstrijd was je blij als-ie ook echt de hoek om kwam. Als we aten in een restaurant moest je maar hopen dat daar geen rekening open stond van Den Haag. Goede afspraken over vol gend seizoen kon je niet maken, omdat je geen overzicht had over de financiën. Je wist niet wat je een speler kon bieden." Ondanks de tegenwerking vindt Wullems toch dat hij goed gefunctioneerd heeft bij de eerste- divisionist. „Ik heb geld verdiend voor de club. Marcel Valk was uitgeleend aan RKC en die wil de hem kopen voor 100.000 gulden. Ben ik niet mee akkoord gegaan. Later werd hij aan Go Ahead verkocht voor 325.000 gulden. Emiel van Eijkeren, hetzelfde verhaal. Heb ik aan NEC ver kocht voor 300.000 gulden. Ik heb wel degelijk wat betekend voor Den Haag en dat werd ook gewaardeerd." Eind april legde hij z'n eindrapport neer bij het bestuur. Het werd met instemming begroet, tevens werd mondeling toegezegd dat z'n con tract verlengd zou worden. „Ik wilde net als bij AZ aan een regionaal team bouwen. Met nieu we, ambitieuze spelers. En met kleine, eenjarige verbintenissen. Aan de doorlopende overeen komsten viel niets te doen. Jammer, want als je die bedragen ziet, die zouden bij een topclub echt niet misstaan. Alleen het contract van Van der Laan liep af. Die verdiende een topsalaris. Daar heeft-ie nu nog maar 25 van over en nog hoeft hij niet met de fiets naar het stadion." Wullems trok ook Lex Schoenmaker aan als assistent van Nol de Ruiter en Martin Jol als hoofd opleidingen. „Na het vertrek van Nol zou Schoenmaker hoofdtrainer worden, dat was contractueel vastgelegd. De positie van Jol zou onveranderd blijven. Het liep anders. De inmiddels aangetreden bestuursleden Piet de Zoete en John van Ringe- lenstein zagen meer in een tweemanschap Schoenmaker/Jol a la Van Hanegem/Meijer bij Feyenoord. „Dat zag zowel Jol als Schoenmaker helemaal niet zitten. Vandaar dat Jol nu weer te rug is bij de amateurs van ADO. Jammer, want ik zag in Jol de ideale verbindingsman tussen be taald voetbal en amateurs." De mondelinge overeenkomst met het vorige bestuur ten spijt zag De Zoete ook geen reden verder nog gebruik te maken van de diensten van Henk Wullems. „Een zware teleurstelling. Had ik niet verwacht van De Zoete. Hij is zeker bang dat ik hem voor de wielen ga rijden. Non sens, ik vind dat ze een ouwö rot in het vak, met zoveel ervaring, nog wel kunnen gebruiken. De Zoete heeft hier vroeger gespeeld en is ook nog een half jaartje trainer geweest, maar had hele maal geen binding meer met de club. En zo ie mand ontneemt mij m'n werk. Respect bestaat blijkbaar niet meer in ons vak." ALKMAAR YPE MINKEMA GPD-VERSLAGGEVER Veertig jaar geleden. Woensdagavond 23 juni 1954. Twee verslaggevers en een fo tograaf wachtten in de beschutting van de duisternis. Ze waren getipt over een mys terieuze bijeenkomst in het 'Wapen van Heemskerk' in Alkmaar. Ze stonden er al uren. Er gebeurde niets. Er stond alleen die Volkswagen Kever, kenteken GZ 98674, met twee van die halve raampjes. Een wonder op wielen in die tijd. Toen kwamen de voetballers naar buiten. Ze hadden getekend. Een vreemd soort op winding maakte zich meester van de ver slaggevers. En van de voetballers. Betrapt. Op die 'Avond van het Wapen' werd het betaalde voetbal in Alkmaar geboren. An derhalve maand later, op zaterdag 14 au gustus 1954, werd de allereerste profwed strijd in Nederland gespeeld. In Venlo zette Herman Teeuwen zijn handtekening onder een contract met de mooiste bepalingen. 'De speler is ver plicht er een leefwijze op na te houden zoals een goed sportman betaamt en wel ke niet schadelijk mag zijn voor zijn ge zondheid. Roken is vanaf 48 uur voor de aanvang van een wedstrijd verboden evenals het gebruik van alcoholhoudende dranken. De speler dient in de nacht voor het spelen van een wedstrijd een nacht rust van tenminste negen uren te genie ten èn zich niet later dan half twaalf ter ruste te begeven.' Het moest vooral een voorbeeldige start worden. Het was een spel van schaduwen, toen. Niemand mocht iets weten. De KNVB, fel gekant tegen het betaalde voetbal, dreig de profs levenslang te schorsen. Hele dor pen kwamen in opstand. In het diepste geheim werden de spelers benaderd en ;n clubs zouden er op die Veertig jaar geleden: de geheime start van het betaalde voetbal 14 augustus 1954. Onder leiding van het arbitrale trio komen de elftallen v op. Nederland kan niet langer heen om het fenomeen betaaLd voetbal. komen. Alkmaar, Amsterdam, Fortuna'54, De Graafschap, Den Haag, Rapid'54, Rotterdam, de Twentse Profs, Utrecht en Venlo. Klaas Smit uit Volendam was de eerste die tekende. Het dorp brandmerkte hem als een 'verraaier'. Net als zijn broer Evert. Ze hebben het de broers eigenlijk nooit vergeven. En dat betekent wat in Volen dam. „Ik kan nu weer gewoon over straat, hoor", lacht de nu 64-jarige Smit. „Maar ze vonden het niet leuk, toen. Absoluut In Zaandam, bij ZFC, hadden ze een andere manier om de overlopers te brandmerken. 'Fascisten' en 'NSB'ers' werden ze genoemd door de voorzitter. Jaap Ramakers, middenvelder, is veertig jaar later nog woedend: „Ze hebben me gekwetst, verschrikkelijk. Ik heb namelijk m'n deel wel gehad in de oorlog. Nooit ben ik meer terug geweest bij die club, zó erg vond ik dat." Ben Kabel, ook ZFC, raakte volgens de geschiedschrijving volledig de kluts kwijt, toen hij werd betrapt op de 'Avond van het Wapen'. De fotograaf kwam uit zijn donkere schuilplaats tevoorschijn, Kabel pakte in razende paniek een straattegel en liep daarmee dreigend op de man van de krant af. „Hij sloeg die fotograaf hele maal in mekaar", herinnerde IGaas Smit zich later nog. „Welnee", zegt Kabel, 70 inmiddels, „dat was een geintje. Ik ben niet zo'n agressieveling. Die fotograaf bleef ons maar achterna lopen. Ik zag die tegel liggen en begon er voor de grap mee te zwaaien, 't Was een mooie foto, dat wel." Elf spelers hadden ze op die manier in Alkmaar bij elkaar gekregen. Een elftal, maar daarmee waren ze er in de kaasstad nog niet. Er moest een NV opgericht wor den, 5000 gulden gestort. In Amsterdam zaten de grote avonturiers bij de notaris. Frits Jansen, één van de piepjonge op richters, zou gaan trouwen. Hij had er 5000 guldens voor opzij gelegd, uit de mond gespaard. Hij liet het boekje als borg achter. Jansen is de enige van de drie oprichters die nog in leven is. En ge trouwd. Er was nog geen trainer. Die werd ge vonden in J.J. de Goede, leraar lichamelij ke opvoeding aan de Rijkskweekschool te Alkmaar en meerdere keren Nederlands kampioen. In het schoonspringen Klaas Smit zou later zeggen: „Op een goede dag komt-ie naar me toe en zegt: ik hoorde iemand iets zeggen over een trek- bal. Wat is dat nou, een trekbal?" De bekende plaatselijke aannemer Kroonenburg was de eerste clubsponsor van het betaalde voetbal. Hij stond voor 50.000 gulden borg. Van voetbal had hij geen kaas gegeten. Wijzend naar de Ven- lo-doelman Swinkels vroeg hij aan zijn spelers waarom die man toch zo'n grote pet op had. „Nou", kreeg hij de horen, „dan kan-ie beter koppen." 'O, zó', riep de sponsor en hij beende weg om het zijn vrouw uit te leggen. Klaas Smit: „Wij kwa men niet meer bij." Alkmaar wilde de première. De stad be stond immers zevenhonderd jaar. In Ven lo wisten ze zich ineens die speciale band met Alkmaar te herinneren. Maar de NB- VB aarzelde. Dat elftal uit Limburg, met vijf man van VW, dat zat wel snor. Maar dat stel amateurs uit Noord-Holland? De eerste profwedstrijd moest een show wor den, moest de publieke opinie én de KNVB vermurwen. Alkmaar moest maar eens wat laten zien. In het geniep natuur lijk, want de 'echte' bond mocht niets we ten. De voetballers van Alkmaar ook niet, trouwens. Bij het pontje van Velsen mocht de eerste van de' twee verzegelde enveloppes worden geopend. Aan de overkant mocht de tweede enveloppe, met de bestemming, worden openge maakt. Naar Wassenaar. De bus mocht, hele maal in de sfeer van spannende jongens boek-avonturen, onder geen beding meer stoppen. Maar drie spelers moesten hoognodig. Ze konden het absoluut niet meer ophouden. De leiding stemde - on der druk - toe. Twee mannen hadden hele gesprekken met nummer drie, die op het 'huisje' moest zitten. Maar in werkelijk heid achterom naar de telefoon sloop en stiekem naar de krant belde. Dit was im mers groot nieuws. Dót is in veertig jaar wél een tikkie anders geworden. Alkmaar speelde een stiekeme 2-2 tegen het be faamde Amsterdam. De NBVB was over de streep. De première volgde op zaterdagavond 14 augustus 1954. Er zaten maar liefst 15.000 toeschouwers op het sportpark van Alkmaar. De manager van Venlo, Smeets, overtuigd van zijn superioriteit, had het geregeld met de Alkmaarders. Allemaal doorgestoken kaart. „Laten we tot de rust voluit gaan", had hij tegen de Alkmaarse voorzitter gezegd, „dan plooien we er in de tweede helft wel een mooie uitslag In de rust stond het nog 0-0. Na de thee hoefden de bordjes niet te worden ver hangen, maar tapte Alkmaar ineens wél uit een ander vaatje. Veertig jaar later. Een zak vol herinne ringen aan een prachtig avontuur. Een mooi, maar vergeeld en vergeten jongens boek.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 18