'Nordholt was goud waard voor Amsterdam' Feiten &Meningen Studenten en paars Pvd A-leider j aag^ geldwolven uit tempel socialisten;;; heid' Lel Perikelen rond auto van de zaak DONDERDAG 18 AUGUSTUS 1994 -JONI dieduur van wordt bekort van vi nen die dat willen daarna, gedurende nog eens twee jaar onderwijs aar drie jaar. Dege- kunnen mogen er i vervolgopleiding, spijkeren Met deze herstructurering wordt het Ne derlandse universitaire onderwijs gelijk ge schakeld aan de structuur die in andere toonaangevende westerse landen gebruike lijk is. Dat heeft onmiskenbaar voordelen. Zo zal het Nederlandse universitaire diplo ma vanaf dan goed vergelijkbaar zijn met het buitenlandse. Een nadeel van het nieu we bestel is dat een niet onaanzienlijk deel van de studenten met het mindere driejari ge diploma de universiteit de mg zal toeke ren. Zolang zij dit uit eigen keuze doen, is er niets aan de hand. Als het gebeurt uit finan ciële overwegingen dan ben ik daar minder enthousiast over. De scholingsgraad van onze beroepsbevolking loopt dat op termijn achteruit en dat kan ir een kennis-intensie ve maatschappij als de onze niet de bedoe ling zijn. Daarnaast is er het voornemen van paars om een miljard gulden te bezuinigen op de studiefinanciering, dus op het studentenin komen. Tegelijkertijd wordt een vlucht naar de kinderbijslag geblokkeerd. Zoals het goe de socialisten betaamt worden de kinderen uit de midden- en hogere inkomens zwaarder getroffen dan die van arme ouders. Het gaat hier echter in alle gevallen wel om jonge volwassenen die hunkeren naar zelfstandigheid. Als de regeling voor kinderen uit de ho gere inkomens dan pimkjkiuyn slechter moet zijn, medewerker waarom dat dan niet via de belas tingdienst verhaald op de ouders in plaats van de student daar rechtstreeks mee te confronteren. Jonge mensen kunnen er tenslotte niets aan doen dat zij eens verwekt zijn en geboren, laat staan dat zij hebben kunnen bepalen waar hun wiegje stond. Ik zou zeggen, gelijke monniken gelijke kappen, dus alle jonge mensen die willen studeren dezelfde be handeling. Een daad van emancipatie: geen onderscheid naar klasse, noch in positieve noch in negatieve zin. Ondertussen geldt voor alle studenten dat zij er voor wat betreft het door de Staat ver strekte inkomen, van u en mijn geld dus, al lemaal fors op achteruit gaan. Ze kunnen er nauwelijks hun kamerhuur van betalen. De rest moet worden geleend of zelf verdiend. Van dat zelf verdienen ben ik een voorstan der. Er is niks op tegen dat jonge mensen naast hun studie werken om in hun levens onderhoud te voorzien. Integendeel, het geeft ervaring en dat is goed voor de vorming van jonge mensen. De Nederlandse beroepsbevolking raakt immers steeds hoger opgeleid, terwijl het aantal beschikbare banen daar zeker geen gelijke tred mee houdt. Het is allang geen gegeven meer dat een goede opleiding au tomatisch leidt tot een goede baan op ni veau en een uitstekend salaris. Menig stu dent begint met het universitaire diploma op zak als kelner of kelnerin, om uiteinde lijk op de post terecht te komen die overeen komt met hun opleiding. En soms lukt ook dat niet. Kortom, opleiding zal steeds minder een garantie zijn voor werk in overeenstem ming met het niveau van de opleiding. Dat betekent dat nogal wat voormalige studen ten hun studieschuld niet zullen kunnen te rugbetalen aan de Staat der Nederlanden. Vervelend voor de Staat, maar nog verve lender voor de betrokkenen. De schuld blijft immers gewoon staan en zal onmiddellijk worden verhaald op het moment dat de schuldenaar zijn financiële positie ook maar iets weet te verbeteren. Dat zal niet erg stimulerend zijn voor de schuldenaar en zal een deel van hen aanzetten tot het maar laten waaien van kansen. We hebben daar tenslotte al heel wat ervaring mee kunnen opdoen bij al die inkomensafhankelijke subsidies die ons land rijk is. Het meest stuitende vind ik echter de motivering van paars tot deze ingreep. Bot te bezuinigingspolitiek ligt eraan ten grond slag. Bezuinigingen op jonge mensen, nota b^ie op onze eigen toekomst. Dat is weer zinwekkend. Wij horen alles voor onze kin deren over te hebben, opdat zij zich een toekomst kunnen maken. Eén troost: de jonge mensen van nu zullen de rekening van dit beleid nog kunnen presenteren aan de beleidsmakers van nu. Met de AOW van mijn generatie zullen zij, als hun beurt daar is, weinig consideratie hebben. We kunnen dan tegen onszelf tenminste zeggen; dit is ons verdiende loon! „Een aardig onderwerp voor een politieserie", vindt ex-mi nister Van Thijn de theorie dat alle commotie rond het riante salaris van politiechef Nordholt tot doel heeft om hem, Van Thijn, buiten een nieuw kabi net te houden. „Ik zou er com missaris Maigret wel eens op willen zetten. Zelf hou ik me verre van speculaties. Het is wel een ongelukkig toeval. Hoewel ik denk dat de mensen die erover beslissen mij goed genoeg kennen om hun oor deel niet te laten afhangen van een persrelletje. Ik ben er vrij lakoniek onder." Oud-burgemeester Van Thijn van Amsterdam is verbaasd over de be roering over het arbeidscontract van korpschef Nordholt. FOTO ANP ARTHUR BASTIAAN5E Hoofdcommissaris Nordholt tijdens de persconferentie naar aanleiding van de commotie over zijn arbeidsvoorwaarden. FOTO ANP FRANS VANDERLINDE Ex-burgemeester Van Thijn heeft geen spijt van keuze Los van alle complottheorieën heeft de be roering over de gunstige arbeidsvoorwaar den van de korpschef Van Thijn verbaasd. „Ook ik vond ze fors destijds. Maar je moet het bezien in de omstandigheden van 1986. Er waren grote problemen in Amsterdam. De Hans Kok-affaire (de kraker die overleed in een politiecel), krakersrellen, de toene mende drugcriminaliteit. Naast de openba re ordeproblemen, verkeerde de reorganisa tie van de politie in een cruciaal stadium. Binnen het apparaat bestond enorm veel verzet tegen de opdeling in wijkteams. Ik wil niet overdrijven, maar de situatie was niet makkelijk. Ik had commissaris Valken al gevraagd om langer te blijven omdat er geen voor de hand liggende opvolger was. Ik wilde behoorlijk de tijd nemen om een geschikt persoon te vinden. Voor de burge meester van Amsterdam is de korpschef de belangrijkste man. Ik stelde hoge eisen." Van Thijn wilde bovendien per se een hoofdcommissaris van buiten aantrekken. „Een frisse wind. Dat leek me van het aller grootste belang. Iemand die bovendien kaas had gegeten van management." De speurtocht leverde twee kandidaten op, waarvan Nordholt wat Van Thijn betrof de absolute favoriet was. De twee kenden el kaar voordien niet. Van Thijn: „Alleen van reputatie. Hij was de grondlegger van de 'Politie in Verandering', had de naam een goed manager te zijn en ik zag in hem ie mand die zijn mensen kon motiveren. Hij had en heeft charisma. Hij zou als geen ander een draagvlak kunnen scheppen voor een nieuwe organisatie met wijkteams en in staat zijn om de kloof tussen de politie en de burgers te dichten." Er was slechts één probleem. „Hij zag er vreselijk tegenop om naar Amsterdam te komen. Hij kende de stad niet en was net benoemd in Groningen. Hij vond eigenlijk dat hij het niet kon maken om al weg te gaan. Bovendien begreep hij best dat hij het zwaar zou krijgen als vreemde snoeshaan in de hoofdstad. Het Amsterdamse korps had een zekere reputatie. Hij beschouwde het als een uitermate risicovolle baan en stelde zware eisen. Eén ervan was van meet af aan de tijdelijkheid. Hij wilde het doen zolang ik burgemeester was. Door onze gesprekken was een zekere vertrouwensrelatie gegroeid op basis waarvan hij bereid was om in het diepe te springen. Overigens zou die rege ling nooit zijn toegepast zonder vooraf gaand overleg. Een ambtenaar is een amb tenaar. Die moet onder wisselende omstan digheden kunnen werken. Ik ben er zelf al tijd van uitgegaan dat de regeling alleen on der extreme omstandigheden zou worden uitgevoerd. Als hij echt opgebrand zou ra ken bijvoorbeeld. Ik was er ook van over tuigd dat het niet echt nodig was. Wilde hij weg uit Amsterdam, dan zou hij altijd er gens anders aan de bak kunnen komen." Nordholt verkocht zijn huid duur. Behalve het salaris van 180.000 gulden bedong hij 60.000 gulden aan toeslagen. De onderhan delingen werden onder verantwoordelijk heid van, maar niet door Van Thijn gevoerd. „Dat doe ik niet zelf. Nooit." Nordholts ei sen waren fors, vond ook Van Thijn, „hoe wel het helemaal niet ongebruikelijk is dat door topambtenaren bijkomende voor waarden worden gevraagd. Kwaliteit moet je betalen, vind ik. En Nordholt is goud waard geweest voor Amsterdam. Het ver schil tussen 1986 en 1994 is voor een be langrijk deel op zijn conto te schrijven." Begin dit jaar werd de overeenkomst met Nordholt enigszins aangepast. Dat had alles te maken met Van Thijns op handen zijnde vertrek naar Den Haag. „Jij weg, dan ik ook", liet Nordholt weten. Waarop Van Thijn zich voornam om niet naar Den Haag te vertrekken. Van Thijn: „In één klap de burgemeester én de hoofdcommissaris weg; dat vond ik te gek." Uit het overleg rolde een akte van aanstelling waarin Nordholt het recht verkreeg om per 1 oktober op te stappen. Op voorwaarde dat hij eerst met Van Thijn én met de nieuwe burgemeester zou spreken. Nordholt ging akkoord en maakte dinsdag tijdens een persconferentie bekend dat hij geen gebruik wilde maken van die mogelijkheid. Hij blijft. Van Thijn vindt nog steeds dat zijn keus de juiste was. Kritiek dat hij de greep op zijn charismatische hoofdcommissaris kwijt was en hem in de IRT-affaire de hand boven het hoofd bleef houden, wijst hij van de hand. Grinnikend: „kwaliteit is nu eenmaal lastig. Ik heb hem in het begin bewust veel ruimte gegeven om zich te profileren en te berei ken dat de agenten zich met hem konden identificeren. Hij heeft de publiciteit echter nooit gebruikt om zich tegen het bevoegd gezag te keren. Dan waren de rapen gaar geweest. Tot de IRT-affaire heb ik over zijn functioneren nooit klachten gehoord. Ik heb, ook al gelooft niemand dat, een aantal zeer confronterende gesprekken met Nord holt gevoerd en zijn rechterhand, commis saris Van Riessen, er tussenuit gehaald. Op een wat omslachtige manier heb ik hem een veeg uit de pan gegeven. Ik had me kunnen voorstellen dat hij zou zeggen: Ik ga weg, dat pik ik niet. Ik ben blij dat hij niet op een kleinzerige manier heeft gereageerd op dit grote gebeuren." Dat Nordholts naam ooit heeft gecirculeerd als kandidaat voor het burgemeesterschap amuseert Van Thijn. „Het tekent zijn bete kenis voor de stad. Hij is er duidelijk in ge slaagd om de kloof tussen politie en burgers te overbruggen. Maar het leek me niks voor hem. De burgemeester moet een vergader tijger zijn, zich door stapels stukken kunnen worstelen en als een diplomaat rondgaan. Dat is hem niet op het uniform geschre- SASKIA BELLEMAN JVe M Als penningmeester van de PvdA is hij dj! op leden met zeer hoge inkomens. „Voojp als die trouw hun percentage aan de pari- kas afdragen." Maar als rechtgeaarde so^Qj" aal-democraat juicht hij van harte toe da. partijvoorzitter Felix Rottenberg dinsdagjeüM! een oorvijg verkocht aan PvdA'ers die erlmen uit zijn zoveel mogelijk geld aan de publfege ke zaak te verdienen. "hors Met de uitroep: 'Wij vallen niet op onze jmog knieën voor Eric Nordholt', probeerde Rjnecc tenberg de geldwolven uit de socialistiscfcyst* tempel te verjagen. „Ik vind persoonlijk jriiar ambtenaren, politiechefs, ministers en ki merleden het niet moeten doen om het geld", verklaarde hij voor de microfoon v Omroep Noord-Holland. ENSC PvdA-schatbewaarder Walter Etty, expo-.^T nent van de wethoudersgeneratie die be$paa jaren negentig wegens juppie-gedragdo^pat de achterban naar huis werd gestuurd, zfo,^ in Rottenbergs uitlatingen een welkome uaC: 'oproep in de richting van een nieuwe p(Ler soonlijke moraal'. Keert de PvdA terug n^iei die goede oude tijd waarin te veel geld vq dienen zelfs de salonsocialist een gruwel was? Wat Rottenberg betreft wel. De partj(j< voorzitter (salaris 10.000 gulden per maand) vindt dat een dienaar van de pu blieke zaak niet meer dan 'gewoon een reP0'' delijk salaris' behoort te verdienen, al ho<nev dat lang niet zo hoog te zijn als het salari!"0^ van 'ondernemers die risico nemen'. "e De kwestie Nordholt blijkt een deel van <J^er oude garde binnen de PvdA huiverig te 1 °e hebben gemaakt. VARA-voorzitter Marcë^'j van Dam kon zich als kamerlid soms bij- ®a*< zonder druk maken over het bodeminko; men van Jan Splinter, maar als hem nu wordt gevraagd naar een oordeel over de toppen van het sociaal-democratisch inkioss men geeft hij niet thuis. Ook oud-kamer&avc Arie van der Hek, via de Noordelijke Ont- hui wikkelings Maatschappij beland bij de dee Raad voor Hoger Beroeps Onderwijs, willoe vingers niet aan de kwestie branden. Con dei sultant Arie van der Zwan, ooit een wakkt partij-filosoof, heeft het tegenwoordig als yj ideoloog van bedrijfsleven en overheid zc rl druk dat Rottenbergs 'nieuwe persoonlijk moraal'hem met de mond vol tanden plaatst. he' FNV-voorzitter Johan Stekelenburg heeft \e^ een duwtje nodig alvorens hij over Rotter bergs financiële moraal wenst te praten. Hijzelf verdient 'slechts' een ton. Want, j;01 zeggen ze bij de FNV, 'naar de leden toe kun je het niet maken,je voorzitter net zob veel te laten verdienen als de voorzitter vr"~ de ondernemersorganisatie VNO'. Steke- PC lenburg vindt het logisch dat een sociaal- democraat met veel minder genoegen neemt. „Adel verplicht." Jy „Het is binnen de partij geen hot-item", kent Rik van der Ploeg, hoogleraar econo mie en nieuw PvdA-kamerlid. Hij geeft R<Seo tenberg groot gelijk. „Als sociaal-democrX.j., vervul je publieke functies in de eerste plaats als een soort roeping, omdat je vii dat je het moet doen." Pas op het mome dat zich voor een bepaalde functie geen schikte kandidaten aandienen, kan wat hem betreft een kleine schaarste-toelage worden aangeboden. „Als het de mensen alleen om het geld is te doen, moet je je vragen of je wel de juiste mensen krijgt." Directeur Harry van den Bergh van het te|n j lecombedrijf Alcatel rekent zichzelf nog .|uj steeds tot de rode familie, ook al moest hilee zijn kamerzetel opgeven toen in de de aclgm terban rumoer ontstond wegens zijn geda^ met aandelen. Hij ziet niet in waarom hij als PvdA-zakenman sociaal-democratischLcj normen zo.u moeten aanhangen. Maar werkje in dienst van de samenleving danme past volgens hem financiële bescheiden- lan BELASTING BELICHT kwesties door Dennis Weber WIM STEVENHAGEN Wie een 'auto van de zaak' heeft, moet men 20 procent (24 procent bij woon werkverkeer met een enkele reisafstand van meer dan 30 kilometer) van de ca talogusprijs van de auto bij het inko men optellen: het zogeheten autokos tenforfait. Een terechte bijtelling, want de werknemer die een auto van de zaak heeft, bespaart zich een hoop kosten, zoals de niet geringe aanschafkosten van de auto en eventuele onderhouds kosten die nu door zijn baas moeten worden opgehoest. De meeste mensen hoor je dan ook niet klagen over de re geling. De werknemer heeft nog steeds een kostenvoordeel ondanks de belas ting die over de bijtelling betaald moet worden. Toch is niet iedereen even blij met de regeling. Een directeur had van zijn ei gen BV een Saab 9000 gekregen. Naast zijn werk reed hij hiermee ook privé, en elk jaar gaf hij op zijn aangiftebiljet ruim 15.000 op voor deze auto van de zaak. Omdat de directeur nogal vaak op reis was, had hij ook een kampeerauto (een mororhome) van ruim een ton van zijn eigen BV gehad. Daarin kon hij dan overnachten als hij bijvoorbeeld op beursbezoek was geweest. Zo spaarde hij vele dure hotels uit. Volgens de be lastinginspecteur reed hij echter ook privé in de kampeerauto en de direc teur kreeg een extra belastingaanslag van ruim 20.000 voor deze tweede au to van de zaak. Hier was de directeur het volstrekt niet mee eens. Tegenover diverse belasting rechters betoogde hij dat het toch nooit de bedoeling van de wetgever kan zijn geweest om met het autokostenforfait een ondernemer twee keer te belasten. Maar zelfs bij de Hoge Raad, de hoogste rechters in Nederland, kreeg hij geen gehoor. Hij moest de belastingaanslag betalen. Dat was te verwachten. In de herfst van 1992 had de Hoge Raad ook al een keer een belastinginspecteur ge lijk gegeven die een ondernemer voor drie auto's van de zaak had aangesla gen. En er is zelfs een geval bekend uit het noorden des lands, waar een onder nemer voor vijftien auto's van de zaak een 20 procent bijtelling kreeg. Maar de fiscus trekt niet altijd aan het langste eind. Een belastingbetaler uit Friesland won onlangs een rechtszaak die hij had aangespannen tegen de be lastingdienst aldaar. Deze belastingbe taler reed privé en voor zijn werk in zijn eigen Mercedes Benz 190 Diesel. Hij had dus géén auto van de zaak. Toch wilde de belastinginspecteur 20 procent van de waarde van die auto bij 's mans inkomen optellen. De belastingbetaler kreeg namelijk van zijn baas per zake lijk gereden kilometer een onbelaste vergoeding van 44 cent. Tot zover was er niets aan de hand, want in het jaar waarin het conflict zich afspeelde was het namelijk door de fis cus toegestaan om 44 cent per kilome ter (in 1994 is dit 57 cent) onbelast te vergoeden. Waar de inspecteur echter over viel, was dat de belastingbetaler maar liefst 70.000 zakelijke kilometers in dat jaar had gereden. Daardoor kreeg hij van zijn baas een onbelaste vergoe ding van ruim 30.000 en dat ging de inspecteur toch net even te ver. Volgens hem was de vergoeding zo hoog dat in feite de baas van de belastingbetaler al le autokosten betaalde. Met andere woorden, aldus de belastinginspecteur, de belastingbetaler had gewoon een au to van de zaak. Begrijpelijk dat de belastingbetaler de inspecteur zowat de oorlog verklaarde toen hij dit hoorde. Maar gelukkig greep belastingrechter Wolt van het Gerechts hof te Leeuwarden in. Volgens deze rechter is de 30.000 terecht onbelast en valt er volgens de wet voor de rest geen voordeel bij de goede man te be lasten. De staatssecretaris van financiën was vervolgens de eerste om te erken nen dat hij het eens is met de beslissing van de rechter. Hij besloot dan ook om niet in beroep te gaan. Dat is goed nieuws voor belastingbetalers die in hun eigen auto veel zakelijke kilometers rijden. Zij kunnen nu zonder proble men een hoge onbelaste autokosten vergoeding ii

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 2