WlTERKRANT Oase in verdronken woestijn Bestemming: Kagerplassen Roeien hoort bij studeren als het water bij vissen Op de bon voor te snel varen Zwemmen nog afgeraden Drogist op het water WOENSDAG 17 AUGUSTUS 1994 11 Regionale vefwachting voor don- 19 graden derdag 18 augustus Aangekondigd als een spette rend watersportfestival, was het vooral een landerig landgebeu- ren. Gisteren presenteerden zich in, maar vooral rond het Galgewater, de zes studenten watersportverenigingen. Het festijn is een traditioneel onder deel van de El CID week, de in troductieweek voor aankomend studenten. Het mooie weer en het negatie ve zwemadvies voor het Galge water legden al de basis voor een tamme sfeer. Maar de in stelling van de nieuwe eerste jaars gaf waarschijnlijk de door slag. Zij kwamen weliswaar massaal, 1600 a 1700 nullen wa ren er wel, maar om zich gelijk op te geven voor een water sportvereniging, dat was wat anders. „Ik beslis vandaag echt nog niet", licht een 19-jarige psychologie-studente uit Vinke- veen toe. „Ik blijf voorlopig bij m'n ouders wonen en reis die vijf kwartier dagelijks met de trein en heb dan geen tijd voor een sportvereniging." Een 20- jarige aankomend-rechtenstu dent uit Maastricht verwoordt zijn gedrag aldus: „Ik wacht eerst even af wie de nieuwe mi nister van onderwijs wordt. Als dat zo'n klojo - excusez le mot' - is, die het studentenleven echt de nek wil omdraaien, weet ik niet wat ik doe." Maar volgens Miranda Ophof van de El CID-commissie is het ook niet de bedoeling dat nu daadwerkelijk wordt gekozen. „Het gaat erom dat de eerste jaars vandaag een gezellige dag hebben en weten wat de moge lijkheden zijn." Lid worden van een vereniging is volgens Ophof wel van het allergrootste belang. „Als je alleen maar studeert word je echt wereldvreemd." Bij waterpolovereniging Aqua- mania heeft zich rond half vier precies één lid gemeld. Roeiver eniging Njord telt dan dertig nieuwelingen. Tevreden? Mar- tijn Boermans, bestuurslid van de 120-jaar oude vereniging, weifelt. „We hebben het liefst twee a driehonderd nieuwe, maar de komende dagen meld den zich vast meer mensen." Njord heeft momenteel rond de 800 leden. Boermans legt uit hoe belangrijk 'De Roei' is. „Studeren en roeien-horen bij elkaar als water en vissen." Wat volgens Boermans een 'erg aar dige' bijkomstigheid van roeien is, is het feit dat de student voorafgaand aan belangrijke wedstrijden 'stevig in training' gaat. Geen alcohol, niet roken, op tijd naar bed. „We kweken zo discipline en saamhorigheid. Dit zijn de basisvoorwaarden voor een sterk karakter." IRENE NIEUWENHUUSE» LEIDERDORP Twee schippers hebben gistermiddag een procesverbaal gekregen omdat zij te hard voeren. De schippers werden respectievelijk be trapt op de Zijl en het Zweiland. Op de Zijl werd een snelheid van 50 kilometer per uur geregi streerd. Op het Braassemermeer kreeg een schipper een prent, om dat zijn boot niet stond geregistreerd. De Waterkrantboot vaart vandaag in de omgeving van Leiden en Lisse. Morgen wordt de steven gewend in de richting van de Kager plassen. Wie tips heeft voor de bemanning kan bellen naar het spe ciale telefoonnummer op de redactie van het Leidsch Dagblad: 071-356401 of rechtstreeks met de schipper aan boord: 06- 52801476. AGENDA LOGBOEK Dinsdag 16 augustus, Noordzee „Goed naar de golven blijven kijken, dan heb je er het minste last van", instrueert mijn colle ga boven het geluid van de mo tor uit. We staan achter de klei ne kajuit van wat het neusje van de zalm voor de sportvisser moet zijn, en houden ons krampachtig vast aan twee handgrepen die niet toevallig op deze plek zijn aangebracht. De harde wind van het afgelo pen weekeinde is tot een aan vaardbaar niveau afgezwakt, maar het duurt nog een paar dagen voordat de zee daar ook achter is. Als een op hol gesla gen kermisattractie ploegt het oersterke visbootje door water muren van twee tot drie meter hoog. „Een broodje?", verzucht ik op gelucht als we na een dik uur steile-wandacrobatiek op de plek van bestemming komen. Nee, schudt mijn collega. „Een half broodje dan?", dring ik aan. In een vloeiende beweging buigt hij zijn hoofd naar de rai ling. Wat volgt is het onmisken bare geluid van iemand die zijn voedsel in de omgekeerde volg orde de slokdarm laat passeren. Met de angstaanjagende regel maat van een house-cd blijft hij ons de eerstkomende twee uur van deze achtergrondgeluiden De 'vismaat' van onze gastheer Cees Juffermans, Noordwijker Kees de Ridder, had het al voor speld: het varen met deze dei ning is nog niets vergeleken met het stilliggen. Aan het anker touw dat op zeventien meter in de zeebodem steekt, verandert het bootje in een dronken jojo. Het wordt zijdelings opgetild, glijdt met een vaart weer naar beneden, duikt vóórover en achterover in een nooit eindi gend ritme. Nu hebben we deze trip inder daad ondernomen om de vissen te voeren, maar de overgave waarmee dat op dit moment gebeurt verbaast zelfs Juffer mans. Wat verbouwereerd deelt hij het materiaal uit aan de twee Leidsch Dagblad-opvarenden die nog wel tot hengelen in staat zijn. Mijn andere collega, visdeskundige bij uitstek, zet zich geroutineerd aan deze taak. Zijn eerste vangst bestaat uit een kleine steenbolk en een makreel, die tegelijkertijd boven water worden gehaald. De steenbolk verdwijnt nog vóór het binnenhalen weer in zee, en hij lijkt zich over de railing te buigen om de vis na te kijken. Pas als de auteur van een recent artikel over 'het zorgvuldig ont- haken van de vis' na een kwar tier nog steeds geen aanstalte maakt om de op het dek klap perende makreel van zijn haak je te bevrijden, dringt het tot ons door dat de zee een nieuw slachtoffer heeft geëist. Het dek van de 'Offshore 707' telt twee ingebouwde kisten die als zitplaats dienst kunnen doen. De ontwerper heeft ze strategisch aan stuurboord en bakboord geplaatst, op een plek waar de railing aan de scheeps wand ontbreekt. Als twee lekke stootwillen bungelen de hoof den van mijn gelegenheids-be manningsleden de rest van de tocht buitenboord. Traditionele Noordzeebodem-bewoners zwemmen dicht aan de opper vlakte om maar niets van dit stromend buffet te missen. Als na de half verteerde etens resten nog slechts gal en andere bijtende lichaamssappen via de huig hun weg naar het water vinden, verdient die beroemde zin uit Heijermans' 'Op hoop van zegen' enige aanpassing. De vis wordt zuur betaald. De plassen in Zuid-Holland zitten nog altijd vol blauwwieren en zwemmen wordt dan ook nog ontraden. In veertien plassen waar onder de Kagerplassen, de Braassem, de Langeraarse plassen en de Alphense Zegerplas is het gehalte aan blauwwieren zo hoog dat ba den gezondheidsrisico's met zich meebrengt. Bacterieel zijn de meeste wateren niet onveilig meer nu het weer is verslechterd en de recreatiedruk daardoor vermindert, zo blijkt uit onderzoek waarvan de resultaten gisteren bekend zijn gemaakt. De watertemperatuur is nog steeds hoog. De groei van de blauw wieren gaat daardoor onverminderd voort. Blauwwieren kunnen bij daarvoor gevoelige mensen, klachten als hoofdpijn, jeuk of huiduitslag veroorzaken. Zodra de temperatuur van het water sterk daalt, bijvoorbeeld door overvloedige regenval, zullen de algen en wieren massaal afsterven. Daarbij komen giftige stoffen vrij. De kans dat hierdoor zwemmers ziek worden is klein. Overvloedig do de algen of wieren maken het water door schuim en stank zo on aantrekkelijk dat iedereen een duik wel uit zijn hoofd laat. De Offshore 707 in de 'thuishaven' Scheveningen. Noordzee-vissen rond het 'wrak van Jitffermans Vissen kunnen heel gelukkig zijn in een vissersboot. Of in kustvaarder, een zeilboot of een plezierjachtje. Zo lang die boot maar rustig op de bodem an de Noordzee ligt, vinden ze r een prachtige schuilplaats en voldoende voedsel. Een gezon ken boot is als een kunstmatig rif, een oase in een ondergelo pen woestijn. Het is een bevol kingscentrum in een stuk zee arin verder slechts af en toe i karavaan voorbij trekt. Scheepswrakken zijn dan ook de ideale plek voor vissers om eens een hengeltje uit te gooien. Tien mijl voor de kust van Kat wijk en Noordwijk geeft de na- vigatie-apparatuur aan boord i Cees Juffermans' 'Zuidwes ter' (een boot van het type 'Offshore 707') aan dat we er zijn. De'tocht vanuit de Scheve- ningse haven over een zee met golven tot drie meter hoog is ten einde. Hier ergens moet het wrak liggen dat onder Scheve- ningse sportvissers bekend staat als het 'Juffermanswrak'. „Om dat wij daar zo vaak liggen te vissen", verduidelijkt de Oegst- geester schipper, botenbouwer en jachthaveneigenaar. „Als die Scheveningers dan langs komen is het: daar ligt Juffermans weer op zijn wrak." De laatkomers wijken dan maar uit naar een ander scheepskerk- hof. Er zijn er immers zat. Hon derden liggen er voor de Zeeuwse en Hollandse kust, soms wel een dozijn schepen vlak bij elkaar. Vooral op plaat sen met veel scheepvaart en vreemde stromingen, zoals voor de Rotterdamse haven. Vanwaar dan die vreemde voor keur voor dat ene wrak, dat bo vendien ook maar een kleintje blijkt te zijn? Dat zit 'm vooral in de Deense beroepsvissers. „Die zetten hun netten om de wrak ken heen. Op die manier vissen ze zo'n plek in een paar weken helemaal leeg. Het wrak blijft dan verlaten totdat de vissen die bij Engeland hebben ge paaid langstrekken op hun tocht naar Noorwegen en hier weer een nieuw onderkomen zoeken." Kleine wrakken zijn voor beroepsvissers niet inte ressant, zodat deze overblijven voor de sportvissers. Wanneer die visliefhebbers goed in hun slappe was zitten, kunnen zij er eventueel voor kiezen om hun hengeltje uit te werpen vanaf een boot zoals Juffermans die bouwt. Com pleet met alle elektronica komt het zeven meter lange scheepje op een slordige anderhalve ton. Maar dan heb je ook een schuit die met de wind in de rug op volle zee gemakkelijk 55 kilo meter per uur vaart. De appara tuur aan boord is verder gelijk aan die van een professionele viskotter. En ondanks zijn ge ringe afmetingen is de Offshore 707 heel zeewaardig: Juffermans heeft er al de oversteek naar En geland mee gemaakt. De Oegstgeestenaar bouwt de Offshore sinds begin dit jaar op zijn eigen jachtwerf aan de Haarlemmertrekvaart. Voor die tijd beperkte hij zich vooral tot kleinere boottypen, die vooral populair zijn bij zeevissers die vanaf de stranden van Katwijk en Noordwijk opereren. Deze vaartuigen kunnen vanaf een trailer zo de branding worden ingeschoven. „Maar er zijn nu ook al mensen die met het plan rondlopen om dit grotere schip gewoon vanaf het strand te lan ceren." Ongeveer driejaar geleden kwam Juffermans in contact met de Engelsman Rod Baker, de ontwerper van de Offshore. „We zijn overeen gekomen dat ik de Offshore in Nederland en België mocht verkopen als hij één van mijn kleinere boten mocht gaan afzetten. Maar toen hij een jaar geleden bijna failliet was, heb ik de rechten op deze boot plus alle mallen van hem overgenomen." Het eerste exemplaar van deze serie - nog half-Engels en half- Nederlands - was voor Juffer mans zelf. Hij gebruikt het schip voor demonstratietochten en, zeker niet in de laatste plaats, voor zijn eigen plezier. Vrijwel elke week is hij minstens één dag op het schip te vinden. Ge routineerd stuurt hij op deze maandag de Offshore ruim een uur lang met een hoog tempo door de flink deinende zee. Na een beetje zoekwerk met de na- De grote bedreiging voor de 'sportieve' wrakkenvisser: een 'staande- wantvisser', die zijn netten rond een scheepskerkhof uitzet. FOTO DICK VAN DER PLAS vigatie- en visopsporingsappa- ratuur wordt de preciese plek van het wrak vastgesteld. Anker uit en vissen maar. Binnen vrij korte tijd halen de ervaren schipper en zijn maat Kees de Ridder uit Noordwijk zonder veel moeite een aardig maaltje naar boven. Gullen, steenbol ken en makrelen bijten zonder na te denken in wormen en blinkende stukjes metaal die steevast een scherpe haak ver bergen. En voor ze het weten liggen ze te spartelen in de plas tic kist die speciaal voor deze vorm van dierenopvang is mee genomen. Van de twee inmiddels groen weggetrokken verslaggevers heeft het onderwater-paradijs weinig te duchten. Als dank voor het weinig aangenaam ver pozen voeren zij hun halfver teerde ontbijt aan de vissen. Loek Barbet is aan het vissen op de Wijde Aa. Loek is een ras-Hagenaar, maar nu woonach tig in Zoetermeer. Een rustige man, vol vis serswijsheid. Een gezicht van edel houtsnij werk, een oogopslag waarin de einder zich weerspiegelt. Zijn groene roeibootje heeft hij met twee staken vastgezet, net zoals dat op dat be roemde schilderij van Monet is gedaan. Op het moment dat wij hem dreigen te enteren, haalt hij net een palinkje op. „Vroeger ving je die hier erg veel. Wel zón stuk of tien per dag. Dan nam je ze mee naar huis om ze te stoven of te roken. Nu vang je ze niet veel meer. Waar dat aan ligt, weet ik niet. Mensen ver- 'huizen, maar vissen misschien ook!' De paling glipt van de haak af. Loek Barbet is nu 75 jaar. Hij is drogist geweest, had een winkel in de Tweede van der Kunststraat in Den Haag. Een van de filialen van de bekende drogistenketen De Salamander, van die keuri ge zaken waar je vader in de jaren vijftig kus sentjes shampoo van Blondina kocht. Waar hij zijn eerste condooms wilde kopen, maar er met een rood hoofd en een zakje gemengde drop weer uitkwam. Er stonden van die keuri ge, keurige heren en dan durfde je zoiets niet te vragen. „Wat ik hier vooral zoek is de rust', zegt Loek. „Sommige mensen vragen aan mij wel eens: wat zie je hier nu in? Dan zeg ik: ik ben al zevenentwintig jaargetrouwd en ik vraag me nooit af waarom. Met vissen is het het zelfde. Ik ga s morgens om een uur of acht weg, als de files voorbij zijn. Vroeger had ik nog wel eens een maatje jenever bij me. Nu is het koffie. Het is toch heerlijk hier! Loek gaat door met vissen. Zijn schouders een beetje opgetrokken, tuurt hij naar zijn dobber. De vislijn glinstert in de zon. Een dunne verbindingslijn meteen rustige, rustige wereld. TEKST: CEES VAN HOORE FOTO: DICK VAN DER PLAS Cees Juffermans slaat een gul (kleine kabeljauw) aan de haak. FOTO DICK VAN DER PLAS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 11