"V&TERKRANT 'Niemand zeurt over de regen' "Bestemming: Leiden Suikerblazer aan het water Vrouwe uit de vaart Wel een doodshoofd, maar geen piraat te bekennen 1INSDAG 2 AUGUSTUS 1994 9 De boot van het Leidsch Dag- blad vaart vandaag en morgen t in Leiden. Wie tips heeft voor de bemanning kan bellen naar het ijspeciale telefoonnummer op de 36.9C 70,00 73,20 redactie van het Leidsch blad: 071-356401 of rechtstreeks met de schipper aan boord: 06- 52801476. AGENDA 112.9C 71,0Qdinsdag 2 augustus lO^CKatwijk 21 oQToeristenmarkt in het centrum, tot 87.O021 OOiiur. 42.8C°Pen"Avond Boothuis KNRM, Rijn- 49!0Cmond-van 19.00 tot 21.30 uur. 35!0GNoordw'ik 61,6GToenst'sche zomermarkt in Hoofdstraat Koopcentrum, tot 22.00 uur. Vuurwerk vanaf het strand t.h.v Kon. WOENSDAG 3 AUGUSTUS Katwijk Zomeravondwandeling, org. Staadsbos- beheer Hollands Duin, start vanaf de Soefitempel, Zuidduinen, 19.30 uur. Noordwijk Kinderkermis op trottoir Vuurtorenplein. Zandkastelen bouwen op het strand tus sen politiepost en ZVN, van 14.00 tot (T LOGBOEK 5l,7ÖMaandag 1 augustus, Meerbur- 93 4f êer Watering. 9290, Wie met een boot hoger dan 1.59 meter naar Zoeterwoude wil, staat voor een onmogelijke opgave. De Meerburger Wate ring alleen al telt een hele reeks bruggen, waarvan de laagste een doorvaarthoogte van 1.60 meter heeft. Wie dus, zoals wij, vaart met een bovenbouw die schommelt tussen de 1.80 en 1 90 meter, vraagt om moeilijk heden. En daarmee hebben we de afgelopen periode al heel wat logboekjes gevuld. Door met een accu-boormachi ne 24 schroeven te verwijderen, 29,90, gaan we vandaag het 'onmoge- 34,00| Hjke' presteren. De complete 6n tal voorruhen beide zijruiten ko- 3120 men 'os °P romP te staan, de 15*80' kaP van zeildoek wordt naar 26,00; achteren gevouwen. Het plan is 5.60J om bij elke brug het glazen front op te tillen en zachtjes achterover te laten zakken. Het KNMI voorspelt 'alleen in het oosten' wat regen. Of het nu schort aan de meteorologische- of aan de topografische kennis van de dienstdoende weerkun* dige zullen we nooit weten, maar direct na het passeren van de eerste brug begint het te plenzen alsof het nooit meer zal ophouden. Het nadeel van varen zonder voorruit is dat de kap niet dicht kan. Bij de vierde brug die we met ons gestripte vaartuig pas seren, weten we niet meer waar zich nu het meeste water be vindt: boven ons of onder ons. We besluiten onder het brede brugdek af te meren en te wachten tot het wat droger wordt. Langzaam glijden we naar de zijkant van het beton nen gewelf, waarvan de zolde ring boordevol blijkt te zitten 44.70 met spinnewebben en hun uit de krachten gegroeide makers. Onze vier gebukte hoofden fun geren als plumeaus. Na een klein half uur in deze naargeestige schuilplaats be sluiten we op te breken: weer of geen weer. Nog onder de brug - toevallig één van de hogere van 1.80 meter - zetten we de voor ruit overeind en brengen de kap op zijn plaats. Heel langzaam kruipt de boot vooruit, in de richting van het regengordijn. Toegegeven, de enige vrouwelij ke redacteur ziet dat lagere ri cheltje aan het eind van het pla fond eerder dan wij. De voorruit haalt het net, maar het frame van de kap achter ons blijkt tien centimeter hoger. We blijven haken en met een donderend geraas wordt de glazen opbouw door de kap naar achteren ge trokken, alles wat hij op zijn weg aan obstakels tegenkomt wegvagend. Ook de vier opva renden slaan tegen de grond, van wie twee nogal hardhandig. Moraal: druk nooit je neus te gen een voorruit die op het punt staat naar achteren te schuiven. Alleen de ruitewisser blijkt uit eindelijk blijvende schade aan de klap te hebben overgehou den. Als een duikbootkapitein met staar zoeken we onze weg naar een volkomen verlaten ka de in Zoeterwoude. Maar ook hier houden we het niet droog. De regen sijpelt door de kap over de meegebrachte dagbla den en de symboliek dringt zich op. Het worden Waterkranten. En wij? Ook wij waren de afge lopen drie weken nog nooit zo één met ons produkt. Gelaten zitten we de plensbuien uit. Als natte kranten. DICK VAN DER PLAS LEVENSWATER De purperreiger is verre van purper, maar diep roodbruin. In te genstelling tot de gewone blauwe reiger, is de purperreiger zeld zaam en schuw. Ze is slanker dan haar blauwe soortgenoot en vliegt met de nek in een scherpe S en de poten achter zich. On danks zijn afmetingen (in alle boeken staat exact 79 centimeter ver meld) weegt de purperreiger maar één tot anderhalve kilo. In de moerassen rond de Nieuwkoopse plassen houdt zich een ko lonie schuil. Alleen in gebieden met goede beschutting, dus met veel riet en wilg en veel vis, kan de purperreiger aarden. De hoge poten maken het mogelijk door het water te waden, de lange nek zorgt ervoor dat ze dan toch nog bij de vis kan komen. Witvis en baars, kikkers en andere amfibieën vallen ten prooi aan de hongerige reigers. De purperreiger broedt in mei en legt drie tot vijf eieren. Mannetje en vrouwtje broeden die gezamenlijk in 25 dagen tijd uit. De jongen blijven in het nest en worden door de ou ders gevoerd. Pas na dik zeven weken kunnen ze vliegen en op ei gen benen staan. Eind juli al gaan de purperreigers op de wieken, op weg naar West-Afrika om daar te overwinteren. De purperreiger wordt in zijn voortbestaan bedreigd. Door de droogte in West-Afri- ka is daar weinig te eten. In Nederland verdwijnen elk jaar weer riet- en wilgemoerassen en zohder die gebieden kan de purperrei ger niet overleven. Dat is ernstig: ongeveer 90 procent van alle Noord-West-Europese purperreigers broedt in de 'onze' moerasge bieden. MONICA WESSELING n IVN, T. Gordijn Regionale verwachting voor woensdag 3 augustus 26-28 graden DER KOOIJ.071-3 Toeristische Kanobond op trektocht over de Zuidhollandse wateren Niemand hoeft uit de boot te vallen bij de Toeristische Kano bond Nederland. „Iedereen mag met ons mee", zegt Harm Kraima, cv-monteur uit Ba- rendrecht maar in deze dagen leider van een groep van 21 per sonen die per kano een trek tocht maakt door Zuid-Holland. „Een beetje ervaring is wel mee genomen, maar die heb je al snel. Enige voorwaarde is eigen lijk dat je een goede kano hebt, met een spatzeil om over het gat te trekken waar je in zit. En je moet lid worden van de bond. Dat kan iedereen." Na een dag vol plensregens en onweer duiken ze 's middags ineens op in De Vliet. Eenen twintig personen, in de leeftijd van 8 tot 59, op vakantie in de kano. Ze trekken op de donkere dag een fris kleurig lint over het water met hun zee- en combi kano's en die ene Canadese ka no. Afgelopen zondag zijn ze vertrokken uit Den Haag en ze zijn nu op weg naar de Horizon aan de Kagerplassen in War mond. Daar kampeerden ze gis teravond, vandaag gingen ze door naar de Braasem, waarna ze via Vlietland en Vlietzicht in Rijswijk vrijdag terugkeren naar Den Haag. In de Hofstad dient het terrein van de jeugdwatersportvereni- ging De Madelief als uitvalsba sis voor de tochten. Niet voor iedereen een onverdeeld genoe gen (Vlak voordat we weggin gen was er een tuinfeest in de buurt, daar liep iemand met een hakbijl te zwaaien'), maar daar is het vaste kamp. „En daar kamperen momenteeel zo'n honderd mensen uit het hele land", legt trektochtleider Krai ma uit. „Daar zijn veel mensen bij die elke dag een andere tocht maken, maar wij doen de doorgaande route." Dat het daarop toevallig een keertje 'wat minder warm' is, vindt niemand van de meeva renden een probleem. Integen deel, het komt de groep wel goed uit dat Nederland de stu die voor Amazone-gebied een dagje onderbreekt. Kraima: „Normaal gesproken vaar je op een dag twee afstanden. De langvaarders doen 28 kilometer, de anderen 20 kilometer. Maar we hebben zondag alleen de korte afstand gedaan, vanwege de hitte. Iedereen vindt het dan ook heerlijk, een beetje regen. Er is in elk geval niemand die erover zeurt." De kano's trekken op een donkere dag een fris kleurig lint over het water. foto loekzuijderduin Dat de stemming er in zit, blijkt onder meer als Tini uit Noord- Holland bij het gesprek betrok ken raakt. „Als je dit eenmaal hebt gedaan, wil je nooit meer wat anders", meldt ze vrolijk vanuit haar kano. „Kennissen van me hebben ook zo'n jachtje als jullie, maar ik vind dat maar niks. Je ontbijt, je drinkt een kop koffie, je luncht en je neemt een borrel - maar daarmee houdt het wel op. In een kano ben je altijd bezig. Voor jezelf, maar hier heb je tegelijkertijd ook de gezelligheid van een groep." Samen varen, samen eten, sa men kamperen - alles wat er voor nodig is, wordt meege voerd in de relatief kleine bootjes. Slaapmatjes, tenten en kookgerei worden drooggehou- den onder de luiken van de vaartuigen, waaraan de eige naars vaak bijzonder gehecht blijken te zijn. „Mijn boot kun je niet kopen, mijn vrouw wel", roept de man in de Canadese kano die zich onder meer van het zeemodel onderscheidt door de eenbladige peddel. Grapje natuurlijk, maar wel eentje met een serieuze onder toon, want niemand hoeft de le den van de Toeristische Kano bond Nederland te onderschat ten. „Omdat de belangen van de recreatieve vaarder niet goed werden behartigd door de Ne derlandse Kanobond", werd de Toeristisch Bond zes jaar gele den opgericht. Sindsdien wordt een geheel eigen koers gevaren. De eendaagse en meerdaagse tochten door het hele land le verden tot nu tot 1250 betalen de leden op - maar het werkelij ke ledental is veel hoger. Krai ma: „Dat ligt rond de 3000 mensen, maar per gezin hoeft maar één persoon te betalen." Kosten van het lidmaatschap: 35 gulden per jaar, waarvoor le den zes keer per jaar het bonds blad ontvangen. Bovendien kunnen ze meedoen aan alle activiteiten, zoals brandingva ren en wildwatertochten en zijn er winterbijeenkomsten (in De Flint in Amersfoort) met allerlei lezingen. Verder krijgen leden les in reddingsoefeningen en in eskimoteren, oftewel in de boot ronddraaien in het water. „Het leuke van deze trektochten is dat je de auto neerzet aan het begin en vervolgens alles zelf doet", stelt Kraima vast. „Het gaat niet om de snelheid, maar om de gezelligheid. Je hebt geen files en je komt op plekken waar je normaal gesproken nooit komt. Bovendien kan iedereen het leren. Ook dat eskimote- Zo hoeft niemand uit de boot te vallen bij de Toeristische Kano bond Nederland. PAUL DE TOMBE „Ik heet Hendrik. Als je de H van mijn voornaam weghaalt en die vervangt door een V heb je mijn achternaam. Hen drik Vendrik dus. Nee, dat is niet mijn artiestennaam. Zo heet ik. Je mag een stukkie over me schrijven maar dat moet ik eerst lezen. Als je er daarna ook maar een letter aan verandert, schakel ik een advocaat in." Hendrik Vendrik. Hij zit met twee kennissen iets te drinken in Hoogmade, op het terras van restaurant De Kromme Dóes. Hij is tachtig jaar oud, maar dat klopt niet. „Ze heb ben bij de geboorte-aangifte een fout gemaakt." Hendrik Vendrik. Een man met een ingebouwde mega foon. Zijn stem schalt over het water, over het bootje ook waarmee hij hier is gekomen. „Ik woon in Ter Aar. Vanoch tend wilde ik met die twee mensen hier gaan varen. Toen ik op weg was, realiseer de ik me dat ik vergeten had om het vlees uit te zetten. Ik was sudderlapjes aan het bra den. Ik heb van iemand langs de kant een fiets geleend en ben dat even gaan doen." „Weet u waarom ik die boot heb gekocht? Door twee ge dichten van Vondel. Twee ge dichten die aan de Noordzij de van het Centraal Station staan gebeiteld. Ze gaan over de dierbare gloed van huis en haard. Vondel wil zeggen dat de mens niet te vermetel moet zijn en de dingen in zijn nabijheid moet leren waarde ren. Met dit bootje bezoek ik de nabije streken, mijn eigen Holland." „Ik heb een gerenommeerd restaurant gehad. Ik ben van mijn beroep suikerblazer. Kunstwerken van suiker heb ik gemaakt, prijzen gewonnen in heel Europa. Met tal van beroemde mensen heb ik kennisgemaakt in mijn loop baan. Met Josephine Baker bijvoorbeeld. Ze vertelde me eens dat ze naast twee gene raals van de NAVO in Parijs zat te dineren. Waarom, zo vroeg ze aan één van de gene raals, moet er zoveel geld naar defensie toe, waarom vliegtuigen kopen voor mil joenen dollars? Eén van die generaals ant woordde: mevrouw Baker, dat zegt u nu wel, maar heeft u wel eens gedacht aan al die cosmetica, al die schoon heidsmiddelen, aan al die ju welen die vrouwen kopen? Dat is pas verspilling! Dat ben ik niet met u eens, zei Josephine Baker. Vrouwen behalen een miljoen overwin ningen per dag en dat kunt niet zeggen. Heerlijk toch, zoiets." „U mag mijn levensgeschie denis optekenen, hoor. Maar dan moet u eerst wel vakantie opnemen. Hendrik Vendrik is de naam. Ik woon in Ter Aar. Tegenover Uyttewaal, u weet wel, die fabriek waar ze au gurken inmaken. Ik zie die mensen daar na het werk al tijd met van die zure gezich ten naar buiten komen. Proost. O ja, als u er één weg geeft, hoef ik hem niet te be talen." Hendrik Vendrik. Hij zwaait ons na als we wegvaren. Hij roept ons ook pa. Zijn stem schalt over het rustige bin nenwater. „Ik zoek een vrouw!", roept hij. „Maak in dat stukkie duidelijk dat ik een vrouw zoek! Een vrouw!" 'Free as the wind' staat er boven de deur van de kajuit. Vrij als de wind, hoekige letters, uitgebei teld in het stroopkleurige hout. Maar de spreuk komt haar nu als een vloek voor, de woorden zijn verworden tot een wrede verwijzing naar een ver verleden. Ooit zoefde Vrouwe Catharina over de wateren, waarheen de wind haar maar blies en haar baasje haar ranke lichaam maar stuurde. Die tijd is nu voorbij. Want haar baasje heeft de mast neergehaald en Vrouwe Catharina aan de wal van de Noordbuurtseweg in Zoeter woude vastgebonden, voordat hij met de noor derzon vertrok. De wind heeft inmiddels wel vrij spel in de kajuit. Enkele glas-in-lood-raampjes zijn gesneuveld. En het water, het water staat haar aan de lippen. Dagenlang heeft ze gewacht op redding, maar ze heeft geen zin meer. Ze ver moedt dat haar toekomst uitzichtloos is, dat ze naar de kelder gaat. Dan maar snel, kom maar op met die regen, denkt ze. Kop op meid, het valt allemaal wel mee! De MS Zuydtwijck is net van de ondergang gered en ook voor jou is de red ding nabij. Want wat vertelde een toevallige pas sant over jouw desolate toestand? Dat je daar 'in ligt te trekken'. Dat je een jaar op de wal bent ge weest en dat daardoor het hout is gekrompen. De kieren moeten nu eenvoudigweg dichttrek ken en dat heeft even tijd nodig. Heb dus geduld Vrouwe Catharina. Ooit zul je weer vrij zijn als de wind! foto loek zuijderduin Douane maakt laatste vlucht met Sperwer De laatste tocht van de Sper wer voerde onder meer over de Zijl en de Vliet naar Rot terdam. Daar, in de haven stad, moest de douane haar watervoertuig afstaan aan de collega's ter plaatse. De Sper wer wordt voortaan ingezet voor controlewerkzaamhe den in de haven. De douane surveillance in deze regio heeft de boot hier niet meer nodig. „Het werk kan net zo goed vanaf de wal worden gedaan", zegt teamleider R. de Jong van het douane hoofdkantoor in Hoofddorp. De Sperwer werd door de douane ingezet om boten te controleren in het uitgestrek te gebied vanaf luchthaven Schiphof tot luchthaven Zes tienhoven bij Rotterdam. Ongeveer honderd surveil lance-ambtenaren van de douane bekijken nu vanaf de wal steeksproefsgewijs de pa pieren van de eigenaars van plezierjachten. Heeft de kapitein wel BTW betaald over zijn jacht, en, afhankelijk van de herkomst, de invoerrechten? En hoe zit het met de milieuheffing? „We doen dat nu als de bo ten aanmeren. Dat gaat net zo makkelijk. Het is jammer dat de boot weg is, maar het scheelt wel behoorlijk in de kosten. Het is veel goedkoper om het werk vanaf de kant te doen." Ook de brandstof van de aanmerende boten wordt door de douande regelmatig onderworpen aan een nauw gezette inspectie, vertelt De Jong. „We bekijken of over die brandstof accijns is be taald. Boten varen namelijk ook op de zogeheten rode gasolie: dat spul wordt nor maal gesproken gebruikt door boeren die er hun trac tors mee in beweging zetten. Maar omdat rode gasolie een stuk goedkoper is dan nor male brandstof, treffen we het ook wel eens illegaal aan in de tank van een boot. En dan volgt een bekeuring." De Jong en zijn collega's herken nen de verboden brandstof snel genoeg. „Aan de kleur: de illegale gasolie is rood, dus dat is nogal makkelijk. En als het niet meteen dui delijk is, nemen we een monster mee naar het labo- Het afscheid van de Sperwer is voor de douanebeambten nog niet helemaal definitief. Als ze om wat voor reden dan ook nog eens het water op moeten, mogen ze de boot lenen, zo hebben de Rotterdamse collega's toege zegd. CAROLINE VAN OVERBEEKE Harvey Wallbanger Cocktailbar Fandango in Leiden maakte speciaal voor de Waterkrant een aantal verrassende cocktails. Vandaag: de Harvey Wallbanger, volgens de makers een 'Frisse cocktail voor een zomerse avond en makkelijk te maken'. Ijsklontjes in een longdrinkglas doen 40 cc wodka inschenken opvullen met verse jus d'orange scheutje galliano erbij (soort vanillelikeur) garneren met een schijfje sinaasappel Proost! COCKTAILBAR FANDANGO Zolang Vrouwe Justitia nog steeds een blinddoek voorheeft en de piraat slechts één lapje voor een van beide ogen, loont misdaad nog steeds. Vandaar dat het ook geen bevreemding wekt dat daar, aan de oever van de Warmondse Leede, een pira- tenvlag wappert. Een wit doods hoofd met gekruiste botten er onder op een zwarte onder grond. Daar moet dus een wa tercrimineel huizen. Of mis schien is het wel een uitvalsba sis van een hele groep piraten. Een oorlogscorrespondent zal nooit versagen. En stapt dus ook in dit geval ogenblikkelijk aan wal. Om na een tijdje toch een tikkeltje gedesillusioneerd terug te keren naar zijn boot. Hier aan de Leede woont geea piraat. Er is gewoon niemand te bekennen. Het is waarschijnlij ker dat hier een eerzame burger woont die met hard werken zijn paleisje bij elkaar heeft ge spaard. Want in de schoorsteen zit geen kraaiennest en alle tuindeuren staan gewoon open. Heeft de eigenaar van dit huis dan nog nooit van dieven ge hoord? Hoe dan ook, dat het zelf een dief is, lijkt hier uitge sloten. Kortom, zoals Vrouwe Justitia met een blinddoek door het le ven gaat, zo heeft menig oor logscorrespondent oogldeppen op. HERMAN JOUSTRA r s

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 9