'Dit kabinet was
geen cent waard'
c^s'Mama, ik ben niet meer je kleine meisje'
Nieuwe regering
Rwanda voor
onmogelijke taak
Feiten Meningen
Gruwelijke
mishandeling vrouv
schokt Pakistan
DINSDAG 19 JULI 1994
NIEUWSANALYSE
De oorlog in Rwanda is voorbij en wij zijn
de winnaars en daarmee de nieuwe leiders
van het land, beweert het Patriottisch Front
(RPF). Maar dat is na ruim drie maanden
volkerenmoord gemakkelijker gezegd dan
gedaan. Het zal de voormalige Tutsi-rebel-
len nog heel wat hoofdbrekens kosten om
de stabiliteit in het land te herstellen en het
vertrouwen van de gevluchte Hutu-bevol-
king te winnen.
Vandaag wordt een eerste poging daartoe
gedaan met de installatie van wat het RPF
een regering van nationale eenheid noemt.
Een regering waarin, uiteraard, het RPF een
voorname plaats inneemt, maar waarin ook
prominente posten zijn gegund aan Hutu's:
zowel de president (Pastor Bizimungu) als
premier (Faustin Twagirimungu) behoren
tot die stam. Ook de gematigde groeperin
gen die de Hutu-oppositie vormen, zijn ver
tegenwoordigd.
Het RPF hoopt hiermee de basis te leggen
voor algehele verzoening tussen de Tutsi's
en Hutu's, twee stammen die in een paar
maanden tijds door ontelbare bloedbaden
mijlenver uit elkaar zijn gegroeid. Maar het
vergeven van ministersposten aan leden
van beide stammen, is natuurlijk bij lange
na niet genoeg om het vertrouwen te win
nen van de bevolking. Daarvoor zijn snel
krachtiger daden nodig. En ook dan zal het
zeker nog lang duren voordat beide stam
men weer bereid zijn naast elkaar te leven.
Want de wonden zitten diep, heel diep.
Vanzelfsprekend bij de Tutsi's, die de
haat van de Hutu's vanaf begin april drie
maanden lang aan den lijve hebben onder
vonden in de vorm van de door Hutu-mili-
tairen en -milities uitgevoerde slachtpartij
en waardoor een half miljoen van hun
stamgenoten zijn omgekomen.
Een pleister op die wonde van de Tutsi's
is dat 'hun' RPF uiteindelijk de oorlog heeft
gewonnen en hen nu ongetwijfeld op alle
mogelijke manieren zal bijstaan om terug te
keren naar hun streek van herkomst om
zich daar opnieuw te vestigen. Maar angst
voor hun Hutu-buren zal begrijpelijkerwijs
nog lang tijd blijven voortbestaan.
Veel moeilijker zal het zijn voor het RPF
om de Hutu's ervan te overtuigen dat ook
zij weer veilig naar huis kunnen terugkeren.
Hun tegen het RPF gerichte wantrouwen,
vrees en haat is vooral maandenlang ge
voed door de voormalige Hutu-leiders van
Rwanda, die via hun radiostation onophou
delijk lasterpraatjes en leugens hebben ver
spreid. De meer dan 1,5 miljoen Hutu's die
naar Tanzania, Zaïre en de veiligheidszone
van de Fransen zijn gevlucht, zijn er daar
om heilig van overtuigd dat zij bij terugkeer
naar hun land uit wraak zullen worden ver
moord door het RPF. Zij zijn vastbesloten
voorlopig in het buitenland of de zóne te
blijven. Die mensen op andere gedachten
brengen, is een gigantisch karwei.
Wat onder de vluchtelingen bepaald geen
vertrouwen heeft gewekt, waren de mortier
granaten die terecht kwamen bij het vlieg
veld van Goma en de beschieting bij het
oversteken van de grens met Zaïre. Bij het
laatste incident ontstond paniek en werden
zeker 100 mensen, veelal kinderen, vertrapt.
De gevluchte Hutu's zijn daarmee gesterkt
in hun opvatting dat de nieuwe machtheb
bers gevaarlijk zijn en uit zijn op vergelding.
Een Hutu-president en -premier zullen daar
voorlopig weinig aan kunnen veranderen.
Integendeel, het gevaar bestaat dat de
laatsten door dit soort incidenten juist hun
krediet verspelen bij hun stam en als verra
ders zullen worden gekenschetst. Waardoor
de kloof tussen beide bevolkingsgroepen al
leen maar zal groeien.
NAIROBI FRANS VAN DEN HOUDT
CORRESPONDENT
CDA 'er Terpstra doorbreekt stilzwijgen fractie
„Als ik het rapport-Gardeniers lees, dat de nederlaag van mijn partij heeft onderzocht, moet het
CDA weer een sociaal gezicht gaan tonen", zegt Gerrit Terpstra op licht spottende toon. „Het gek
ke is alleen dat ik dit maar moeilijk kan rijmen met de bijlagen van het rapport. Daaruit blijkt zon
neklaar welke kiezers bij ons zijn weggelopen. Dat zijn niet linksige mensen, maar vooral premie-
betalende middengroepen, jongeren en landbouwers. Zij hebben de WD en D66 aan hun winst
geholpen, toch twee partijen die het begrip solidariteit minder hoog in het vaandel hebben staan.
Nu luidt de conclusie van Gardeniers: het CDA moet socialer worden. Is dat wijsheid?".
De stacaravan op een lommerrijke Ne
derlandse camping moet nog even
wachten. Gerrit Terpstra, sedert 1986 fi
nancieel specialist van de CDA-fractie, is
aan het werk. Op stapel staat een inge
zonden artikel waarin hij de degens
kruist met CDA-prominent Til Garde
niers. Ook moet er diep worden nage
dacht over de voorwaarden waaronder
het CDA bereid zou zijn opnieuw rege
ringsverantwoordelijkheid te dragen.
Met beide klussen, zo blijkt, is hij al een
heel eind gevorderd.
Terpstra, die als eerste fractielid bereid is
de politieke koers van de fractie na alle
kritiek uitgebreid toe te lichten, velt om
te beginnen een snoeihard oordeel over
het beleid dat het kabinet Lubbers-3
heeft gevoerd. „Het beleid in de afgelo
pen vier, vijf jaar was geen cent waard.
Niemand in de CDA-fractie vindt het ka
binet Lubbers-3 een succesvolle opera
tie. En ook de burgers kunnen er weinig
waardering voor opbrengen omdat hun
lasten met zo'n tien miljard gulden wer
den verhoogd terwijl ze weinig resulta
ten zagen. De factor arbeid is door de
hoge premie- en belastingdruk te duur
geworden. Met name de jeugd zegt: die
solidariteit van jullie is mij te kostbaar en
te anoniem. Wat koop ik ervoor?".
Hij trekt een vergelijking met de PvdA-
afdeling Rotterdam die na de nederlaag
bij de gemeenteraadsverkiezingen in
maan tot de conclusie kwam dat een
progressiever beleid gevoerd moest gaan
worden. „En dat terwijl de meeste kie
zers waren overgelopen naar D66! Ook
onze partijvoorzitter mevrouw Lodders
en het CDJA roepen dat er een te weinig
sociaal beleid is gevoerd. Terwijl het cen
trum-linkse kabinet b>j de verkiezingen
enorm is afgestraft! Die conclusie is vol
gens mij in strijd met de waarheid".
Getergd: „Het beleid was eerder te slap
en dan treft ons nu het verwijt dat we te
hard zijn geweest!".
LINKS'
Om misverstanden te voorkomen:
Terpstra slaat de deur naar
coalitie met de PvdA niet dicht, al vindt
hij zo'n kabinet in het licht van de ver
kiezingsuitslag minder voor de hand lig
gend. Maar als informateur Kok deze
week met een ontwerp-regeerakkoord
komt dat voldoet aan bepaalde minima
le eisen, wil het CDA daar best over pra
ten. Hij somt op: .Allereerst moet het fi
nancieel beleid van de overheid weer de
gelijk worden. Ondanks twaalf jaar be
zuinigen kan Nederland met zijn staats
schuld en rentelast nu wedijveren met
landen als België en Italië. De conclusie:
het financieringstekort moet verder te
rug naar drie procent van het nationaal
inkomen. Als wij de afgelopen jaren net
zo'n degelijk beleid hadden gevoerd als
de Franse president Mitterrand, hadden
we nu twintig miljard gulden meer te be
steden gehad. Ik bedoel maar: van dat
geld kun je heel veel sociale dingen
doen".
Als tweede voorwaarde stelt Terpstra de
Terpstra: 'Het beleid was eerder te slap
'overdracht' van de Ziektewet en WAO
aan werkgevers en werknemers. De soci
ale partners, zo eist het CDA, moeten be
slist meer verantwoordelijkheden gaan
dragen voor de uitvoering van de werk
nemersverzekeringen. Dit kan door de
Ziektewet (deels) af te schaffen en de
WAO-premies per bedrijfstak vast te stel
len, met eigen risico's voor verzekerden.
Hiermee neemt het CDA behoorlijk af
stand van het 'paarse akkoord' dat WD,
PvdA en D66 over de uitvoering van de
sociale zekerheid had gesloten, en dat
juist de invloed van werkgevers en werk
nemers terugdringt. Terpstra: „Meer in
vloed voor sociale partners is ook sociaal
beleid".
Tenslotte zal een kabinet met het CDA
volgens het fractielid een streep moeten
zetten onder het plan-Simons, dat de in
voering van een brede volksverzekering
voor de gezondheidszorg nastreefde.
„Simons noemde dat een drietrapsraket,
maar die is niet van de grond gekomen.
We moeten iets nieuws bedenken dat de
kosten van de gezondheidszorg wel be
heerst".
De onderhandelingen over een paars ka
binet zijn stukgelopen omdat PvdA'er
Kok wilde snoeien op de rijksuitgaven,
terwijl WD'er Bolkestein vooral het mes
wilde zetten in de sociale zekerheid. Het
CDA kiest, niet toevallig, een middenpo
sitie. Terpstra: „Kok zegt: het rijk moet
irwijt dat we te hard zijn geweest'.
zijn eigen problemen oplossen en zijn
schulden niet verrekenen met de sociale
uitkeringen. Daar zijn wij het tot op ze
kere hoogte wel mee eens. Bolkestein
zegt daarentegen: verder snijden in de
rijksuitgaven kan niet. Dan tast je pri
maire overheidstaken zoals de politie, de
aanleg van wegen en gevangenissen en
het onderwijs aan. Ook daar zit wat in".
Overigens tekent hij aan dat het CDA-
verkiezingsprogramma in de sector soci
ale zekerheid evenveel bezuinigt als de
'paarse onderhandelaars' waren over
eengekomen: acht miljard.
REKENINGEN
Dat is op zich onvoldoende om de
staatsfinanciën op orde te krijgen. De ex
tra bezuinigingsbedragen wil het CDA
daarom volgens Terpstra zoeken in een
drastische verdere verlaging van de sub
sidies op het openbaar vervoer (trein
kaartje duurder) het wonen (minder
huursubsidie) en onderwijs (verlaging
studiebeurzen). „Deze consumptieve
subsidies kunnen nog beperkt worden.
Alleen loop je wel het risico van door de
overheid veroorzaakte prijsopdrijving".
Er ligt nog een gevaar op de loer. Onder
druk van de PvdA heeft het CDA de afge
lopenjaren steeds ingestemd met het
duurder maken van het eigen-
FOTO DIJKSTRAZ
woningbezit en het autorijden. Deze
'koppelingen' zijn bij een belangrijk deel
van de eigen achterban niet goed geval
len. Terpstra: „Met name de midden
groepen hebben de afgelopen vijfjaar
veel rekeningen thuisgestuurd gekregen.
Dat is een probleem".
Bij de formatie-onderhandelingen luidt
de officiële partijlijn dat eerst de paarse
coalitie onderzocht moest worden, ver
volgens een centrum-rechts kabinet en
als dat niet zou lukken uiteindelijk een
centrum-linkse coalitie. Op zich is dat
een logische volgorde, vindt Terpstra.
Dat D66'er Hans van Mierlo al na twee
dagen tot de conclusie kwam dat een
centrum-rechts kabinet er niet inzat,
zegt hij zeer te betreuren.
Maar dit officiële verhaal neemt niet weg
dat er binnen de fractie uiteenlopend
over de meest wenselijke coalitie wordt
gedacht. Terpstra geeft miterlijk toe: „Er
zijn er die menen dat wij vanwege het
sociale gezicht, ongeacht het beleid, met
de PvdA in zee moeten. Hun critici kie
zen voor een centrum-rechtse coalitie.
Ikzelf wil vooral naar het beleid zelf kij
ken. En anderen willen eigenlijk noch
links, noch rechts. Die zijn nog steeds
bedroefd dat het paarse kabinet, zonder
het CDA, niet van de grond is gekomen".
DEN HAAG PAUL KOOPMAN
Op een avond in februari bracht Mohammad Sharil
zijn vrouw, Zainab Noor, naar een ziekenhuis. Ze
was er slecht aan toe. Volgens Sharif had ze zich en
stig gebrand bij een val tegen het fornuis. De dokto
ren in het ziekenhuis in de buurt van de Pakistaansj
hoofdstad Islamabad zagen echter al snel dat er iets
heel anders aan de hand was. Zainabs vaginawand
was ernstig geschroeid en haar ingewanden vertooij
den gruwelijke brandplekken. Nadat hij Zainab ge
opereerd had, schakelde de chirurg de plaatselijke
politie in.
Sharif, een imam in een moskee bij Islamabad, werj
gearresteerd en vorige week door een Pakistaanse j
rechtbank veroordeeld tot een gevangenisstraf van
dertig jaar en een boete van 210.000 roepies (onge-
veer 12.000 gulden) wegens het mishandelen vi
zijn vrouw.
In een waanzinnige vlaag van jaloezie had Sharif ee
withete ijzeren staaf in de vagina van Zainab ge
duwd en met behulp van electriciteitsdraden haar
binnenste verschroeid. De behandelende artsen zei
den dat ze nog nooit zoiets gruwelijks gezien had
den. Ze moesten Zainab drie keer opereren en had
den niet verwacht dat ze het er levend zou afbren
gen.
Het incident heeft grote woede gewekt bij vrouwen
en mensenrechtenorganisaties in Pakistan. Premier
Benazir Bhutto heeft zelfs opgeroepen tot een more
le 'jihad' (heilige oorlog) tegen vrouwenmishande
ling. Eerder dit jaar opende Bhutto in Rawalpindi h«
eerste politiebureau voor en van vrouwen in he
land, in de hoop vrouwen daarmee te stimuleren or
aangifte te doen van mishandeling. In het conserva
tieve Pakistan, waar een sterke scheiding tussen de
seksen bestaat, gaan vrouwen niet snel naar een
door mannen gerunde politiepost om hun beklag t(
doen.
Bhutto heeft zich persoonlijk het lot van Zainab aan
getrokken. Pakistaanse televisiekijkers konden zien
hoe de premier haar in het ziekenhuis bezocht, Zai
nabs dunne armen in haar gemanicuurde vingers I
nam en de mishandelde vrouw over het haar streek.
Vervolgens liet Bhutto Zainab op staatskosten naar
Londen overvliegen voor een operatie. Zainab, moe
der van een zevenjarige zoon, heeft het overleefd, zij
het met een kunstmatige uitgang en zonder kans op
meer nageslacht. Toen ze vorige maand uit Londen
terugkeerde, zei ze dat haar man een zware straf ver
diende, 'opdat geen enkele echtgenoot nog op het
idee komt zijn vrouw te mishandelen'.
Zainab wil onmiddellijk van haar man scheiden. Ze
verklaarde tegenover de rechtbank dat Sharif al snel
na hun huwelijk acht jaar geleden begonnen was
haar te mishandelen. Sharif was eerst met Zainabs
nicht getrouwd, maar scheidde van haar omdat ze
volgens hem ontrouw en moreel verdorven was.
Voor de rechtbank beschuldigde Sharif ook Zainab
van ontrouw.
Het vonnis van vorige week wordt beschouwd als
een keerpunt, omdat vrouwenmishandeling nu niet
langer een prive-zaak is die man en vrouw zelf moe
ten oplossen. Vrouwengroepen hopen dat de enor
me publiciteit rond de zaak-Sharif en de tussen
komst van Bhutto de Pakistaanse maatschappij be
wuster zal maken van de minderwaardige positie
van vrouwen. De veroordeling van Sharif zou man
nen kunnen afschrikken en mishandelde vrouwen
de moed kunnen geven om aangifte te doen.
Volgens de vrouwengroep Oorlog tegen Verkrachting
(WAR) is dat laatste voor vrouwen ook een moeilijke
stap omdat ze tijdens de rechtszaak vaak geconfron
teerd worden met de beschuldiging van hun echtge
noot dat ze ontrouw geweest zijn.
De Progressieve Vrouwenvereniging (PWA) heeft er
bij de regering op aangedrongen in het hele land op
vangcentra op te zetten, waar mishandelde vrouwen
onderdak en juridische bijstand kunnen krijgen.
Inmiddels is ook pijnlijk duidelijk geworden dat de
mishandeling van Zainab in Pakistan geen incident
is. Een dag na de veroordeling van Sharif doodde
een jonge man in het zuiden van het land zijn vrouw
en zijn neef omdat hij hen ervan verdacht een relatie
te hebben.
ISLAMABAD BEENA SARWAR
WIM STEVENHAGEN
Bosnische ouders en kinderen trachten elkaar terug te vinden
Voorjaar 1992. Het vredige Bosnië wordt
overspoeld door een oorlog. In een wan
hoopspoging om hun kroost te redden,
sturen tienduizenden ouders hun kinde
ren met bussen, vrachtwagens of te voet
naar veiliger gebieden.
Twee jaar en 200.000 doden en vermis
ten later hebben veel vein deze kinderen
geen enkel idee waar hun ouders zich
bevinden en zoeken de ouders op hun
beurt vergeefs naar hun kinderen.
Het zijn vooral moslim-kinderen die al
leen zijn komen te staan. Hun bevol
kingsgroep heeft in de oorlog het meest
te lijden gehad. Nu de gevechten zijn af
genomen proberen hulpverleners de uit
eengeslagen gezinnen weer bij elkaar te
brengen. Soms leiden de sporen kriskras
over de wereld. In Bosnië zelf wordt het
zoeken bemoeilijkt door het uitvallen
van de verbindingen - wegen, spoorwe
gen, telefoon en post - met Kroatië, waar
zo'n 300.000 Bosnische vluchtelingen
verblijven en van waaruit de hulpverle
ners werken. Ook in Servië bevinden
zich zoekgeraakte kinden, maar de
meeste Serviërs konden hun vlucht uit
Bosnië beter organiseren dan de mos
lims.
Drie organisaties houden zich bezig met
gezinsherenging - het Internationaal Co
mité van het Rode Kruis (ICRC), het Ho
ge Commissariaat voor de Vluchtelingen
van de Verenigde Naties (Unhcr) en de
Kroatische groep Alleenstaande Kinde
ren in Ballingschap. Tot nu toe hebben
zij zo'n 1.200 alleenstaande kinderen ge
registreerd, maar het Unhcr schat dat
hun totale aantal 40.000 kan bedragen.
Zelfs kinderen die veilig bij andere fami
lieleden zijn ondergebracht hebben al
geen duidelijke herinneringen meer aan
de ouders. Zij groeien over het algemeen
snel op en verstoppen de emoties over
hun verlies onder een harde buitenkant.
Toen Nejra Sprzo vijftien was, een jaar
ouder dan haar broer Mustafa, stuurde
haar moeder hen en vijf neefjes en
nichtjes uit Sarajevo met een bus naar
Zagreb, waar hun grootmoeder woonde.
Haar moeder beloofde Nejra dat ze bin
nen een week weer terug zouden zijn en
dat zij dan een nieuwe jurk zou krijgen.
Dat was 27 maanden geleden. In april,
toen de telefoonverbinding met Sarajevo
werd hersteld, kon Nejra voor het eerst
weer met haar moeder praten. „Mam
ma, ik ben niet meer je kleine meisje",
zei zij. „Maak je over ons geen zorgen.
We hebben geleerd om voor onszelf te
zorgen."
De nu 12-jarige Mirsada Omercevic en
haar twee jaar oudere zusje Suada heb
ben hun moeder ook voor het laatst ge
zien in april 1992, toen zij uit Ribnica in
Noord-Bosnië naar een oom in Zagreb
werden gestuurd. „Twee jaarlang wisten
we niet wat er met pappa en mamma
was gebeurd", zegt Mirsada. „We hoor
den alleen dat ons huis was afgebrand."
Toen hun moeder enkele weken geleden
eindelijk de kans greeg hen te bellen,
herkenden de zusjes haar stem bijna
niet. „Ze had alleen tijd om te zeggen
dat ze naar een ander dorp waren ver
huisd en dat iedereen nog leefde."
Veel andere ouders kunnen niet bellen
omdat zij niet weten waar hun kinderen
zijn. Sanela Huskic (40) heeft Alleen
staande Kinderen in Ballingschap ge
vraagd haar te helpen haar zoon Almir te
vinden. Hij was veertien toen Servische
bewakers hem en zijn vader ieder apart
weghaalden uit een kamp in oost-Bosnie
waar het gezin gevangen zat. Sindsdien
heeft mevrouw Huskic niets meer van
hem vernomen, vertelt zij vanuit een
vluchtelingenkamp in Denemarken,
waar zij na een lange reis door Kroatië
met haar dochter Alisa terecht is geko
men. Almirs foto bewaart zij diep weg
gestopt in een la, want als ze er naar
kijkt, kan ze niet meer stoppen met hui
len.
Vesna Bosnjak, die aan het hoofd staat
van de Kroatische organisatie, zegt dat
deze voor veertig ouders kinderen pro
beert op te sporen. Sommigen werkten
op het moment dat de oorlog uitbrak in
het buitenland en hadden hun kinderen
in Bosnië achtergelaten. Anderen waren
zo in paniek dat zij hun kinderen aan de
eerste de beste meegaven die het oor
logsgebied verliet, zonder papieren of
wat ook. „Veel mensen waren er toen de
oorlog uitbrak alleen maar op gericht
hun kind zo snel mogelijk in veiligheid
te brengen. En nu weten ze niet waar ze
zijn."
Het kan maanden, zelfs jaren duren
voordat de vermiste ouders en kinderen
worden achterhaald. „Veel mensen
vechten nu nog voor hun leven in Bos
nië", zegt medewerkster Alexandra Zi-
vkovic. Als de vijandelijkheden helemaal
werden gestaakt zouden de speuracties
aanzienlijk meer succes hebben.
Het Unhcr is van plan ten behoeve van i
zijn Operatie Hereniging een computer
netwerk in voormalig Joegoslavië op te i
zetten. De organisatie van Bosnjak pro-
beert van mond-tot-mond, via radio
amateurs en door middel van adverten- l
ties informatie over vermisten in te win
nen.
Het Rode Kruis gebruikt zijn eigen unie-
ke boodschappendienst. Iedereen mag
een boodschap sturen vanuit de 112 lan
den waar het Rode Kruis en de Rode
Halve Maan vertegenwoordigd zijn.
Hulpkonvooien van het Rode Kruis kun
nen de boodschappen naar de meest af
gelegen plaatsen in Bosnië meenemen.
Elizabeth Twinch van het Rode Kruis
zegt dat op deze manier al zeven mil
joen boodschappen de frontlijn in voor
malig Joegoslavië zijn gepasseerd, de
helft ervan dit jaar. Behalve dat de bood
schappen bijdragen tot hereniging van
gezinnen, vormen zij ook een belangrij
ke psychologische ondersteuning, zegt
zij. „Voor iemand die wordt belegerd en
van alle nieuws uit de buitenwereld is af
gesloten, betekent het heel veel om een
papiertje in handen te krijgen waarop
staat dat iemand nog in leven is."