Automobilisten negeren
nu alle waarschuwingen
Natuur Milieu
Meetwerk in Oostvaardersplassen
Muggenplaag in aantocht
DINSDAG 28 JUN11994
EINDREDACTIE: PETER WOLFSBERI
Domme kiwi waggelt
richting uitsterven
LONDEN THE INDEPENDENT
De schuwe, niet al te slimme kiwi, het na
tionale symbool van Nieuw-Zeeland, wordt
geleidelijk aan steeds meer met uitsterven
bedreigd. Later dit jaar worden alle drie
soorten kiwi's toegevoegd aan de Rode Lijst
Vein de Internationale Unie voor Behoud
van de Natuur, het dossier van bedreigd
wild in de hele wereld.
Onderzoeken tonen aan dat de kiwi's zijn
verdwenen uit stukken bos waar ooit de
roep van het mannetje kon worden ge
hoord. De niet-vliegende nachtvogel wordt
uitgeroeid door hermelijnen, fretten, hon
den. katten en buidelratten, die door de
mens in Nieuw-zeeland, waar ooit geen
z®ogdieren leefden, zijn geïntroduceerd.
„Zij tonen de klassieke tekenen van een
soort in moeilijkheden kleine en krim
pende populaties, versplinterd versprei
dingsgebied, dreigingen waarvan is geble
ken dat ze extreem moeilijk zijn op te los- -
sen", aldus Alison Stattersfield van Birdlife
International dat bedreigde vogelsoorten
in de hele wereld in de gaten houdt.
Kevin Smith, directeur conservering van de
Nieuwzeelandse Koninklijke Maatschappij
voor Bos- en Vogelbescherming, zegt: „Het
is schokkend te moeten toegeven dat we de
kiwi's laten wegglippen. Tien jaar geleden
dachten we dat we hen veilig hadden ge
steld. We moeten een doorbraak forceren
tegen een massa roofdiertjes die zoveel van
de dieren en hun eieren en jongen opeten
dat ze in hun bestaan worden bedreigd."
Het lange leven van de kiwi's ligt ten grond
slag aan vals optimisme. De volwassenen,
die alleen worden gegrepen door de grotere
roofdieren, zijn er nog, maar ieder jaar weer
mislukken hun pogingen hun jongeren
groot te brengen.
De vriendelijk kijkende maar walgelijke bui
delrat, die zeldzaam is geworden in zijn ge
boorteland Australië, kraken het nest dat de
kiwi in een holletje heeft gebouwd en eten
de eieren op. Honden maken jacht op de
kiwi's en doden ze met dezelfde opgewekte
overgave als waarmee ze op konijnen jagen.
Een onderzoeker die door middel van ra
diosignalen het spoor volgde van kiwi's,
ontdekte dat een enkele loslopende her
dershond honderden vogels had afgeslacht,
waaronder veel van zijn onderzoeksobjec
ten.
Natuurbeschermers als Smith vinden dat
het wild in stand gehouden moet worden
op het vasteland, in plaats van op een serie
roofdiervrije eilandjes voor de kust. In een
land waar flink is gehakt in de overheidsuit
gaven en de weg is bereid voor initiatieven
op de vrije markt, is het niet verbazingwek
kend dat het grootste deel van het beschei
den budget van 120.000 Nieuwzeelandse
dollar (127.000 gulden) per jaar voor de be
scherming van kiwi's van een van de groot
ste banken van het land komt. „Veel en veel
te weinig", mompelt Smith afkeurend.
De kiwi is een van de ongeveer 40 vogel
soorten die alleen in Nieuw-zeeland voor
kwamen en die als bedreigd worden be
schouwd. Het zwarte roodborstje is het
dichtst bij uitsterven geweest. Daarvan was
er 20 jaar geleden nog maar één paar, maar
met verwoede en ingenieuze pogingen om
hun voortplanting te vergroten, allemaal in
het wild, is hun aantal hersteld tot meer
dan 100.
„We willen het met de kiwi niet zover laten
komen", aldus Brian Bell, een deskundige.
„We kunnen niet zo onverschillig zijn over
ons nationale symbool."
VERTALING LUUTJE NIEMANTSVERDRIET
Wereldbank geeft
water in Aral-meer
De Wereldbank heeft besloten een groot
project te financieren waarmee het Aral-
meer in Centraal-Azië voor uitdroging moet
worden behoed. De bank heeft 220 miljoen
dollar uitgetrokken om te voorkomen dat er
een grote milieuramp ontstaat.
De oppervlakte van de binnenzee beslaat
nog maar de helft van de normale omvang
van 64.500 vierkante kilometer. Van de oor
spronkelijke hoeveelheid water is zelfs nog
maar een kwart over. De oorzaak ervan ligt
in het omleiden van enkele rivieren die het
Aral-meer van water voorzagen. Het water
uit de rivieren wordt nu gebruikt voor het
irrigeren van rijst- en katoenvelden.
Als er nu geen actie wordt ondernomen,
dan zit er rond de eeuwwisseling nog maar
een tiende van de oorspronkelijke hoeveel
heid water in het meer, zo hebben deskun
digen becijferd. Ongeveer vier miljoen
mensen zijn afhankelijk van het water uit
het Aral-meer.
In Parijs hebben vertegenwoordigers van
Kazachstan, Oezbekistan, Kirgizië, Tadzji
kistan en Turkmenistan met de Wereldbank
gepraat. Voor een voorbereidende studie
naar redding van het Aral-meer is 40 mil
joen dollar uitgetrokken. Het gaat er vooral
om dat de betrokken landen nauw gaan sa
menwerken om een beter gebruik van het
water te bewerkstelligen.
Elektronische wild-signalering moet einde maken aan leed
Op de Veluwe leven ongeveer 930 edelherten, terwijl de draagkracht van het gebied is berekend op 850.
Alleen al op de Veluwe sneuvelen
elk jaar zo'n 200 reëen, wilde
zwijnen en edelherten door
toedoen van het snelverkeer. Dui
zenden wildspiegels en levensgro
te waarschuwingsborden drukken
waarschijnlijk wel een klein beetje
het aantal slachtoffers, maar af
doende zijn ze niet. Wellicht kan
de techniek een handje helpen.
Gerrit-Jan Spek van de Vereniging
Wildbeheer Veluwe is 'wild-en-
thousiast' over de mogelijkheden
van een in Zwitserland ontwik
keld elektronisch systeem dat ver
keersdeelnemers alleen voor
overstekend wild waarschuwt als
er daadwerkelijk wild in de buurt
is.
VAASSEN HARRY BRINK
Hij is achter Het Loo in Apeldoorn ge
boren en opgegroeid in het Kroondo
mein bij Gortel. Een reegeit is bij hem
kind -aan huis. En in en langs de klare
sprengen die zijn half in de bosrand
verscholen huis in Niersen omspoelen,
leven zeldzame beekprikken en ijsvo
gels. Ing. Gerrit-Jan Spek (34), afgestu
deerd aan de Hogere Bosbouwschool in
Velp en daarna onder meer professio
neel betrokken bij de aanleg van de
wildviadukten over de A-50 bij Woeste
Hoeve en Teriet, leeft - letterlijk - in de
natuur.
Zijn domein is de vrije wildbaan, de
65.000 hectare Veluwe waar het wild
niet bijeen wordt gehouden door ras
ters. Zijn taak: coördinatie van het be
heer van grofwild, de verzamelnaam
voor wilde zwijnen, edelherten, reeën,
damherten en moeflons. Zijn opdracht
gever: de Vereniging Wildbeheer Velu
we, een organisatie van jagers, terrein
beheerders en natuurbeschermingsor
ganisaties.
Op dit moment is het aantal stuks
grofwild op de Veluwe hoger dan de
streefstand. In Nederlands grootste
aaneengesloten natuurgebied leven on
geveer 930 edelherten, terwijl de draag
kracht van het gebied is berekend op
850. Bij de wilde zwijnen is de overpo-
pulatie nog veel groter: 1500 (exclusief
kalveren), bij een streefaantal van 695.
Het hogere aantal is voornamelijk toe te
schrijven aan de grote hoeveelheden
natuurlijk voedsel (beukenoten en ei
kels) van de laatste jaren. Gezien de
zeer forse overpopulatie is er voor dit
jaar een afschot voorzien van in totaal
2800 wilde zwijnen, inclusief biggen.
Vernuftig
De overpopulatie van grofwild maakt de
kans op aanrijdingen met automobilis
ten groter. Gerrit-Jan Spek heeft echter
goede hoop dat er eindelijk een probaat
middel is gevonden dat dieren leed en
automobilisten schade (en soms ook li
chamelijk letsel) bespaart. Het gaat om
een vernuftig elektronisch systeem dat
waarschuwingsborden doet oplichten
als zich zoogdieren ophouden in een
dertig meter brede strook langs de weg.
Spek: „Een tijd geleden stond daarover
een artikel in een Duits jachtblad. 'In-
frarot gegen den Tod'. „Dank zij dat
waarschuwingssysteem is het aantal
ongelukken op de drukke wildwissel in
het Zwitserse kanton Glarus tot nul ge
reduceerd. Inmiddels is de fase van
proefnemingen voorbij en is men van
plan ook elders in Zwitserland op druk
ke wildwissels dergelijke apparatuur
aan te brengen."
Op grond van de ervaringen in Zwit
serland heeft Gerrit-Jan Spek de ver
wachting dat er ook op de Veluwe uit
stekende toepassingsmogelijkheden
zijn, en dan met name wanneer de
wildbeheerders erin slagen het wild te
geleiden naar vaste, smalle 'oversteek
plaatsen'. Spek: „Je kunt doen wat je
wilt, maar veel automoblisten negeren
alle waarschuwingen. Vooral in de sche
mering en in de nachtelijke uren - en
dat is net de tijd dat het grofwild trekt -
wordt er vaak heel hard gereden. Men
gaat er namelijk van uit dat er toch geen
dieren zullen oversteken. Maar als je de
mensen alleen waarschuwt als er daad
werkelijk gevaar dreigt, zullen ze hun
snelheid zeker tot een veilig niveau te
rugschroeven. Dat heeft de praktijk in
Zwitserland bewezen.
Het kost Spek, die blij is dat de pro
vincie Gelderland inmiddels positief
heeft gereageerd, weinig moeite om we
gen te noemen waar veel ongelukken
met wild gebeuren. Het gaat dan om
trajecten als Tongeren-'t Harde, Epe-
Nunspeet, Harderwijk-Nieuw Milligen,
Apeldoom-Voorthuizen, Ede-Arnhem,
Woeste Hoeve-Loenen en Ugchelen-
Hoenderloo-Otterlo-Ede. Op deze we
gen sterven nu jaarlijks tientallen dieren
een vaak verschrikkelijke dood. Duide
lijke pieken doen zich voor in mei-juni
(met reeën, vrouwelijke edelherten en
wilde zwijnen) en november-december
(met edelherten).
Infrarood
Ook elders op de Veluwe zou meer voor
het grofwild gedaan kunnen worden,
meent Spek. Hij denkt dan met name
aan de aanleg van een wildviaduct over
de A-l. „Toen de A-l werd aangelegd
stond men nog niet stil bij de belangen
van de dieren. Sinds die weg er ligt, zijn
de mogelijkheden tot uitwisseling van
het wild tussen de noordelijke en zuide
lijke Veluwe rigoureus geblokkeerd
doordat aan beide kanten van de weg
een hoog raster is geplaatst."
Met de wildviaducten bij Woeste
Hoeve en Teriet zijn wel ervaringen op
gedaan. En goede. Spek: „Een Duits
team heeft een tijd geleden op de
Woeste Hoeve een infrarood-camera
opgesteld. In de nachtelijke uren signa
leerde het team vele edelherten, reeën,
vossen en een rotte wilde zwijnen die
het viaduct passeerden. Ook werd dui
delijk dat konijnen precies boven de
weg holen groeven. Precies boven het
verkeer: het bewijs dat dieren een
enorm aanpassingsvermogen hebben.
Inmiddels staat ook vast dat manne
lijke edelherten in de bronsttijd (tussen
begin september en medio-oktober) en
masse vanuit het Deelerwoud, ten Wes
ten van de A-50, naar de hinden aan ge
ne zijde van de drukke verkeersader
trekken. En dat kan alleen via het wild
viaduct bij Teriet.
Dat alles, vindt Gerrit-Jan Spek, on
dersteunt alleen maar het pleidooi voor
minstens één wildviadukt over de A-l.
„De kosten kunnen geen bezwaar zijn.
Natuurlijk, met de aanleg zijn miljoe
nen gemoeid. Maar als je het afzet te
gen de totale kosten gaat het om een
betrekkelijk gering bedrag."
ZUID-FLEVOLAND
Een medewerker van de afdeling Water-
kwaliteit van Rijkswaterstaat haalt met
een schepnet bodemmonsters uit het na
tuurreservaat Oostvaardersplassen. Op
meerdere plekken wordt dit onderzoek
naar waterkwaliteit eens in de 14 dagen
gedaan. Tevens meet men het zuurstofge
halte en het doorzicht van het water. In de
loop van de zomer neemt in dit gebied het
aantal waterdiertjes zoals aasgarnaal,
plankton en algen enorm toe. Dit is van
enorm belang voor de talloze vogels die
hier broeden en voedsel nodig hebben.
Door dit onderzoek moet er meer duide
lijkheid komen over de relatie tussen wa
terkwaliteit en hoeveelheid broedvogels.
FOTO MARTIJN DE JONGE
LEEUWARDEN NICO HYLKEMA
Muggen zijn onaangename in-
selcten. Ze houden ons zoe
mend en met aanzwellend ge
luid uitgevoerde duikvluchten
uit de slaap. Bovendien is de op
bloed beluste vrouwelijke vari
ant extra naar, want die prikt en
laat mierezuur achter, hetgeen
jeukt. Wie daar extra gevoelig
voor is, wacht een nare zomer,
zo is de voorspelling van de Wa-
geningse ecoloog dr. Willem
Takken. De weersomstandighe
den van de afgelopen seizoenen
zijn ideaal geweest voor de
muggelarfjes en elke vrouwelij
ke mug legt er om de tien we
ken zo'n 1200.
Sinds vorig jaar juli is het nat
geweest, zonder lange perioden
van droogte. Strenge droge
vorst hebben we nauwelijks ge
had en echte hitte kondigt zich
nog niet aan. Dat is nu juist heel
lekker voor een muggelarfje om
zonder kleerscheuren de prena
tale periode door te komen.
Takken: „Het voorjaar was
niet al te koud, maar wel nat.
Juist in die periode leggen
overwinterende muggen hun
eieren. Daarna hebben we een
wat warmere periode gehad,
waarin de larven konden uitko
men. Nu hebben we ook nog
een natte voorzomer. Dat bete
kent, dat miljoenen muggen uit
de larven te voorschijn komen.
Het gevolg kan in natuurgebie
den een enorme muggenplaag
zijn."
Was het nu in het voorjaar
maar even gedurende enkele
weken echt droog geweest, dan
zou het wel meevallen. Juist
door het ontbreken van zo'n
droogte en de over het geheel
genomen zachte natte winter
heeft de voorjaarspopulatie het
uitstekend kunnen uitzingen.
Het is slechts even koud ge
weest, maar dat heeft volgens
Takken geen invloed gehad op
de nu uitkomende larven. Lar
ven laten zich rustig invriezen,
om daarna toch mooi uit te ko
men als muggen.
Entomoloog (insektenkenner)
Peter Smits van het IPO-DLO in
Wageningen, specialist op het
gebied van de biologische be
strijding van langpootmuggen
en meikevers, meent dat de toe
vallige weersinvloeden niet zo
overheersend zijn als Takken
beweert. Bijna alle insekten
kennen cycli. Dat wil zeggen,
dat ze om de zeven of elf jaar
tot een explosie van vruchtbaar
heid komen. Sommige insekten,
zoals de meikever, kennen zelfs
een cyclus van veertig jaar.
Een afdoende verklaring voor
dit verschijnsel is er niet, al me
nen sommige entomologen dat
het iets te maken heeft met het
misleiden van natuurlijke vijan
den. Bestrijding van de ontstane
plagen zijn volgens Smits een
zaak van maatschappelijke
overweging.
Steekmug
De naam steekmug is alleen van
toepassing voor de wijfjes, die
bloed nodig hebben voor de
dooiervorming in de eieren. Als
de weersomstandigheden ideaal
zijn voor de ontwikkeling van
steekmuggen, wil dat nog niet
zeggen dat het inderdaad tot
een muggenplaag komt. Dat is
van meer factoren afhankelijk,
zoals de natuurlijke vijanden.
De muggelarfjes houden zich
vooral op in water en vormen
een belangrijke voedselbron
voor vissen. Daarmee vormen
ze volgens Takken ook een be
langrijke schakel in de voedsel
keten van het eco-systeem in
water. Hij zou er geen voorstan
der van zijn, wanneer de mens
nu in zou grijpen en over zou
gaan tot uitroeiing van de lar
ven.
„We zullen het gewoon over
ons heen moeten laten komen,"
zo meent hij. Voor de volksge
zondheid vormen steekmuggen
in Nederland geen enkel gevaar.
Ze brengen geen ziekten over.
Steekmuggen verstoren alleen
het woon- en recreatiegenot.
Daarmee is volgens Takken een
muggenplaag een luxepro
bleem. Bovendien is er geen
middel toegestaan om werkelijk
in te grijpen.
Zo'n middel is er wel, weet
Smits. Het heeft een bacteriële
werking en is absoluut niet
schadelijk voor het milieu. In
derdaad is het niet toegestaan
het middel aan te wenden in de
natuur. Slechts in kruipruimten
biedt de wet op bestrijdings
middelen de mogelijkheid dit
middel te gebruiken tegen on
gedierte. Overigens is hij net als
Takken terughoudend bij het
ingrijpen in dit soort natuurver
schijnselen.
Takken meent dat de volwas
sen mug geen rol speelt in
voedselketens. Wie dus als een
razende tekeergaat tegen het
zoemende en stekende mon
ster, richt daarmee geen schade
aan in het milieu. Hij moet zich
dan wel onthouden van het ge
bruik van de flitspuit. Dat is ver
boden in Nederland.
Deet
Er is niets aan te doen, we zul
len onze toevlucht moeten zoe
ken. in afweermiddelen. Ieder
een kent het verschijnsel dat de
muggeklapper slechts tijdelijk
opluchting betekent. Afdoender
middelen en eigenlijk veel sim
peler zijn horren, mits goed af
gesloten, en de anti-mugsmeer-
selen met 'deet'. Dat deet is af
geleid van diethyltoluamide,
een stof waar muggen een
gloeiende hekel aan hebben.
Deet zit in alle goede afweer
middelen. Dan is er natuurlijk
nog altijd de klamboe. Voor
kampeerders geldt, dat hun ten
ten voorzien moeten zijn van
gaasruitjes en goed afsluitbaar
zijn. Daarnaast is er nog een
heel scala huis-tuin-en-keuken-
middeltjes, zoals citroenplan-
ten, inwrijven met citroen en de
rokende spiraaltjes. Helaas is
hier het middel veelal erger dan
de kwaal. En de flitspuit mag
dus niet meer.
NATUURLIJK
Knabbelend aan een van de vele
bosvruchten, de pientere oogjes
gericht op de omgeving, klaar
om met sprongetjes snel onder
de struiken te verdwijnen, zo
kan je de bosmuis bezig zien als
je het geduld kunt opbrengen
om een tijdlang roerloos, ver
scholen achter een dikke boom,
waarnemingen aan een prach
tig stuk natuurleven vast te leg
gen.
Het is zeker de moeite waard
om te trachten oog in oog met
de bosmuis te komen. U zult
dan verwonderd zijn over de
elegante bouw en de prachtige
vachtkleur van dit diertje. Van
de flanken af naar het midden
van de rug toe, ziet u een gelijk
matig donkerder wordende
vacht. Moet het diertje daarna
even snuffelend terrein verken
nen, dan gaat het rechtop zit
ten. U hebt dan gelegenheid om
zijn bijna witte buikvacht te ob
serveren. Draait hij zich dan
met een sprongetje om, dan
wordt fle staart in uw richting
gezwiept en u ziet dat de staart
tweekleurig is en dat de onder
kant het donkerst is. Als u toe
vallig een bosmuisje ziet met
een kortere staart, dan is hem
een ongeluk overkomen. De
staarthuid is op bepaalde plaat
sen heel dun; wordt hij op zo'n
plaats gegrepen - er zijn heel
wat belagers - dan stroopt de
huid daar af en het kaalgeko-
men gedeelte sterft af.
Ik heb de ringen aan de staart
niet geteld. Zij die dat wel ge
daan hebben komen tot een
aantal dat ligt tussen de 120 en
180. De lichaamslengte van de
bosmuis is ongeveer 10 cm, de
staart is zeker niet veel korter.
Verwarring met de huismuis is
nu niet mogelijk aangezien deze
een veel kortere staart heeft. De
bosmuis lijkt veel op de huis
muis, alleen zijn lichaam is
slanker en kop, oren en ogen
zijn groter. Het leefgebied van
de bosmuis ligt in de bosranden
van de schrale gronden. Zijn
voedsel is grotendeels plantaar
dig, aangevuld met insekten en
wormen. Een winterslaap houdt
hij niet, vandaar dat er in de
herfst gehamsterd wordt. Zijn
voorraadkamers zijn gevuld met
noten en zaden, meer dan hij
op kan. Verloren is het te vele
beslist niet, in het voorjaar
spruiten de zaden uit! Bosver-
jonging is het natuurlijke ge-
volg.
Wordt de winter bar en boos,
dan zoekt de bosmuis de men
selijke bewoning op. en... dan
neemt de huismuis de vlucht!
Er moet onderscheid gemaakt
worden tussen twee soorten
bosmuizen, de grote en de ge
wone bosmuis. De grote bos
muis voedt zich met vethou-
dende zaden zoals beukenoot-
jes, kastanjes, eikels, denneza-
den. Vandaar dat hij bij de win
terdag de spekvoorraad in het
huis van de mens weet te vin
den. De gewone bosmuis heeft
aan graankorrels, bessen en
kruiden genoeg. Huismuis, bos
muis en grote bosmuis respec
teren elkanders leefgebied, zij
treden niet veroverend op.
P. VAN ZALINGE
Bladluis vies
van stof in sla
DEN HAAG HEIN RONHAAR
Er blijkt een stof te bestaan die
het gebruik van insekticiden
overbodig zou kunnen maken.
In de teelt van sla worden veel
insekten dodende middelen ge
b ruikt voor de bestrijding van
bladluizen. Daarentegen be
staat er ook sla die resistent is
voor bladluizen. Door kruising
met een wilde slasoort is name
lijk een slatype verkregen dat
absoluut resistent is tegen groe
ne slaluis.
Onderzoek aan de Landbouwu
niversiteit Wageningen heeft
aangetoond dat deze resistent!
(ongevoelig voor aantasting)
hoogstwaarschijnlijk berust op
een smaakvergallende stof die
voor bladluis zo vies is, dat ze
de sla niet meer lust. Nader on
derzoek moet nu deze stof iso
leren en identificeren.
Het gedrag van bladluizen is
moeilijk te bestuderen, maar
kan wel elektronisch worden
gevolgd. Daarvoor wordt op de
bladluis een gouddraadje met
een dikte van 0,02 millimeter'
geplakt en met een versterker
verbonden. Met deze methode
is het gedrag van bladluizen op
resistente en vatbare slaplantei
bestudeerd.
Gebleken is dat bladluizen op
de resistente plant haar stilettëi
(monddelen) na enkele minu
ten terugtrekken, terwijl zij op
de vatbare plant uren of zelfs
dagen voedsel blijven opne
men. Kennelijk is het sap van
resistente plant niet acceptabe
als voedsel omdat het een
smaakvergallende stof bevat.
Het is nu de kunst deze stof te
isoleren en vervolgens te identi
ficeren.
Dromen over
zuinig vogeltje
Tc
De
Ecomare, centrum voor Wad
den en Noordzee op Texel,
heeft een nieuwe attractie. On
der de titel 'Dromen aan de
Dijk' is er een multi-mediashov
van een kwartier te zien over
het energievraagstuk. Volgens
Ecomare is het 'ondanks het
laden thema een vrolijk en opti
mistisch spektakel'. dl
Het publiek zit op basaltblok
ken, midden tussen een Wad
dendijk en de muur van een oü
de fabriek. Er wordt diverse ver
halen verteld over besparing er
verspilling van energie. Een va
kantieganger vertelt met behul[
van dia's en geluidseffecten hoe
zijn energieverslindende vakan
ties eruit zien: in de weekeindéi
per auto naar Texel en in de zo
mer per vliegtuig naar Tenerife,
De vergelijking wordt getrokken
met het energiezuinige leven
van een vogeltje, de ka-
noetstrandloper. Deze verbruikt
bij het vliegen van 100 kilome
ter een gram vet.
'Dromen aan de Dijk' is voor
Ecomare het begin van een in
grijpende verandering van de
gebele expositie. In de komende
drie jaar zullen ook de andere
drie tentoonstellingszalen en de
buitenopstelling opnieuw wor
den ingericht, waarbij het cen
trum normaal toegankelijk
blijft.
'Dromen aan de Dijk' werd fi
nancieel mogelijk gemaakt dooi
onder meer het Noordhollandse
energiebedrijf PEN en de pro
vincie Noord-Holland. Ecomare
ligt aan de Ruyslaan 92 in De
Koog.
d<
Verf veroorzaakt
ook zomersmog
LEEUWARDEN HERMAN DAMVELD
Smog ontstaat door chemische
reacties van oplosmiddelen
(ook wel vluchtige organische
stoffen geheten) en stikstofoxi
den. Voor deze chemische reac
ties is de zomerse intensieve
zonnestraling nodig. Ten aan
zien van de zo ontstane zomer
smog werd tot nu toe vooral een
verband gelegd met autover
keer. Maatregelen zijn dan ook
gericht op het laten staan van
de auto. Nu blijkt dat oplosmid
delen een even belangrijke oor
zaak zijn. Oplosmiddelen die
onder meer in verf zitten.
Dat blijkt uit een onderzoek van
het Duitse ministerie van
Milieu. Het Duitse ministerie
heeft nu al besloten de ontwik
keling te bevorderen van verf
die weinig oplosmiddelen be
vat. De aandacht is vooral ge
richt op autolakken. Onlangs is
een wet ingevoerd die moet
voorkómen dat de oplosmidde-,
len van autolakken in de lucht
vrij komen.