Voor oliedollars is zelfs een beter klimaat te koop "HiiuNAL JEWELIFRV Buitenland 'Alleen een moedig man vergeeft zijn vijanden' -- M-W 'De Vietnamezen vinden het prachtig' WOENSDAG 22 JUNI 1994 CORRESPONDENT Tien maanden hebben de drie broers Gjergji de buitenlucht niet gezien. Al die tijd hebben ze zich verborgen achter de houten luiken van hun huis. Ook hun vier zonen moesten binnen blijven. Iedere jon gen of man uit de familie hangt een zekere dood boven het hoofd als hij de besloten heid van de bedompte boerderij verlaat. Maar de dag voor Pasen zijn de luiken open en staat Gjon Gjergji in de tuin hout te hakken. Hij heeft vanwege de feestdagen veertien dagen respijt gekregen van zijn potentiële moordenaar. Na die periode is hij weer onverbiddelijk tot binnenzitten veroordeeld. En dat alles voor een misdaad van zijn oudste broer waar hij part noch deel aan had. Ludovik Gjergji wordt door zijn broers als licht zwakzinnig omschreven. Tien maanden geleden kreeg hij ruzie met een man uit het dorp en schoot hem dood. Ludovik werd gearresteerd en de familie van het slachtoffer zwoer wraak. Heel Boltoje. een dorp van 180 families in het noorden van Albanië, weet dat de fa milie van het slachtoffer heeft gezworen een mannelijk lid van de Gjergji-clan om het leven brengen. En heel het dorp accep teert dat, want volgens de oude wetten moet het zo zijn. Nu de dictatuur van com munist Enver Hoxha is verdwenen, heer sen in het noorden van Albanië weer de middeleeuwse Kanon-wetten die sinds vijf honderd jaar van vader op zoon worden doorgegeven. En die eisen dat bloed met bloed wordt vergolden. De familie Gjergji weet ternauwernood te overleven. In de armoedige boerderij vc|n Gjon, waar ze uit veiligheidsoverwe gingen met zijn allen zijn ingetrokken, ver telt zijn broer Mark dat het water hen tot de lippen staat. Ze leven van de opbrengst van de maisoogst van vorig jaar, de dage lijkse verkoop van de paar liter melk die hun koe geeft en van de incidentele slacht van een varken. De 1,7 hectare grond die ze na de opheffing van de coöperatie heb ben gekregen, ligt braak. „Zo kun je niet eeuwig leven", zegt Mark. Hij hoopt dat de familie van het slachtoffer over twee maanden, een jaar na de moord, bereid is de Gjergji's te verge ven. Theoretisch kan dat via bemiddeling van de oude mannen van het dorp. De broers zouden dan een schadevergoeding moeten betalen. Maar als dat niet gebeurt? „Dan zal ik me opofferen terwille van de rest", zegt hij gelaten. „Ik heb geprobeerd met de familie van het slachtoffer te praten", vertelt Zef Jakini, de dorpsoudste. „Maar dat heeft niets op geleverd. De familie is boos en wil wraak. Ze wil de Gjergji's tot wanhoop drijven, zo dat een van hen naar buiten komt en zich laat doodschieten." Het verbaast hem niet, het zijn maar gewone mensen, zegt hij: „Alleen moedige mannen durven hun vij anden te vergeven." Jakini noemt de hardheid van de Kanon juist de kracht van de wet. Door de hele clan bloot te stellen aan de kans op vendet ta. worden alle leden gedwongen elkaar in de hand te houden. Voor buitenstaanders mag het lijken alsof de wet tot meer moor den leidt, volgens hem leidt het juist tot minder bloedvergieten. Maar de Kanon wordt niet meer zo ge handhaafd als vroeger. Het communisme heeft de positie van de dorpsoudsten ver zwakt. Ze worden niet meer zo serieus ge nomen als vroeger. Daarom is Jakini wat huiverig voor bemiddelingen, want hij staat garant voor de veiligheid van de Gjergji's als hij bemiddelt in een beza, een periode van respijt zoals hen met Pasen is gegeven. Vroeger kon ook de priester in deze zwaar katholieke streek grote invloed oefenen. Als die naar de familie van slachtoffer ging en daar een kruis op tafel legde met de Jezus-figuur naar beneden, waren er maar weinigen die het gebaar van verzoening, het omdraaien van het kruis, durfden te weigeren. Maar Dom Zef Gilaj, de stokoude pater van het dorp, zou zo'n actie niet meer aandurven. Hij heeft wel vanaf de kansel opgeroepen van bloed wraak af te zien, maar dat had geen succes Gilaj wil met de kwestie zo min mogelijk van doen hebben. De bloedwraak stamt van voor de kerstening, zegt hij. Het is eer oud gebruik waarop de kerk maar nauwe lijks vat heeft gekregen, zelfs al zijn de Ka non en de tien geboden volkomen met el kaar in tegenspraak. Verenigde Arabische Emiraten van leem- naar computertijdperk De zeven sjeikdommetjes die nu bekend staan als de Verenigde Arabische Emiraten, waren een kwart eeuw geleden weinig meer dan zand. Maar met behulp van oliedollars werden de emiraten, waarvan Abu Dhabi en Dubai de bekendste zijn, in de vaart der volkeren opge stoten. Abu Dhabi exporteert nu bloemen naar Neder land, Dubai ontwikkelde zich tot het 'Rotterdam van het Midden-Oosten'. De voormalige bedoeïnen ontdekten dat voor geld alles te koop is - "zelfs een beter klimaat. maar een plek in Abu Dhabi waar lemen hutten zijn te vin den: het openluchtmuseum. Het emiraat heeft in minder dan drie decennia de sprong van het lemen naar het compu ter-tijdperk gemaakt, van ka meel naar auto. „Een gemid deld gezin", legt Nasser uit, „heeft nu drie tot vier auto's". Dubai is het al net zo vergaan. „Een kwart eeuw geleden woonden ze hier nog in een tentje op het strand", bevestigt Ron Huisman, en gebaart naar de vergeelde foto van Dubai die de directiekamer opsiert. „Kijk nu eens naar buiten". Vanaf de vijfde verdieping van het hoofd kantoor van Al-Futtaim, waar de Nederlander hoofddirecteur is, presenteert het nieuwe Du bai zich: wolkenkrabbers, door palmen omzoomde boulevards, uitgestrekte parken. „Het golf terrein is vijf minuten rijden", voegt Huisman eraan toe. Al-Futtaim is de grootste han delsmaatschappij in de Perzi sche Golf, en staat in menig op zicht modeljvoor het land. De groei van het concern is onstui mig, het werk wordt er door buitenlanders gedaan, en de winst gaat naar de Arabische ei genaren. Hoe hoog die winst is, weet niemand, want het fami liebedrijf verstrekt geen jaarcij- Een juwelier in Dubai. Het emiraatje is in een kwart eeuw schatrijk geworden. foto archief CORRESPONDENT „Ieder gezin heeft hier een villa zoals deze", zegt Nasser Assad als hij achter de dienstbode en zijn eigen buik aan de woonka mer betreedt. Hij draait zich om, en maakt een uitnodigende beweging. Wij staan een ogen blik als versteend op de drem pel. Aan het oog ontrolt zich een ruimte ter grootte van een concertzaal, waarvan de vloer is belegd met oosterse tapijten. In een verre hoek staat een stoel- tjesklok, de wijzers op twaalf Nasser gebaart werktuiglijk naar de 23 enorme fauteuils en de 12 gewone stoelen die de zaal vullen. „Gaat u zitten*" Dan zijgen wij neer in een armstoel van zwart pluche en plaatsen de voeten op een Perzisch tapijtje van 4.000 gulden. Nasser is nu 28 jaar, en heeft een bescheiden positie op het ministerie van informatie te Abu Dhabi. Hij geniet een leuk inkomen, en hoeft niet al te hard te werken. De werkdag be gint om 8.00 uur met de eerste Arabische koffie in het aircondi tioned kantoor, en eindigt rond 1.30 uur. Pensioengerechtigde leeftijd: 45 jaar. Ondanks zijn relatieve jeugd heeft Nasser nog het lemen tijd perk meegemaakt. .Als kleine jongen woonde ik in een hut van leem in de woestijn", vertelt hij. „Dat was slechts iets meer dan twintig jaar geleden". Thans, anno 1994, is er nog fers. Dubai, waar Al-Futtaim is ge vestigd. is een van de zeven sjeikdommen die onder de naam 'Verenigde Arabische Emiraten' door het leven gaan. Het sjeikdom dankt zijn op komst aan de olie, maar heeft de afgelopen jaren met grote voortvarendheid andere geld bronnen aangeboord - anders dan in Abu Dhabi is de olie er over 15 jaar op. Steeds meer toeristen vinden hun weg naar het sjeikdom - metje, gelokt door de lage prij zen in de winkels. Wekelijks landen in het naburige Sharjah bijvoorbeeld 20 vliegtuigen uit Rusland, en de inzittenden ko men niet voor strand of woes tijn. Zij verdringen zich in Du bai's winkelcentra, waar Japan se elektronica en sieraden door het ontbreken van BTW en in voerrechten 40 procent goedko per zijn dan thuis (of in West- Europa). Naast het 'koopjestoerisme' drijft de economie van Dubai echter in toenemende mate op de handel. De stad heeft zich de bijnaam 'Rotterdam van het Midden-Oosten' verworven, en de havenfaciliteiten doen niet onder voor die in de Maasstad. Meer dan 80 procent van dë goederen die in Dubai worden ingevoerd, zijn bestemd voor de export. Japanse auto's worden via Dubai naar Vietnam en Chi na verscheept, Keniase bonen gaan vanuit Dubai per vracht wagen naar Syrië. In 1958 werd in de emiraten het eerste olieveld aangeboord (in Abu Dhabi), maar het zou nog lang duren voordat de mo dernisering van het land ter hand kon worden genomen. Pas vanaf 1973, toen de beide emiraatjes hun olievelden goed deels nationaliseerden, begon de stroom oliedollars tot een waterval aan te zwellen. Het was aan sjeik Zayed bin Sultan Al Nahyan (ongeveer 75), heer ser van Abu Dhabi en president van de federatie van emiraten, om het oliegeld te besteden. En zelfs zijn ergste vijanden geven toe dat de sjeik, die kan lezen noch schrijven, zich kundig van die taak heeft gekweten. Niet dat de sjeik veel vijanden heeft, want wie zou zich tegen een heerser willen keren die als een sinterklaas regeert? Inwo ners van de emiraten betalen geen belasting, en krijgen een hoop cadeau. Elk gezin heeft recht op een stuk land waar het zijn eigen villa mag bouwen, onderwijs wordt gratis verstrekt, en hetzelfde geldt voor medi sche hulp. Indien een operatie niet kan worden uitgevoerd in een van de 'eigen' ziekenhui zen, wordt de patiënt naar Eu ropa of Amerika gevlogen. De rekening gaat gewoon naar de sjeik. Zelfs de ergste financiële te genslagen konden de sjeiks er de afgelopen jaren niet toe brengen hun onderdanen lastig te vallen met onbenulligheden als loonbelasting of BTW. De Golfoorlog kostte 12 miljard gulden en de val van de fraudu leuze BBCI-bank betekende een domper van bijna 20 miljard gulden, maar nog altijd is het belastingtarief gewoon nul. Ook in ethisch opzicht is de heerser genadig. Voor isla mieten geldt de sharia, waaron der bijvoorbeeld overspeligen gestenigd kunnen worden. Maar op de buitenlanders, die in de emiraatjes 80 procent van de bevolking uitmaken, zijn de veel soepeler christelijke wetten van toepassing. En anders dan in het naburige Saudi-Arabië kan in de emiraten de bevolking via de satelliet gewoon de soft- porno zenders ontvangen. „Dit is geen dictatuur", con stateert Ronald Mollinger. am bassadeur der Nederlanden. „De sjeiks hebben de macht, maar ze doen niet waar ze zin in hebben. Ze staan open voor klachten van hun volgelingen, en ze eerbiedigen de mensen rechten. Deze maatschappij is zelfs zo tolerant, dat ik me soms schaam voor het misbruik dat westerlingen hier daarvan ma ken." De oliedollars hebben in de wonderen mogelijk gemaakt. „Toen ik vijftien ja; geleden voor het eerst in Ab Dhabi kwam, stond er om d vier bomen een Pakistaan m< een waterslang", zegt de joui nalist Mustafah Karkouti, als w langs eindeloze rijen palmbc men de stad binnenrijden. ziet het resultaat; Abu Dhabi nu de groenste stad van het hel Arabische schiereiland. Dubai, dat 130 km noordeli ker aan de Golf ligt, poogt achter te blijven. De haven laat zich thans voorstaan drie golfterreinen, elk waa dagelijks een miljoen liter w behoeft. En de golfclubs trekke bezoekers uit de hele werelt „Laatst hadden we de konin van Maleisië hier nog", merl Lindsey Hutchinson van de Du bai Creek Golf Club op. „Hij w de ook wel eens golf spelen de woestijn". Maar de allergrootste verr; sing heeft Adial Sinnari, de n teoroloog van de uitgestrekt staatsboerderij in Al Ain. „Kijl u moet begrijpen dat wij in d land de afgelopen twintig ja; ruim honderd miljoen bome hebben geplant", zegt hij. „E aanplant op die schaal blijft zonder gevolgen voor het kü maat. Woestijnzand weerkaat! zonlicht, en drijft daardoor d temperatuur op. Bossen en pat ken daarentegen absorbei het zonlicht." Sinnari gaat met zijn-verwe de vinger over een eindeloze bel met cijfertjes. „Wij hebbei in AI Ain tien jaar lang tempera tuur en luchtvochtigheid genie ten, en opmerkelijke vers vingfen geconstateerd. De peratuur is nu gemiddeld bijn 3 graden lager, de luchtvochtig heid 30 procent hoger". Zelfs sjeik Zayed bin Sultan A Nahyan kan twee decennia leden in zijn oneindige wijshei niet hebben voorzien dat h voor zijn oliedollars zelfs beter klimaat kon kopen. Vietnamveteraan Bob Shiblex vaart wel in Ho Chi Min Stad HO CHI MIN STAD Bob Shibley is de eerste Ameri kaanse oorlogsveteraan die weer vaste voet op Vietnamese bodem heeft gezet jen dat wil hij weten ook. 'Hienj en Bob's Place, the first American Veteran Bar in Vietnam', meldt een uit hangbord boven de ingang van zijn café in het hartje van het huidige Ho Chi Minh City, vroe ger Saigon. „Ik heb nog geen geschikte Amerikaanse vlag kunnen vinden, maar zodra ik die heb, wapperen hier weer onze stars and stripes", belooft hij plechtig. Of de Vietnamezen daar geen aanstoot aan zullen nemen? „Welnee, ze vinden het prachtig!" Bob is met het café van hem en zijn Vitnamese vriendin Hien het levende bewijs van de ver beterde betrekkingen tussen de Verenigde Staten en Vietnam sedert de Vietcong op 30 april 1975 het pro-westerse 'mario nettenregime' van Ngo Dinh Diem ten val bracht en de stad Saigon innam. Bijna drie mil joen Amerikanen, onder wie Bob, hadden in de voorgaande jaren in de Vietnamese jungle een hopeloze oorlog tegen het oprukkende wereldcommunis me gevochten. „Ik weet zeker dat ik in de he mel kom, want ik heb geleefd in de hel", was een van de favorie te teksten die de GI's destijds in hun Zippo-aanstekers lieten graveren. „Toen de laatste Ame rikanen op die dertigste april via het heli-dek van onze ambassa de Vietnam ontvluchtten, dacht ik: daar komen we nooit weer terug", vertelt Bob. Maar het leven heeft zo zijn grillen. Zippo's, ooit een talis man van cynisme en wanhoop, worden nu uitgevent in de tallo ze toeristenwinkels van Dong Khoi Street. Ho Chi Minh City wemelt van de Amerikaanse za kenmensen, op zoek naar nieu we kansen die de economische hervormingspolitiek van Viet nam biedt. Het nachtleven bruist als weleer en de yankees veteraan of niet zijn weer meer dan welkom. Bob: „Ik denk wel eens: ook met een an dere afloop van de oorlog waren we waarschijnlijk op hetzelfde punt aangeland. Vietnam is ge woon een kapitialistisch land geworden, alleen met dit ver schil dat de communisten nu nog de macht hebben. Big Deal". Het moet een ontluisterende gedachte zijn voor iemand die tussen 1969 en 1971 in de Me kong-delta als luitenant van een infateriebataljon meermalen zijn leven op het spel heeft ge zet en ruim 58.000 landgenoten zag sneuvelen. De verliezen aan Vietnamese kant waren overi gens nog vele malen groter: cir ca twee miljoen doden en een groot deel van het bos- en land bouwgebied ontbladerd en ver- giftigd. En daarmee was nog geen eind gekomen aan de Vietna mese tragedie. Na 1975 werd de voormalige 'collaborateurs, met de Amerikanen' in Zuid-Viet- nam het leven zo zuur gemaakt dat honderdduizenden in wrak ke bootjes het land trachtten te ontvluchten. Bob voelt zich echter niet ver antwoordelijk voor hoge prijs die de oorlog heeft gevraagd. Bob Shibley, een oorlogsveteraan in Vietnam. foto cpd paul k Het 'oorlogsmuseum' in Ho Chi Min Stad, dat de Amerikaanse gruweldaden tegen Vietnamese burgers breed uitmeet, heeft hij niet bezocht en hij is dat ook niet van plan. „Het is slechts één kant van het verhaal: de verkrachtingen en moordpartij en door de Vietcong worden er niet getoond. Ik wil niet goed praten wat er op sommige plaatsen is gebeurd, maar als je tientallen van je maten hebt verloren en je hebt nog geen idee waar het gevaar vandaan' komt, dan ben je bereid gekke dingen te doen." Bob, het haar nog kortge knipt, snor strak onder de neus, khaki overhemd, was geen be vlogen idealist toen hij als 23-ja- rige jongen vanuit San Francis co naar Saigon afreisde. „Het is misschien moeilijk uit te leggen, maar in mijn familie hebben al le generaties wel a&n een of an dere oorlog deelgenomen. Dus leek jhet me logisch dat ik in Vietnam zou dienen. Ik was be nieuwd hoe ik het er vanaf zou brengen, denk ik. Daar zat wei nig politieke overtuiging bij. En ik heb het overleefd, ook psy chisch. Van mij hoor je niet het verhaal dat ik al twintig jaar aan de drugs ben omdat ik in Viet nam heb gevochten. Flauwekul. Veel veteranen wijten hun privéproblemen aan de oorlog, terwijl maar een op de tien, zoals ik, werkelijk in het veld missies uitvoerde. De rest was ondersteuning". Nadat Vietnam zijn grenzen voor individueel reizende toe risten in 1991 had opengesteld, besloot Bob opnieuw naar Ho Chi Min Stad af te reizen, sa men met zijn vriend Jerry. Het werd een hoogtepunt in zijn le ven. „Ik heb een maand lang door Zuid-Vietnam rondgereisd en op een oude man na die gromde toen hij ons passeerde was iedereen allervriende lijkst. In de kleinste dorpjes werden we als helden binnen gehaald, getracteerd op sigaret ten en fruit. In Ho Chi Min Stad vonden een kroeg die we nog kenden uit de oorlog: het Casi no. Als enige al die tijd open ge bleven en ik dacht: dit is geen slechte manier om de rest van je leven door te brengen. Twee jaar later nam Bob ont slag bij de medicijnenfirma in San Gose, waar hij een directie functie had, en kocht wederom een ticket naar Ho Chi Min Stad. Daar liet hij zijn oog vallen op een in onbruik geraakt sou Een Amerikaanse soldaat in actie in Vietnam. Tussen 1969 en 1971 sneuvelden ruim 58.000 van zijn landgenoten. venirwinkeltje, dat ideaal -ileek voor het vestigen van een bar. Het lot wilde dat de zaak be woond werd door een man die Bob jaren geleden graag naar de andere wereld had geholpen: een Noordvietnamese voorma lige Vietcong-luitenant. Bob meent dat hij het zonder de hulp van de oud VC-luite- nant nooit had kunnen 'maken' in Ho Chi Min Stad. De man bleek een hoge functie binnen het partij-apparaat te hebben. En relaties op dat niveau zou den onontbeerlijk zijn als je za ken wilt doen. „Zonder hem had ik nooit een vergunning voor deze bar gekregen en zon der papieren ben je overgele verd aan de nogal corrupte poli tie", meent Bob. Hij zegt het hoog tijd te vin den het verleden te vergeten en de relaties met Vietnam geheel te herstellen. Als het aan hem had gelegen was het Ameri kaanse handelsembargo tegen de voormalige vijand al veel eerderopgeheven. „De Amerikaanse GI's die nog steeds vermist worden, waren het belangrijkste struikelblok voor het opheffen van het em bargo. Maar als je het mij vraagt hebben we de Vietnamezen lang genoeg met hun neus in deze shit geduwd. Ik bedoel: bijna tweeduizend 'missing in actions' op een jungle-oorlog waaraan drie miljoen soldaten hebben deelgenomen, is dat zo veel? De Vietnamezen begrepen het zelf ook niet meer. Zij heb ben zo'n beetje elk vingerkootje dat in de jungle werd opgegra ven bij ons ingeleverd. Terwijl zij zelf driehonderdduizend ver misten hebben." In zijn bar ontmoet Bob met enige regelmaat landgenoten die zeggen dat zij uit idealisti sche motieven opnieuw zaken met Vietnam willen doen. Hij foto archief hoort deze klanten, zoals he een bareigenaar betaamt, wel willend aan, maar denkt tussen het zijne van. Zegt: „He is mooi dat een aantal Vietna mezen dankzij mijn zaak wcei brood op de plank heeft, maai ik heb niet het gevoel dat ik iets goed heb te maken in dit land Ik zit hier gewoon omdat ik hei leuk vind en omdat er g verdienen valt, punt. Die idea listen hebben volgens mij een verkeerd gevoel van schuldbe sef'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 8