'Kan een mug eigenlijk ook nuttig zijn?'
Treinreis van kwartier wordt 'dagtocht' per bus
Natuur Milieu
Met opgeblazen kwaakblaas
DINSDAG 14 JUN11994
NATUURLIJK
belofte heb
ike
iveek
uitstellen omdat in de pers een arti
kel verscheen waarin beweerd werd dat het
onzin is. de natuur mooi te vinden, nog er
ger. er werd gezegd dat de natuur één grote
moord- en slachtpartij is. Degene die tot
deze uitspraak kwam. zoekt nog steeds een
antwoord op de vraag waarom wij dieren
moeten beschermen. Mijn antwoord is, be
studeer het leven der dieren en word wijs.
Wij beginnen daarom met de veldmuis.
De naam veldmuis roept herinneringen op
aan veldmuisplagen. Als ras-echte planten-
eters kunnen veldmuizen, gezien hun enor
me aantallen, soms grote schade berokke
nen aan de 'werken van de mens'. Maar. in
de natuur komen geen plagen voor, daar
heerst de wet van het evenwicht.
Gaan we de lange geschiedenis van de ak
kerbouw na dan zien we dat de mens als
gevolg van zijn 'onnatuurlijke' verbouw van
éénsoortig gewas op één stuk land. het risi
co loopt geplaagd te worden. Op die manier
zijn er door de eeuwen heen erge veldmui-
zenplagen ontstaan.
Ik noem u twee opmerkelijke berichten. De
geschiedenis van de landbouw in Zuid-
Duitsland, in de zestiende eeuw, vertelt ons
er van. Het was een roerige tijd, zowel op
sociaal-economische terrein
(boerenopstanden), als op het kerkelijk erf
(reformatie en contra-reformatie).
De veelzijdige Konrad Heresbach (1496-
1576). staatsman en landbouwer, schreef
zijn beroemd vierdelig landbouwkundig
werk 'Rei rustica libri quatuor'. Het ver
scheen in 1570 in Keulen bij de uitgever Jo
hannes Birckmann. Het werk is in het Latijn
geschreven en beleefde tussen 1570 en 1606
zeven drukken. Heel merkwaardig werd er
geen vertaling in het Duits, de landstaal,
van gemaakt. Daarentegen werd het kort na
het verschijnen wèl in de Engelse taal uitge
geven. Tot 1631 verschenen in Engeland
tien herdrukken. Pas in 1970 werd het boek
in het Duits vertaald!
Waarom het werk van Heresbach niet direct
in het Duits uitkwam, laat zich gemakkelijk
raden als we bedenken dat de auteur als
vooraanstaand humanist het bij hertog Al-
brecht V van Beieren (1550-1579) verbruid
had. Hertog Albrecht, bijgenaamd de
Grootmoedige, had zich bij de contra-refor
matie aangesloten en voerde, met steun
van de Jezuïten, de besluiten van het conci
lie van Trente met harde hand uit.
Bovenstaand stukje geschiedenis ging gro
tendeels aan het gewone landvolk voorbij.
Zij hadden te maken met veldmuizenpla-
gen!
Ironie van de praktijk van het leven: Heres
bach de humanist en Albrecht de geloofsij
veraar treffen elkaar ongezocht en onge
wild dank zij de veldmuis. Door de eeu
wen heen heeft de mensheid erbarming
van de goden ingeroepen, teneinde een
goed en gelukkig leven te kunnen leiden.
Ora et labora, bid en werk, is al een oud
middeleeuws motief van de Benedictijnen.
Realistisch denkende mensen daarentegen
zeiden toen al: Laborare est orare, werken is
bidden. Heden ten dage worden overal in
ons land nog kerkdiensten gehouden met
het thema: Bidstond voor gewas en arbeid.
De zojuist genoemde Albrecht had de ge
schriften van zijn tegenstander goed begre
pen en hij maakte er een dankbaar gebruik
van! In de winter van 1571, een jaar na het
veschijnen van Heresbach boek, vaardigde
hij het gebod uit waarin het verboden werd
nog langer jacht op vossen te maken. De
vos is de natuurlijke verdelger van veldn-
muizen! Dit was dus Albrechts 'labora'. Zijn
'ora' liet hij er op volgen door te bevelen,
dat in alle kerken gebeden opgezonden
moesten worden ten einde de te zaaien ge
wassen van de veldmuizen te vrijwaren. Le
ve de vos!
Otter kan over vijf
jaar terug in vrije natuur
leeuwarden
De kans is groot dat in Nederland over vijf
jaar otters in de vrije natuur worden uitge
zet. Dat meent directeur A. de Jongh van
het Leeuwarder otterstation Aqualutra. Hij
zei dit vorige week in Leeuwarden tijdens
ci, beleidsmakers en biologen uit West- en
Oost-Europa hebben deelgenomen.
De Jongh is optimistisch over de overle
vingskansen van de otter in Nederland. Van
groot belang is voldoende milieuherstel,
schoon water en de ontwikkeling van na
tuurgebieden. In Nederland vindt een com
petitie plaats tussen het Staphorster Veld in
Overijssel en De Aide Feanen in Friesland.
Het is nog de vraag waar de eerste otters
worden uitgezet.
De otter is door de vervuiling van zijn na
tuurlijke leefgebieden in de jaren tachtig
uitgestorven. Terugkeer van deze 'ambassa
deur van het zoete water' zou betekenen
dat het met het milieu in sommige gebie
den de goede kant op gaat. De bever, die
minder afhankelijk is van schoon water, is
inmiddels met succes uitgezet in de Bies-
bosch. De bever verdween vorige eeuw uit
ons land. vooral door overbejaging.
Op Europees niveau maakt de otter alleen
kans als er verbindingen (corridors) ont
staan tussen natuurgebieden, zo luidde de
conclusie op het seminar. Alleen dan kan
de otter zich overal vrijelijk vestigen. Bin
nen de Europese Unie wordt gedacht over
de aanleg van een internationaal netwerk
van natuurgebieden. Het Nederlands na
tuurbeleid staat model voor dat plan. Ne
derland wil de komende 25 jaar in eigen
land zoveel mogelijk natuurgebieden met
elkaarverbinden.
Nederlander geeft zeven miljoen uit aan verjagen insekten
MONHEIM WANG A
In een glanzende glazen kast wacht een zwerm muggen op
een prooi. Gaan ze bijten of doen ze dat niet? Demonstratief
stroopt Klaus Röder, gastheer van chemie-concern Baver, de
mouwen op om zijn arm met een spuitbus te bewerken.
achtige massa. Onder de opper
vlakte krioelt het van de maden.
De mens gebruikt al sinds eeu
wen middelen om insekten te ver
jagen. Maar de knoflook, tomaten
sap en olijfolie uit de zestiende
eeuw hebben plaats gemaakt voor
synthetische stoffen. Biologische
produkten hebben te veel nadelen
de moderne middelen
vinden ze bij de che-
s Baver. Ze werken erg kort
of ruiken te sterk. ..Geurend naar
de kokosolie ben je in een restau
rant niet welkom." beweert Röder.
In de tropen sterven jaarlijks
twee miljoen mensen aan malaria.
Toch moeten we de problemen
dichter bij huis niet onderschat
ten, vindt Röder. Zo hebben men
sen die allergisch reageren veel
hinder van een muggebeet. En
wat te denken van het risico om
aan een wandeling in de natuur
een beet van een teek over te hou
den? Teken kunnen ziektes op de
mens overbrengen.
„Juist de kleintjes zijn gevaarlijk
omdat je ze nauwelijks ziet." De
door Bayer ontwikkelde stof DEET
is vooral bekend als ingrediënt in
muggenverjagers die op de huid
worden aangebracht. Maar de stof
houdt ook teken en andere insek
ten op een afstand.
„Hopelijk is dit het goede stuk
huid." zegt de bioloog met een
grijns, terwijl hij zijn arm over een
opening in de kast legt. Het luikje,
dat zijn belagers de weg verspert,
gaat open. En inderdaad, de aan
val die de muskieten net nog op
een onbespoten arm openden,
blijft uit.
Kruipende en vliegende plaag
geesten zijn het dagelijkse doelwit
van Klaus Röder en zijn collega's
in het Duitse Monheim. In hun
onderzoekscentrum speuren zij
naar mogelijkheden om de mid
delen tegen muggen, kakkerlak
ken. teken en vliegen te verbete
ren. „Wat is de knockdown-wir-
kung' van een stof?", zoals dat hier
heet. Komt een insekt weer bij uit
zijn roes? Of blijft het dier erin?
Voor de onderzoeken zijn heel
wat proefexemplaren nodig. Al
leen al in één enkele kamer van de
onderzoeksvieugel komen weke
lijks meer dan honderdduizend
muggen ter wereld. In een naburi
ge ruimte stijgt uit emmertjes het
gezoem op van jonge vliegen. Per
week worden er hier tegen de
honderddertigduizend van ge
kweekt. In een opengetrokken la
de beweegt zachtjes een aarde-
In het gezelschap van de insekten
zoeken de medewerkers van het
onderzoekscentrum ook naar an
dere toepassingen van bestaande
middelen. Zo is voor een land als
Indonesië- een zakje met een lo
tion tegen muggen bedacht. „Het
is een goedkope verpakking, an
ders kan niemand het daar ko
pen."
Nieuw is ook een doos voor in
huis. met een aansluiting voor het
stopcontact. Een ingebouwd ver
warmingssysteem zorgt voor ver
spreiding van een stof waarvoor
muggen op vlucht slaan. De Ne
derlandse afdeling van Baver ver
wacht in 1995 met deze nieuwig
heid op de Nederlandse markt te
komen. Volgens opgave van de fa
brikant geven de Nederlandse
consumenten per seizoen met z'n
allen zo'n zeven miljoen gulden
uit aan insektenverjagers. Voor in-
sektenverdelgers hebben de Ne
derlanders zelfs vijfentwintig mil
joen gulden per jaar over. Zijn er
onder de bestrijders ook mensen
die overdrijven? Röder sluit dat
niet uit. „Dan is er sprake van een
mentaal probleem."
In Monheim zijn de schijnwer
pers elke dag op de negatieve kan
ten van insekten gericht. Maar kan
een mug eigenlijk ook nuttig zijn?
Er valt even een stilte voordat de
onderzoeker weer het woord
neemt. „Nee, voor zover ik weet
echt» Een boomkikker-mannetje van zo'n vier centimeter lang laat met opgeblazen kwaakblaas zijn typerende baltsroep horen. Het is op dit moment voortplantingstijd voor deze zeer bedreigde
amfibie. Vanuit bomen en struiken dalen de grasgroene boomkikkertjes af naar kleine poelen om te paren en eieren te leggen. De mannetjes gaan als eerste te water en brengen massaal een meta
lig getik voort, dat ver klinkt in zwoele voorjaarsnachten. Elk mannetje heeft een eigen zangterritorium, waarbinnen hij een wijfje tracht te lokken.
Door landbouwgif, bouw van wegen en huizen is de boomkikker in Nederland zeldzaam geworden. In Limburg leven de diertjes nog met honderden in beschermde gebieden bij Echt.
foto martijn de jonge
Half oktober 1992 is de lande
lijke actie 'Rijd óók minder'
begonnen. Dertien organisa
ties proberen op die manier in
het belang van het milieu het
aantal autokilometers in twee
jaar met ten minste 4,5 mil
joen terug te dringen. Dat is
het aantal dat minder met de
auto werd gereden tijdens de
vorige actie 'Halveer het auto
verkeer'. Tot de deelnemers
behoort onze redacteur Jan Pr-
eenen. Hij wil in twee jaar
30.000 kilometer uitsparen. Op
onregelmatige tijden doet hij
daarvan verslag.
De verleiding was erg groot om
maandag opnieuw de (rode)
auto te nemen. Net als afgelo
pen woensdag. De wilde acties
van de Spoorwegen plaatsten
me toen voor een voldongen
feit. Op het laatste moment
kreeg ik te horen dat het werk
bij NS plat was gegaan. Wilde ik
op tijd op mijn werk in Haarlem
zijn, dan moest ik wel zelf de
weg op.
De voordelen van het over
schakelen van trein op auto wa
ren overigens legio. De stro
mende regen liet me nu koud,
terwijl ik zelf kon bepalen hoe
warm het zou zijn. Na zo'n
21.000 kilometer met trein en
bus te hebben gereisd, kwafn ik
er achter wat een luxe ik al die
tijd. had gemist. Via de radio
werd ik nu tenminste weer eens
op de hoogte gesteld van het
laatste nieuws.
Eigenaars van rode auto's
zijn over het algemeen agres
sief," zo hoorde ik een mede
werker van TNO uitkramen over
een onderzoek van zijn instituut
naar het rijgedrag van wegge
bruikers. 'Wat krijgen we nou?',
dacht ik. 'Zijn ze nu helemaal
belazerd. Ik agressief? Hoe ko
men ze erbij. Sodemieter op'.
Niet alleen om dat soort on
gewenste informatie te ontlo
pen, besloot ik gisteren ondanks
de spoorwegstaking toch weer
voor het openbaar vervoer te
kiezen. Als je vóór een schoon
milieu bent, moet je er ook iets
voor doen en het niet bij de eer
ste de beste tegenslag voor ge
zien houden.
Het voornemen is er echter
sneller dan de uitvoering. Via
06-9292, het nummer van het
openbaar vervoer, krijg ik te ho
ren dat ik de NZH-bus van
6.07uur moet nemen als ik om
kwart over zeven in Haarlem wil
zijn. Ik kan ook nog een bus
eerder nemen, van 5.37uur.
Nee, dank u. 't Is vriendelijk
aangeboden van u, maar ik wil
ook nog even slapen.
Negen andere vroege vogels
hebben eveneens voor de 6.07
gekozen, tweemaal zoveel als
op andere werkdagen. Onder
hen een vrouw die naar Amster
dam moet. „Die bus gaat pas
tegen zevenen," zo wordt haar
verteld. „Dan ga ik maar met u
mee, in Haarlem zie ik wel ver
der." Verder herken ik enkele
treinreizigers, met wie ik ge
woonlijk in een coupé zit. Tij
dens dat ritje van iets meer dan
een kwartier slapen ze meestal.
Nu we maar liefst één uur en
twee minuten onderweg zijn,
doen ze bijna geen oog dicht.
In deze boemelbus kom je
dan ook niet bepaald tot rust.
Elke straat in de Bollenstreek
doet-ie zo ongeveer aan. Soms
wordt-ie zelfs door Fietsers inge
haald. Even heb ik de neiging
om de chauffeur te vragen of ik
niet per abuis heb ingeschreven
voor een dagtocht van de NZH
en of de reis inderdaad 'be
perkt' blijft tot ongeveer een
Terwijl het aantal passagiers
langzaam stijgt tot ongeveer 25
verwacht ik elk moment de me
dedeling 'En nu stoppen we een
kwartier, zodat u op uw gemak
de ruïne van Teylingen in Sas-
senheim kunt bekijken'. Zover
komt het niet, al scheelt het
weinig. Als ik zelf tot de conclu
sie kom dat we toch wel be
hoorlijk moeten achterliggen op
het schema, besluit de chauf
feur in Lisse enkele minuten stil
te blijven staan. Hij heeft juist
'te snel' gereden. Ik troost me
maar met de gedachte dat juni
dit jaar wat langer duurt.
Naar mijn gevoel een dag la
ter arriveren we bij het station
in Haarlem. „Ach, het viel ei
genlijk nog best mee. Ik kon in
elk geval nog zitten, dat vond ik
al heel wat," stelt een vrouw
verre van teleurgesteld vast. Een
andere passagier blijkt daaren
tegen meer op mijn lijn te zit
ten: „Schandelijk, verschrikke
lijk. Ze worden bedankt bij de
NS. Leve de verzelfstandiging.
Ik ben twee uur onderweg. Ik
hoop niet dat ze morgen nog
staken, want dan zal ik weer
met deze bus meemoeten."
Mijn reistijd bedraagt uitein
delijk één uur en vijftig minu
ten. Je zou er ook zonder rode
auto agressief van worden.
Muggenverjagers worden getest op hun werkzaamheid. Op de rechterhand
die niet is behandeld met een muggenverjager, bevinden zich vele muggen.
Bij de ingesmeerde linkerhand blijven de muggen weg. fotop.
IN'T VELD
Ik ben als klein jochie 's nachts een keer
wakker geworden door een enorm gegrom
en gesnuif. Het kwam uit de tuin. Ik vloog
uit bed en keek door een kiertje tussen de
gordijnen. Buiten begon het eerste licht te
komen. Op het grasveldje zag ik tot op mijn
verbijstering twee egels in een kringetje
achter elkaar aan rennen.
Ik dacht toén nog dat ze ruzie hadden om
het schoteltje melk dat mijn moeder altijd
voor ze neerzette. Inmiddels ben ik ouder
en wijzer geworden en weet ik dat dat
rondrennen het voorspel van de befaamde
egeltjesliefde is.
En dat leidt uiteraard direct tot de eerste pi
kante vraag: hoe doen de egeltjes het? Voor
zichtig? Doet het geen pijn. de liefde tussen
twee keer zestienduizend venijnige stekels?
Het schijnt mee te vallen. Dat concludeer ik
niet uit wetenschappelijk onderzoek, maar
uit het feit dat er blijkbaar voldoende kleine
egeltjes komen. Egels zijn in ons land alles
behalve zeldzaam. Je komt ze tegenwoordig
vrijwel in elke buitenwijk tegen in tuinen en
plantsoenen. En inderdaad... helaas ook
vaak 's nachts overreden door automobilis
ten. Een egel heeft namelijk de onverstandi
ge gewoonte om stil te blijven staan en zich
zelfs op te rollen als hij door koplampen in
het zonnetje wordt gezet.
Maar terug naar het aanzienlijk leukere on
derwerp sex! Mevrouw egel heeft een bij
zondere vaardigheid: ze kan gedurende de
liefdesdaad de stekels op haar achterlijf ge
woon opzij klappen. Dat voorkomt dan me
neer egel wat al te geprikkeld raakt. Even
goed zijn hij en zij tijdens hun liefdesspel
onvoorstelbaar rumoerig. Tijdens een
zwoele zomeravond dacht mijn echtgenote
eens dat er in de tuin van de buren een
dronken man lag te snurken! In de periode
van de grote verliefdheid zijn meneer en
mevrouw onafscheidelijk. Hij trekt in bij
haar in een 'nest' onder een grote hoop bla
deren. Tot het moment van de geboorte
komt, want dan wordt hij weggejaagd.
Daarmee kom ik automatisch op een twee
de pijnlijke vraag. Is de geboorte van kleine
egeltjes (ze komen met stekeltjes en al ter
wereld) geen lijdensweg voor de moeder?
Nee, maakt u zich geen zorgen. Opnieuw
blijkt de natuur op de momenten dat het er
op aan komt over een enorme vindingrijk
heid te beschikken. De stekeltjes van de
jonkies zitten veilig opgeborgen in een
vochtige deken van gelei-achtig vocht.
Drie tot vier weken blijven de jongen in het
nest. Als de oogjes opengaan, trekt moeder
met haar vijf tot zeven nakomelingen de
wijde wereld in. U heeft een aardige kans
om zo'n sliert egeltjes te ontdekken, want
ook in deze fase maken ze een ongegeneerd
lawaai tijdens hun speurtocht naar slakken,
wormen, duizendpoten en kikkers. Of - als
het zo uitkomt naar honde- of kattebrok-
ken, want dat beschouwen ze als een deli
catesse.
Dat ze zulke herriemakers zijn, komt mede
omdat egels eigenlijk geen vijanden kón--
nen. De stekels en het oprolmechanisme
zorgen voor een redelijk veilig bestaan. Die
zelfde veilige stekels leveren egeltjes trou
wens één enorm probleem op. Ze kunnen
hun huid niet goed schoon maken. En dat
breekt hen aardig op. Want er is vrijwel
geen enkel ander dier dat zoveel last heeft
van allerlei ongedierte als teken, mijten en
vlooien. Ook veiligheid eist blijkbaar haar
tol.
ton in h" veld
Kerkuil heeft toekomst
zeist
De kerkuil heeft zich weer een vaste plaats
veroverd in Nederland. In de jaren zestig
was de roofvogel, die vanwege zijn witte ge
zicht een spookachtig aanzicht heeft, bijna
uitgestorven. Inmiddels vliegen er weer
meer dan duizend broèdparen rond.
Vogelbescherming in Zeist constateert op
getogen dat de kerkuil toekomst heeft in
Nederland. In 1991 werd het aantal broed-
paren gehalveerd als gevolg van een gebrek
aan veldmuizen. Vorig jaar klom het aantal
paren tot boven de duizend. Een dergelijk
snel herstel duidt op een goede veerkracht
van de populatie, meent Vogelbescherming.
Volgens de vereniging is de opleving van de
kerkuil te danken aan de vele nestkasten die
de afgelopen jaren op boerderijen zijn ge
plaatst. Vogelbescherming acht het wel no
dig dat er maatregelen worden genomen
om de muizenstand te bevorderen. De
kerkuil eet alleen maar muizen. De inrich
ting van ruige stroken gras langs landbouw-
percelen komt het aantal muizen ten goede.
Dergelijke maatregelen maken onderdeel
uit van het beschermingsplan voor de
kerkuil dat het ministerie van landbouw dit
najaar presenteert. Als gevolg van het natte
voorjaar wordt dit jaar slechts een kleine
muizenpopulatie verwacht.
Terugwinnen kunststoffen
delft anp
De onderzoekorganisatie TNO werkt aan
een methode voor het terugwinnen van
kunststoffen uit koelkasten en diepvriezers.
Als de techniek van herverwerking in de
praktijk is toe te passen, kan twee miljoen
kilo kwalitatief hoogwaardig kunststof afval
uit de apparaten opnieuw gebruikt worden.
De Nederlandse bevolking dankt jaarlijks
zo'n half miljoen koel- en vrieskasten af.
Dat levert in totaal 20.000 ton afval op. Dit
bestaat uit metalen (70 procent), polyuret-
haanschuim (PUR) in (10 procent), overige
kunststoffen (12 procent) en andere be
standdelen (8 procent).
Er zijn in Nederland vijf bedrijven die per
jaar ongeveer 150.000 oude koel- en vries
kasten verwerken. Zij halen er eerst de koel
vloeistof uit. Voorts winnen de onderne
mingen de metalen terug. De rest van de
materialen, voornamelijk PUR-schuim en
kunststof, wordt gestort of verbrand.
TNO zoekt nu uit of de demontage-, reini-
gings- en mengtechnieken die voor het te
rugwinnen van de kunststoffen nodig zijn,
technisch en economisch haalbaar zijn.