Europa niet enthousiast voor verkiezingen Feiten Meningen Oostenrijk beslist over lidmaatschap DONDERDAG 9 JUNI 1994 Beknopt akkoord slecht voor levensduur kabinet Sluipend komt de paarse coalitie naderbij. In Den Haag weten hooguit dertig direct betrokkenen hoe het er na een maand for meren echt voor staat: de informateurs, de onderhandelaars, het 'A-team' van twee ka merleden per partij, en nog enkele ver trouwde fractieleden. Af en toe lekt er iets uit: overeenstemming over de uitvoering van de sociale zekerheid, over misdaadbestrijding als speerpunt, over de omvang van de lastenverlichting. Die lekken zijn zorgvuldig gedoseerd. Het zijn proefballonnen om te testen of de achter ban van met name de VVD niet in opstand komt tegen een paars kabinet. Tot nu toe blijkt het gewenningsproces ra zendsnel te verlopen. Een maand geleden zag slechts dertig procent van de WD-kie- zers iets in een coalitie met de PvdA; nu is dat tachtig procent. De tijd en energie die in Nededand in on derhandelingen over een regeerakkoord worden gestoken, zijn uniek vergeleken met landen als Duitsland. Oostenrijk of Italië. Toen Thorbecke ooit bekritiseerd werd om dat hij een nieuw kabinet presenteerde zonder beleids programma, kon hij nog roe- f Pen: ^ac^t °P AHs onze daden!' „v r Daar kan Kok straks niet meer mee aankomen. V Sinds 1849 is in Jjty#-''1 dit opzicht veel veranderd. Het regeerakkoord bleef aanvanke- jiHr Es lijk vooral een RUDYANDEWEG overeenkomst hoogleraar politieke wetenschappen aan de Rijksuniversiteit onderhande van Leiden laars, maar te genwoordig zijn ook de rege ringsfracties in de Tweede Kamer er aan ge bonden. Het regeerakkoord beperkte zich vroeger tot hoofdlijnen en de belangrijkste controver siële punten. Als de ministers eenmaal wa ren aangezocht, vulden zij dat aan tot een compleet regeerprogramma dat vervolgens, in de regeringsverklaring, aan de Tweede Kamer werd aangeboden. Geleidelijk heeft het regeerakkoord zozeer aan omvang en detail gewonnen, dat er voor de nieuwe ministers nauwelijks ruimte is om iets toe te voegen. Het regeerakkoord van het laatste kabinet-Lubbers spande de kroon met ruim vijftig dichtbedrukte pagi na's, de vele bijlagen niet meegerekend. Deze twee ontwikkelingen fractiebinding aan en omvang van het akkoord waren voor het eerst zichtbaar in de kabinetsfor matie van 1963. KVP-leider Romme wilde toen niet direct kiezen tussen PvdA en WD, maar presenteerde een concept-akkoord in de hoop dat de PvdA dan wel zou afhaken. Deze '38 bouwstenen' van Romme werden in latere onderhandelingen met de WD uit gebreid tot het 'Akkoord van Wassenaar'. Vanaf dat eerste moderne regeerakkoord tot aan het meest recente is er voortdurend kri tiek op geweest. De fractiebinding aan het akkoord holt de parlementaire democratie -uit. Het is een keurslijf waarin kamerleden van regeringsfracties worden gereduceerd tot stemvee en elk goed idee van de opposi tie bij voorbaat kansloos is. In de discussie over staatkundige hervorming wordt dan ook voortdurend gepleit voor beknopte re geerakkoorden, bijvoorbeeld door de com missie-Biesheuvel in 1984, en vorig jaar nog door de commissie-De Koning. Toch is het de \Taag of dat nodig, dan wel wenselijk is. Niet iedereen ervaart het re geerakkoord als een keurslijf. „Het regeer akkoord is iets dat je sluit, niet iets dat je leest of citeert", moet Van Agt eens gezegd hebben, maar dat is ook weer overdreven. Voorzover de notulen van de ministerraad toegankelijk zijn, blijkt daaruit dat het re geerakkoord vooral in de eerste maanden een rol speelt. Ministers die zich voortdurend op het ak koord blijven beroepen, wekken al snel de lachlust bij collega's. Het kabinet-Den Uyl had een merkwaardig regeerakkoord dat een combinatie was van het confessionele verkiezingsprogramma en het progressieve programma. Keerpunt. Vooral minister Pronk was telkens zo met die teksten in de weer dat er grappen over werden gemaakt. Als hij het regeerakkoord eens niet citeerde, werd er gezegd: „Pronk, ben je ziek? Je ver geet uit de Schrift te lezen." Zelfs als het regeerakkoord alleen in de be ginfase van het kabinet een rol speelt, is dat toch van groot belang. Juist in die periode wordt het nieuwe beleid van het kabinet immers op de rails gezet. Bovendien blijven sommige afspraken uit het regeerakkoord wel degelijk van kracht. De onlangs overle denjournaliste José Toirkens heeft in een uitvoerige studie naar 'Schijn en Werkelijk heid van het Bezuinigingsbeleid' laten zien dat bezuinigingen die in het regeerakkoord zijn opgenomen, nog de meeste kans van slagen hebben. Ook in een ander opzicht speelt het regeer akkoord een belangrijke rol. Voor elke rege ringspartij geldt dat er punten zijn waarop het makkelijker zaken doen is met de oppo sitie. De andere regeringspartij beseft dat en probeert via afspraken in het regeerakkoord te voorkomen dat de partner 'vreemdgaat'. Zo verhinderde het CDA jarenlang dat PvdA ofWD zich aansloten bij de meerderheid in de Kamer die liberalisering van abortus en euthanasie wenste. Naarmate het regeerakkoord meer beperkt blijft tot hoofdlijnen krijgt de WD als er een paarse coalitie komt ook meer ruim te voor parlementaire samenwerking met het CDA. Zo'n beknopt akkoord is mis schien goed voor de spanning in het parle mentaire debat, maar niet voor de verhou dingen binnen de coalitie, en dus ook niet voor de levensduur van het kabinet. De populariteit van de eigen nationale regering is naar verwachting het belangrijkste thema voor de Europese kie zers. De stemgerechtigde inwoners van de twaalf lidstaten van de Europese Unie kunnen deze week hun stem uit brengen bij de vierde algemene verkiezingen voor het Europees Parlement (EP). Met de Nederlanders stemmen van daag de Britten, Ieren en Denen. De rest van de Europese Unie (EU) volgt zondag. Het gaat om de verdeling van de 567 zetels in het EP, het enige rechtstreeks gekozen lichaam van de EU. Toch lijken deze verkiezingen meer op een aaneenschakeling van landelijke tests voor zittende regeringen. Enthousiasme valt echter nergens te bespeuren. Een overzicht. Alleen degene die stemt, beslist mee. Voor het eerst mogen ook de Oostduitsers meestemmen bij de Europese verkiezingen. Europa is een splijtzwam voor partij van Major De Britse premier John Major heeft weinig reden tot lachen. De Eur overkiezingen dreigen uit te lopen op een persoonlijk debacle voor de toch al zeer geplaagde premier. Zijn populariteit bereikte vorige week een nieuw dieptepunt. Pogingen de kiezers ervan te overtuigen dat het zondag niet om de positie van de premier gaat maar om Europa heb ben niets uitgehaald. De oppositie partijen beschouwen de verkiezin gen voor het Europees Parlement juist vvèl als een referendum over de ■regering-Major. Volgens de peilingen staat Majors Conservatieve Partij nu de tweede plaats. Labour zou ruim 46 procent van de stemmen krijgen, de Libe raal-Democraten 21,5 procent en de Conservatieven slechts 21 procent. Waarnemers menen dat Labour ook kan rekenen op veel sympa- thiestemmen wegens het overlijden van de socialistische leider John Smith, vorige maand. De tragiek voor Major is, dat hij zichzelf de nekslag lijkt te hebben gegeven met zijn recente aanval op bedelaars. Indirect stelde hij daar mee zijn eigen falend economisch beleid en dat van zijn voorgangster Margaret Thatcher aan de kaak. Ook Majors steeds wisselende mening ten aanzien van Europa speelt hem parten. Twee jaar gele den wilde hij nog dat Groot-Brittan- nië 'het hart van Europa' zou wor den. Om onwillige partijgenoten binnen boord te houden, sprak hij vorige week echter van een Europa met 'verschillende snelheden', waarbij Londen naar een lagere ver snelling zou moeten terugschake len. Verkiezingen in Italië slot van lange reeks De verkiezingen voor het Europees Parlement komen in Italië aan het eind van een reeks waarin de kie zers het politieke systeem flink heb ben veranderd. De door corruptie schandalen geplaagde christen-de mocraten en socialisten verloren hun machtspositie aan een rechtse alliantie onder leiding van media magnaat Silvio Berlusconi, die pas sinds het begin van dit jaar politiek actief is. Bovendien kwamen er neo-fascisten in de regering, wat in andere landen van de Europese Unie tot ongerustheid heeft geleid. Ditmaal zullen beter dan bij de parlementsverkiezingen van eind maart de machtsverhoudingen tus sen de partijen kunnen worden vastgesteld. Bij de parlementsver kiezingen werd 75 procent van de zetels verdeeld volgens een distric tenstelsel. Bij de Euroverkiezingen worden de 87 Italiaanse zetels ech ter verdeeld volgens het oude stelsel van evenredige vertegenwoordi ging. Elke partij treedt zelfstandig op. Volgens de laatste opiniepeiling, die op 25 mei werd gehouden, kan Forza Italia rekenen op een kwart van de stemmen, zo'n vier procent meer dan in maart. De Nationale Alliantie kan op 13,5 procent reke nen en de Lega Nord op 6,8 pro cent. De tweede partij blijft de De mocratische Partij van Links, de vroegere communisten, met ruim 23 procent. De Volkspartij (PPI), waarin de restanten van de chris ten-democratische partij zich heb ben verenigd, zou op 10,6 procent mogen rekenen. Bij de vorige Eu ropese verkiezingen in 1989 was de Democrazia Cristiana met 32,9 pro cent nog de grootste partij. Duitsland houdt voorproef voor keuze parlement De grote Duitse partijen winden er geen doekjes om. De Europese ver kiezingen zijn vooral een belangrij ke opiniepeiling voor de parle mentsverkiezingen over vier maan den. De sociaaldemocratische SPD verkoopt 'Europa' als dè mogelijk heid om regeringsleider Kohl een pak slaag te geven. Kohls uitdager Scharping moet, bij gebrek aan discussiestof over Euro pa. van de Europese verkiezingen wel een binnenlandse aangelegen heid maken. Immers, op buiten lands terrein zijn er nauwelijks ver schillen tussen de beide pro-Euro peanen. Zowel Kohl als Scharping stellen: zekerheid en stabiliteit in Duitsland zijn ondenkbaar zonder zekerheid en stabiliteit in Europa. Door de titanenstrijd tussen CDU en SPD grijpen kleinere partijen hun kansen. Zij spelen handig in op de groeiende ontevredenheid over de Europese Unie. Een proteststem is snel uitgebracht. 'Europa' is im mers veel verder weg dan Bonn, lij ken de kiezers te denken. De anti-Europese Republikaner doen voor de tweede keer mee aan de Europese verkiezingen. Nieuw maar veelbetekenend is de Bond van Vrije Burgers. Onder het motto „Uit liefde voor Europa tegen het Verdrag van Maastricht" strijden Manfred Brunner en consorten te gen de Europese integratie. Handig speelt de Euro-scepticus in op Duit se angsten voor het-verlies van de D-mark in de Unie, teveel asielzoe kers en de hoge Duitse bijdrage aan de Unie. Aan de andere kant, bij de links-alternatieve Groenen bijvoor beeld, is er onvrede over de geringe macht van het Europese Parlement. foto matthias hiekel Spanje stemt in feite over Felipe Gonzalez De stembusstrijd in Spanje, waarin het woord Europa taboe lijkt, is een referendum geworden over het al dan niet aanblijven van premier Fe lipe Gonzalez, die volgens de recht se en linkse oppositie veel te weinig heeft gedaan aan de bestrijding van de corruptie. De verkiezingen in Andalusië en die voor het Europees Parlement, allebei op 12 juni, zijn de span nendste van de afgelopen 15 jaar: volgens alle peilingen zal de conser vatieve PP voor het eerst groter worden dan de socialistische rege ringspartij PSOE. Voor het eerst zal de PSOE de absolute meerderheid verliezen in Andalusië, haar tradi tionele bolwerk. Alleen als de PP de PSOE een ver pletterende nederlaag toebrengt, wil Gonzalez de vertrouwenskwestie stellén. „Niemand, in geen enkel Europees land, zal de noodzaak be grijpen om de samenstelling van een nationaal parlement te veran deren wegens verlies bij Europese verkiezingen." Oppositieleider José Maria Aznar dringt echter al maan den aan op een voortijdig aftreden van Gonzalez. Als de PP wint en de PSOE fors verlies lijdt, zijn vervroeg de verkiezingen in het najaar nood zakelijk. Aznar hoopt in dat geval Gonzalez te kunnen opvolgen. Het voortbestaan van de socialis tische minderheidsregering is af hankelijk van verschillende facto ren. Een lage opkomst is in het na deel van de socialisten. Een slechte score van de Catalaanse nationalis ten (CiU) voor het EP kan dezen wel eens het idee geven dat ze gestraft worden voor de gedoogsteun aan het kabinet-Gonzalez. 'Oostenrijk eerst', meent FPÖ-leider Haider, wiens affiches in Wenen zijn besmeurd. 'Ik eerst' staat er nu en Haiders portret lijkt nu op dat van Hitier. foto georges Schneider Zelfs president Thomas Klestil heeft zich dezer dagen ge mengd in het debat rond de toetreding van Oostenrijk tot de Europese Unie. Voor- en te genstanders zijn het met el kaar eens dat er op zondag veel op het spel staat. De Oos tenrijkers stemmen dan over de vraag of hun land per 1 ja nuari 1995 toetreedt tot de EU. De interventie van het staats hoofd volgde op de oproep van de leider van de rechtse FPÖ, Jörg Haider, om de regering op 12 juni een 'lesje te leren' door tegen te stemmen. In een ver klaring liet Klestil weten dat het referendum zich niet leent voor partijpolitieke spelletjes. De uitkomst van de volksraad pleging is niet te voorspellen. Een week voor het referendum lieten twee peilingen een kleine meerderheid zien voor 'ja'. Re geringsaanhangers gokken op zo'n uitslag. De Groenen en de FPÖ verwachten een 'nee'. Kanselier Franz Vranitzky (SPÖ) ging onlangs op zijn wekelijkse persconferentie niet in op de vraag of het kabinet een strate gie heeft voor als nee wint. „We hebben er wel over nagedacht, maar het zou uitermate inop portuun zijn daar meer over te zeggen. Als coalitie doen we de komende weken ons uiterste best om ervoor te zorgen dat 'ja' wint." Vast staat echter dat een fors deel van zijn kiezers tegen zal stemmen. Een deel van de ver klaring is dat het de Oostenrij kers buiten de EU behoorlijk goed gaat: inflatie en werkloos heid zijn Jager dan in de Unie, en het gevoel van veiligheid is sterker dan in menige EU- lidstaat. Nu al is Oostenrijk als lid van de Europese Vrijhandelsassociatie EVA (waartoe ook IJsland, Noorwegen, Zweden, Finland, Liechtenstein en Zwitserland behoren) nauw met de EU geas socieerd. Dit loopt via de zoge heten Europese Economische Ruimte (EER) die sinds 1 janua ri geldt. Daaronder heeft 70 pro- cent van de wetgeving van de EU nu al kracht van wet in Oos tenrijk. Een uitzondering is de landbouw. Maar de bureaucratie en de tijdrovende, en dus dure con troles aan de grens blijven be staan. Dat is met name rem mend voor kleine bedrijven. Meer dan 80 procent van de Oostenrijkse bedrijven is klein of middelgroot met niet meer dan tien werknemers. Volgens de werkgevers leidt toetreding tot meer kansen voor de export en vergroting van de koop kracht. Op landbouwgebied is er een factor van belang die op Oos tenrijk afkomt: op korte termijn treedt de Algemene Overeen komst inzake Tarieven en Han del (GATT) in werking. Als Oos tenrijk buiten de EU blijft, ver liest het daardoor 30 procent van zijn landbouwproduktie. Buiten de Unie gelden dan na melijk exportquota, terwijl bin nen de EU produktiequota wor den gehanteerd die positiever uitwerken voor de boeren in het land van de Alpen. Juist op het terrein van de land bouw heeft Wenen opmerkelij ke concessies los gekregen in de onderhandelingen met de EU. Bij toetreding krijgt deze sector zo'n 20 miljard gulden subsidie in de komende vier jaar (voor de helft uit de EU-kas, voor de andere helft uit de nationale be groting). Deze subsidie werkt vooral in het voordeel van klei ne boeren en van mensen die de boerderij 'erbij' doen. Opmerkelijk was verder dat Brussel bij de onderhandelin gen voor het eerst heeft erkend dat een kandidaat-lid op som mige punten verder is dan de Gemeenschap van de twaalf, èn zich voorneemt hetzelfde ni veau te halen in plaats van de kandidaat ertoe te pressen te 'zakken' naar het Unie-niveau. Dit geldt onder meer voor het beleid inzake milieuvervuilende stoffen. Voor- en tegénstanders beko gelen elkaar met het argument dat de belastingen omhoog gaan als Oostenrijk 'ja' zegt, of juist andersom als het 'nee" zegt. Volgens de regering gaan de belastingen omhoog als het land buiten de EU blijft. Ook zullen na aansluiting de over- heidsinkomsten stijgen door nieuwe investeringen. De FPÖ gaat er vanuit dat er nieuwe onderhandelingen met Brussel komen als Oostenrijk 'nee' zegt. Maar anderen spre ken dit tegen. Friedrich Ham burger, chef van het bureau van vice-kanselier Erhard Busek (ÖVP), zegt dat een afwijzing op 12 juni niet betekent dat Wenen kan gaan heronderhandelen over een beter contract. Hij meent dat Oostenrijk al 80 pro cent van zijn wensen heeft ver vuld. De informatiecampagne heeft in 1994 15 miljoen gulden ge kost, tegen 6 miljoen in 1993. Een kopstuk van de FPÖ raam de op een bijeenkomst de kos ten van haar 'nee'-campagne op 700.000 gulden, tegen een prijskaartje van meer dan 30 miljoen voor de campagne van de regering. Maar in de hitte van het debat kijkt men niet op een nul meer of minder. WENENFRANS RUKAART IERLAND De regeringscoalitie kampt, halverwege haar ambtstermijn, met 16 procent werk loosheid. Alle partijen zijn het erover eens dat de EU en haar injectiè van regionale ontwikkelingsgelden vitaal zijn voor Ier land. Aan de uitslag kan de Labour Party aflezen of de kiezers instemmen met haar medeverantwoordelijkheid voor 'niet-so- cialistische' aspecten zoals de privatise ringen) van het regeringsbeleid met Fian- aFail. DENEMARKEN De schaduw van de twee referenda over het Verdrag van Maastricht hangt boven de gang naar de stembus, terwijl het kie zersvolk meer dan ooit verdeeld is over zijn toekomst in de EU. Volgens opinie peilingen weet één op de vier Denen nog niet op wie hij of zij zal stemmen. De ver kiezingen zijn tevens een graadmeter voor de nationale verkiezingen later dit jaar en met name voor de pro-Europese premier en sociaal-democraat Rasmussen en zijn Liberale minister van buitenlandse zaken, Ellemann-Jensen. BELGI De Euro-verkiezingen worden een belang rijke test voor de centrumlinkse coalitie van premier Jean-Luc Dehaene, een be langrijke kandidaat voor de opvolging van Jacques Delors als voorzitter van de Eu ropese Commissie. Het is de vraag of de regering-Dehaene in Vlaanderen op een meerderheid kan blijven rekenen. Het Vlaams Blok en de Vlaamse liberalen ver wachten flink winst te boeken. De Waalse socialisten komen naar verwachting onder zware druk wegens een reeks schandalen de afgelopen maanden. FRANKRIJK Er is weinig opwinding geweest in Frank rijk over de Europese verkiezingen. Wat wel aandacht trok waren de schijnwerpers die vooraanstaande intellectuelen die lob byen voor de beëindiging van het wape nembargo tegen de Bosnische moslims, op ex-Joegoslavië richtten. Velen zien de verkiezingsstrijd als een tentamen voor de presidentsverkiezingen volgend jaar. De steun vóór de lijst van premier Balladurs centrumrechtse coalitie is scherp gedaald naar 30 procent. GRIEKENLAND De Grieken zijn over het algemeen pro- Europees, maar ze voelen zich miskend door de rest van het oude continent. De Grieken hadden steun verwacht in het conflict met Macedonië. Geen land in de Unie heeft bovendien zo te lijden van het handelsembargo tegen ex-Joegoslavië als juist Griekenland. Extra hulp is dus wel kom, meent Athene, dat al jaren profiteert van het lidmaatschap. De uitslag van de verkiezingen wordt gezien als een popula riteitstest voor de socialistische regering van premier Papandreou. PORTUGAL Ook hier zijn voor alle partijen de Europe se verkiezingen een generale repetitie voor de landelijke verkiezingen volgend jaar. Wegens de stijgende werkloosheid ver wacht de regering veel proteststemmen voor de oppositie. Alleen de socialisten zijn een voorstander van verdere Europese integratie. De communisten, de centrum democraten en de volkspartij keren zich tegen het Verdrag van Maastricht. LUXEMBURG De meeste aandacht in het groothertog dom gaat uit naar de nationale verkiezin gen, die traditioneel gelijk met de Europe se verkiezingen worden gehouden. De christendemocratische premier Jaques Santer, die de coalitieregering met de soci alisten leidt, moet proberen de liberale oppositie van winst af te houden. In Luxemburg bestaat onvrede over de Eu ropese plannen de belasting- en bankwet- geving te verscherpen, waardoor de mini- staat als belastingparadijs aan waarde in boet. Een ander heikel punt is het stem recht voor buitenlanders Luxemburg heeft van alle EU-landen het hoogste per centage buitenlanders. Op alle lijsten staan overigens kandidaten van bijvoor beeld Portugese, Italiaanse of Franse origi ne. De opkomst zal in Luxemburg hoog zijn het land kent evenals België nog een opkomstplicht. WIM STEVENHAGEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 2