Anna' s ongelofelijke blijheid Reportage PA I D E I A O Uit het boek 'Anna over Anna' WOENSDAG 8 JUN11994 EEN VROUWELIJKE MEESTER Vanuit de regio Haarlem opereert Paideia' een religieuze beweging met diverse commerciële activiteiten. De 56-jarige Anna Clowting is het inspirerend middelpunt. 'Mevrouw de meester' verblijft momenteel, met twee volgelingen, in de bergen te Nepal. Trouwe volgelingen beschouwen Anna als het Goddelijke in het dagelijkse leven Centraal in hun leven staan gezonde voeding, zuiver water, hygiëne, meditatie, gebed en waarachtige liefae Een belangrijke zakelijke activiteit van Paideia is de eigen natuurvoedingswinkel in Overveen. Het totale aantal aanhangers van de beweging is moeilijk te schatten Elf leden leven in een woongemeenschap te Haarlem, eenzelfde aantal tot voor kort in de Franse Pyreneeën Zij die Paideia de rug toekeerden (de uitstappers) noemen de organisatie een 'dogmatisch familiebedrijf' (vier stichtingen, twee BV's). Discipelen van Anna zouden lijdzaam en planmatig geïndoctrineerd worden. Ex-leden signaleren machtsmisbruik en spreken overeen ondoorzichtig financieel beleid Is Paideia (Grieks voor opvoeding) een vreedzame religieuze organisatie voor persoonlijke groei, of een sekte waarin geld en autoritair gedrag de boventoon voeren? Een inventarisatie AD HEESBEEN De mededeling uit het binnen ste van de Paideia-organisatie was intrigerend: „Je bent de eerste, en waarschijnlijk ook de laatste jour nalist die Anna mag interviewen." Het heeft onze nieuwsgierigheid naar haar achter grond, levensovertuiging, verering, en para normale begaafdheden groot gemaakt. ..Anna is een vrouw met visie, inzicht en lef. Haar wil is waarheid. Ze is de creatieve kracht van Paideia. Ze is sterk en duidelijk. Je kunt niet om haar heen", zeggen dege nen die een blind vertrouwen in haar heb ben. Maar er worden ook harde noten gekraakt over haar dwingende omgang met mensen en haar uitgesproken ideeën. „Anna is een vrouw met goede kwaliteiten, maar wel één van de Goddelijke wezens, die regelmatig stampvoet. Een door en door verwend kreng. Ze is kleding- model geweest. Tja, en mode poppen willen nu eenmaal al tijd vereerd en bewonderd wor den." Degenen die zich afkeerden de 'uitstappers' omschrijven Paideia als een 'machtig en dogmatisch' geleid familiebe drijf met sekte-achtige neigin gen. „In de beginjaren, vanaf '80, ging het voornamelijk om de spiritualiteit en was het nau welijks zakelijk. Nu is het busi ness geworden." Afzondering Om Anna Clowting (56 jaar, ge boren in Den Helder) te ont moeten, dient de verslaggever zich naar Nepal te begeven. Daar is de vrouwelijke meester van Paideia via een omzwer ving door Frankrijk neergestre ken, samen met twee trouwe volgelingen: Gerard Steenbrink (haar derde echtgenoot) en Bart van den Roovaart (psycholoog te Haarlem). Het drietal heeft zich daar afgezonderd om nieuwe energie op te doen, boeken te schrijven, en natuur lijk: te mediteren. De weg naar Anna voert van de op 1.400 meter hoogte gelegen hoofdstad Kathmandu via een slopende bustocht naar het binnenland van Nepal. De rit gaat langs angstaanjagende diepe afgronden, smalle mod derige bergpaden en haast on begaanbare zandwegen vol kui len en gaten. Hortend en sto tend koerst het overvolle en gammele voertuig aan op het einddoel. Acht uur later en en kele honderden kilometers ver der zijn we bij de bron waaraan de volgelingen van Paideia zich laven: Anna. Haar tijdelijk verblijf ligt aan de voet van een indrukwekkend massief met een naam die door de Voorzienigheid het kan niet anders moet zijn gekozen: Annapurna. De afslag die naar het huis voert is even makkelijk herkenbaar als de woning zelf. Op de hoek van de wandel- en eetboulevard bevindt zich een petit-restaurant met de naam 'Paideia'; de religieuze bewe ging participeert in deze on derneming. Op 200 meter afstand te zien: grote witte lakens en jurken die op het balkon in de zon han gen te drogen. Uitstraling De Paideia-trojka ver schijnt met tussenpo- Eerst Bart van den Roovaart. Hij toont zich ontevreden over de hotelzeep hij ruikt 't die is gebruikt door de gast. En hij had nog zo gewaarschuwd: geen geparfumeerde luchtjes en geen kleding met de walm van rookwaar. Zijn meesteres (zoals hij Anna noemt) heeft last van aller- f gieën. Van den Roovaarts snuffel-show herhaalt zich bij elk bezoek. Omdat de opmer kingen blijven, groeit weder zijds de irritatie. Totdat Anna op verzoek van de verslaggever per soonlijk een reuktest afneemt. Een knuffel.als teken van goedkeu ring ('Je ruikt fris') maakt een einde aan het Anna: „Soms voel ik me in mijn leven met de spirit wel eens FOTO PAIDEIA 'Nee, ik leef niet in een droomwereld merkwaardige incident. Maar: Anna blijft het contact op enige afstand onderhouden, dat wel. Na Bart van den Roovaart meldt zich Ge rard Steenbrink. Hij (in '87 met Anna ge trouwd) heeft zich inmiddels een andere voornaam toebedacht: Indra. De betekenis ervan staat voor Weer- en Oorlogsgod, een hoofdgod van de Ariërs, die 1.200 jaar voor Christus in India leefden. De Heemstede- naar, een dag eerder 44 jaar geworden, oogt als een oudere jongere: slank, lang grijs haar naar achter opgebonden in een staartje, Nepalese topi (puntvormig petje) op het hoofd voor de zon en net als de anderen gekleed in maagdelijk wit. En tenslotte is daar Anna zelf. Het gevoel dat ze al enige tijd van boven af op het be zoek neerkijkt, klopt. Want plotseling daalt ze opvallend onopvallend van de trap die haar naar de tuin voert. Met in haar voetspoor Shrijana, een meisje van onge veer vijf jaar, dat verwaarloosd en onder voed van de straat is geplukt en door de Ne derlanders wordt verzorgd. De begroeting is een ritueel. Eerst het Nainaste-gebaar, de traditionele Nepalese welkomsgroet (de handen voor het lichaam gevouwen). Dan de handdruk. En vervolgens een kopje gele Paideia-kruidenthee lijfdrank van alle volgelingen waarvan je sneller naar het toilet moet dan van een glas bier. Anneke Clowting (ex-mannequin) is een aantrekkelijke vrouw. Grote, bruine ogen, goudgerande bril, het blonde haar hoog op gestoken met een (witte) haarband, tika (ro de stip) op het voorhoofd, gulle brede mond, een indringende blik en een mager gelaat met de sporen van een getekend le ven. Uitstraling heeft ze zeker; persoonlijk heid en gezag. Dat vele zoekenden voor dat charisma, gekoppeld aan haar helderziend heid en vastberaden levensovertuiging zijn gevallen, lijkt op het eerste gezicht alleszins aannemelijk. Wat op de rituele begroeting volgt, is de be loofde overhandiging van Het Boek in wor ding: 'Anna over Anna'. „Om een inzicht te krijgen in.wie Anna in werkelijkheid is." Het werk omvat zo'n zestig computer-velletjes A-4, verdeeld over drie hoofdstukken. Het mag niet mee naar Nederland, want het is nog niet af. Laat staan dat er van uitgeven sprake kan zijn. „De tijd is er nog niet rijp voor." Citeren mag wel. De verslaggever krijgt een avond de tijd om te lezen; de vol gende ochtend moet het manuscript terug. Bij het kaarslicht in de lodge kost het nach telijke uren om het scenario van haar kleur rijke leven door te nemen en te doorgron den. „Alles wat ik was, zou in dit leven wor den teruggedrongen", schrijft ze in de inlei ding. „Vele malen zou ik sterven, wetende dat vele dierbaren me nooit zouden begrij pen." De tekst over haar opvoeding, de speciale band met haar vader, en haar jeugd laat zich eenvoudig lezen. Dat geldt eveneens de uitbundige verhalen over haar vele omzwervingen in Bloemendaal, Over- Amsterdam en Haarlem, haar eerdere (twee) huwelijken en schei dingen. de geboorte van de kinde- n Gabriëlle en Jan Willem, en het werk als model ('Een heer lijke tijd'). Het wordt pas inte ressant als ze na de 'aardse' hoofdstukken vertelt over haar belangstelling voor de antroposofie en psy chologie en de oplei ding aan de School voor de Filosofie in Amsterdam. Dan wordt duidelijk dat ze is 'uitverkoren' en 'het Licht' ziet. Er volgen intrigerende vertellingen over haar eerste inwijding, de opening van haar Der de Oog' oftewel de helderziendheid, de (ex- )praktijk van de Gouden Cirkel' in de Juli- analaan in Overveen en de reizen door 'de sferen'. Anna's anker Het aftasten van haar specifieke kwaliteiten, begint de volgende dag. Zij het met enige vertraging. Shrijana is van het balkon geval len. Het kind moet eerst worden getroost en verzorgd. Het geplande roeitochtje met An na op het meer duurt mede om die reden korter dan de bedoeling was. Grappen en grollen over en weer om het ijs te breken. De rust op het water en de stilte van het dichtbegroeide bos aan de overzijde, inspi reren Steenbrink tot de opmerking: „Dit geeft zó ontzettend veel energie." Liefst zouden ze het huidige guesthouse (zes ka mers, 240 gulden per maand) willen inrui len voor een simpel hutje op deze geïsoleer de plek. De locaties van de gesprekken variëren van dag tot dag. Van het exclusieve theehuis tot in de tuin. op de waranda en de meditatie ruimte van het huis. De rolverdeling en hië rarchie zijn snel duidelijk. Indra Steénbrink ontpopt zich direct als de praatgrage ge spreksleider. Hij adoreert Anna en haar ver lichte geest. Bij voorkeur ondersteunt hij zijn argumenten met breedvoerige, soms zweverige volzinnen en beeldspraken. Zoals: „Ik ben haar eerste handen en voe ten. Zeg maar: haar anker". En: „In het ver leden zijn meesters altijd mannen geweest. Wat Anna uniek maakt is dat ze vrouw is en de eerste meester in deze tijd." De hoofdpersoon in kwestie verdeelt en heerst op elk moment dat het haar schikt. Soms met rake opmerkingen, typeringen, en reacties als: „Tjee, wat een provocatie...! Oké, doe maar." Net als haar partner schuwt ze het overdreven taalgebruik niet. Ongelooflijk, fantastisch, schitterend, ver bluffend en whaaauwAlle variaties ko men aan bod. Bart van den Roovaart is veelal slechts aan dachtig toehoorder. Evenals Patrick Mouls- dale voorzitter van de stichting Paideia International die speciaal voor deze gele genheid is overgevlogen uit Nederland. Voor het luisterende tweetal staat het gelóóf in de beweging en de spiritualiteit van de leidster, niet ter discussie. Zij zijn zoals alle trouwe volgelingen heilig overtuigd van de oprechtheid inzake Anna's visioenen en reizen buiten haar lichaam. „Bij vele en dierbare mensen heb ik in een vroeg stadi um al gezien wat er zou gebeuren", heeft ze in haar biografie door de schrijvers Steen brink en Van den Roovaart laten opteke- Voorbeelden zijn er genoeg. Een tweetal uit het boek: „In 1981 zag ik al dat in onze strijd om het behoud van de wereld en mens-zijn, het de bomen waren die zich zouden offeren. Nu is dat een harde reali teit." En over de toekomst: „Satan zal straks ruim baan krijgen om zijn werk grondig te doen. De aarde zal reageren met aardbevin gen en overstromingen." Verbinding In de gesprekken maakt Anna af en toe een afwezige indruk. Mogelijk als gevolg van hardhorendheid aan het rechteroor. Een ziekte (het syndroom van Ménière), die zich openbaarde tijdens haar spirituele ontwik keling. Maar ze weet ook alert te reageren. Zoals bij een discussie over 'de beelden' die zich bij haar opdringen. Aan tafel richt ze het vizier plotseling op de verslaggever en interrumpeert heftig: „Jij... Jij hebt ook blokkades. Dat zie ik. Waar? Je nieren, daar ja." Haar ex-man Friso van der Wal, bij de organisatie betrokken als directeur 'Paidëia Management', had het voor het vertrek al gezegd: „Als jij in Nepal bent, doet ze iets met je." Anna bespeurt de argwaan. „Ach", lacht ze cynisch, „ik haal mijn schouders op voor mensen die me niet geloven. Vind het niet erg dat ze zo denken. Ik kan me daar wel iets bij voorstellen. Het is heel gemakkelijk om te zeggen dat je 'Het' ziet of hebt ge zien. Want het zijn tenslotte maar woorden. Ik duid slechts een richting. Welke vorm de mensen er aan willen geven om tot zichzelf te komen, moeten ze zelf weten. Of ik een onheilstijding voor me zou houden? Als ik het zeker zou weten? Nee. Absoluut niet." Van twijfel valt geen spoortje waar te ne men. Want voorkennis of niet, toeval be staat in haar opinie niet. „Het valt je toe." Zoals kennelijk alles in haar bestaan. 'Met als hoogste goed', zoals ze zelf benadrukt, 'haar unieke innerlijke verbinding met God'. „Dat is mijn glorie, dat is mijn leven." Bewonderende blikken en instemmende geluiden begeleiden haar betoog op het balkon. „Nee", doorbreekt ze met luide stem de stilte, „ik leef niet in een droomwe reld. Die is daarbuiten. De mens droomt. De TV, het lekker willen hebben, de veilig heid van die voordeur dicht, de gordijnen open om te kijken wat er bij de buren ge beurt. Dat is niet mijn wereld en die van Paideia. Wij gaan de confrontatie aan met ons lichaam en onze geest. Daar maken we ons sterk voor. We willen anderen iets mee geven, wakker maken." Kritiek van de buitenwacht op hun handel, wandel en visie laat haar koud. „Zolang ze ons niet persoonlijk aanvallen, want dan word ik pas echt kwaad. Dat ze ons een 'ra re sekte' noemen, doet me niks. Dat zijn de vooroordelen van mensen die een sekte as sociëren met slecht, geld, seks, gesloten en agressief. Dat wil de burger toch graag vre ten...?!" De beschuldiging dat ze mensen in haar macht heeft en manipuleert, wijst ze resoluut van de hand. „Ik gebruik en mis bruik", klinkt het cryptisch. „Maar dan in positieve zin, hé!" Op zoek Ze gaat, en volgt, eigenzinnig de koers die haar wordt aangereikt. Zoals in de zomer van vorig jaar door een bevriende magneti seur uit Den Haag die ze consulteerde, op zoek naar nieuwe impulsen. Anna: „Hij zei: Je moet een jaar weg. Wat je zoekt, zal je ge geven worden als je vertrekt, en wel zo snel mogelijk." Ik voelde: ja, dat is wat ik wil. Ik was overloaded. Paideia stond er, de men sen stonden er, maar ik kon niet meer aan die mensen blijven trekken. Nu was ik aan de beurt. Ik had zoveel weggegeven dat ik die stap verder nu zelf wilde maken." Twee maanden later kwam de eerste bood schap. Op 800 meter hoogte in de Pyrenee- en, op Las Clottes, waar Paideia een resi dentie had die inmiddels is opgeheven. „Het gebeurde op de 8ste van de 8ste om acht uur", herinnert ze zich. „Maar dan ook exact. Het moment dat het besluit viel om afscheid te nemen van die plek. De anderen konden daar in principe door, maar ik wilde weg. Ik verlangde naar iets anders, om zelf verder te komen in mijn ontwikkeling." Het tweede signaal kwam snel na een con sult bij de magnetiseur in Den Haag. Anna: „Hij zei: Tibet. Maar ik zag mezelf steeds fietsen in Kéthmandu." Dat was eind juni vorig jaar. Op 12 septem ber vertrok zij met haar man en Bart van den Roovaart naar Nepal. Het geld voor de onderneming konden ze zelf niet opbren gen. Ze leven van een uitkering zeggen ze, dwars in tegen aantijgingen over persoonlij ke verrijking via Paideia. Anna's ex-man Friso van der Wal legde de financiële basis voor het uitstapje. De loyale aanhang 'voel de ook dat ze moesten gaan' en droeg bij. „Mijn dierbaren", zegt Anna, „zijn de eer sten naar wie ik toe ga als ik hulp nodig heb." Nepal, Kashmir (Steenbrink: 'Daar zijn de feitelijkheden over het leven van Jezus tot Anna gekomen'), terug naar Kathmandu en weer de bergen in. Die route werd afgelegd. De intentie was om drie maanden te gaan. Maar inmiddels is besloten pas eind van dit jaar terug te keren naar Nederland. Met uit zondering van Van den Roovaart, die zich waarschijnlijk binnenkort weer bij zijn vrouw en twee kinderen in Haarlem meldt. Voor het zover is, moet het boek Jezus, het gif en het tegengif af, dat Steenbrink en Van den Roovaart aan het produceren zijn. Daarna wijdt Steenbrink zich aan het opte kenen en afwerken van andere werkstuk ken. Zoals de biografie van Anna en een boek over de Honden' (lees: kinderen) van Nepal. Steenbrink: ,,Anna is de film van waaruit ik schrijf." Tussendoor wordt het nuttige (meditatie en gebed) verenigd met het aangename (genieten van de natuur en de vrijheid). En wijdt Anna zich aan haar eigen taak: het contact met het bovenaardse. „Dat belast me eigenlijk nooit", zegt ze. „Want mijn geest is creatief en schoon. Maar: soms voel ik me in mijn leven met de spirit wel eens eenzaam, ja. Dat maakt me aan de ene kant af en toe verdrietig, maar anderzijds geeft het ook een ongelofelijke blijheid. Dat ik dat mage Morgen: De ideologie. Anna: „Mijn innerlijke verbinding met God. Dat is mijn glorie, dat is mijn leven." FOTO PAIDEIA 'Eens was ik in een kerkje achteraf in Parits. Toen ik alleen was, viel er een diepe stilte om me heen. Ik bleef staan. Het was alsof niets zich meer bewoog en de hele wereld ophield te bestaan. Er daalde een onmetelijke liefde over me en ik voelde dat er iemand achter me stond. Ik voelde de alles doorstralende kracht, maar durfde niet te kijken. Heel langzaam draaide ik me om en stond oog in oog met: Jezus. Nooit in mijn leven heb ik zo'n schoonheid gezien. Zijn uitstraling, zijn liefde, zijn intentie van kijken, de schoonheid van zijn huid en de beweegloosheid van zijn wezen. Hier stond een prachtige jood, met prachtige ogen en een sereen gezicht Hij had mooi donker golvend haar, lang, maar niet dun. Hij was majesteitelijk. Mi/n hart vulde zich met een grenzeloze liefde en dankbaarheid. En ik barstte in snikken uit. De kracht en de liefde van Jezus de Christus kwamen in mijn leven. Ik wist dat me dit gegeven werd om een nieuwe stap te nemen naar een volgend deel van mi/n leven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 19