Een perfecte verrassing Winston Churchill: 'Invasie is ons opgedrongen' WOENSDAG 1 JUNI 1994 CEES VAN ZWEEDEN Een Amerikaanse soldaat bij de inscheping, foto us army me morial de caen Als ze in het westen aanvallen", had de Duitse Führer Adolf Hitler in december 1943 gezegd, ,,zal de uitkomst van die aan val de oorlog beslechten". De aanval kwam op 6 juni 1944, volgende week maandag precies vijftig jaar geleden. Onder dekking van de duisternis stoomde de grootste ar mada die de wereld ooit had gezien op naar de kusten van Normandië: 9 slagschepen, 23 kruisers, 104 torpedobootjagers, 71 cor- vetten en 6.483 andere vaartuigen. Britse parachutisten van de Zesde luchtlan dingsdivisie landden bij duizenden tegelijk benoorden Caen. Amerikaanse para's van de 101ste en 82ste luchtlandingsdivisies sprongen dertig kilometer oostelijk daarvan naar beneden. Operatie Overlord was be gonnen. Hitler had het goed gezien. Zijn legers in de Sovjetunie werden genadeloos teruggedre ven of vernietigd. Tussen juli 1943 en mei 1944 alleen al verloor hij 41 divisies aan Sta- lins stoottroepen. In Zuid-Europa hadden de geallieerden sinds hun invasie van Sicilië 150.000 van zijn mannen uitgeschakeld. Voor Hiüer was er nog maar één manier om de oorlog te winnen: een groot deel van zijn 59 divisies in Noordwest-Europa naar het oostfront dirigeren. Maar daarvoor moesten die divisies eerst de Brits-Amerikaans-Ca- nadese legermacht met daarbij onder meer ook Poolse en Nederlandse onderde len verslaan die zich in Zuid-Engeland opmaakte voor de oversteek. De geallieerde aanval zou komen, dat stond vast. Wat Hitier echter niet wist, was waar en wanneer. Onder leiding van veldmaar schalk Erwin Rommel waren langs de kust met name in Noord-Frankrijk, maar ook in Nederland en België over honderden kilometers bunkers verrezen van waaruit het vuur kon worden geopend op de vijand. Het bouwtempo lag aanvankelijk laag, pas aan het einde van 1943 werd de Atlan- tikwall echt prioriteit gegeven. Daarachter lagen de mobiele divisies, waarvan er vier gepantserd waren. De Britse inlichtingendienst MI5 trok alle Amerikaanse GI's po seren voor de foto graaf in Zuid-Enge land in de dagen voorafgaande aan de 'Full victory, nothing else' is het parool dat de geallieerde opperbevelhebber Eisenhower zijn pa ra's geeft vlak voor vertrek naar Normandië. registers open om Hitier en zijn generaals te misleiden. De Britten stuurden een acteur naar het Middelandse Zeegebied om de in druk te wekken dat de aanval daar zou ko men; de acteur speelde generaal Bernard Montgomery. Maar Hitier geloofde niet dat de geallieerden op de Franse zuidkust wil den landen. Zijn instinct zei hem dat het Noord-Frankrijk zou worden. Maar waar precies? In Oost-Kent, zo wisten de Duitsers, was een legermacht van 150.000 manschappen geconcentreerd. Verkenningsvliegtuigen hadden met 'toestemming' van de Brit ten, als onderdeel van het misleidingsplan Operatie Fortitude die formidabele aan tallen tanks gefotografeerd bij Dover, als mede landingsvaartuigen en militaire ha veninstallaties. Dat alles duidde maar op één ding: de geallieerden zouden de kortste oversteek nemen, die naar Calais. Maar de tanks waren van rubber en de lan dingsvaartuigen namaak. De haveninstalla- De geallieerde invasie van Nor mandië van juni 1944 is de ge schiedenisboekjes ingegaan als een van de grote succesverha len uit de moderne militaire geschiedenis. Ondanks alle slachtoffers en de zware in spanningen die het heeft ge kost om het doel, de bevrijding van Europa, te bereiken. Eind goed, al goed, zeggen we dan. Maar alles had ook anders kunnen lopen en dan zou de kaart van Europa er heel anders hebben uitgezien. Want hun eendracht op en na D-Day kan niet verhullen dat de geallieer den twee jaar lang hadden ge bakkeleid over de zin en haal baarheid van de invasie. „De basisafspraak onder de geallieerden over de invasie heeft meer op het spel gestaan dan men vaak heeft beseft'', schrijft de in Duitsland geboren Amerikaanse geschiedkundige Gerhard Weinberg in A World at Arms. Hij citeert Winston Churchill, die in april 1944 de invasie nog beschreef als 'een operatie die ons door de Rus sen en de Amerikaanse militai ren is opgedrongen'. Aan de andere kant van de oceaan waren er al evenzeer twijfels, ook al waren president Franklin Roosevelt en diens chef-staf generaal George Marshall vóór de operatie. Zij moesten opboksen tegen een waar front van generaals en ad miraals, dat vond dat de VS zich moesten concentreren op de strijd tegen japan in de Stille oceaan, waar de Amerikanen zich direct bedreigd voelden. Marshall deed in 1942 het eerste serieuze voorstel voor een landing in Europa. Op die manier zou voor Duitsland een tweede front worden gescha pen. Het idee was dat Hitier een gelijktijdige strijd tegen de Sovjetunie en de Verenigde Staten niet zou aankunnen. De Britten, die volop bezig waren met de strijd in Noord-Afrika en het Middellandse Zeege bied, zagen er geen prioriteit in. De Amerikaanse marinebe velhebber in de Stille Oceaan, admiraal Ernest King, liet Marshall weten dat 'de strijd in de Pacific belangrijker en ur genter is' dan die in Europa. Hij kreeg bijval van generaal Doug las MacArthur, en béiden zet ten ze president Roosevelt on der druk. Die was geneigd om Marshalls adviezen in de wind te slaan en King en MacArthur hun zin te geven. Maar hij, en daarmee de invasie, werd gered door de Amerikaanse zege op Japan in de bloedige zeeslag bij Midway. De Japanse dreiging werd daardoor sterk vermin derd, waardoor de Amerikanen de ruimte kregen om zich ook met Europa te gaan bezighou den. De slimme Marshall begon meteen plannen te maken voor een Europese operatie, maar stuitte tot zijn grote ergernis op zeer geringe bereidheid van de Britten om daar aan mee te werken. Marshall wilde een in vasie in 1943, maar Churchill wees dat zonder meer af. „Dat zal de zaak van de Russen of van de geallieerden geen goed doen en alleen tot een ramp leiden", zei hij. De geallieerden waren toen ook allerminst voorbereid. Churchill slaagde er in juni 1942 in Roosevelt te overtuigen dat een tweede front op dit moment geen zin had. De Britten zetten nu alles op Operatie Gymnast in Noord-Afrika. Tijdens een topconferentie in Washington werd in mei 1943 na veel geruzie uiteindelijk toch besloten tot een invasie in Frankrijk. In ruil beloofden de Amerikanen de Britten in het Middellandse Zeegebied te hel pen. Een datum voor de invasie werd echter niet vastgelegd. De VS prikten mei 1944 voor de in vasie, maar Londen bleef aar zelen. De Britten zagen meer in ver spreide operaties aan de rand van Europa, terwijl de Ameri kanen zich wilden concentre ren op één massale actie, die de Duitsers veel zwaarder in problemen zou brengen. Vol gens Washington zadelden de Britten zo de Sovjetunie op met de zwaarste last in de strijd te gen Duitsland. Churchill leefde echter nog steeds met de nachtmerries van de Eerste Wereldoorlog. Hij vreesde dat een invasie op de Franse kust zou leiden tot een herhaling van de slachtingen van de loopgravenoorlog van de Eerste Wereldoorlog. Het Amerikaanse antwoord was de strategie, die de VS ook nu nog steeds toepassen: als je je in een oorlog begeeft moet je dat doen met een enorme over macht aan soldaten, aan mate rieel en vuurkracht, anders moet je er niet aan beginnen. Daarom voerde Marshall zo campagne tegen de versnippe ring van middelen, die de Brit se strategie tot gevolg had, en tegen de pleidooien van zijn ei gen admiraals en generaals in de Stille Oceaan. Maar de Brit ten bleven vasthoudend en ga ven de invasie geen prioriteit. Tijdens de conferentie van Québec, in augustus 1943, leg den de Amerikanen een inva sieplan op tafel voor eind 1944. Het was, om aan de Britse be zwaren tegemoet te komen, een beperkt plan dat slechts vijf divisies zou vereisen. De Brit ten gingen akkoord, maar be reikten wel dat de invasie geen topprioriteit werd maar slechts 'een hoofddoel in 1944'. Zij be loofden echter enkele divisies uit de Middellandse Zee te zul len terugtrekken. Roosevelt bleef tot het laatst vrezen dat de Britten zich toch weer aan hun verplichtingen zouden onttrekken, ook al toen zij bezwaren begonnen te ma ken tegen de aanwijzing van een Amerikaan als opperbevel hebber. De koppeling van Dwight Eisenhower aan de zeer praktisch ingestelde Bernard Montgomery overigens niet Eisenhowers eerste keus bleek echter een gouden greep. In Cairo en later die maand op de top van Roosevelt, Chur chill en Stalin in Teheran wer den de laatste plooien gladge streken en werd officieel beslo ten om door te gaan met de plannen voor een invasie in mei 1944. Het werd uiteindelijk vanwege het tekort aan lan dingsvaartuigen begin juni. HANS DE BRUUN foto reuter bettmann archief ties, een creatie van de architect Sir Basil Spence, waren van triplex. De echte troe penmacht lag in Zuid-Engeland: 20 Ameri kaanse divisies, 14 Britse, drie Canadese, een Poolse en een Franse. En het beoogde doelwit was Normandië. Opperbevelhebber was de Amerikaan Dwight Eisenhower. Maar 'Ike' was vooral een studeerkamer-generaal. Het enige schot dat hij ooit had gelost, was gericht ge weest op een rat in zijn hoofdkwartier. Ei senhower liet dan ook het eigenlijke hand werk over aan Bernard Montgomery, de vermaarde, maar niet onomstreden Britse generaal, die anderhalf jaar eerder de Duit sers (onder Rommel) bij El Alamein in Noord-Afrika had tegengehouden. Op 21 januari 1944, zes dagen na zijn aan komst in Groot-Brittannië, aanvaardde Ei senhower reeds Monty's invasieplan. De landingen zouden plaatsvinden tussen Cherbourg en Le Havre, op een vijftal stran den. Het Amerikaanse Eerste Leger zou de twee westelijke stranden voor zijn rekening nemen, en de haven van Cherbourg verove ren. Het Britse Tweede Leger zou op de drie oostelijke stranden landen, en de gevreesde pantserdivisies van Hitier aanvallen. Geheimhouding van het plan was van vitaal belang. Een fabrikant van speelgoed in Co ventry kreeg opdracht om op enorme schaal een kaart te maken van de gehele Noordfranse kust. Toen twee werknemers de kaart kwamen afleveren op Eisenhowers hoofkwartier in Southwick, werd hen ge vraagd slechts het segment met de vijf stranden op de muur aan te spijkeren. Ver volgens werden beiden in hechtenis geno men tot D-Day de veiligheid van drie miljoen soldaten ging voor de vrijheid van twee werknemers. Historici stelden later vast dat het mislei dingsplan perfect was geslaagd. De Duitsers geloofden ook na de landingen in Norman dië nog dat de eigenlijke invasie elders zou plaatsvinden. Op de historische zesde juni waren beide Duitse bevelhebbers in Nor mandië afwezig. Oberbefehlshaber West, Von Rundstedt was in Parijs, en Rommel, commandant van de Leger Groep B, was zelfs in Duitsland voor de vijftigste verjaar dag van zijn vrouw Lucie. De Duitse luchtmacht had niet eens de ge allieerde mijnenvegers opgemerkt, die de dag voor de invasie voor de Normandische kust hadden geopereerd. En Hitiers marine had verzuimd om in de nacht van 5 op 6 ju ni in het Kanaal te patrouilleren, omdat zij meende dat het weer te slecht was voor een invasie. VERVOLG VOLGENDE PAGINA EN EINDREDACTIE HANS JACOBS ONNOHAVERMANS VORMGEVING MARCO KROES EN JAKELIEN ZWAAN FOTOREDACTIE HANS VAN WEEL

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 12