„We waren twee ruziënde takkewijven" En Voor De Rest 10% Korting. ewondering Cultuur&Kunst PEMLE 'Sweeney TodcT leuk en luguber Mojo respecteert North Sea Jazz Een lesje virtuoos voetje-vrijen WOENSDAG 11 MEI 1994 RUYCROK.071-3 Lucebert (1924-1994) We schrijven 1990. De Nacht van de Poëzie in de Utrechtse concertzaal van Vredenburg. Met regels als 'Overal zanikt bagger' en 'Of het van Adam is of Abel/elk hoofd is miserabel' weet Lucebert het onrustige publiek, dat er al zo'n vier uur poëzie op heeft zitten, doodstil te krijgen. Hier staat een Nero. Maar Rome zal niet gaan branden. Alleen ons hart. De Keizer der Vijftigers is dood. 'De bevende wekker in de borst', zoals de dichter en schilder zijn eigen hart in een vers eens zo treffend typeerde, heeft het gisteren begeven. De dood is altijd een constante geweest in de gedichten van Lucebert. Maar ook in zijn te keningen, aquarellen, etsen, gouaches en olieverven zie je die dood telkens weer opdui ken. De ledematen, hoofden en bekkens van de mensen op zijn tekeningen en schilderijen staan vaak in een verwrongen, onnatuurlijke stand. Zo zien mensen eruit na een ongeluk. Lubertus Jacobus Swaanswijk, zoals zijn familienaam luidt, werd in 1924 in Amsterdam geboren, in de Jordaan, waar zijn vader huisschilder was. Hij groeide op in de crisisja ren. Tijdens de bezetting, na eind jaren dertig een korte op leiding te hebben gevolgd aan de Amsterdamse School voor Kunstnijverheid, wordt hij op geroepen voor de Arbeits- einsatz. Hij weet onder te dui ken. Vier jaar na de bevrijding moet hij als soldaat naar Indonesië. Hij deserteert en belandt in de gevangenis, 'naakt en alleen in de kooien der armoede waarin mijn kameraden slapen'. In 'Minnebrief aan onze gemar telde bruid Indonesia', een van zijn eerste gedichten, klaagt hij Nederland aan en voorspelt hij op Java 'plassen bloed'. Enkele jaren later sluit hij zich aan bij de Nederlandse Experi mentele Groep. Publikaties van zijn gedichten volgen in tijdschriften als 'Reflex' en 'Braak'. Hij leeft in die tijd van de hand in de tand, 'eenzaam, verfomfaaid en hongerig, sla pend op de bankjes in het Vondelpark en op de ponten van het IJ met alleen maar mijn stem als onderdak'. Maar dan komen, in het kielzog van Cobra, De Vijftigers, 'van wie hij de belangrijkste vertegen woordiger zal worden. Na zijn debuut 'Triangel in de jungle' (1951) volgen de dicht bundels van Lucebert elkaar snel op. In 1952 komt 'Apo crief. De analphabetische naam', een jaar later 'De Am- Cabaretière Kaandorp en actrice Elzevier in nieuw stuk Paul Haenen In deze rubriek komen al of niet bekende streekgenoten aan het woord die, hetzij direct, hetzij zijdelings met kunst en cultuur te maken hebben. Ze praten over een kunstvoorwerp, een kunstuiting waaraan ze bijzondere waarde hechten. Van de snuifdoos van oma tot het grijsgedraaide muziekstuk en alles wat daar tussen zit. Vandaag spreekt Mineke Hage, hoofd van de begane grond van boekhandel Kooyker, haar bewondering uit voor de pinguïn. „Het gaat me niet alleen om het beestje maar ook om de boeken." Ik bewonder pinguïns. Niet alleen het beestje maar ook de Penguin-boeken. Toen ik veel jonger was, zo'n jaar of 15, meende ik dat alle Engelstalige uitgaven Penguins waren. Ik zat toen nog niet in het boekenvak. Ik kwam er later pas achter dat er meer uitgevers waren die Engelse boeken uitbrengen. Ik weet niet meer precies waarom de uitgever de pinguïn uitkoos om zijn boek te sieren. Ik denk dat hij het gewoon leuk vond. Mijn eerste pinguïn kreeg ik in 1979. Dat is Guinnie, de moeder van mijn verzameling. Ze is een restant van een etalagewedstrijd van de uitgever. Ik werkte toen bij het antiquariaat van Joop Sweris. Ik mocht daar veel met Penguin doen. Op een gegeven moment was er die wedstrijd. Ik had me nogal uitgesloofd en uit oranje papier een rij van pinguïns geknipt en die op het raam geplakt. Het leek net alsof ze over de ruit liepen. Ik had het niet erg nauwkeurig gedaan want ik ben niet zo handig. Het was wel duidelijk dat ik er urep mee bezig was geweest. Ik ging op vakantie en in Noord-ltalië kreeg ik een telefoontje van Joop. Ik had de tweede prijs gewonnen, een diner. Ik was heel teleurgesteld want ik had veel liever de derde prijs gehad: een stoffen pinguïn. Dat was kennelijk zo duidelijk Op vertoon van uw Klantenpas krijgt u voor de r 10% korhng op al onze artikelen, uitgezonderd <J Voor PcaHe-Adressen Zie De Gouden Gids. Pearle Is Kijkplezier. THEATER RECENSIE WUNAND ZEILSTRA 'Sweeney Todd' van Stephen Sondheim Spel. Ernst Daniël Smid, Simone Kleinsma e v a. Regie: Ken Caswell. Muzikale lei- ding: Martin Waddington. Vertaling. Koen van Dijk. Gezien: 10/5, schouwburg Lei den. Aldaar nog te zien. vanavond. Een bloeddorstige moordpartij als hoogtepunt van een musical: het ldinkt ongeloofwaardig maar bij een schrijver/compo- nist als Stephen Sondheim blijkt zoiets wel degelijk mogelijk. Op het moment dat Sweeney Todd, de bloedbarbier van Fleet Street, het mes op de keel van zijn eerste slachtoffer zet, lacht en huivert het publiek tegelij kertijd. Het is kenmerkend voor deze leuke en lugubere 'musical thriller'. Die moordpartijen komen overigens niet zo maar uit de lucht vallen. Door de vernuftig opgebouwde verhaallijn worden we als toeschouwers hierop zorgvuldig voorbereid. Bijna zijn we zelfs medeplichtig ge worden, als we ons zonder gêne vermaken om de manier, waar op Sweeney Todd en zijn hand langster Nellie Lovett hun zaak jes doeltreffend en winstgevend afhandelen. De muzikale structuur van 'Sweeney Todd' is ingewikkeld. Meeslepende melodietjes ont breken ten enenmale. Tekst en liedjes wisselen elkaar hier ook niet op de gebruikelijke musi cal-manier af. De muzikale lij nen zijn grillig en dienen voort durend het spanningselement op peil te houden. Eigenlijk zorgt vooral de doodnuchtere Nellie Lovett met droogkomi sche opmerkingen voor de ver eiste ontspanning af en toe. Met zo'n rol weet Simone Kleinsma wel raad. Haar perso nality-show van vorig seizoen viel een beetje tegen, maar in deze rol van pasteienbakster (en van wat voor pasteien!) is ze weer volledig in haar element. Haar tegenspeler Ernst Daniël Smid heeft het postuur, de im ponerende stem en het acteer talent voor een ideale vertolking van titelpersoon Sweeney Todd. Eind oktober vorig jaar ging deze musical in première. Dat de voorstelling inmiddels loopt als een gesmeerde machinerie, is dus niet verwonderlijk. Risico daarvan is echter dat het spel te routineus of mogelijk zelfs slor dig en ongeïnspireerd kan gaan worden. Het getuigt van profes sionaliteit dat daarvan absoluut geen spoor viel te bekennen. Het speltempo ligt hoog, het or kest onder leiding van Martin Waddington reageert alert en het vernuftige decor ademt een pracht van een duistere en mys terieuze sfeer. Het is allemaal van wezenlijk belang voor deze succesvolle produktie van 'Sweeney Todd'. CONCERT IN DE PIETERSKERK TE LEIDEN, ZATERDAG 21 MEI A-S. AANVANG: 20.15 UUR. ZONDAG 22 MEI A.S. AANVANG: 14.30 UUR. Carmina Bierana - Carl Orff (o fortuna) La Paloma Azui - Chavez Psalm 150 - Alberto Ginastera (Nederlandse première) Solisten: Iisette Emmink, sopraan, Marten Smeding, tenor, Jan Paul van Spacndonck, bariton. Groot koor van de Stichting Concerten Schola Cantorum te Leiden. Jeugdkoor streekmuziekschool Leiden. Randstedelijk begeleidingsorkest. Het geheel o.l.v. Wim de Ru. Toegangsprijs 27,50, C.J.P., K 8c O, 65+ 25,- Kaartcn bij Uitbureau K 8c O, tel. 071-141141 of aan de zaal. sterdamse School' en zo gaat het maar door, met als hoog tepunten 'Val voor vliegengod' (1959), 'Oogsten in de Dwaal tuin' (1981) en, in 1989.de prachtige bundel 'Troost de hysterische robot, Gedichten en een oratorium'. Als schilder debuteerde hij in 1958, met een tentoonstelling in de Aula van de Vereniging voor Drankbestrijding. Als Vijf tiger was hij de enige die te kende. Hij begon met muur schilderingen gemaakt in Heemskerk. Nu hangt zijn werk over de gehele wereld. Een van zijn imposantste wer ken is een enorme muurschil dering in het Letterkundig Museum in Den Haag. Lucebert woonde de ene helft van het jaar in Bergen, de an dere helft jaar in Spanje. Ge staag bouwde hij aan zijn oeu vre. „Kunst", zo heeft hij eens gezegd, „is het enige redmid- s del, want voor de rest is de mens een secreet. Dat ben ik met de zwarte-kousenkerk eens. Tegenover de vele men sen die bereid zijn om te ver nietigen kan de kunstenaar zijn vermogen stellen om te Lucebert kreeg voor zijn oeu vre vele prijzen. Om er een paar te noemen: de P.C. Hooftprijs, de Constantijn Huygensprijs en de Prijs der Nederlandse Letteren. Die laatste prijs ontving hij uit handen van koning Boudewijn van België. Wie de poëzie der Vijftigers nu leest, raakt al snel verstrikt in een ratjetoe van beelden. 'Woordkakkerij' is een verwijt dat deze poëzie heeft getroffen. Soms terecht. Maar bij Lucebert is er altijd wel een strofe of een regel waarbij je denkt: zó is het en niet anders. Hij was geen kun stenaar die zich in zijn taal van de lezer loszong, nee, hij reikte die lezer in zijn poëzie de hand. Hij probeerde hem te ontroeren. 'Overhandig mij brekend/de peilloze bloem van je kus' - liet zijn regels die je nooit-meer vergeet. Het zou onzin zijn om te be weren dat de poëzie van Luce bert altijd even makkelijk te begrijpen is. Maar altijd is er een aanknopingspunt, een bij na sloganachtige formulering die je ervan overtuigt dat het de moeite waard is om verder te lezen. Net zo min als zijn poëzie geheel abstract is, is zijn beeldende werk dat. „Mijn schilderwerk is niet abstract",- zei hij eens. „Er'moet bij mij altijd een bekkie in met ogen". Lucebert is dood. Lucebert dood? Lucebert is op weg naar de Grote Nacht van de Poëzie. waggelende. Er is een tijd geweest dat mijn omgeving dacht: Mineke en pinguïns, dat hoort bij elkaar. Dat is er in de loop van de tijd af gegaan. Ik heb nu zo'n 100 dieren en dat vind ik voldoende. Alleen ansichtkaarten verzamel ik nog. Ook mijn band met de uitgaven van Penguin is minder. Vroeger kocht je zo'n boek en je wist dat het Brigitte Kaandorp en Ingeborg Elzevier staan komende vrijdag en zaterdag samen op de planken van de Leidse schouwburg. Paul Haenen schreef voor hen 'De vrouw van de zanger', een voorstelling waarin de titelrolspeel ster zich in het heetst van de strijd tot de zaal wendt met de vraag: 'Vindt u het wat, tot dusverre?' 'De vrouw van de zanger' gaat in rook op, daar staat onmiskenbaar de cabaretière Brigitte Kaandorp. Tegelijk is ook Ingeborg Elzevier haar vermomming kwijt. Logisch dat de grote actrice zich gruwelijk opwindt over die dikbetaalde grap- penmaakster die zo nodig aan het toneel moet. Tussen beide diva's lijkt het nooit meer goed te komen. DENHAAG DIRK WILLEM ROSIE Maar na de voorstelling nippen de rivales al weer gezellig aan de rode wijn. Het moet voor een steractrice van het grote toneel (Elzevier was vorig jaar nog ge nomineerd voor de Theo d'Or) toch een stomp in de maag zijn als de een of andere grappen- maakster op het hoogtepunt van de spanning de voorstelling naar haar hand meent te moe ten zetten. Maar nee hoor, Inge borg Elzevier vat het allemaal heel sportief en professioneel op. Temeer daar Brigitte en zij deze scène avond aan avond spelen. En om het laatste restje bezorgdheid weg te nemen, zegt Ingeborg: „Het staat zo in het script, dus ik ben erop voor bereid." Toch blijft het een frappant moment. De Kaandorp-fans gaan er echt even voor zitten, als de cabaretière hen diep in de ogen kijkt. Maar Brigitte buit de situatie niet uit. „Dat mag absoluut niet van Paul. In het begin maakten we nog veel meer ruzie. Dat was wel grap pig, maar we kwamen nooit meer in het stuk. Je zag alleen maar twee ruziënde takkewij- ven. Dat vond Paul te ver gaan. Ik mocht ook niet 'trutactrice' zeggen: het moest echt 'ouder wetse actrice' zijn. 'Toneelmuts' mocht ook al niet. Ik houd me keurig aan de tekst, de laatste tijd zeker. In het begin kreeg ik een paar keer op mijn kop, want ik heb natuurlijk onmiddellijk de neiging tegen die zaal te gaan ouwehoeren. Het is moei lijk de balans vast te houden. Voor hetzelfde geld sla je door en wordt het te Kaandorp." Brigitte Kaandorp zet een hartverscheurende amat- europerettezangeres neer in 'De vrouw van de zanger'. Ze weet hoe dat moet; op de middelbare school was ze een verwoed amateurtoneelspeelster („Ik speelde altijd een hoer"). En hoe beroemd ze ook als cabare tière werd, ze wilde weer eens in een toneelstuk. „Ik vertel al- Kaandorp: „Dus ik moest heel erg gaan doseren. Het is een handicap, maar ook een sterk punt. Het was een ander stuk geworden als er vier acteurs in hadden gestaan." Het is duidelijk dat Paul Hae nen aan Brigitte Kaandorp dacht, toen hij het stuk schreef en Angelique schiep. Die moto riek, dat tragi-komische. Voelt ze zich niet erg ge-typecast? „Hé ja, nou je het zegt. Ik mocht inderdaad geen Medea spelen. Ergens vind ik het jam mer dat ik de dingen doe die ik al kan. Bij het kleren aanpassen stond Ingeborg in allerlei span nende tijgerpakjes en ik had na tuurlijk weer een Tiroler jurkje aan. Het lijkt me leuk om eens in een bestaand stuk te spelen. Aan de andere kant vermaak ik me uitstekend door te doen wat ik kan." „Ik moet natuurlijk niet te hoog grijpen. Ik beweer geen top actrice te zijn. Ik ben al lang blij dat ik me staande weet te houden. Het is niet makkelijk. Je moet timen, aansluiten, zui ver zingen. Dus er valt voor mij genoeg te leren. De mensen moeten willen aannemen dat ik die Angelique ben. Maar ik blijf natuurlijk Kaandorp. Je beweegt nu eenmaal op een bepaalde manier. Ik laat Angelique wat meer rechtop lopen en probeer wat minder met die handen te wapperen, maar ja, in het vuur van het spel vergeet je dat wel Directeur Leon Ramakers van Nederlands be langrijkste popimpresariaat Mojo Concerts is sinds begin dit jaar ook de hoogste baas van het grootste Europese jazzfestival. Bij de presentatie van het programma voor de negentiende editie van dit North Sea Jazz Festival vertelde hij giste ren de nagedachtenis aan organisator Paul Acket te respecteren. Voor North Sea en de ruim zestigduizend be zoekers die ieder jaar op dit evenement afko men, blijft alles bij het oude. Er komt geen ver groting van het popaanbod tijdens het unieke driedaagse festival, dat zich op 8, 9 en 10 juli in Den Haag zal afspelen. Het programma van editie negentien ziet er ijzersterk uit. Na twee opmaten - het WOMAD- festival op 6 juli en het Gala op 7 juli (in het te ken van het 50-jarige Verve-label en gesponso- red door KPN) - brengt het grootste Europese evenement weer buitengewoon grote namen: Gerry Mulligan, Herbie Hancock, Oscar Peter son, Lionel Hampton, Natalie Cole, Pat Methe- ny, Joe Henderson, Al Jarreau, B.B. King, Miriam Makeba, Ornette Coleman, Wynton Marsalis, Candy Dulfer, Maceo Parker, Al DiMeola. Van Morrison, Max Roaxh, Betty Carter, Bobby Mc- Ferrin en zelfs Al Green zijn in Den Haga van de partij. Bij de nieuwe lichting vallen de namen van Roy Hargrove, Joshua Redman, Ben Harper, Oleta Adams, Steve Coleman, Kenny Garrett, Cassandra Wilson en Don Byron op. Het festival vraagt speciale aandacht voor bigbands, jonge tenoren en de groten uit de zogeheten Miles Davis School. Ramakers heeft nog twee opmerkingen op de valreep: een dagkaart kost voortaan 80 in plaats van 75 gulden, maar daar staat tegenover dat het Nederlands Congresgebouw voortaan ook bij 21.500 bezoekers per dag het bordje uitver kocht op de deur hangt. te horen dat Joop wat regelde met de uitgever en ik kreeg zowel het diner als de pinguïn. Later toen ik bij Kooyker werkte kreeg ik van een collega nog een pinguïn en zo is de verzameling begonnen. Ik ben niet zo gehecht aan vogels. Ik hou meer van zoogdieren. Bij pinguïns ben ik getroffen door de manier waarop ze met elkaar om gaan. Mannetje en vrouwtje zorgen allebei voor het ei. Ze zijn heel solidair met elkaar. Pinguïns zijn op sociaal vlak heel intelligent. De vorm is ook hoogst aaibaar met die dikke buik. En ze zijn vertederend. Je ziet wel eens films over Antarctica dat ze met zijn allen op een ijsschots staan en eraf springen. Dat is zo leuk. En dat loopje natuurlijk, dat tijd dat ik Paul Haenen tegen kwam en dat hij zei: 'Zal ik een toneelstuk voor je schrijven'. Dat klinkt mooi. Ik weet ook niet waarom ik nou zo graag in een toneelstuk wilde spelen. Het leek me leuk om met men sen op stap te gaan." Dit is niet het einde van Kaandorps carrière als one wo man. Maar voorlopig voelt ze zich prima in dat bonte gezel schap van een operazanger, een balletdanser en een actrice. Egi- dius Pluymen (Kaandorps over spelige toneelechtgenoot) is een goede operazanger die speelt dat hij een slechte operazanger is. Aan de vooravond van een première is hij op van de zenu wen en vindt troost bif zijn oversekste regisseuse (Ingeborg Elzevier). Kaandorp is de bont en blauw geslagen, maar door dik en dun trouwe vrouw van de zanger. Ingewikkeld Het was een ingewikkeld repeti tieproces met dit merkwaardige combo van een operazanger, een danser, een cabaretière en een actrice. „Het spelen is ook ingewikkelder", vertelt Ingeborg Elzevier. „Brigitte heeft natuur lijk een heel groot publiek dat als het ware al klaar zit van 'het is leuk en wanneer gaan we la chen'." THEATER RECENSIE SUSANNE LAMMERS Theatergroep Carver: Ware liefde. Gezien: 10/5, LAKtheater, Leiden Nog te zien: 11/5. "Heel herkenbaar - uit verhalen van anderen" typeerde iemand Ware liefde van Carver. Erg veel nieuwe inzichten doe je inder daad niet op, maar soms- heeft het wel wat het bekende nog eens onder de neus gewreven te krijgen. Vijf vijfde wielen, drie vrou- avond 'dansen voor alleen staanden', zoals ze wel geadver teerd worden in de zaterdag krant. Na wat inleidend pluk- mij gedoe stellen de typetjes zich voor: de 'sorry dat ik be- sta'-tut, de gevoelige met de ge lukzalige glimlach die het woord emoties uitspreekt alsof ze van de glijbaan roetsjt, en zij met diepgang. Aan de andere kant de man in gala die eigen lijk alleen maar de eenzaam heid wil bestrijden en de on handige, die zich over de meest voor de hand liggende dingen verbaast. Deze personages spelen geen verhaal, eerder losse scènes, veelbetekende momenten, en aan het einde van de avond is men net zover als aan het be gin, zoals meestal bij satire. Eerst de opstartproblemen, dan het vangen en uiteindelijk de desillusie. Maar de machteloze pogingen worden smakelijk ver beeld. Vrouwen die giechelig een beetje samenspannen voordat goed was. Dat durf ik nu niet meer te zeggen. Maar als ik kan kiezen uit Penguin en een andere uitgave dan wordt het altijd Penguin. Brigitte Kaandorp met danser Emest Piet in 'De vrouw van de zanger': „Bij het kleren aanpassen stond Inge borg in allerlei spannende tijgerpakjes en ik had natuurlijk weer een Tiroler jurkje aan." foto ulbo de sitter de hatelijkheden uitgewisseld worden. Oefenen op dat ge sprekje dat HEM uiteindelijk moet vangen. Dat levert overi gens een van de meest ontroe rende momenten op. Beppie Melissen speelt in haar afzichte lijk roze jurk werkelijk de ideale man. Maar midden in de dans scène wordt dit gelukkige paar gestoord door de echte prooi, die natuurlijk totaal niet aan de verwachtingen beantwoordt. Een ander stel geeft een lesje virtuoos voetje-vrijen. En welke wraak verdient de man die jouw lievelingsplaat boven de vlam van het gasfornuis houdt en hem vervolgens gebubbeld en wel boven jouw kant van het bed spijkert? De accenturering van kleine maar veelzeggende détails van de paringsdans door woorden en vooral gebaren maken deze voorstelling interessant. Alleen is dit geen voorstelling over het menselijk baltsgedrag. Dit gaat over de krengcrigheid van de soort op het slagveld van de lief de. Krijgen is de kunst niet, maar hóuden. (Zolang Uw Leeftijd Strek.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 9