n.vvv
4^
Stof
Langs de weg wachten
op een nieuwe eigenaar
'Wij zorgen dat er nooit meer oorlog komt'
Koenen: Brabanders in schoenen
De vlieg: een
ongenode gast
Het Gesprek van de Dag
Leidse treinreizigers
zitten uren op CS
2; WOENSDAG 4 ME11994
Bellen vanuit de duinen
Dat de mobiele telefoon in
tussen in het straatbeeld een
geaccepteerd verschijnsel is,
dat klopt wel. Op die consta
tering in de mailingvan de
firma Nokia in draagbare
telefoons - valt nauwelijks
nog iets af te dingen. Een
beetje zakenman heeft zo'n
draagbaar ding tegenwoor
dig wel op zak of in zijn auto
en de PTT moedigt in zijn
reclamespots op tv ieder an
der aan dat voorbeeld van
de snelle jongens maar te
volgen. De greenpointsvan
het voormalige staatsbedrijf
schieten gelijk paddestoelen
de grond uit. Waar op straat
je ook maar wilt, bellen kun
je.
Tot zover niets nieuws.
Maar nu komt het. 'Omdat
de grenzen tussen strikt pri
vé en strikt zakelijk vervagen
of in elkaar overvloeien en
omdat degene die mobiel
communiceert nu eenmaal
in de regel geen baan heeft
van negen tot vijf, aldus de
brief van Nokia, is er nu de
Bikephone. Een setje voor
op je Mountainbike of City-
b/Lewaar je draagbare tele
foon precies inpast.
Kun je bellen vanuit het bos.
Of gebeld worden in de dui
nen. Je ziet het voor je. Net
geeft ze je een zoen, of daar
hangt de baas aan de lijn.
Met een bruusk gebaar duw
je haar weg. 'Sorry schat,
maar zaken gaan voor het
meisje'. Dat heet dan 'ont
spanning anno 1994'. Geef
mij ook zo'n fietstelefoon.
AD VAN KAAM.
Een gemakkelijke i
auto te verkopen is 'm langs de
weg zetten met een bordje 'te
koop' erop, en dan maar wach
ten op het telefoontje van een
geïnteresseerde. Dat het in veel
gemeenten verboden is blijkt
het merendeel van de mensen
niet te (willen) weten. De ver
koopmethode werkt en dat telt.
Langs de Lammenschansweg
staan zes auto's te wachten op
een nieuwe eigenaar. Illegaal
wel te verstaan, want Leiden is
zo'n gemeente waar de verkoop
langs de openbare weg niet is
toegestaan. Dat er weinig aan
wordt gedaan is simpel te ver
klaren. Er komen bijna geen
klachten binnen bij de Leidse
politie. „Als er geen gevaarlijke
verkeerssituaties ontstaan en
het geen doorn in het oog is van
bewoners, doen we er niets aan.
Is dit wel het geval dan geven
we een bekeuring. Maar echt te
gen te houden is het niet. De
autoverkoop langs de weg ge
beurt gewoon al jaren", aldus
politievoorlichterT. Stuifber
gen.
Dat verkopen op deze manier
resultaat oplevert weet Jolanda
Ratten. Sinds gisteren staat haar
oude Eendje op de Lammen
schansweg. Drie jaar geleden
verkocht zij een andere auto
binnen een dag. Jolanda vindt
het een simpele manier om van
een auto af te komen. „Ik heb
net een nieuwe Volvo gekocht,
maar de Eend konden we niet
inruilen. Toen heb ik 'm langs
de weg gezet. Maar dat het ver
boden is, wist ik echt niet. Nee,
serieus niet. Misschien haal ik
'm nu wel weg."
Katwijk
Ook de gemeente Katwijk ver
biedt de autoverkoop langs de
weg. Het is al jaren niet toege
staan, maar in februari dit jaar
is een nieuwe plaatselijke veror
dening van kracht gegaan. Deze
houdt in dat hoewel officieel
dus verboden bij de gemeen
te ontheffing kan worden aan
gevraagd voor mensen die
graag hun vervoermiddel langs
de weg willen verkopen. Dit
gaat waarschijnlijk wel geld kos
ten, maar daar is de gemeente
nog niet helemaal uit.
Bij een Katwijkse inwoonster
schiet dit in het verkeerde keel
gat. Zij heeft langs Rijnmond
een auto te koop staan. „Stelle
tje oplichters. Als het maar geld
opbrengt. Daar word je toch
niet goed van. Ik wist niet eens
dat het verboden was. Er staan
altijd hartstikke veel auto's te
koop op de Rijnmond."
Er zijn in de regio overigens ook
gemeenten waar het wél mag.
Alphen aan den Rijn bijvoor
beeld. Langs de President Ken-
nedylaan staan ze in rijen. De
gehele parkeerstrook wordt in
genomen door te koop aange
boden caravans en auto's. „Het
is makkelijk en je krijgt er meer
voor dan als je 'm inruilt of zo",
vindt een Alphense.
Een inwoner van Leiden heeft
op de Kennedylaan zijn Fiat te
koop staan. De man werkt in Al
phen en vond deze plek ge
schikt. Al eerder raakte hij hier
een auto binnen twee weken
kwijt. „Het is de enige mogelijk
heid volgens mij. Een adverten
tie? Voor een auto van 950 gul
den? Dat heeft toch geen zin."
De politie krijgt incidenteel nog
wel eens een Idacht binnen van
bewoners die in de omgeving
wonen. Maar veel meer dan het
controleren van belasting- en
verzekeringspapieren kan zij
niet doen. Het is simpelweg niet
Zonder mensen eromheen is elk
monument maar een brok
steen. Dat moet de Stichting Fe
bruari 1941 hebben gedacht
toen ze besloot de basisscholen
in den lande monumenten te
laten adopteren die herinner
den aan de Tweede Wereldoor
log. Zo konden de leerlingen
vertrouwd raken met de ont
staansgeschiedenis van het mo
nument en kregen ze inzicht in
de vraag waarom sommige
mensen hun leven voor de vrij
heid hebben gegeven.
In het hoofdbureau van de
Leidse politie aan de Langeg-
racht is een plaquette aange
bracht die herinnert aan de po-
litie-agenten die tijdens de oor
logsdagen zijn omgekomen. De
Leidse basisschool Mariënburch
heeft dit monument in de ar
men gesloten. Een dag of wat
geleden is groep 6 van deze
school naar het politiebureau
geweest om bloemen te leggen
bij de plaquette en een minuut
stilte in acht te nemen. Een
soort generale repetitie voor de
officiële herdenking van van
daag.
Voor de fotograaf tillen Charida
den Hertog (10) en Kim La-
bruyère (10) de bloemen even
dichter naar de namen op de
plaquette toe. Twee leuke, le
vendige meisjes, zijn het. Ze
weten eigenlijk niet goed meer
wat er door hen heen ging tij
dens die ene minuut stilte. Ze
hebben het over 'overleden! en
'omgekomen'. Het zijn woorden
die nog niet thuishoren in zulke
jonge monden. Spoel ze maar
weg met een grote Cola, wil ik
zeggen, maar dat doe ik niet.
„Nee, ik had niet echt verdriet
tijdens die minuut stilte", zegt
Charida. „Ik keek alleen maar
telkens naar die bloemen. Maar
ik kan me wel indenken hoe
verdrietig dietfamilieleden van
die agenten moeten zijn ge
weest. Ik zou tegen ze willen
zeggen: treur niet teveel, het is
allemaal verleden, het leven
gaat door. Wij zullen zorgen dat
er nooit meer oorlog hier komt.
Oorlog is heel erg, dan moeten
de mensen schuilen en worden
mensen die van een ander ras
zijn vervolgd. Ze hebben tegen
mij ook wel eens gezegd: hé,
zwarte! En toen heb ik ze
meteen een knal gegeven."
Kim vertelt over Anne Frank en
het achterhuis. Meester De
Geus heeft haar daarover van
alles verteld. Op de vraag of ze
wel eens wat over de oorlog
heeft gehoord van haar opa of
oma, zegt ze dat ze geen opa's
of oma's meer heeft. Ze krijgt
iets treurigs in haar ogen en ze
knikt droevig ja, als ik haar
vraag of ze nu een beetje be
grijpt wat de familieleden van
die agenten hebben gevoeld.
„Maar mijn opa en oma waren
ziek en die agenten niet".
„In de oorlog", zegt Kim, „is het
gevaarlijk op straat. Dan kun je
niet gewoon meer spelen. Dat
zie je nu ook op de televisie.
Oorlog komt doordat sommige
mensen de baas willen spelen
in een land en andere mensen
willen dat niet. Dan krijg je ru
zie. Dan maken de mensen el
kaar dood. En dat is heel erg."
Politievoorlichter Stuifbergen
kijkt toe. Met ontroering in zijn
blik. Of de familieleden van die
agenten ook aanwezig zullen
zijn bij de herdenking weet hij
niet. Maar hij waardeert het
zeer dat Kim en Charida een ge
dicht over de oorlog zullen
voordragen onder de plaquette.
In de politiekantine hangen wat
oude vaandels. Op een van de
vaandels staat: voor God en
kerk, vorstin en land. Het lijkt
wel alsof het vaandel een seintje
heeft gegeven aan Charida want
plotseling begint ze te praten
over Koningin Wilhelmina. „Ik
Kim en Charida bij de plaquette in het politiebureau.
vind het wel slap dat Wilhelmi
na destijds meteen naar Enge
land is gegaan. Als je toch ko
ningin bent, dan blijf je toch bij
je eigen volk. Of ik dat zelf ook
zou hebben gedaan? Dat weet
ik niet. Maar ik ben ook geen
koningin."
Kim en Charida. Twee aardige
Leidse meisjes. Als ze het poli-
FOTO HOLVAST/MARK LAMERS
tiebureau verlaten, lijkt het alsof
de namen op de plaquette wat
meer glimmen.
Over meelopers en
standwerkers. Van
zwemmers en stille
kramers. Al eeuwen lang
is de markt niet meer weg
te denken uit het
straatbeeld. En naar
verwachting zal dat zo
blijven ook. Sterker nog,
in diversiteit neemt het
marktwezen alleen maar
toe. Op het Gesprek van
de Dag elke woensdag een
portret van de ambulante
handel in Leiden en
omgeving. Wat doen de
kooplui, waar komen ze
vandaan en waar gaat het
met de handel naar toe.
Ook de neveneffecten
komen aan bod. In
aflevering 6 aandacht
voor Christien Koenen uit
Kaatsheuvel, die werkelijk
overal haar kraampjes
neerplant. Een echte
handelsreizigster dus.
Wat je van ver haalt is lekker,
zeggen ze wel eens. Maar hoe
zit dat met schoeisel dat van
verre komt? Loopt dat ook lek
ker? „Absoluut, vraag maar aan
onze klanten". Die uitspraak is
van Christien Koenen, een
marktvrouw die in het bevol
kingsregister van het Brabantse
Kaatsheuvel staat ingeschreven.
Daar slaapt ze en daar eet ze,
maar daarmee houdt het dan
ook wel zo'n beetje op. Overdag
bevindt ze zich ver van huis en
haard, achter haar kramen met
schoenen. Ergens op een markt,
ver buiten Noord-Brabant. En
daar bevinden zich dus ook
haar klanten.
Zo loopt ze zich elke donderdag
het vuur uit de sloffen op de
markt in de Leidse Stevenshof.
En een dag later met haar man
op de markt in Voorschoten.
Dat zijn nog maar twee van de
in totaal elf markten die zij,
haar man en haar zwager aan
doen. Alleen, of met z'n tweeën
in verschillende combinaties.
„In Rotterdam, in Utrecht. Alle
maal op meer dan een uur rij
den van Kaatsheuvel."
De reden dat ze zo ver gaan?
Omdat ze in de omgeving van
haar dorp de schoenen aan de
straatstenen niet kwijt kan. „Ze
ker vroeger was Kaatsheuvel
een en al schoenen, om het zo
maar eens te zeggen. De Lang
straat hè: Waalwijk, Drunen,
Kaatsheuvel: Bijna iedereen was
werkzaam in de schoenenbran
che en dat is nog steeds een
beetje zo."
Ze kan daarom ook zo vertellen
wat nou precies een goede
schoen is en wat niet. Dat we
ten ze daar wel in Brabant.Al
denken sommige mensen van
niet, wij verkopen kwalititeit op
de markt. Alleen tegen een veel
lagere prijs. Dat kan omdat we
vaak grote partijen inkopen.
Sterke schoenen. Van leer. Met
een uitstekende pasvorm. Een
goede leest is daarvoor belang
rijk. Weet je wel, zo'n model van
een voet waar de schoen als het
ware omheen wordt gemaakt.
Verder zijn leren zolen heel
goed. Die slijten alleen nogal
snel. Rubber is uitstekend. En
plastic zolen zijn er ook, al is dat
met name om de prijs te druk
ken. Maar plastic schoenen,
nou nee. Die goedkope troep
hoeven we niet."
Dat was ook de boodschap van
schoonvader, die dertig jaar ge
leden al met stapels hoogwaar
dige schoenen en aanverwante
artikelen door het land tTok.
Met zoon Herman, de huidige
man van Christien, in zijn kiel
zog. Vandaar. „Ja. Bovendien
komt daar denk ik dat zwerven
vandaan. Schoonvader ventte
destijds nog. Had geen vaste
plek in het begin. Uiteindelijk is
dat wel gebeurd. In Voorscho
ten onder andere.
Daar staat de 35-jarige Christien
onderhand ook al weer vele ja
ren met haar man Herman (40).
„Vanaf mijn zestiende toen ik
met mijn man trouwde. Alweer
negentien jaar dus. Da's een
heel goede markt voor ons. Gi
gantisch druk." Maar ja, dat is
ook weer niet zo gek. Ze hebben
daar vier, soms wel vijf kramen
naast elkaar staan, terwijl ze
daar maar met zijn tweetjes
zijn. „Druk hebben we het ei
genlijk altijd."
Want zo ziet de doorsnee dag
van de familie Koenen er uit:
uurtje of half vijf, vijf opstaan.
Half zes, kwart voor zes weg.
Rond zeven uur, half acht aan
wezig. Dan twee uur uitpakken
en uitstallen en tot een uur of
vijf 's middags staan. Dan in
pakken en naar huis rijden.
Waar het gezelschap zo gemid
deld tegen half zeven arriveert.
„En vrijdag is dat een uurtje of
half acht. Dan hebben we drie
of vier files onderweg gehad.
Dan is het echt eten, een beetje
opruimen en naar bed."
Zondag is eigenlijk de enige
echte vrije dag. Maandag wor
den er al weer voorbereidingen
getroffen voor de markten van
die week. Hoe zit dat dan met
vakantie? „Daar houden we niet
van", zegt Christien bloedseri
eus. „Nee, echt. Ik ben nog
nooit in het buitenland geweest.
We hebben zoiets van: als we
een, twee weken niet op de
markt staan, wat zullen de klan
ten dan wel niet denken? Dat
kunnen we toch niet maken?
We zijn er voor de mensen. Ook
met slecht weer. Zelfs als het
glad is. Dan gaan gewoon de
sneeuwkettingen om."
Bijna nooit thuis, dat zullen de
kinderen een zoon en een
dochter fijn vinden. Of zien
we die in de toekomst ook op
de markt als kooplui? „Ach, ze
zijn aan ons leven gewend. Ver
der niet. Onze dochter is bezig
met een opleiding voor schoon
heidsspecialiste. Daar leeft ze
helemaal voor. Onze zoon ziet
meer in de markt dan zij. Maar
ik denk dat hij de bouw in gaat.
Dat vindt hij nog net even wat
leuker. Metselen, een beetje
timmeren. Wie de boel dan
moet overnemen? Joh, wij gaan
gewoon door tot onze vijfenzes
tigste. Dan zien we wel weer."
verboden, hoewel opvallend
veel Alphenaren juist denken
dat het hier wel zo is.
„Nee het mag niet, maar het
wordt gedoogd. Het is zo'n be
kend verkooppunt en volgens
mij heeft niemand er last van",
aldus een Alphense. Dat het in
Alphen aan den Rijn wel is toe
gestaan gaat er bij haar niet in.
En het maakt ook niet uit, want
haar Opeltje raakt ze toch wel
kwijt. Of het nou mag of niet.
De vlieg is een gezelschapsdier
bij uitstek. Net als de kat, de
hond en de parkiet houdt het
beestje zich graag op in de
buurt van mensen. Groot ver
schil met de andere huisdieren,
is zijn ongewenstheid. Zó onge
wenst is de vlieg dat mensen 'm
meestal met bruut geweld het
huis uit zetten, als hij al niet
doodgeslagen wordt. Geërgerde
gastheren plaatsen horren voor
hun deuren, wapenen zich met
oude kranten, schaffen vliege-
meppers aan en hangen kleef-
strips boven het aanrecht. De
vlieg wordt geassocieerd met
vies. Weg dus met dat beest.
In deze Idopjacht op de onge
node gast, leverde een Groning
se wetenschapper onlangs een
opmerkelijke bijdrage. De vlieg
moet je 's middags te grazen
nemen, luidt het advies van de
wetenschapper, die promoveer
de op de oogfuncties van insec
ten. Hij ontdekte dat de oogze
nuwen van de vlieg 's middags
minder actief zijn dan 's och
tends. Daardoor is de vlieg in de
middaguren minder alert en is
de pakkans groter dan 's och
tends.
Maar moet die vlieg nu echt
dood? Midas Dekker, bioloog,
schrijver en bekend van radio
en tv, denkt er het zijne van.
Volgens Dekker is het 'stom toe
val' dat de vlieg het gezelschap
van de mens opzoekt. .Alle die
ren zoeken de omgeving op
waar ze zich zo prettig mogelijk
voelen. Voor de mens is dat het
huis, voor de vlieg ook. Dat is
stom toeval. Elk huis is in feite
een vliegenkwekerij."
Als Midas Dekker een vlieg in
zijn woning aantreft, slaat hij
met beleid. Niet elke vlieg in
huize Dekker wacht een gewisse
dood. „Ik ben bioloog van be
roep. Als er een insect over mijn
arm loopt, ga ik hem eerst de
termineren. Ik ga kijken wat
voor soort insect het is. Negen
ennegentig procent van de in
secten laat ik met rust, omdat ik
geen last van ze heb. Van één
procent heb ik wél last en die
ene procent sla ik dus dood."
Pech dus voor een vlo. „Inder
daad, als die over mijn arm
loopt, heeft hij pech gehad.
Maar over het algemeen ben ik
heel braaf. Alleen als een vlieg
erg lastig is en blijft aandringen,
neem ik hem te grazen."
CLAZINUS DE ROTTE
Enkele honderden regiogenoten
hebben in de zogeheten konin
ginnenacht uren vastgezeten op
het Centraal Station van Am
sterdam. Vooral rond het ver
trek van de 'laatste' trein naar
Leiden (en Den Haag en Rotter
dam) speelden zich chaotische
en Oosteuropese taferelen afin
het bomvolle stationsgebouw
dat was vergeven van de feest
gangers van buiten Amsterdam.
Een woordvoerder van de Ne
derlandse Spoorwegen geeft toe
dat men de drukte heeft onder
schat. maar steekt de beschuldi
gende vinger vooral richting ge
meente Amsterdam. „Ze heb
ben ons doen geloven dat er in
de nacht voor koninginnedag
niets te doen zou zijn. Daar
hebben we ons op ingesteld. Er
bleek wel degelijk wat te doen
en zo zijn de problemen ont
staan."
Naar schatting een paar hon
derd regiogenoten reisden afge
lopen vrijdagavond per trein af
naar Amsterdam. De hoofdste
delijke binnenstad bruist al ja
ren, ook aan vooravond van ko
ninginnedag. Wie een retourtje
had gekocht, kon bijna de hele
nacht doorfeesten en op zater
dagmorgen toch nog mee terug
in de trein die even voor vier
uur via Schiphol weer richting
leiden vertrok.
Echter, rond de klok van vieren
bleek dat NS niet was ingesteld
op een grote stroom nachtelijke
treinreizigers. Slechts één per
roncontroleur (ingesteld door
NS bij nachttreinen) bekeek één
voor één de plaatsbewijzen. Er
ontstond een enorme rij waar
door velen de laatste trein mis
ten. Dat betekende niet alleen
minimaal een uur vertraging
maar ook een nieuw kaartje ko
pen.
NS hadden maar liefst één loket
opengehouden en ook daar on
stond vervolgens een rij van on
geveer honderd meter. Wie ein
delijk aan de beurt was, kon op
nieuw bij de perroncontrole
aansluiten. De trein van vijf uur
was toen ook alweer vertrokken.
Wie zich tegen vier uur op het
station meldde, had geluk om
tegen zeven uur zijn of haar bed
in Leiden te kunnen opzoeken.
De gemeente Amsterdam wil
echter ook de schuld niet op
zich nemen. „We hebben een
landelijke advertentiecampagne
gehouden waarvan het thema
kortweg luidt 'Koninginnedag
begint niet op 29 april'. In de af
gelopen jaren was de vooravond
vooral een feest voor de Amster
dammers zelf en veel minder
voor mensen van buiten. Ook
wij zijn overvallen door de
drukte", aldus een voorlichter
van de gemeente Amsterdam.
Die net als haar collega van de
NS beterschap beloofde voor
komend jaar.
LOMAN LEEFMANS
Reacties en suggesties voor
"Gesprek van de Dag"
Telefoon 071-356444
of
Postbus 54,2300 AB
te Leiden
Bruikbare tips worden
beloond met een cadeaubon
van 25 gulden.
Auto's te koop langs de weg, zoals hier in Voorschoten. Het mag niet overal, het gebeurt wel.
FOTO LOEK ZUYDERDUIN
Christien Koenen achter de schoenen op de markt in Voorschoten.
FOTO LOEK ZUYDERDUIN