Achter al zijn charme was 'Mister Philips' spijkerhard Feiten &Meningen De toerist is niet veilig, de Tamil wel? 'Lubbers heeft zijn eigen partij vernield' Gesprek op niveau DINSDAG 3 MEI 1994 De gesprekken zijn nog maar in een 'aller eerste stadium', benadrukt een woordvoer ster van Buitenlandse Zaken, en elk woord over het aantal Tamils dat zou kunnen te rugkeren naar Sri Lanka en de termijn waarop dat zijn beslag zou moeten krijgen, zou er één te veel zijn. Maar feit is dat Den Haag er toch weer voorzichtig aan denkt om Tamil-vluchtelingen terug te sturen. Die stap is op zijn minst opmerkelijk. Om de stroom asielzoekers enigszins beheers baar te houden, is Justitie bezig met het op stellen van een lijst met zogeheten veilige landen. Vluchtelingen uit die landen kun nen zonder meer worden teruggestuurd. Voormalige Oostbloklanden als Roemenië en Rusland zijn daarvoor kandidaat, maar Sri Lanka niet. Dat is ook niet zo gek, want op het grote eiland voor de kust van India woedt nu al elf jaar een niets en niemand ontziende burgeroorlog tussen de Tamil-minderheid en de Singalese meerderheid over een eigen staat voor de Tamils. Die oorlog heeft al tienduizenden mensen het leven gekost en een kwart van de drie miljoen Tamils is naar het buitenland gevlucht. Na een aantal bomaanslagen op hotels in de hoofdstad Colombo herhaalde Buiten landse Zaken enkele weken geleden de til jaren geldende waarschuwing aan toeristen om de woongebieden van de Tamils in het noorden en noordoosten te mijden. Daarin zit ook het curieuze van de huidi ge gesprekken. Enerzijds wordt toeristen aangeraden het Tamilgebied te mijden, an derzijds wordt met de Srilankaanse regering gepraat over terugkeer van Tamil-vluchte lingen. De verklaring van het ministerie is dat het iets heel anders is of je ergens woont of dat je ergens als toerist komt. Dat is ontegenzeggelijk waar. Maar de opvatting van Buitenlandse Zaken dat je als inwoner veiliger bent, is natuurlijk onzin. Het is juist omgekeerd. Een toerist is immers per defi nitie een (onpartijdige) buitenstaander, een Tamil behoort tot een van de vechtende partijen. En die partijdigheid maakt hem kwetsbaar voor geweld. De tegenwerping dat de waarschuwing van Buitenlandse Zaken alleen geldt voor het Tamilgebied, snijdt natuurlijk al even weinig hout. Want waar wonen de Tamils - en waar zullen ook de terugkerende vluch telingen, al dan niet via de tussenstap van een vluchtelingenkamp, uiteindelijk belan den? Precies, in dat onveilige noorden. Eén troost hebben de Tamils voorlopig nog. Sinds nu negen jaar geleden de eerste drieduizend Tamils via Berlijn naar Neder land kwamen, wordt al gepraat over terug sturen naar Sri Lanka. Van de vijftiendui zend Tamils die momenteel in Nederland zijn, zijn er in die jaren naar schatting twin tig teruggestuurd. En zoals de zaken er nu voorstaan, moet het daar voorlopig maar bij blijven ook. Tamils wachten in de Amsterdamse St. Nico- laaskerk op transport naar een opvangcentrum in Apeldoorn. archieffoto Wisse Dekker neemt donderdag afscheid van Eituihovense elektronicagigant Het laatste stukje powerplayvan 'Mister Philips' werkte averechts. In een poging nog twee jaar president-commissaris te blijven, groef prof. dr. Wisse Dekker (70) zijn eigen graf. Het versnelde vertrekdonderdag tijdens de aandeelhoudersvergadering moet de ooit bejubelde Dekker pijn doen. Elders in Eindhoven overheerst de tevredenheid. Door steeds te blijven zitten waar an deren sneuvelden, werd Wisse Dekker hèt symbool van alles wat er bij Philips fout was en nog is. Op het moment dat Philips-topman Jan D. Timmer begin maart bij de presentatie van het jaarverslag het afscheid van Wisse Dekker bekend maakte, brak het koffieschenkende Philips-personeel in het Eindhovense Evolüon in een spontaan applaus uit. Zo de koele, zelf verzekerde selfmade-intellectueel ooit popu lair w^s bij brede lagen van Philips, dan is daar anno 1994 weinig meer van over. Het feit dat de net zeventig jaar geworden Dekker enkele maanden geleden publiekelijk poogde nog even bij Philips te blijven, heeft zeker aan de ovatie van het personeel bijge dragen. Een president-commissaris van Phi lips mag niet ouder zijn dan 72 en wordt be noemd voor vier jaar. In een interview met NRC Handelsblad presenteerde de even ijdele als ambitieuze Dekker de oplossing: hij stelde voor nog twee jaar aan zijn staat van dienst toe te voegen. Timmer de functie van Philips- president was immers geweldig uitputtend, vertel Dekker wat kon hem dan in 1996 op volgen, zo suggereerde hij. In 1990 wist Dekker met dit soort machtsspel zijn opvolger Cor van der Klugt de deur uit te werken. Maar tegen 'Der Macher'kon 'Mister Philips' niet op. De dreigende botsing met 'Timmer de Tank' ging Dekker wijselijk uit de weg. Hij mocht vier jaar geleden immers blij ven op voorwaarde dat hij zich niet meer met de gang van zaken bij Philips zou bemoeien. De eerste keer zondigen zou meteen het einde betekenen. Vanaf donderdag bekleedt Wisse Dekker geen enkele functie meer bij Philips. Leegstand be dreigt het kantoor van de'president-commis- saris, gelegen naast dat van de president. Dek kers opvolger, oud-Unilever-baas Floris Mal- jers, is namelijk niet van plan dagelijks over Timmers schouder mee te gaan kijken. Waar mee alweer een Philips-traditie eindigt. Het is zeker niet de eerste keer dat Dekker meer oog had voor zijn eigen belang dan voor dat van de kumpenie', menen zijn critici. Zijn vertrek als topman bijvoorbeeld, in 1986. Dek ker had nog wel kunnen aanblijven, maar dreigde dan het voorzitterschap te missen van zowel de raad van commissarissen als van de dr. A. F. Philipsstichting, houder van de priori teitsaandelen van Philips. Die dubbelslag wil de Dekker niet laten lopen. Temeer daar hij toen al moet hebben geweten dat de Eindhovense multinational diepere problemen kende dan de buitenstaander dacht. En de verantwoordelijkheid voor de re sultaten lag voortaan bij zijn opvolger: Cor van der Klugt. Die sneuvelde in 1990 inderdaad op een mix van zwaar tegenvallende resultaten, een overdosis optimisme en een verzwegen re latie met zijn secretaresse. Wisse Dekker vol trok persoonlijk het vonnis. Dit krachtdadig ingrijpen versterkte aanvanke lijk de mythe rond de macht, invloed en be stuurskwaliteiten van Dekker. In werkelijkheid markeerde de titanenstrijd het einde van het tijdperk Dekker bij Philips. Van hoog tot laag werd hem kwalijk genomen de ondanks al les populaire Van der Klugt te hebben weg gewerkt, terwijl hijzelf mooi weer bleef zitten spelen. 'Mister Philips' zelf zal zich zijn vertrek zeker anders hebben voorgesteld. Van eenvoudige Zeeuwse komaf (vader trok in de Eerste We reldoorlog uit armoede naar Eindhoven om bij Philips te gaan werken) wist Dekker zich op te werken tot een topondernemer van on-Neder- landse allure, van top tot teen behangen met onderscheidingen uit binnen- en buitenland. Dekker wordt zelfs wel eens aangeduid als geestelijk vader van 'Europa 92', vanwege de door hem gestarte European Round Table van industriëlen. MILJARDENORDER Wisse Dekker was bij uitstek een produkt van de Philips-cultuur. Niet lang nadat hij in dienst kwam bij de Eindhovense elektronica-gigant (in '48) vertrok hij naar Indonesië. Na het lei den van Philips Japan en Philips Groot-Brit- tannië, volgde in 1976 de felbegeerde plek in de Raad van Bestuur. Met het in 1977 eigen handig binnenhalen van een enorme miljar denorder voor het telefoonnet in Saudi-Arabië, was Dekkers na; Toen er in 1982 een opvolger moest worden gevonden voor de aan de drank geraakte Nico Rodenburg, had Dekker al geen serieuze con currenten meer. Wie nog bezwaren had, werd verbaal in de hoek gezet. Debatteren kon Dek ker namelijk als geen ander. En als het nodig was, bleek hij achter al zijn charme spijker hard. De juiste man voor Philips dus. In het begin van zijn presidentschap stuwde Dekker Philips naar grote hoogten. Magische grenzen werden met ogenschijnlijk gemak ge broken: één miljard gulden winst en zestig miljard gulden omzet. De verwerpelijke prak tijken van de oprukkende Japanse concurren tie werden hard aangepakt. Althans in de me dia en bij de EG in Brussel. Zijn optreden was van een on-Brabantse doortastendheid: moest je met Wisse Dekker zeventien punten doornemen, stond je in ze ventien minuten weer buiten. Dekkers werk lust, elan en enorme zelfvertrouwen deden het optimisme bij Philips terugkeren. De succesre cepten waren op aanvraag beschikbaar. In honderden interviews en toespraken over de gehele aardkloot liet de Philipsbaas volgaarne aan eenieder weten hoe het moest. Maai- Dekkers optimisme bleek het is een hardnekkig Philips-trekje letterlijk grenze loos. Hij voorzag dat het bedrijf bij het hon derdjarig bestaan (in 1991) een omzet van ne gentig miljard gulden zou halen, bij een resul taat van drie tot vier procent. Deze miljarden winsten zouden de 'Flippen' op de beurs een waarde doen bereiken van zo'n honderd gul den. Cijfers waarvan in Eindhoven tot op de dag van vandaag louter wordt gedroomd. Wisse Dekker riep altijd al de meest uiteenlo pende reacties op. De ene Philips-manager noemde hem de beste baas die er was, de an der sprak van een arrogante betweter. De een roemde de ontspannen manier waarop hij zich in de hoogste kringen bewoog, de ander verweet hem vanwege het frequente gebruik van de 'company yefjuist een verkwistende managementstijl. Wisse Dekker werd verguisd en geliefd, waarbij de eerste groep, naarmate de tijd vorderde, steeds meer aanhangers kreeg. Er waren immers niet louter WIM STEVENHAGEN zie JE wet, ITfeAlAKlPEfö Franse correspondent vindt Nederlandse politiek pervers Amsterdamse taxichauffeurs genieten als groep niet be paald bekend- HmstÈrdamT heid vanwege hun wellevend heid. De hoofdstedelijke Kamer van Koophandel zou zelfs graag zien dat de toerist wordt ver schoond van menig onaange naam type door een betere se lectie en werving van taxichauf feurs. Daarbij moet, volgens de kamer althans, de chauffeur die zich niet wenst te schikken aan Grote projecten als de megachip en de samen werking met AT&T gingen de mist in. En al die lezingen waren mooi, maar werd het niet eens tijd dat hij zich wat meer met Philips bemoei de? APPELOGETICA Dekker heeft wel degelijk geprobeerd Philips te veranderen, zeggen medestrijders van toen. De stortvloed aan interviews bijvoorbeeld zou vooral zijn bedoeld om zijn boodschap door de leemlagen bij Philips te krijgen. Ook be streed Dekker de 'Appelogetica' (naar de vori ge financiële baas Henk Appelo), Philipsiaans voor de macht van de boekhouders. Dekker slaat zich ook gaarne op de borst als de eerste die buitenstaanders binnenhaalde. Het is een beetje triest, vinden de medestan ders van vroeger, dat Dekker het slachtoffer is geworden van de veranderingen die hij zeifin gang zette. Net zoals ze het een beetje triest vinden dat 'Mister Philips' steeds meer ging geloven in het beeld dat hij in de publiciteit van zichzelf opriep. Het beeld van de staats man, die niet alleen Philips maar ook Neder land en zelfs Europa kon runnen. De man van de commissies-Dekker I (technologiebeleid) en Dekker II (gezondheidszorg).' Zo'n man krijgt het nog moeilijk, denken be kenden, nu het echt afgelopen is bij Philips. Niet meer dagelijks naar de Bosdijk. Niet meer zoals laatst nog met Flillary Clinton het contact met de groten der aarde. Duidelijke hobby's heeft-ie ook al niet, op het bezoeken van zijn zoon (Philips-directeur in Portugal) en een beetje golfen na. Of het zou het schrijven van sprookjes moeten zijn. Een interesse van Wisse Dekker waarvan de symboliek velen niet ontgaat. EINDHOVEN WILCO DEKKER Lubbers heeft volgens hem het CDA 'leeggezogen', Brinkman lijkt in sommige opzichten op Le Pen en de Nederlandse politiek is 'pervers'. De meningen van Sylvain Ephimenco, correspondent in Nederland van het Franse dagblad Libération, zijn ge peperd, maar goed bedoeld. „Ik ben geen hyperintelligent wezen, maar waarom b^n ik de enige die dit soort dingen aan de kaak stelt?" 'Nederlandse premier lijdt,giganti sche nederlaag bij verkiezingen'. Syl vain Ephimenco weet al wat hij van avond voor zijn krant zal schrijven. Van hem krijgt niet CDA-lijsttrekker Brinkman maar premier Lubbers de schuld van het verwachte verlies van zijn partij. „Wat dacht je dan? Lubbers wordt door de kiezers afgestraft. De afgelo pen twaalf jaar van zijn premierschap zijn een catastrofe geweest voor zijn partij. Hij zal daarom de geschiedenis ingaan als de man die zijn partij heeft vernield." Ephimenco heeft als buitenstaander nooit de neiging gehad de gangbare mening van zijn Nederlandse collega journalisten over te nemen. Integen deel. De eigenzinnige Fransman gros siert in provocerende observaties van het land en het politieke systeem. De al vijftien jaar in Nederland wo nende Fransman, die ook columns schrijft voor het dagblad Trouw, is goed op dreef. De schrijver van 'Hol landse kost', een venijnig boekje waarin vooral de schijnheiligheid en afgunst van de Nederlander wordt ge hekeld, houdt ervan te prikkelen. Hij gaat lustig door met analyseren, nu over de manier waarop Brinkman zich aan de kiezer probeert te verko pen. „Ik heb eens een diplomaat gespro ken die met hem had gedineerd. Hij zei na afloop: 'Brinkman heeft het charisma van een stukje zeep'. Zo is het natuurlijk. Daar kan die man niets aan doen. Maar dan moet hij wel zichzelf blijven en niet proberen de populaire jongen te gaan uithangen." De CDA-lijsttrekker blijkt in bepaald opzicht zelfs overeenkomsten te ver tonen met de extreem-rechtse Franse politicus Le Pen. „Ook hij koketteer de, voor zijn scheiding, graag met zijn dochters en vrouw. Le Pen loopt ook met zo'n microfoontje los over het podium. Heeft Brinkman blijkbaar van hem afgekeken." Over extreem-réchts gesproken. Ephi menco heeft zich er altijd over ver baasd dat er in Nederland zo weinig aandacht voor politici van deze stro ming is geweest. Het was een taboe erover te schrijven. De censuur die de pers zichzelf oplegde deed vreemd aan, want men ging wel naar België en Frankrijk om daar alles op te teke nen over de racistische partijen. Over de politiek en journalistiek in dit land is de Franse correspondent niet te spreken. „Neem nou het IRT-de- bat. De kamerleden hadden het uit eindelijk alleen nog maar over de or ganisatie van de misdaadbestrijding: of de politiekorpsen van Utrecht en Amsterdam wel goed samenwerkten. Alsof dat het wezenlijke is. Maar ja, de Nederlanders willen alles fatsoenlijk ordenen. Dan 2ijnze tevreden." De les van deze en andere kwesties is dat de Nederlandse politiek niet func tioneert. „Het systeem is petvers ge worden, er is geen oppositie die het de regering lastig maakt. Alles ligt be dolven onder het grijze consensus- denken dat hier overheerst. Maar er zijn grote veranderingen op til, dus wie weet." Ephimenco verwijt zijn Nederlandse collega's dat ook zij onvoldoende op letten. „Politici zien de fouten van het systeem niet meer, maar journalisten zouden dat wel moeten zien. Ik ben geen superman, geen hyperintelligent wezen. Waarom ben ik de enige die dit soort zaken aan de kaak stelt?" AMSTERDAM WILFRED SCHOLTEN eventueel zijn vergunning kwijt raken. Maar hoe ook een keurige chauffeur in zijn eentje kan ver worden tot een hardnekkig pro bleem voor de autoriteiten, bleek onlangs bij een hotel in de Amsterdamse binnenstad. De taxichauffeur was door de hote lier gebeld met de mededeling dat twee slecht ter been zijnde gasten vervoerd moesten wor den. De chauffeur draaide om die reden zijn auto het wandel gebied voor het hotel op, en parkeerde zijn voertuig pontifi caal voor de deur, steevast van plan zijn goede daad van die dag te verrichten. Enige verbazing maakte zich van de chauffeur meester, toen •hij terugkeerde met de beide gasten, voor wie hij ook de kof fers droeg, en zijn auto in de ta kels van Parkeerbeheer aantrof. Hij zag zichzelf al een paai' hon derd gulden afrekenen bij het loket alvorens zijn auto terug te krijgen en werd ook niet vrolijk van hét voorstel van de klant om dat bedrag dan maar te be talen. „Hoe moet ik vanavond mijn geld verdienen als ik mijn auto kwijt ben? Vriendelijk aan geboden, maar dat heeft ook geen zin." Na wat gescheld en een roemlo ze poging begripkweken de gasten wachtten al die tijd op een afstandje bedacht de taxichauffeur zich niet en klom in zijn auto. „Ik wil mijn papie ren pakken." Eenmaal binnen, vergrendelde hij de portieren en weigerde er weer uit te komen. Daar zat-ie dan, op een meter hoogte de beide Parkeerbeheer- ders uitscheldend. Inmiddels waren er ook wat collega-taxi chauffeurs komen kijken. En als ze er dan toch waren, konden zij zich maar beter gelijk nuttig maken,door het onveiligheids - gevoel van de beide Parkeerbe- heerders op te drijven. De sfeer werd broeierig. Aan de achter zijde van hun sleep wagen hoor den de ambtenaren luid en dui delijk hun banden leeglopen. De politie werd erbij geroepen. Nu is de relatie tussen de agen ten en het personeel van Par keerbeheer in Amsterdam niet je-van-het. Iedereen, dus ook dienders, krijgen wel eens een wielklem en in tegenstelling tot vroeger tijden is zo'n overtre ding niet meer met een colle giaal telefoontje uit de boeken te halen. Bonnen en klemmen zijn niet langer een zaak van de politie, maar van de gemeente lijke ambtenaren van Parkeer beheer, door Amsterdamse agenten veelal 'Parkeerterrein:' genoemd. In dit geval waren de Parkeer- beheerders echter wel blij met de assistentie, zij het dat ook de agenten de taxichauffeur niet uit diens auto kregen. „Zolang ik hier zit, mogen jullie me niet •slepen," schreeuwde de withete man door het glas. Het op stootje had inmiddels een rede lijke omvang gekregen. Een van de beide agenten besloot dan ook tot een bemiddelingspo ging om erger te voorkomen. „Mag ik even bij je komen zit ten. Even praten." De chauf feur, die ook niet de hele avond in de lucht wilde hangen, open de zijn rechter portier zodat de agent binnen kon komen: „Ein delijk een normale, praten kan altijd." Vijf minuten hebben ze daar met zijn tweeën gezeten. De taxichauffeur kreeg de kans zijn verhaal te doen en zijn woede klaarde zichtbaar op. Uiteinde lijk takelden de Parkeerbeheer- ders op aangeven van de agen ten de auto weer naar beneden. Zij hadden vermoedelijk zelf ook niet meer de ijdele.hoop zonder kleerscheuren met hun wagen en de auto van de taxi chauffeur weg te komen. Op de vraag van omstanders wat de taxichauffeur had moe ten doen om zijn auto weer op de grond te krijgen, antwoordde hij: „Beloven dat ik het nooit weer zal doen... de kolèrelijders! "Hij vertrok uiteindelijk met zijn gasten die, hoewel 'slecht ter been', al die tijd hadden staan kijken en hun eigen kof fers naar de auto droegen. Wisse Dekker: van held tot symbool van fouten. foto cpd roland de bruin

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 2