HORIZONTAAL
1. Feest van Pasen; 8. iemands
beste kleren; 17. bericht; 25.
dienstwagentje; 26.
verkoopplaats; 27. boosaardig;
29. metselspecie; 30. voor de
middag; 32. vogel; 33. schaker
van Helena; 34. steenaf val; 36.
synthetische vezelstof; 38.
doelpunt; 39. familielid; 40.
warm zeepwater; 42. symbool
van titanium; 43. Italiaanse
dichter; 44. Christelijk feest; 46.
egaal; 48. emeritus; 49.
jongensblouse; 50. stad in N.
Afrika; 52. vertrek; 54. horen;
57. radkrans; 59. tijding; 60.
gevecht; 62. hijswerktuig; 63.
telwoord; 64. zuurdeeg; 65.
licht, gaasachtig weefsel; 66.
elk; 68. opstootje; 69. deel v.h.
hoofd; 71. vruchtennat; 73.
gewerenpiramide; 74. jam; 75.
hoendersoort; 76. paardje; 78.
graansoort; 80. timmergerei; 82.
zangstem; 83. klap; 85.
voertuig; 87. kleefmiddel; 88.
ellende; 89. opplakbriefje; 90.
hoofddeksel; 92. Leger des Heils
(Eng. afk.); 93. damp; 96.
Europeaan; 99. schaakstuk; 101
de oudere; 103. schrijfgerei;
104. puntig staafje; 106.
handschrift; 107.
grensdokument; 108. symbool
van zilver; 110. tuimeling; 112.
drinkbakje; 113. loofboom; 114.
strik; 116. modefat; 119.
opeenhopen,- 122. vreemde
munt; 123. stuwende kracht;
126. klaar; 128. dampen; 129
muzikaal huldebetoon; 132.
volk; 134. maas in een netwerk;
135. hoofddeksel; 137. planten;
138. Atheens wetgever; 139.
vakvereniging; 141. paar; 144.
afschrift; 146. specerij; 147.
slaapziekte; 148. cafébediende;
150. stamsymbool; 152.
Arabische stad; 153. vergiffenis;
155. park bij Wenen; 157.
bijbelse vrouw; 158. vis; 159.
vloerbedekking; 160.
belemmering; 161. niet
waterdicht; 162. eettafel; 164.
verdovend middel; 165. symbool
van tin; 166. rijtuig; 168.
voedingsmiddel; 169. bijbelse
stad; 170. vreugde; 172.
voorzetsel; 173. halsjuk van
trekpaarden; 174. nakomeling;
176. ongaarne; 178. steile rots;
180. traag; 181. roem; 182.
vreemde munt; 183. wending;
184. droge turfstof; 186.
schaapkameel; 188. delfstof;
190. schandpaal; 191.
godsdienst; 193. rivier in
Duitsland; 195. symbool van
astatium; 196. rondhout; 197
oogvocht; 199. symbool van
helium; 200. deel v.e. fuik; 202.
bospad; 203. vlekkenwater; 204
bijbelse vrouw; 206. takje; 207
ribbestoot; 208. voeg; 210.
krachtsport; 212. uit naam van;
214. onnozel; 215. gesponnen
draad; 217. plakband; 218.
vogel; 219. sein; 220. foltertuig;
222. vorstentitel; 224.
hachelijk; 225. makker; 227.
boei; 229. rangtelwoord; 234
kneedbaar mengsel; 238.
boomvrucht; 240. aanbidden;
243. volkomen; 244. onderbed;
246. universeel; 248. vis-, 249.
slaapplaats; 252. werktuig om
de wrongel uit de kaasvorm te
persen; 254. ontkenning; 255.
stoomschip; 256. houding; 258.
huisdier; 259. gewicht, 260.
heftig; 262. eerwaarde vader;
263. vogel; 264. verlaagde toon;
266. ten laatste; 267
toverkunst; 270. versteend
dennehout; 274. zeer buigzaam;
275. gereed; 277. loofboom;
278. vorstelijk huis; 280. ieder;
282. boogbal; 283. persoonlijk
vnw.; 284. schoorsteenkap; 286
tevens; 288. tuinkamer; 289
ontgratevis; 291. insekteneter;
293. naaldboom; 294. Frans
componist; 296. opening; 298.
lofdicht; 300. gedwee; 301
voorzetsel; 303. stekel; 305
hengselvat; 306. lange
nekharen; 307. schutsluis; 309.
klepper; 311. kuur; 313.
ovenkrabber; 314 slingerplant;
315. vervoer; 319. kippenstok;
321. voorgebergte; 322. schraal;
323. dieregeluid; 324.
navigatiemiddel; 326.
reuzenbeeld; 327. viseter; 329.
ten bedrage van; 331. voertuig;
332. bijwoord;333.
broedplaats; 335. onkruid; 337
tenen mand; 338. stopsajet;
339. tegenwerping; 341. Frans
lidwoord; 342. welriekende zalf;
344. begroten; 346. graan; 347.
zeerover; 349. zich krampachtig
bewegen; 350. Ierse opstand
tegen Engeland die uitbrak op
23 april 1916; 351.
schoonmaakgerei.
238 223 302
170 206 230 167 237 200 16 204
221 140 110 246 310
80 10 235 336 53
97 46 305 156
55 180 320
250 240 345
89 6 121
183 340 14 311 171 200 38 280
169 180 318 295 85 314
VERTICAAL:
1. Vette os die de slagers in de
paasweek slachten; 2. bijwoord;
3. rekenkundige opgave; 4.
roofdier; 5. eenmaal; 6.
vordering; 7. symbool van
selenium; 8. deel; 9. watergeest,
10. grote bijl; 11. sint; 12. praal;
13. dominee; 14. dochter van
Cadmus; 15. soort schaatsen;
16. balspel; 18. voorzetsel; 19.
gezichtsorgaan; 20. bezinksel;
21. deel v.e. boom; 22. klein
vertrek; 23. inhoudsmaat; 24. ei
van chocolade of suiker; 26.
kledingstuk; 28. mannetjesduif;
31. krombaangeschut; 33.
vloerbedekking; 34. loog; 35.
kloof; 37. worstelgreep; 39.
nadeel; 41. kleinood; 43. op die
plaats; 44. wiskundig getal; 45.
nummer; 47. luizeëi; 49.
vrouwenverblijf; 51. afgunst; 53.
motorraces; 55. algemeen56.
afnemer v.e. examen; 58.
fnaanstand; 59. dwaas; 61.
scheepsvloer; 65. smjwerktuig;
67. hemelwater; 69. oogholte;
70. wreedaard; 71. vleesgerecht
a.e. stokje; 72. teerprodukt; 74.
fraai grasperk; 75. lam
omstreeks Pasen geboren; 77.
hoofdkerk; 78. succesnummer;
79. stuk chocolade; 80. schor;
81. mannetjeshond; 82.
oorhanger; 84. zwaar en vet vee,
bestemd om met Pasen geslacht
te worden; 85. vierhandig
zoogdier; 91. loofboom; 94. lid
v.e. Senaat; 95. deksel; 97.
omslag; 98. oever; 100. korte
overjas; 102. stormloop; 104.
ribbestoot; 105. zelfkant; 106.
vrouw van Zeus; 109.
tennisterm; 110. heidemeertje;
111. onderwijs; 113. plechtige
gelofte; 115. groen (heraldiek);
116. afgemat; 117. kledingstuk;
118. rondedans; 119. bevel;
120 klap; 121. bedrog; 122.
melkwol; 124. fijndraaien; 125.
metaal; 127. lidwoord; 128.
stuurboord; 130. kledingstuk;
131. Romeins geschiedschrijver;
133. dondergod; 136. lekkernij;
138. stad in Frankrijk; 139.
bekeuring; 140. schade; 142.
stierenvechter; 143.
Oosteuropeaan; 145.
aanvankelijk; 146. de
gezamenlijke plechtigheden ter
gelegenheid van Pasen; 147.
rivier in Belgi; 149. toespraak;
151. donker worden van de wijn
bij rijping; 153. resonantie; 154.
landverhuizing; 155. roven; 156.
rolschaatsbaan; 159. liniaal;
163. geoefend krijger; 166.
rijtuig; 167. grafzuil; 170.
graansoort; 171. dwingeland;
173. persoonlijk vnw.; 175.
tijdperk; 177. snoes; 179.
kostuum; 185. vreemde munt;
187. roofdier; 189. verwoesting;
190. mogelijkheid; 192. jongen;
194. horige; 198. zurig; 199.
groot logement; 201.
wijngaardslak; 203. woudkoe;
205. rivier in Oost-Azië; 207.
met pekel begieten; 209.
rekenkundig getal; 211. vlug;
213. hevig; 214. veegwerktuig;
216. hachelijk; 219. leervak op
school; 221. Europeaan; 223.
azijn; 224. kunstig vaatwerk;
225. disselwagen; 226. dag v.h.
paasfeest; 228. troefkaart; 230.
bijbelse reus; 231. beroep; 232.
aanwijzend vnw.; 233. oude
lengtemaat; 234. na de middag;
235. vaartuig; 236. gereed voor
de start; 237. klimwerktuig; 238
loofboom; 239. spoeden; 241.
halsdoek; 242. deel v.d. hals;
243. gezond; 245.
graafwerktuig; 246. woonschip;
247. trek in voedsel; 250. deel
v.e. huis; 251. hoofddeksel; 253
telwoord; 256. speelkaart; 257.
afvoerkanaal; 260.
schijngestalte v.d. maan; 261.
aardig; 264. bevel; 265.
kinbaardje; 268. ieder; 269.
vluchtige stof; 271. vreemde
munt; 272. rustoord; 273. vaste
regel; 274. duikereend; 276.
scheepstimmermansbeitel; 279.
pausennaam; 281. eikeschors;
283. in de geest; 285.
woonvertrek; 286. grondsoort;
287. zuidvrucht; 290.
gevangenis; 292. groente; 29^
vuurspuwend monster; 295.
vruchtbaar; 296. goed gekookt
297. kolenwagen; 299. gevolg
301. Schotse stof; 302.
draaikolk; 304. zwaardwalvis;
305. op een andere plaats; 301
muzieknoot; 307. parvenu-, 30!
stop v.e. vat; 310. briefaanhef:
312. zinrijk gezegde; 314. rivij j
in België; 315. deelteken; 316
aankomend; 317. gesneden
stier; 318. gramschap; 320.
gebak; 323. vuilnishoop; 325.
Indon. dakbedekking; 328. sta
330. steekvlieg; 333.
grappenmaker; 334. ogenblik;
336. bijbelse vrouw; 338.
halsbont; 339. Chinese
vermicelli; 340. wagenwiel; 34
uitroep van afkeer; 343.
persoonlijk vnw.; 345. naschri)
346. karaat; 347. rivier in Italj
348. tegenover.