Hij was een beetje ontheemd' Gedichten over dichten Boekenweek Aan Lodewick-slachtoffers is poëzie niet meer besteed §§|omry s achteruitkijkspiegels De herinnering «TTe-Re vo 1 u 11 o n ai re poezie «Tl» 'n N'euw"<-'u'nea- JDERDAG 24 MAART 1994 13 js Koopman bezorgt dagboeknotities van nonsens-poëet Bnddingh Rijmen en dichten zonder het hempje op te lichten. Nederland doet het graag op bij voorbeeld Sinter klaasavonden. spandoeken, of bruiloften. Pleinen, stra ten en huizen zijn opge sierd met gedichten. Een mededeling over een ge boorte of een overlijden gaat vergezeld van versre gels. Nog steeds hebben meisjes een poëzie-album. Middenstanders prijzen hun waar dichtend aan. Als een theepot in scherven valt. wordt Kloos aange haald die zo kon wenen om bloemen in de knop gebro ken. Nog één keer is de boekenpagina gewijd aan de dichtkunst want poëzie is het thema van de boe kenweek die tot en met 26 maart duurt. Cursus dichten utrecht letty stam Op 'herfst' en 'twaalf is het slecht rijmen. Een puzzelwoor denboek is een handig hulpje bij het dichten. En wie vast zit in zijn sonnet, moet gewoon een tijdje gaan niksen. Deze tips staan in Schrijven van gedichten en verhalen van Cees van der Plu ij m, een uitgave van Teleac in Utrecht. Het cursusinstituut ondersteunt het boek met zes radioprogramma's elke woens dag van 22.30 uur tot 23.00 uur op radio 5. De eerste uitzending was gisteren te beluisteren. Neerlandicus/dramaturg/tekst- schrijver Van der Pluijm legt in vier hoofdstukken de verschil lende soorten en vormen van poëzie uit. De stukken over bij voorbeeld volrijm, vrouwelijk rijm, enjambement, dactylus en metafoor vragen de nodige aan dacht maar de gedichten tus sendoor werken heel verhelde rend. Tegelijkertijd geeft Van der Pluijm een korte historie van de poëzie met zijn opmer kingen over beroemde dichters en hoe zij deze dicht-spelregels toepasten in hun werk. Aan het eind van elk hoofdstuk staan werkopdrachten. Van der Pluijm benadrukt nog maar eens dat dichten niets met inspiratie van doen heeft maar gewoon met schrijven, schrijven, schrappen en her schrijven. Een blocnote op het nachtkastje om tussen dromen en waken plotselinge invallen te noteren, is handig. Het uren lang staren naar een wit stuk papier is volgens hem niet no dig. De dichter moet zorgen dat hij een onderwerp heeft, bij voorkeur één dat dicht bij huis ligt. Schrijven van gedichten en verhalen kost 39,90 en is te verkrijgen bij de boekhandel en bij Teleac, telefoon 030-946946. Loesje gebundeld Loesje is een Arnhems meisje dat al tien jaar de wereld ver fraait met pakkende posters. Om dat eerste decennium te vieren, heeft het collectief dat achter die naam schuil gaat een boek het licht laten zien. In Gij zult bloemlezen, het effect van Loesje op Arnhem, Nederland, Europa, de Wereld en het Heelal komt die tien jaar geschiedenis langszij in de befaamde posters en krantenknipsels (A.W. Bruna bv Utrecht, 29,90). Bij diezelfde uitgever ver scheen Het gedicht van Neder land. Loesje en tienduizend an deren 9,90). De titel van deze wel zeer gevarieerde bundel verwijst niet alleen naar Gerrit Komrijs poëziebloemlezingen maar mag ook bijna letterlijk worden genomen. Loesje riep twee jaar geleden Nederlanders op een gedicht in te sturen. Zo'n 8332 inzendingen kwamen binnen. Lang, grappig, kort, rijp, onbegrijpelijk, prachtig: alles is in het 300 pagina's tellende boek opgenomen. Dat is meteen de makke van de opzet. Want sommige spreu ken of versjes zijn niet om door heen te komen. De vormgeving maakt het de goedwillende lezer extra moeilijk. Niet altijd duide lijk is waar het ene gedicht op houdt en het ander begint. Wie dat voor lief neemt, leest een zeer opmerkelijke bundel met Candle Light-gedichten, diep zinnige overpeinzingen, heerlijk flauwe versjes, van idealisme doordrenkte regels en hersen- prikkelende opmerkingen. Eén gedichtje kan zo in het poëzie-album: Rozen verwelken, schepen vergaan maar nu wel op huwelijkse voorwaarden en een parttime baan. Nog eentje toe: Haar bril was als een aquari um haar ogen zwommen er als dartele vissen in rond. Het leven is hard, vooral de grond! In Poëzie uit het dagelijks le ven verzamelde samensteller Ernst van Altena verzen onder de thema's Opstaan en ontbijt. Naar de dagtaak. Naar school en kantoor. Spijs en drank. Ge zinsleven, Huisdieren, Cultuur en sport, (Echtelijke) Liefde. Al leen bij Vroom Dreesman. 6,50. De Arbeiderspers komt met twee bloemlezingen die een dwarsdoorsnede bieden van het beste van Nederlandse en Vlaamse poëeten. De 100 beste gedichten van deze eeuw. Vlaanderen, werd samenge steld door Hugo Brems en Her man de Coninck. Rob Schouten en Rogi Wieg deden hetzelfde voor De 100 beste gedichten van deze eeuw. Nederland. Bei de delen kosten 25.= per stuk. Bij uitgeverij Anthos ver scheen De oevers bekennen kleur ile verzamelde gedichten van Michel van der Plas met daarin ook zijn vertalingen van onder meer Eliot, Auden en Claudel opgenomen. De verza melbundel kost 59.50. Prometheus en Bert Bakker brengen de serie Klassieken van de Nederlandse Letterkunde. Het eerste deel is De reis van Sint Brandaan. Willem Wil mink heeft het verhaal van deze ongelovige Ierse abt uit de twaalfde eeuw op rijm vertaald. De Utrechtse hoogleraar mid deleeuwse letterkunde W.P. Gerritsen schreef de inleiding. Gebonden 49,90, paperback 29,90. Bij Maarten Muntinga van uitgeverij Rainbow Pocket ver scheen Judith Herzbergs Doen en laten. I let is een bloemlezing van meer dan 200 pagina's uit haar afzonderlijke bundels. De ze Rainbow Pocket nummer 172 kost 12.=. Samen is de titel van een bundel met gedichten van kin deren die verscheen bij uitgeve rij Van Reemst ter gelegenheid van de Werelddag voor Kinde ren en Poëzie. Het boek kost 19,90. LETTYSTAM leiden letty stam Getver. Dacht ik toen ik hoorde wat het thema van de boeken week zou zijn. Poëzie, wat moet je daar nou mee? Henk Kraima, directeur van de stichting Col lectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (CPNB) wist het wel. Op de persconferentie over de boekenweek verklaarde hij die keuze. Poëzie leeft maar verkoopt voor geen meter en dat moet veranderen. Uit een enquête van de CPNB onder poezië-uitgevers bleek dat vorig jaar 142.000 bundels inclusief bloemlezingen zijn verkocht. Dat is net aan een half procent van de in totaal 27 mil joen boeken die in 1993 over de toonbank gingen. De boeken week moet de verkoop van poë zie met 50 procent verhogen. Enthousiast bracht Kraima de boekenweek-cd onder de aan dacht waarop zestien artiesten zestien verzen van bekende Ne derlandse poëeten zingen. Als voorproefje bracht de band Herman ik een gedicht van Slauerhoff. En dat klonk erg goed. Maar verder kon ik Krai ma's enthousiasme voor het ge dicht niet delen. Want wat de CPNB ook bedenkt om poëzie te promoten, aan mij is het niet besteed. Ik ben een l-odewick- slachtoffer. Hij schreef de leer boeken die tijdens de lessen Nederlands op mijn middelbare school werden gebruikt. En die waren vreselijk saai en taai. Lodewick heeft niet in zijn eentje mijn sluimerende gevoe lens voor het gedicht in de knop gebroken. Ik had ook een leraar Nederlands. En die wilde dat je poëzie ging uitleggen. Wat be doelt de dichter hiermee? Waar staat dit beeld voor? Ik wist het niet. De teksten, de vergelijkin gen gingen mijn voorstellings vermogen te boven. Ik ben nog steeds dolblij dat mijn liefde voor literatuur al wortel had ge schoten voordat ik Lodewick kreeg. Zijn aanslagen konden me niet meer schaden. Als ik zie welke dichters goed verkopen, vermoed ik dat ik niet het enige Lodewick-slachtoffer ben. Nel Benschop is al jaren lang de ongekroonde koningin in dichtersland. Van jean Paul Rawie en Toon Hermans vlie gen de bundels eveneens de winkel uit. Ook de geboekstaaf de gedichten uit Jan van Veens radioprogramma Candlelight verkopen goed. Dikke kans dat de bloemie zing van Judith Herzbergs ge dichten Doen en laten (Rainbow Pocket) een forse oplage haalt. Datzelfde geldt voor Gerrit Komrijs Alle gedichten tot giste ren dat dankzij de CPNB voor het zachte prijsje van 35,= te koop is. 'Nederland' leest dus wel poëzie maar grijpt niet mas saal naar minder toegankelijke dichters als een Gerrit Kouwc naar of een Elly de Waard. Of die twee nu beter gaan verkopen door deze boeken week, weet ik niet. De CPNB denkt van wel. Uit een onder zoek bleek dat vorig jaar één op de tien aankopen een (auto)bio grafie of ander egodocument betrof, het thema van 1993. Mocht ik gelijk krijgen dan advi seer ik de CPNB om eens te kij ken met welk lesmateriaal scho lieren moeten werken, Lode- wick is bij mijn weten 'uit' maar wie weet smoort zijn opvolger de tere liefde voor poëzie met even harde hand. iddingh' was de auteur van talloze absurdistische en uur Afdasche 'gorgelrijmen' en andere nonsens-poëzie. Van :en met onvergetelijke titels, zoals De avonturen van p Zeehok. De schrijver die literatuur wist te brouwen het dagelijks leven en humor het liefst vermengde een scheut melancholie, of andersom. Nog maar een .30uur. n van jje Buddingh' is terug te vinden in de laatste uur, kias'oeknotities, die afgelopen maandag in boekvorm 00 dienen. Bezorgd en ingeleid door literatuurcriticus Koopman. Koopman de literaire nalaten schap onder z'n beheer te ne men. Een karwei waarvan hij de reikwijdte op het eerste gezicht niet helemaal juist inschatte, maar dat hij gretig op zich nam: „Het was voor mij een aardige manier om met Buddingh' in gesprek te blijven. Want het ver haal was voor mij eigenlijk nog lang niet af, het werd zo ruw af gebroken." Buddingh' heeft er nooit een geheim van gemaakt dat hij de journalen in zijn oeuvre net zo belangrijk achtte als zijn poëzie en andere literaire exercities. Een aantekening uit het voor jaar van 1978: 'Een dagboek schrijven, dat je ook publiceert, is voor mij zoiets als mensen bij je thuis ontvangen. Natuurlijk mag er best over substantiële onderwerpen gesproken wor den - graag zelfs - maar zo nu en dan moet er ook eens even over koetjes en kalfjes worden gepraat. Van veel gesprekken zijn het trouwens vaak ook de koetjes en kalfjes die je het langst bijblijven'. Beuzelarij Het zijn juist die 'koetje en kalf jes' waarover een aantal vak broeders struikelde zoals bij voorbeeld W.F. Hermans die meende dat Buddingh' zich be- hoofd t hoofd OOuurei i Arnhem wonende neer- -20.00 ufus leerde Buddingh' in tudententijd kennen toen doctoraalscriptie over .gedichten schreef. „Heel ruime bP. ;1 gezegd was hij een van oorheelksten die ik een beetje kon i. Het was de tijd van de ve Poëzie, van Barbarber. was weliswaar een gen in die stroming, maar mij fungeerde hij als een naar andere dichters als bezoa|aar) Verhagen en Vaan- r. Ik werd ook aangespro- oor het feit dat hij Bud- de scheiding tussen de li- ur en het gewone leven liffuus is; ik had door hem p'pn dat je literatuur ook ven". r Buddinghs plaats bin- Ie Nederlandse literatuur Koopman niet lang na te ierugnaar p. verwoeste n: -"U was een ontheem- iimdedeo heeft hij het zelf toch al- van mensien beetje gevoeld. 'Het reestraat 6 dat mee mag ujt 10- In Bob Ms ,uidt een dichtregel. Hij aan de af en toe wel aansluiting - interview jn de jaren zestig - maar xeterza2(iet over'ge heeft bij toch ndstBobamel'jk alleen z'n weg ge- hoogtepi'. n het EngeSp0edig na Buddinghs verzochten de erven Cees Buddingh' heeft een volstrekt eigen plaats in de Nederlandse literatuur. Als het neefje dat ook mee mag logeren. foto archief zig hield met beuzelarijen en andere vormen van tijdverkwis- ting. Die stoot onder de gordel is ongetwijfeld hard aangeko men, denkt Koopman, maar toch ook weer niet zodanig dat hij de brui gaf aan het dagboek- schrijven. Volgens de bezorger had de stilte van de kant van Buddingh' veel meer te maken met diens aftakelende gezond heid en zijn sanatoriumsyn droom, dat zich op latere leef tijd met verpletterende kracht manifesteerde. „Toen hij die depressie te bo ven was. zag je hem opknap pen. In dat laatste schrift, dat begint op 13 maart 1985, heeft- ie in een keer de schwung weer te pakken. Hij ziet het in een keer weer helemaal zitten. Een van de belangrijkste opkikkers was voor hem dat er opeens weer gorgelrijmen begonnen te ontstaan". Wat overmoedig riep Koop man een paar jaar geleden dat hij, werkend aan de bezorging van de dagboeken, ook een bio grafie zou schrijven. Van dat plan heeft hij inmiddels afge zien: „Ik loop nu al negen jaar voortdurend met Buddingh' rond. Maar in de dagboeken is hij zelf zo sterk aanwezig. En ik geloof dat wat hij schrijft authentiek is, een groot waar heidsgehalte heeft. Wat moet ik daar nou nog aan toevoegen? C. Buddingh', Dagboeknoti ties 1977-1985, bezorgd door Ares Koopman. Bezige Bij, geb. editie, 65,=. Van B. Be 1 .1 1 dat leeg is, een object dat niets betekent dan zichzelf. Veel gedichten naar dit recept brengen die vernietiging in praktijk. Ze gaan over alles waar poëzie over gaat: angst, dood, levens- en doodsdrift, liefde en schoonheid. En elke keer wor den de mooiste gedachten om zeep geholpen, wordt de Hoge re Zingeving om hals gebracht. Stelselmatig, maar godlof niet consequent. Want: „Wat blijft: bezetenheid om één, één ding. De wonden die hij likt. En de muziek." Met hoeveel surrealisme en decadentie Komrij's poëzie ook op goede voet staat, zij is niet hermetisch. 'Dat is immers de opdracht van de dichter, zijn poëzie toegankelijk maken voor de lezer die bereid is op de cen timeter te lezen. En daarom ook zijn kosten noch moeiten ge spaard om hem te fascineren. Met vooruitwijzingen en achter uitkijkspiegels, valse gevels en ornamenten, bombast met bij behorende terugfluiters, hoge woorden en cursieven die de schrik op het lijf jagen. Ieder ge dicht heeft een fatsoenlijke titel die de gedachten bepaalt. De kleur en de atmosfeer is de op windende van Paul van Ostayen's „Grote Zirkus van de H. Geest": music hall, gnomen- dans, groteske, melancholie, malheur, fiziese jazz. Alles is natuurlijk doorgesto ken kaart en van nature laat alle ironie de schoonheid onverlet. Zomaar een beginregel, uit 'Capriccio' over liefde: „We lie pen op de Transformator Weg." De Dapperstraat onder hoog spanning. Tussen de ijsriffen, in de stille nacht, Loopt het pad van de dood. - En eeuw Na eeuw heeft een bewegingsloze vacht Van sneeuw zich opgetast, 't Is alles sneeuw, 't Zijn sneeuwkristallen die je ziet, totdat Het pad in witte blikkering verschiet. Soms doemt uit het moeras een pluimbosstad Van pegels op, van fluitend stalactiet. De dode zielen tussen de ijsgevaarten En aan de rand van 't gierend ijsmoeras Dromen hoe ze, toen ze nog lichaamszwaarte Bezaten, over een bospad eens de klaarte Bereikten van een dorp, waar warmte was En vrede was en ook te veel groen gras. Schone kunst Ijsriffen, eh? Niet-bewegende vachten, Waarlijk, en wat is dat alles nu weer? Huh? Zeg eens op! En die grafstille nachten. Zielen die 'dood' zijn? Wel kristene-heer! Warmte, en vrede ook: dat is niet mis. Wat gaat de dichterboezem tekeer! Laat die sonnetten, m'n jongenlief, nou... Als het te machtig wordt voor je, gewis: Snik dan in sülte! ALS EEN WEDUWVROUW! 'De Herinnering', één van Komrij's mooiste gedich ten. Te mooi om waar te zijn, vandaar die standrech telijke executie in 'Schone Kunst'. Gelukkig staan ze in 'De Verschrikking', één van zijn mooiste bundels, op twee opeenvolgende bladzijden. uit: Alle gedichten tot gisteren, uitgave De Arbeiders pers, Amsterdam An twerpen, 35,-. recensie hans warren Atte Jongstra Arjan Peters. Dichten over Dichten Een ontwikkelingsgang Bloemle zing uit de Nederlandse poëzie van de 19de en 20ste eeuw Uitgeven) Contact, 34.90. Enkele uitgevers misbruiken de boekenweek van 1994 om - naast de wijnpias en de boter berg - ook een poëzieoverschot te scheppen. Er verschijnen nogal wat bloemlezingen die anders nooit waren verschenen, voor de gelegenheid in elkaar gedraaid en slechts gebaseerd op een willekeurige greep uit de boekenkast. Het kan ook heel anders, bewijzen Atte Jongstra en Arjan Peters in de omvang rijke bundel Dichten over Dich ten. Die is duidelijk het resultaat van jaren zoeken en selecteren, tot groot genoegen van de lezer die de wonderlijkste surprises en de merkwaardigste ontdek kingen te wachten staan. Recensent Peters en roman schrijver Jongstra geven een op zienbarende doorsnede van de Nederlandse poëzie tussen 1800 en heden. Ze streefden niet na een representatief beeld te ge ven, hun bloemlezing is thema tisch opgezet. Ze kozen gedich ten uit die op de dichtkunst be trekking hebben. Dat klinkt misschien afschrikwekkend, maar het boek heeft een hoge amusementswaarde. Ik las het tenminste gniffelend en gnui vend. En aangenomen mag worden dat de bloemlezers hun werk met minstens even veel plezier hebben gedaan. Ze hou den blijkbaar van het dwaze zij spoor, de maffe zijsprong - zie de naar niets verwijzende voor redes en de nergens betrekicing op hebbende inhoudsopgaven. De afzonderlijke gedichten zijn hier ondergeschikt aan het geheel. Je leest <de verzen in de ze context vooral als illustratie bij het thema. De dichter, het gedicht, de dichtkunst alle kans dat men daar na lezing van dit boek relativerend over gaat denken. Want Jongstra en Pe ters laten graag de banale kan ten van deze hooggestemde we reld zien. Ze nemen bijvoor beeld een 'Klagt van des dich ters huisvrouw' op: „Ach. hoe vervelend! - Dat 's een leven! Moest ik daarom mijn vrijen staat, Mijns vaders gastvrij dak begeven? 't Is waarlijk of de man mij haat." De bloemlezers volgen het werk van de dichter op de voet. Er wordt ons een blik in zijn werkkamer gegund, we zijn ge tuige van het schrijfproces („Toch moet ge eraan, papier, beklad of onbeschreven"), we zien vanaf bladzijde 95 dichters naar een onderwerp zoeken. Op pagina 266 zijn we tot dit stadi um gevorderd: „je plaatst maar wat regels onder elkaar en klaar." Vervolgens buigen der den zich over de tekst, zeer lief hebbende lezers („Wees gerust: dit is werkelijk voor jou geschre ven") én hardvochtige critici. Natuurlijk ontbreken de klas sieke verzen en de grote namen niet in deze bloemlezing. Maar vooral werden onbekende ge dichten en vergeten dichters opgediept. Het oeuvre van Ger rit Achterberg, P. G. Witsen Geysbeek is net zo nadrukkelijk aanwezig als Leo Vroman. Overal blijkt de aandacht, de zorgvuldigheid, de liefde voor het detail van Peters en Jong stra. Ze maakten een bloemle zing die zich laat lezen als een sprankelend en spottend essay. in boeken 720-2080 recensie. wimvegt omrij. Alle gedichten tot gisteren or.ieiderspers, Amsterdam/Antwer- ag 18.30 35 ik 13.30.2 !*"■ƒ*>■- 18 45 de veelbelovende titel Al- zo oaKl ichten tot gisteren heeft Komrij zijn verzamelde uitgegeven. Het colofon 18 45 'dt; "Met grote dank aan Dephting P.G. Hooftprijs te ly Hunter)venhage, die deze uitgave oplage mogelijk maak- 'zeeland"r ™n zeer la8e verkoop- gesproker Het is ook niet niks: voor een mooi gebonden boek 0 bladzijden, met leeslint, "a'zowoet komrij's poëzie nu leest 53Z0W eest, je leest dit boek alsof 1720-951 weten hoe het afloopt. lar die stijgende span- i vr. za 20/OVeel antwoorden als ge- IcEwa^Vit11 zoveel doodsteken en ndathunfeuken, zoveel sarcasme m sluiten zart. betovering en elegan- "tenwereiGg en ontnuchtering. rover gaan zijn gedich- 'nkplaarWl1 meni8 °Pzicht over de imerikaans zelf. Aan de vorm is ils, al., zow Komrij weinig gelegen: meestal gedichten van drie kwatrijnen en sonnetten. In de praktijk bruikbaar gebleken vormen, es thetisch verantwoord, niets om je over op te winden. Net zo min als over het rijm dat tot het wezen van deze poëzie behoort. Het bepaalt de motoriek en voorkomt bovendien een hoop gezeur met ongeschikt woord materiaal. Trouwens, veel rijm is door de dichter al gecamou fleerd. Niemand die erop let. Waar het om gaat: wat er zich in het gedicht afspeelt, wat je daar moet doen en vooral moet laten. Dat stelt Komrij in nogal wat gedichten aan de orde. Ex treem geformuleerd, als recept: men neme een openingszin, zorge ervoor die in het gedicht te ontkrachten en geve hem in de slotregel genadig de doodsteek. Het gedicht als zelf moordcommando. Die zelfde structie bepaalt zijn bestaans recht: „Een vers moet rond zijn om niet te bestaan." Op deze wijze bereid, is het ideale ge dicht er een waar niets in staat, 5,21 16 jr., ma di ook 4 The 21.30. do de al„ 1. Herengrs Jef Last (1898-1972) studeerde even Chinese letteren in Lei- 13.15. l<aargafdie studie op voor een avontuurlijk bestaan. Hij stortte 00 TheFU_^e P^'hek,werd ''d van de SDAp. stapte over naar de Trots- r. Jlie beweeine en sloot zich later aan bij de Communistische :oop: Guilty) 1927 en 1934 schreef Last zo'n dertig gedichten waarin hij 14.15.16 der|andse imperialisme in Nederlands-lndië fel veroordeelde, tel 070-36 verv0'g'ng van Indonesische communisten stelde hij kei- iked 16 jr..an de orde. Die hadden zich in 1926 roerig geweerd. Het Ne- 15 The bids regime strafte dat af met executies en opsluiting in kampen OO^rois opdichten zijn nu gebundeld in Liedjes op de maat van de rot- 2.00. do vrstoricus Harry A. Poeze verzamelde deze poëzie en schreef de Op mijn veng. Het boek is uitgegeven bij de Uitgeverij van het Koninklijk 45* La belust voor Taal-, Land- en Volkenkunde in Leiden. De bundel a 30 is verkrijgbaar bij de boekhandel en bij de uitgeverij, telefoon '3272. net uit

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 13