Waarom Homme
Hoekstra
moest sterven
De strijdbaarheid van
doctor Tom de Booij
Binnenland
ZATERDAG 5 FEBRUARI 1994
RIOD-onderzoekers mogen buitgemaakte nazi-archieven in Moskou bestuderen
Nog altijd is de geschiede
nis van de Tweede Wereld
oorlog niet compleet. Een
jaar geleden kwamen in
Moskou archieven vrij, die
het Rode Leger in 1945 had
buitgemaakt op de Duit
sers. Het Rijks Instituut
voor Oorlogsdocumentatie
(RIOD) in Amsterdam kon
er haar collectie flink mee
verrijken. Eindelijk kunnen
sommige oude vragen wor
den beantwoord. Zoals:
waarom moest de dwang
arbeider Homme Hoekstra
sterven?
DEN HAAG MAURICE WILBRINK
Soms komt een deel
geschiedschrijving
gens op een veriaten spoorweg
tot stilstand. Het is de winter
van 1944-1945. Hitiers Derde
Rijk is aan het instorten, het Ar
dennen-offensief zal daaraan
niets veranderen. In een poging
om te redden wat te redden
valt, beginnen de Duitsers hun
belangrijke bezittingen te ver
slepen.
Ze proberen niet alleen ge
roofde kunstcollecties in veilig
heid te brengen, maar ook hun
archieven en administraties.
Enorme hoeveelheden gekiste
documenten beginnen hun om
zwervingen. Om uiteindelijk er
gens in besneeuwde wagons te
blijven staan. Kratten vol met
ambtelijke notities, gedetailleer
de verslagleggingen van Hitiers
terreur-regime.
Hadden Russische militairen
strikte orders dit soort kisten uit
de Oosteuropese oorlogschaos
te redden? Waarschijnlijk wel.
Maar hoe ze hun reis naar Mos
kou hebben afgelegd, en wan
neer ze daar arriveerden daar
Bijna een halve eeuw later
wordt het RIOD geattendeerd
op een groot archief in Moskou,
waarin Duitse documenten uit
de nazitijd liggen opgeslagen.
Het blijkt onder meer te gaan
om materiaal dat de nazi's in de
jaren dertig en tijdens de oorlog
hebben geproduceerd over Ne
derlanders over communis
ten, spionnen, dwangarbeiders
en Nederlandse leden van de
Waffen-SS.
Peter Romijn, plaatsvervan
gend RIOD-directeur: ,,Dat was
voor ons een grote verrassing.
We wisten niet dat dit soort ma
teriaal nog ergens bewaard was
gebleven." Op voorspraak van
een Russische krijgshistoricus,
levens adviseur van president
Jeltsin, krijgt het RIOD toegang
tot de Duitse stukken. In totaal
kunnen Peter Romijn en Hans
de Vries, hoofd van het RIOD-
archief, zo samen vier weken
flink doorwerken in Noord-
Moskou, in een gebouw dat na
1945 nog door Duitse krijgsge
vangenen is opgetrokken.
Hoe gesloten het archief al
die jaren ook was geweest, de
RiOD-onderzoekers bleken
meer dan welkom. ,,We werden
wonderbaarlijk goed geholpen.
De Russen lieten ons trots zien
hoe professioneel ze hun mate
riaal hadden beheerd." De Vries
en Romijn krijgen dagelijks een
ketel heet water om hun eigen
thee te zetten. En iedere dag
haalt de Russische staf verse yo
ghurt voor de Hollanders. Intus
sen worden delen van de Duitse
archieven opgevraagd, snel
doorgenomen en beoordeeld,
en zonodig gekopieerd.
Waarde
Hoe dient de waarde van het
Moskouse archief te worden in
geschat? Leidt het tot nieuwe
kennis? De Vries en Romijn rep
pen van mee- en tegenvallers.
De Vries: „Ronduit teleurstel
lend is wat we, vanuit een Ne
derlandse optiek bekeken, aan
troffen over de concentratie
kampen." De Vries en Romijn
hadden de hoop dat eindelijk
meer duidelijk zou worden over
de kwestie waarom juist zoveel
Nederlanders naar het vernieti
gingskamp Sobibor werden ge
bracht. „Maar in de Moskouse
stukken komt de naam Sobibor
niet eens voor."
Op twee andere terreinen
blijkt het archief echter de ver
wachtingen te overtreffen. Het
RIOD treft veel interessant ma
teriaal aan van de afdeling wel-
zijns- en personeelszaken van
de Waffen-SS. Voor het eerst
kan goed worden vastgesteld
hoeveel belangstelling Neder
landers hadden voor de Waffen-
SS. In tegenstelling tot wat altijd
was gedacht, leverden alle lagen
van de bevolking, zowel in ste
den als op het platteland, leden
voor deze Duitse eenheid.
Het tweede succes dat het
graafwerk oplevert, betreft de
gegevens die de Duitse inlich
tingendienst had verzameld
over de vooroorlogse Commu
nistische Partij Holland en an
dere oppositiebewegingen. Ro
mijn: „Het idee bestaat dat de
goed georgani-
Op een Duitse propagandafoto voor de 'Arbeitseinsatz' poseert een Nederlandse dwangarbeider in kleder-
foto riod
Een v
i dez
'weinige
(amateur)foto's van een ver
minkte Nederlandse dwang
arbeider. Deze man keerde in
de hongerwinter in Neder
land terug. foto riod
seerd waren en dat ze daardoor
ook in staat waren verzet te ple
gen tegen de Duitse bezetter.
Dat idee hebben de communis
ten zelf ook altijd gevoed. Maar
nu blijkt dat de Communisti
sche Partij vóór 1940 al zwaar
was geïnfiltreerd door de Duitse
inlichtingendienst. In feite kun
je zeggen dat de communisten,
toen het schaakspel in 1940 be
gon, binnen tien zetten mat
stonden."
Na meer dan een halve eeuw
wordt nu aan de hand van de
teruggevonden Duitse stukken
duidelijk dat allerlei Nederlan
ders actief waren in spionage.
In het Moskouse archief bevin
den zich vele Duitse proces
stukken van vóór 1 september
1939, waarin Nederlanders wor
den aangeklaagd. De Vries:
„Terwijl vele Nederlanders nog
gewoon hun traditionele Rijn-
reisje maakten, werden landge
noten in Duitsland al ter dood
veroordeeld wegens inlichtin
genwerk. Spioneerden zij in op
dracht van een Nederlandse
dienst of lagen er verbindingen
met Franse en Engelse inlich
tingendiensten? Met de nu op
gedoken stukken komen de ant
woorden hierop misschien wat
dichterbij."
Weser AG
Achter de Duitse processtukken
schuilen vele persoonlijke dra
ma's. De nazi's waren zowel in
eigen huis als in de door hen
bezette landen meedogenloos
jegens vermeende politieke te
genstanders. Eén verkeerde op
merking aan het- adres van de
Fiihrer kon fataal zijn.
In het Moskouse archief dook
een klein dossier op met een
aanklacht van de Duitse justitie
tegen een Nederlandse dwang
arbeider die in het kader van de
Arbeitseinsatz in Duitsland te
recht was gekomen. Het ging
om de Fries Homme Hoekstra,
die werd beschuldigd van het
ondermijnen van het Duitse
verdedigingspotentieel, Wehr-
kraftzersetzung, waarop de
doodstraf stond.
Het dossier-Hoekstra zet de
geschiedenis niet op z'n kop,
het levert geen verrassende
nieuwe inzichten. Maar de acht
getypte velletjes, door ijverige
Duitse ambtenaren in 1944 ge
produceerd, illustreren hoe vol
ledig alle menselijke waarden
ondergeschikt werden gemaakt
aan het nazistische systeem.
Daar ligt ook de waarde van het
speuren naar. vergeten of ver
borgen archieven: via het Mos
kouse archief wordt recht ge
daan aan iemand als Homme
Hoekstra.
Hoekstra, zo lezen we in het
vonnis dat im Namen des Deut-
schen Volkes is opgesteld, kwam
uit Leeuwarden, waar hij op 26
november 1911 werd geboren
Hij groeide op in een kinderrijk
gezin, en was verscheidene ja
ren lid van een sociaaldemocra
tische jeugdorganisatie. Hom
me was ongeschoold arbeider
getrouwd en 28 jaar oud toen
de Duitsers Nederland binnen
vielen.
Veel meer aan persoonlijke
details vermeldt het dossier
niet. Maar uit de aanklacht is
wel een en ander af te leiden.
Hoekstra belandde in juni 1943
als dwangarbeider in Duitsland.
Dat was de maand, waarin de
bezetter in Nederland voor het
eerst een jaargang mannen op
riep voor werk in Hitler-Duits-
land. Het ging om het geboorte
jaar 1924, dus Hoekstra was een
stuk ouder dan de meeste man
nen die op dat moment aan
hun slavenbestaan begonnen.
De Leeuwarder kwam terecht
in het bedrijf Weser AG, een
grote wapenfabriek in de
Noordduitse stad Bremen. We
ser AG was een onderdeel van
het' Krupp-concern, dat een
sleutelrol speelde in de Duitse
oorlogsindustrie. Buitenlandse
dwangarbeiders waren in 1943
al onmisbaar voor de Duitse in
dustriëlen: in het jaar dat Hoek
stra werd geplaatst, werkten
daar liefst 3.700 buitenlanders
op een totaal van 19.000 man
personeel.
Al die dwangarbeiders leefden
in kampen, meestal een soort
barakken, in de onmiddellijke
nabijheid van de fabriek. Ook
op hen was Hitiers rassenleer
van toepassing. Nederlanders,
Denen, Vlamingen en Noren
werden vanwege hun Germaan
se afstamming bovenaan de
rangorde ingedeeld. Daarna
volgden bijvoorbeeld de Fran
sen. Mensen van Oosteuropese
afkomst stonden onderaan
van alle categorieën in de Ar-
beitseinstaz maakten zij de
meeste kans uiteindelijk in een
vernietigingskamp terecht te
komen.
Subversief
De nazi's hadden weliswaar
grote behoefte aan vreemde ar
beidskracht, maar ze waren ook
zeer beducht voor de anti-Duit
se propaganda die de door hen
geimporteerde Zivilarbeiter
konden verspreiden. Het geval-
Homme Hoekstra bevestigde de
nazi's in die vrees.
Hoekstra, zo is af te leiden uit
de aanklacht, moet een dwarse
jongen zijn geweest, een die zijn
mond niet wilde houden. In de
stukken worden twee Duitse
collega's van hem opgevoerd,
die getuigen van de subversieve
uitspraken die Homme op zijn
werk deed. Josef Hubalek en Jo
sef Eder hoorden hem "zeggen:
„Het Duitse volk wil dat de
Führer terugtreedt, hij zal snel
verdwenen zijn." En: „De Ne
derlanders zullen Duitsland op
delen, de Duitsers moeten dan
voor de Nederlanders werken."
En ook: „De Duitsers zullen al
len worden opgehangen en
doodgeslagen."
Aart Pontier, voorzitter van de
Vereniging Dwangarbeiders Ne
derland en zelf van 1943 tot
1945 te werk gesteld in Duits
land: „Die Hoekstra moet gewe
ten hebben dat hij met zijn le
ven speelde door dat soort din
gen te zeggen. In al die fabrie
ken liep Sclmtzpolizei en Duitse
werknemers werden opgeroe
pen de buitenlanders aan te ge
ven als ze anti-Duitse dingen
deden."
Maar Hoekstra kon de dwang
en vernedering blijkbaar niet
zwijgend ondergaan. Toen ge
tuige Josef Hubalek eens op
merkte dat. „het goed zou zijn
als wé uit een luchtschip bom
men konden werpen op Ameri
kaanse wolkenkrabbers", zou
Hoekstra hebben geantwoord
dat Engeland en Amerika zege
vierend uit de oorlog zouden
komen.
De Fries baalde van zijn le
ventje in de wapenfabriek en
had geen greintje motivatie. De
twee collega's vonden hem een
'kankeraar' en een 'luilak'. Dat
laatste ontkende Homme niet:
„Hoekstra is niet naar Duitsland
gekomen om te werken." Zo'n
houding was overigens niet uit
zonderlijk. In Duitse rapporten
uit die tijd wordt opgemerkt dat
de produktiviteit van de buiten
landers vaak slechts 60 procent
bedroeg van die van de Duitse
collega's.
Naar Berlijn
Als een dwangarbeider werd
aangegeven, dan waren er ver
schillende mogelijkheden. Soms
kwam hij er vanaf met een pittig
gesprek of verwijdering van de
werkplek. Erger was het als de
beschuldigde naar een Arbeits-
erziehungslager werd gestuurd,
een soort heropvoedingskamp
waar vele dwangarbeiders on
der extreem zware omstandig
heden het levén verloren of li
chamelijk verminkt raakten.
Maar Homme Hoekstra werd
overgebracht naar een strafge
vangenis in Berlijn, begin 1944
en in het voorjaar van '44 werd
hij voor de rechter geleid.
RIOD-archivaris De Vries: „De
nazi's beoordeelden zijn geval
blijkbaar als erg zwaar. Het lijkt
erop dat ze een voorbeeld wil
den stellen en van een eerlijk
proces was natuurlijk geen
sprake." Oud-dwangarbeider
Pontier: „Bremen had geen
strafgevangenis waar hij kon
worden berecht. De belangrij
kere gevallen werden altijd naar
Berlijn overgebracht."
De rechters toonden geen
spoortje twijfel, zo blijkt uit het
dossier. Volgens de getuigen
kon er geen misverstand zijn
door het taalverschil. En de
rechtbank stelde vast dat Hoek
stra's uitspraken gedaan in
een wapenfabriek!
'verreikende gevolgen hadden
voor de Duitse verdedigingseco-
Homme Hoekstra, koppige
kerel uit Leeuwarden, kreeg de
hoogste straf. Meer vermeldt
het Moskouse dossier niet.
Dat Hoekstra ter dood werd
gebracht, hoefde niet via Mos
kou te worden onthuld. Dat
ene, kale feitje had de Vereni
ging Dwangarbeiders Neder
land al eens boven water ge
haald: Hoekstra werd op 26 juni
1944 geëxecuteerd in de Berlijn-
se gevangenis Moabit. Bijna 50
jaar later weten we waarom.
Na het Maagdenhuis en de burgemeester, nu de golfsport
AMERSFOORT
agressieve wijze
te ageren tegen
de autoriteiten.
Hij was het eer
ste lid van het
wetenschappe
lijke corps dat
tijdens de
Maagdenhuis
bezetting van
'68 de kant van
de revolterende
studenten koos.
Langdurig
voerde hij actie
tegen de toen
malige eerste
burger van
Baarn, Van
Haeringen.
Daartoe richtte
hij de WOB op,
de Werkgroep
Opblazen Bur
gemeester. Op
dit moment, in
de herfst van
zijn leven, is hij
druk in de weer
om de golfsport
in Nederland te
democratiseren.
Tom de Booij
bewoont al vele jaren een char
mant vfilaatje te Baam. Maar
het is er niet altijd even rustig
geweest daar in die lommerrijke
buurt. Er was een periode waar
in er regelmatig stenen door de
ruiten werden gegooid. Dat was
voor De Booij aanleiding om
zich met zijn gezin in een cara
van in de tuin te verschansen.
Vanuit de caravan hield hij de
wijde omgeving met een oud
jachtgeweer onder schot. Grote
borden in de tuin maakten
meldden dat 'hier met scherp
zou worden geschoten'.
Dat was in de jaren '70, toen
in Nederland via het kabinet-
Den Uyl de verbeelding aan de
macht was. De Booij was in een
felle strijd gewikkeld met de
Baarnse burgerfieester. Deze
had volgens De Booij ten on
rechte een ingezetene van
Baarn, de student Eric van der
Maal, gedurende zes weken in
de psychiatrische inrichting Zon
en Schild laten opnemen. De
student was in de isoleercel be
land en dat was voor Tom de
Booij aanleiding om voluit te
keer te gaan tegen de 'wantoe
standen in de psychiatrie'. Toen
hij overging tot het gappen van
een dossier van de gemeentelij
ke sociale dienst waarin een
boekje werd opengedaan over
Van der Maal werd De Booij
op de bon geslingerd.
Na lang en hevig aandringen
van zijn kant volgde in hoger
beroep een gevangenisstraf. Tij
dens het uitzitten van die (kor
te) straf zag De Booij kans de
gedetineerden in het Utrechtse
huis van bewaring tot een werk
staking te bewegen.
Veroordeeld
De Booij was overigens al eens
eerder veroordeeld: bij de
Maagdenhuis-bezetting had hij
zich door het bezetten van zijn
eigen kamer schuldig gemaakt
aan huisvredebreuk. In tegen
stelling tot de rebellerende stu
denten werd hij aanvankelijk
niet vervolgd. Ook dat vond hij
een uiting van klassejustitie. Na
herhaald aandringen werd hij
veroordeeld. Hij kon kiezen uit
het betalen van een boete en
enkele dagen gevangenisstraf.
Uiteraard koos hij voor de vrij
heidsstraf.
De Booij is zich bewust van
zijn afkomst uit het patriciaat.
In zijn familie kwamen en ko
men buitengewoon respectabe
le lieden voor: een van zijn
ooms bijvoorbeeld was admi
raal en gezagvoerder van Hare
Majesteits Karei Doorman, het
vliegkampschip dat eens de
trots van de Nederlandse vloot
was. „Onze familie is verwant
aan de Van Lenneps en de Bois-
sevains, de oudste adel van Ne
derland, en aangetrouwd aan
de Van Limburg Stirums en de
Van Riemsdijks (Philips). Daar
heb ik een trauma aan overge
houden waar ik nooit meer van
af kom. Wat ik ook onderneem,
ik blijf onderdeel van die kaste."
De Booij's carrière ontplooide
zich aanvankelijk naar het tradi
tionele model. Hij studeerde
geologie, promoveerde en kreeg
een ordentelijke baan aan de
Universiteit van Amsterdam. In
z'n vrije tijd ontwikkelde hij
Tom de Booij, levenslang activist: „Bovendien ben ik een on
mogelijk persoon om mee samen te werken." foto gpd b.
overeen
zich tot een opmerkelijk alpi
nist. Hij leidde twee succesvolle
Nederlandse expedities naar de
Andes, waar toppen werden be
klommen die tot dan toe nog
nimmer door de "mens waren
bereikt. Een uiterst ambitieuze
Himalaya-expeditie mislukte
doordat De Booij halverwege
door ziekte werd geveld. Voor
het leiden van de expedities
werd De Booij koninklijk onder
scheiden.
Na een bezoek aan d^'Üni-
versiteit van Berkeley,1 \vaar het
verzet tegen de Vietnam-poli-
tiek van de Amerikaanse rege
ring vorm kreeg, ging De Booij
zich wat baldadiger gedragen.
Terug in Nederland vond hij dat
hij zijn studenten voortaan col
lege moest geven in de 'geopoli
tiek'. Die geopolitiek maakte
vooral duidelijk dat het bijvoor
beeld met de verdeling van de
grondstoffen op dit onder
maanse maar slecht is gesteld.
De Booij wierp zich in z'n colle
ges op als pleitbezorger voor
Derde-Wereldlanden. Deze
nieuwe invulling van het vak
leidde tot een conflict met de
leiding van de faculteit. Eervol
ontslag volgde. De wachtgeldre
geling die hij kreeg, gaf hem
vervolgens alle ruimte om zich
volledig te storten op het actie
voeren.
Jan Beton
Zowel op regionaal als landelijk
niveau trok hij ten strijde. Een
van degenen op wie hij zijn pij
len richtte, was president-direc
teur De Vries van Bredero's
Bouwbedrijf, dat in Utrecht het
winkel- en kantorencomplex
Hoog Catharijne uit de grond
stampte. De Booij verbaal
niet de minste liet via pam
fletten en muurkranten weten
dat 'Jan van Brederode in zijn
betonnen veste' diende te wor
den aangepakt. 'Jan de Vries
moet worden volgestort met be
ton en flink worden aange
stampt, zodat hij als fundament
kan dienen voor de derde fase
van Hoog Catharijne.'
In zijn campagne tegen de
Baarnse burgemeester hanteer
de De Booij elke week een
spreuk. Zoals: 'Ook ik ben ont
roerd door de Appassionata,
maar het is niet de tijd om daar
door ontroerd te worden. Het is
nu tijd om schedels in te slaan.'
(Lenin). En: 'De Brink in Baarn
waar Kerk, Staat en Bedrijf el
kaar ontmoeten.'
En passant ageerden De Booij
en de leden van zijn Werkgroep
Opblazen Burgemeester ook te
gen het jaarlijkse etentje van het
edelachtbare college, gemeen
teraad en (top)ambtenaren na
afloop van de begrotingsbehan
deling. De WOB vond dat het
geen pas gaf om zich op kosten
van de gemeenschap te goed te
doen aan spijs en drank. In de
actiekrant van 15 december
1973 kondigde De Booij aan dat
hij namens de gemeenschap in
het etablissement Groot Kievits
dal te Hilversum nauwkeurig
zou vastleggen wat en hoeveel
er door de geachte dames en
heren zou worden geconsu
meerd. Een politiecordon ver
hinderde dat.
De opstandige doctor werkte
soms samen met
Dirk de Vroome,
alias de Rooie
Reus. Met het
oog op de Twee
de Kamerverkie
zingen van mei
1977 richtten zij
de VAW op, het
Verbond tegen
Ambtelijke Wille
keur. In een
krante-interview
liet de onver
moeibare activist
weten dat 'amb
telijke willekeur
een verlammen
de invloed had
op parlement en
democratie'. En
passant deelde
hij de verslagge
ver ook mee dat
'prins Bemhard
in de Lockheed-
affaire niet fout
was geweest,
•maar de ge
meenschap, die
ambtelijke wille
keur had laten
gedijen'.
De kandidaten
lijst van de nieu
we partij werd
opgesteld door
in een zaaltje
van café Soest-
dijk het Rad van
Fortuin te laten
draaien. Dat le
verde een 18-ja-
rige serveerster
uit Leiden op als
lijsttrekker en
bezorgde De
Booij, die had
aangekondigd dat de nieuwe
partij 'binnen het parlement op
buiten-parlementaire wijze ac
tie zou gaan voeren' een plaats
je op in de achterhoede. Het
maakte niet uit: het partijtje
haalde de kiesdeler niet.
Golfen
Jaren geleden waagde hij zich
tijdens een vakantie in Portugal
aan een partijtje golfen.' Dat ge
beurde op aandrang van z'n
echtgenote, die hoopte Toms
ongeremde onstuimigheid in
meer geëigende banen te lei
den. Haar opzet slaagde: Tom
de Booij raakte volledig verslin
gerd aan de golfsport. Thuis
meldde hij zich als lid bij de Ve-
luwse Golfclub in Hoog Soeren.
„Omdat ik zelf deel uitmaak van
de elite, leverde dat geen enkel
probleem op." Maar toen het
bestuur na een paar maanden
besefte een geharnast actievoer
der in huis te hebben gehaald,
kreeg hij het vriendelijke doch
dringende verzoek om maar te
bedanken.
De Booij legde zich geheel
in tegenspraak met zijn verle
den daar soepel bij neer,
maar ging niet lang daarna in
de tegenaanval. Hij volgde met
succes de opleiding voor golf-
professional en richtte vervol
gens een golfclub op voor
'gewone mensen'. Het lidmaat
schap van de club van Tom de
Booij kostte niet meer dan 15
gulden. In no-time had hij een
paar honderd leden ingeschre
ven. Zij kregen les op een recre
atieterrein in de onmiddellijke
omgeving van kasteel Drakes-
teyn in Lage Vuursche. Inmid
dels zijn daaruit twee echte
golfclubs voortgekomen: Be Fair
en 't Jagerspaadje, beide te Hil-
De Booij behaalde vervolgens
ook de fel begeerde B-licentie
professional. Met dat diploma
op zak werd hij in 1988 tot
head-pro van de Nunspeetse
Golf- en Countryclub aange
steld. Het dienstverband duur
de maar negen maanden. Te
rugblikkend constateert Tom de
Booij nu: „Ik was totaal niet ge
schikt voor die functie, ik moet
zelf bezig zijn, les geven, maar
men moet mij niet met verant
woordelijkheid opzadelen.
Dat weerhoudt hem thans al
lerminst van krachtige pogin
gen om de golfsport in Neder
land een bredere basis te geven.
De Booij wil niet alleen de leer
lingen van basisscholen kennis
laten maken met golf, maar ook
bejaarden, werklozen en gedeti
neerden. In dit sombere jaarge
tijde reist hij van het ene verzor
gingstehuis naar het andere, ge
wapend met een paar golfclubs
en golfballetjes. Zijn pogingen
om bejaarden al dan niet in
een rolstoel te interesseren i
voor een soort mini-golf blijven
niet zonder resultaat. Daarnaast
voert hij fel actie tegen de ge
vestigde orde in de golfsport.;
Daartoe heeft hij onder andere
de stichting Democratisering
Golfsport opgericht. De Booij
voorziet een „langdurige en
moeilijke strijd, waarin hij het
polarisatie-model niet onge- j
bruiktkan laten".