Waarom Homme Hoekstra moest sterven De strijdbaarheid van doctor Tom de Booij Binnenland ZATERDAG 5 FEBRUARI 1994 RIOD-onderzoekers mogen buitgemaakte nazi-archieven in Moskou bestuderen Nog altijd is de geschiede nis van de Tweede Wereld oorlog niet compleet. Een jaar geleden kwamen in Moskou archieven vrij, die het Rode Leger in 1945 had buitgemaakt op de Duit sers. Het Rijks Instituut voor Oorlogsdocumentatie (RIOD) in Amsterdam kon er haar collectie flink mee verrijken. Eindelijk kunnen sommige oude vragen wor den beantwoord. Zoals: waarom moest de dwang arbeider Homme Hoekstra sterven? DEN HAAG MAURICE WILBRINK Soms komt een deel geschiedschrijving gens op een veriaten spoorweg tot stilstand. Het is de winter van 1944-1945. Hitiers Derde Rijk is aan het instorten, het Ar dennen-offensief zal daaraan niets veranderen. In een poging om te redden wat te redden valt, beginnen de Duitsers hun belangrijke bezittingen te ver slepen. Ze proberen niet alleen ge roofde kunstcollecties in veilig heid te brengen, maar ook hun archieven en administraties. Enorme hoeveelheden gekiste documenten beginnen hun om zwervingen. Om uiteindelijk er gens in besneeuwde wagons te blijven staan. Kratten vol met ambtelijke notities, gedetailleer de verslagleggingen van Hitiers terreur-regime. Hadden Russische militairen strikte orders dit soort kisten uit de Oosteuropese oorlogschaos te redden? Waarschijnlijk wel. Maar hoe ze hun reis naar Mos kou hebben afgelegd, en wan neer ze daar arriveerden daar Bijna een halve eeuw later wordt het RIOD geattendeerd op een groot archief in Moskou, waarin Duitse documenten uit de nazitijd liggen opgeslagen. Het blijkt onder meer te gaan om materiaal dat de nazi's in de jaren dertig en tijdens de oorlog hebben geproduceerd over Ne derlanders over communis ten, spionnen, dwangarbeiders en Nederlandse leden van de Waffen-SS. Peter Romijn, plaatsvervan gend RIOD-directeur: ,,Dat was voor ons een grote verrassing. We wisten niet dat dit soort ma teriaal nog ergens bewaard was gebleven." Op voorspraak van een Russische krijgshistoricus, levens adviseur van president Jeltsin, krijgt het RIOD toegang tot de Duitse stukken. In totaal kunnen Peter Romijn en Hans de Vries, hoofd van het RIOD- archief, zo samen vier weken flink doorwerken in Noord- Moskou, in een gebouw dat na 1945 nog door Duitse krijgsge vangenen is opgetrokken. Hoe gesloten het archief al die jaren ook was geweest, de RiOD-onderzoekers bleken meer dan welkom. ,,We werden wonderbaarlijk goed geholpen. De Russen lieten ons trots zien hoe professioneel ze hun mate riaal hadden beheerd." De Vries en Romijn krijgen dagelijks een ketel heet water om hun eigen thee te zetten. En iedere dag haalt de Russische staf verse yo ghurt voor de Hollanders. Intus sen worden delen van de Duitse archieven opgevraagd, snel doorgenomen en beoordeeld, en zonodig gekopieerd. Waarde Hoe dient de waarde van het Moskouse archief te worden in geschat? Leidt het tot nieuwe kennis? De Vries en Romijn rep pen van mee- en tegenvallers. De Vries: „Ronduit teleurstel lend is wat we, vanuit een Ne derlandse optiek bekeken, aan troffen over de concentratie kampen." De Vries en Romijn hadden de hoop dat eindelijk meer duidelijk zou worden over de kwestie waarom juist zoveel Nederlanders naar het vernieti gingskamp Sobibor werden ge bracht. „Maar in de Moskouse stukken komt de naam Sobibor niet eens voor." Op twee andere terreinen blijkt het archief echter de ver wachtingen te overtreffen. Het RIOD treft veel interessant ma teriaal aan van de afdeling wel- zijns- en personeelszaken van de Waffen-SS. Voor het eerst kan goed worden vastgesteld hoeveel belangstelling Neder landers hadden voor de Waffen- SS. In tegenstelling tot wat altijd was gedacht, leverden alle lagen van de bevolking, zowel in ste den als op het platteland, leden voor deze Duitse eenheid. Het tweede succes dat het graafwerk oplevert, betreft de gegevens die de Duitse inlich tingendienst had verzameld over de vooroorlogse Commu nistische Partij Holland en an dere oppositiebewegingen. Ro mijn: „Het idee bestaat dat de goed georgani- Op een Duitse propagandafoto voor de 'Arbeitseinsatz' poseert een Nederlandse dwangarbeider in kleder- foto riod Een v i dez 'weinige (amateur)foto's van een ver minkte Nederlandse dwang arbeider. Deze man keerde in de hongerwinter in Neder land terug. foto riod seerd waren en dat ze daardoor ook in staat waren verzet te ple gen tegen de Duitse bezetter. Dat idee hebben de communis ten zelf ook altijd gevoed. Maar nu blijkt dat de Communisti sche Partij vóór 1940 al zwaar was geïnfiltreerd door de Duitse inlichtingendienst. In feite kun je zeggen dat de communisten, toen het schaakspel in 1940 be gon, binnen tien zetten mat stonden." Na meer dan een halve eeuw wordt nu aan de hand van de teruggevonden Duitse stukken duidelijk dat allerlei Nederlan ders actief waren in spionage. In het Moskouse archief bevin den zich vele Duitse proces stukken van vóór 1 september 1939, waarin Nederlanders wor den aangeklaagd. De Vries: „Terwijl vele Nederlanders nog gewoon hun traditionele Rijn- reisje maakten, werden landge noten in Duitsland al ter dood veroordeeld wegens inlichtin genwerk. Spioneerden zij in op dracht van een Nederlandse dienst of lagen er verbindingen met Franse en Engelse inlich tingendiensten? Met de nu op gedoken stukken komen de ant woorden hierop misschien wat dichterbij." Weser AG Achter de Duitse processtukken schuilen vele persoonlijke dra ma's. De nazi's waren zowel in eigen huis als in de door hen bezette landen meedogenloos jegens vermeende politieke te genstanders. Eén verkeerde op merking aan het- adres van de Fiihrer kon fataal zijn. In het Moskouse archief dook een klein dossier op met een aanklacht van de Duitse justitie tegen een Nederlandse dwang arbeider die in het kader van de Arbeitseinsatz in Duitsland te recht was gekomen. Het ging om de Fries Homme Hoekstra, die werd beschuldigd van het ondermijnen van het Duitse verdedigingspotentieel, Wehr- kraftzersetzung, waarop de doodstraf stond. Het dossier-Hoekstra zet de geschiedenis niet op z'n kop, het levert geen verrassende nieuwe inzichten. Maar de acht getypte velletjes, door ijverige Duitse ambtenaren in 1944 ge produceerd, illustreren hoe vol ledig alle menselijke waarden ondergeschikt werden gemaakt aan het nazistische systeem. Daar ligt ook de waarde van het speuren naar. vergeten of ver borgen archieven: via het Mos kouse archief wordt recht ge daan aan iemand als Homme Hoekstra. Hoekstra, zo lezen we in het vonnis dat im Namen des Deut- schen Volkes is opgesteld, kwam uit Leeuwarden, waar hij op 26 november 1911 werd geboren Hij groeide op in een kinderrijk gezin, en was verscheidene ja ren lid van een sociaaldemocra tische jeugdorganisatie. Hom me was ongeschoold arbeider getrouwd en 28 jaar oud toen de Duitsers Nederland binnen vielen. Veel meer aan persoonlijke details vermeldt het dossier niet. Maar uit de aanklacht is wel een en ander af te leiden. Hoekstra belandde in juni 1943 als dwangarbeider in Duitsland. Dat was de maand, waarin de bezetter in Nederland voor het eerst een jaargang mannen op riep voor werk in Hitler-Duits- land. Het ging om het geboorte jaar 1924, dus Hoekstra was een stuk ouder dan de meeste man nen die op dat moment aan hun slavenbestaan begonnen. De Leeuwarder kwam terecht in het bedrijf Weser AG, een grote wapenfabriek in de Noordduitse stad Bremen. We ser AG was een onderdeel van het' Krupp-concern, dat een sleutelrol speelde in de Duitse oorlogsindustrie. Buitenlandse dwangarbeiders waren in 1943 al onmisbaar voor de Duitse in dustriëlen: in het jaar dat Hoek stra werd geplaatst, werkten daar liefst 3.700 buitenlanders op een totaal van 19.000 man personeel. Al die dwangarbeiders leefden in kampen, meestal een soort barakken, in de onmiddellijke nabijheid van de fabriek. Ook op hen was Hitiers rassenleer van toepassing. Nederlanders, Denen, Vlamingen en Noren werden vanwege hun Germaan se afstamming bovenaan de rangorde ingedeeld. Daarna volgden bijvoorbeeld de Fran sen. Mensen van Oosteuropese afkomst stonden onderaan van alle categorieën in de Ar- beitseinstaz maakten zij de meeste kans uiteindelijk in een vernietigingskamp terecht te komen. Subversief De nazi's hadden weliswaar grote behoefte aan vreemde ar beidskracht, maar ze waren ook zeer beducht voor de anti-Duit se propaganda die de door hen geimporteerde Zivilarbeiter konden verspreiden. Het geval- Homme Hoekstra bevestigde de nazi's in die vrees. Hoekstra, zo is af te leiden uit de aanklacht, moet een dwarse jongen zijn geweest, een die zijn mond niet wilde houden. In de stukken worden twee Duitse collega's van hem opgevoerd, die getuigen van de subversieve uitspraken die Homme op zijn werk deed. Josef Hubalek en Jo sef Eder hoorden hem "zeggen: „Het Duitse volk wil dat de Führer terugtreedt, hij zal snel verdwenen zijn." En: „De Ne derlanders zullen Duitsland op delen, de Duitsers moeten dan voor de Nederlanders werken." En ook: „De Duitsers zullen al len worden opgehangen en doodgeslagen." Aart Pontier, voorzitter van de Vereniging Dwangarbeiders Ne derland en zelf van 1943 tot 1945 te werk gesteld in Duits land: „Die Hoekstra moet gewe ten hebben dat hij met zijn le ven speelde door dat soort din gen te zeggen. In al die fabrie ken liep Sclmtzpolizei en Duitse werknemers werden opgeroe pen de buitenlanders aan te ge ven als ze anti-Duitse dingen deden." Maar Hoekstra kon de dwang en vernedering blijkbaar niet zwijgend ondergaan. Toen ge tuige Josef Hubalek eens op merkte dat. „het goed zou zijn als wé uit een luchtschip bom men konden werpen op Ameri kaanse wolkenkrabbers", zou Hoekstra hebben geantwoord dat Engeland en Amerika zege vierend uit de oorlog zouden komen. De Fries baalde van zijn le ventje in de wapenfabriek en had geen greintje motivatie. De twee collega's vonden hem een 'kankeraar' en een 'luilak'. Dat laatste ontkende Homme niet: „Hoekstra is niet naar Duitsland gekomen om te werken." Zo'n houding was overigens niet uit zonderlijk. In Duitse rapporten uit die tijd wordt opgemerkt dat de produktiviteit van de buiten landers vaak slechts 60 procent bedroeg van die van de Duitse collega's. Naar Berlijn Als een dwangarbeider werd aangegeven, dan waren er ver schillende mogelijkheden. Soms kwam hij er vanaf met een pittig gesprek of verwijdering van de werkplek. Erger was het als de beschuldigde naar een Arbeits- erziehungslager werd gestuurd, een soort heropvoedingskamp waar vele dwangarbeiders on der extreem zware omstandig heden het levén verloren of li chamelijk verminkt raakten. Maar Homme Hoekstra werd overgebracht naar een strafge vangenis in Berlijn, begin 1944 en in het voorjaar van '44 werd hij voor de rechter geleid. RIOD-archivaris De Vries: „De nazi's beoordeelden zijn geval blijkbaar als erg zwaar. Het lijkt erop dat ze een voorbeeld wil den stellen en van een eerlijk proces was natuurlijk geen sprake." Oud-dwangarbeider Pontier: „Bremen had geen strafgevangenis waar hij kon worden berecht. De belangrij kere gevallen werden altijd naar Berlijn overgebracht." De rechters toonden geen spoortje twijfel, zo blijkt uit het dossier. Volgens de getuigen kon er geen misverstand zijn door het taalverschil. En de rechtbank stelde vast dat Hoek stra's uitspraken gedaan in een wapenfabriek! 'verreikende gevolgen hadden voor de Duitse verdedigingseco- Homme Hoekstra, koppige kerel uit Leeuwarden, kreeg de hoogste straf. Meer vermeldt het Moskouse dossier niet. Dat Hoekstra ter dood werd gebracht, hoefde niet via Mos kou te worden onthuld. Dat ene, kale feitje had de Vereni ging Dwangarbeiders Neder land al eens boven water ge haald: Hoekstra werd op 26 juni 1944 geëxecuteerd in de Berlijn- se gevangenis Moabit. Bijna 50 jaar later weten we waarom. Na het Maagdenhuis en de burgemeester, nu de golfsport AMERSFOORT agressieve wijze te ageren tegen de autoriteiten. Hij was het eer ste lid van het wetenschappe lijke corps dat tijdens de Maagdenhuis bezetting van '68 de kant van de revolterende studenten koos. Langdurig voerde hij actie tegen de toen malige eerste burger van Baarn, Van Haeringen. Daartoe richtte hij de WOB op, de Werkgroep Opblazen Bur gemeester. Op dit moment, in de herfst van zijn leven, is hij druk in de weer om de golfsport in Nederland te democratiseren. Tom de Booij bewoont al vele jaren een char mant vfilaatje te Baam. Maar het is er niet altijd even rustig geweest daar in die lommerrijke buurt. Er was een periode waar in er regelmatig stenen door de ruiten werden gegooid. Dat was voor De Booij aanleiding om zich met zijn gezin in een cara van in de tuin te verschansen. Vanuit de caravan hield hij de wijde omgeving met een oud jachtgeweer onder schot. Grote borden in de tuin maakten meldden dat 'hier met scherp zou worden geschoten'. Dat was in de jaren '70, toen in Nederland via het kabinet- Den Uyl de verbeelding aan de macht was. De Booij was in een felle strijd gewikkeld met de Baarnse burgerfieester. Deze had volgens De Booij ten on rechte een ingezetene van Baarn, de student Eric van der Maal, gedurende zes weken in de psychiatrische inrichting Zon en Schild laten opnemen. De student was in de isoleercel be land en dat was voor Tom de Booij aanleiding om voluit te keer te gaan tegen de 'wantoe standen in de psychiatrie'. Toen hij overging tot het gappen van een dossier van de gemeentelij ke sociale dienst waarin een boekje werd opengedaan over Van der Maal werd De Booij op de bon geslingerd. Na lang en hevig aandringen van zijn kant volgde in hoger beroep een gevangenisstraf. Tij dens het uitzitten van die (kor te) straf zag De Booij kans de gedetineerden in het Utrechtse huis van bewaring tot een werk staking te bewegen. Veroordeeld De Booij was overigens al eens eerder veroordeeld: bij de Maagdenhuis-bezetting had hij zich door het bezetten van zijn eigen kamer schuldig gemaakt aan huisvredebreuk. In tegen stelling tot de rebellerende stu denten werd hij aanvankelijk niet vervolgd. Ook dat vond hij een uiting van klassejustitie. Na herhaald aandringen werd hij veroordeeld. Hij kon kiezen uit het betalen van een boete en enkele dagen gevangenisstraf. Uiteraard koos hij voor de vrij heidsstraf. De Booij is zich bewust van zijn afkomst uit het patriciaat. In zijn familie kwamen en ko men buitengewoon respectabe le lieden voor: een van zijn ooms bijvoorbeeld was admi raal en gezagvoerder van Hare Majesteits Karei Doorman, het vliegkampschip dat eens de trots van de Nederlandse vloot was. „Onze familie is verwant aan de Van Lenneps en de Bois- sevains, de oudste adel van Ne derland, en aangetrouwd aan de Van Limburg Stirums en de Van Riemsdijks (Philips). Daar heb ik een trauma aan overge houden waar ik nooit meer van af kom. Wat ik ook onderneem, ik blijf onderdeel van die kaste." De Booij's carrière ontplooide zich aanvankelijk naar het tradi tionele model. Hij studeerde geologie, promoveerde en kreeg een ordentelijke baan aan de Universiteit van Amsterdam. In z'n vrije tijd ontwikkelde hij Tom de Booij, levenslang activist: „Bovendien ben ik een on mogelijk persoon om mee samen te werken." foto gpd b. overeen zich tot een opmerkelijk alpi nist. Hij leidde twee succesvolle Nederlandse expedities naar de Andes, waar toppen werden be klommen die tot dan toe nog nimmer door de "mens waren bereikt. Een uiterst ambitieuze Himalaya-expeditie mislukte doordat De Booij halverwege door ziekte werd geveld. Voor het leiden van de expedities werd De Booij koninklijk onder scheiden. Na een bezoek aan d^'Üni- versiteit van Berkeley,1 \vaar het verzet tegen de Vietnam-poli- tiek van de Amerikaanse rege ring vorm kreeg, ging De Booij zich wat baldadiger gedragen. Terug in Nederland vond hij dat hij zijn studenten voortaan col lege moest geven in de 'geopoli tiek'. Die geopolitiek maakte vooral duidelijk dat het bijvoor beeld met de verdeling van de grondstoffen op dit onder maanse maar slecht is gesteld. De Booij wierp zich in z'n colle ges op als pleitbezorger voor Derde-Wereldlanden. Deze nieuwe invulling van het vak leidde tot een conflict met de leiding van de faculteit. Eervol ontslag volgde. De wachtgeldre geling die hij kreeg, gaf hem vervolgens alle ruimte om zich volledig te storten op het actie voeren. Jan Beton Zowel op regionaal als landelijk niveau trok hij ten strijde. Een van degenen op wie hij zijn pij len richtte, was president-direc teur De Vries van Bredero's Bouwbedrijf, dat in Utrecht het winkel- en kantorencomplex Hoog Catharijne uit de grond stampte. De Booij verbaal niet de minste liet via pam fletten en muurkranten weten dat 'Jan van Brederode in zijn betonnen veste' diende te wor den aangepakt. 'Jan de Vries moet worden volgestort met be ton en flink worden aange stampt, zodat hij als fundament kan dienen voor de derde fase van Hoog Catharijne.' In zijn campagne tegen de Baarnse burgemeester hanteer de De Booij elke week een spreuk. Zoals: 'Ook ik ben ont roerd door de Appassionata, maar het is niet de tijd om daar door ontroerd te worden. Het is nu tijd om schedels in te slaan.' (Lenin). En: 'De Brink in Baarn waar Kerk, Staat en Bedrijf el kaar ontmoeten.' En passant ageerden De Booij en de leden van zijn Werkgroep Opblazen Burgemeester ook te gen het jaarlijkse etentje van het edelachtbare college, gemeen teraad en (top)ambtenaren na afloop van de begrotingsbehan deling. De WOB vond dat het geen pas gaf om zich op kosten van de gemeenschap te goed te doen aan spijs en drank. In de actiekrant van 15 december 1973 kondigde De Booij aan dat hij namens de gemeenschap in het etablissement Groot Kievits dal te Hilversum nauwkeurig zou vastleggen wat en hoeveel er door de geachte dames en heren zou worden geconsu meerd. Een politiecordon ver hinderde dat. De opstandige doctor werkte soms samen met Dirk de Vroome, alias de Rooie Reus. Met het oog op de Twee de Kamerverkie zingen van mei 1977 richtten zij de VAW op, het Verbond tegen Ambtelijke Wille keur. In een krante-interview liet de onver moeibare activist weten dat 'amb telijke willekeur een verlammen de invloed had op parlement en democratie'. En passant deelde hij de verslagge ver ook mee dat 'prins Bemhard in de Lockheed- affaire niet fout was geweest, •maar de ge meenschap, die ambtelijke wille keur had laten gedijen'. De kandidaten lijst van de nieu we partij werd opgesteld door in een zaaltje van café Soest- dijk het Rad van Fortuin te laten draaien. Dat le verde een 18-ja- rige serveerster uit Leiden op als lijsttrekker en bezorgde De Booij, die had aangekondigd dat de nieuwe partij 'binnen het parlement op buiten-parlementaire wijze ac tie zou gaan voeren' een plaats je op in de achterhoede. Het maakte niet uit: het partijtje haalde de kiesdeler niet. Golfen Jaren geleden waagde hij zich tijdens een vakantie in Portugal aan een partijtje golfen.' Dat ge beurde op aandrang van z'n echtgenote, die hoopte Toms ongeremde onstuimigheid in meer geëigende banen te lei den. Haar opzet slaagde: Tom de Booij raakte volledig verslin gerd aan de golfsport. Thuis meldde hij zich als lid bij de Ve- luwse Golfclub in Hoog Soeren. „Omdat ik zelf deel uitmaak van de elite, leverde dat geen enkel probleem op." Maar toen het bestuur na een paar maanden besefte een geharnast actievoer der in huis te hebben gehaald, kreeg hij het vriendelijke doch dringende verzoek om maar te bedanken. De Booij legde zich geheel in tegenspraak met zijn verle den daar soepel bij neer, maar ging niet lang daarna in de tegenaanval. Hij volgde met succes de opleiding voor golf- professional en richtte vervol gens een golfclub op voor 'gewone mensen'. Het lidmaat schap van de club van Tom de Booij kostte niet meer dan 15 gulden. In no-time had hij een paar honderd leden ingeschre ven. Zij kregen les op een recre atieterrein in de onmiddellijke omgeving van kasteel Drakes- teyn in Lage Vuursche. Inmid dels zijn daaruit twee echte golfclubs voortgekomen: Be Fair en 't Jagerspaadje, beide te Hil- De Booij behaalde vervolgens ook de fel begeerde B-licentie professional. Met dat diploma op zak werd hij in 1988 tot head-pro van de Nunspeetse Golf- en Countryclub aange steld. Het dienstverband duur de maar negen maanden. Te rugblikkend constateert Tom de Booij nu: „Ik was totaal niet ge schikt voor die functie, ik moet zelf bezig zijn, les geven, maar men moet mij niet met verant woordelijkheid opzadelen. Dat weerhoudt hem thans al lerminst van krachtige pogin gen om de golfsport in Neder land een bredere basis te geven. De Booij wil niet alleen de leer lingen van basisscholen kennis laten maken met golf, maar ook bejaarden, werklozen en gedeti neerden. In dit sombere jaarge tijde reist hij van het ene verzor gingstehuis naar het andere, ge wapend met een paar golfclubs en golfballetjes. Zijn pogingen om bejaarden al dan niet in een rolstoel te interesseren i voor een soort mini-golf blijven niet zonder resultaat. Daarnaast voert hij fel actie tegen de ge vestigde orde in de golfsport.; Daartoe heeft hij onder andere de stichting Democratisering Golfsport opgericht. De Booij voorziet een „langdurige en moeilijke strijd, waarin hij het polarisatie-model niet onge- j bruiktkan laten".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 6