^Groter laboratorium ^hoogheemraadschap Bever in Biesbosch behoeft goede buur Betere tijden breken aan voor Naardermeer Meer mensen in bres voor weidevogels Over leven 'Gebruikte apparatuur terug naar producent' GEBIOLOGEERD -4 'RIJDAG 28 JANUAR11994 CHEF GERT VISSER. C MEINDERT VAN DER IC Strengere milieu-eisen oorzaak groei aantal monsters Het Hoogheemraadschap van Rijnland bouwt een nieuw aboratorium bij de zuiveringsinstallatie aan de Voor- ^choterweg. Het huidige lab aan de Breestraat in Leiden s te klein geworden, door de toename van het aantal te Onderzoeken monsters. ADEN MONICA WESSELING )ie groei heeft te maken met de oegenomen aandacht voor na- uur en milieu. Volgens het Na- ionaal Milieu Beleidsplan moe- en het oppervlaktewater en de lodems van sloten en rivieren ichoner worden. Ook de indu- 1 itrie krijgt met steeds strengere nilieueisen te maken. Jaarlijks bekijkt het hoog- leemraadschap 25.000 mon- /an water en slib op onder gehalten aan zware meta- en, resten bestrijdingsmiddelen :npak's (polycyclische aromati- die koolwaterstoffen) Volgens A. de Groot, coördi- ator van het instrumenteel la boratorium, zal het aantal me tingen in de toekomst alleen maar hoger worden. Dat komt onder meer omdat de kwaliteit van het water op verschillende manieren wordt aangetast. Dat maakt geregelde contro les op verschillende punten no dig. Zo zit er in oppervlaktewa ter te veel stikstof en fosfor, on der meer veroorzaakt door de bemesting in de landbouw. Ook de dreigende vervuiling met zware metalen maakt geregeld onderzoeken nodig. Een andere oorzaak is dat de rioolwaterzuiveringsinstallaties van het schap steeds beter wor den. Zo wordt druk geëxperi menteerd met apparaten om fosfor en stikstof uit het water te halen. „En al die experimenten moeten doorgemeten worden. Dat betekent honderden mon sters extra", legt De Groot uit. De rioolwaterzuiveringsinstalla ties leveren nog weer extra monsters op doordat de milieu- eisen die aan het afval uit de in stallaties, het zuiveringsslib, worden gesteld steeds hoger worden. „Vroeger mochten we de blubber gewoon op het land storten. Nu wordt het verbrand in Dordrecht. Maar dat mag al leen als het slib niet te veel zwa re metalen bevat." Ook de bag ger uit sloten en rivieren wordt gecontroleerd. Meer controle Alle industriële bedrijven moe ten een vergunning hebben voor ze afvalwater op het riool mogen lozen. Ook de eisen die aan de vergunningen worden gesteld, worden steeds strenger. „En dus gaan onze i vaker op uit om monsters te trekken die wij dan weer moe ten onderzoeken." Dik 25.000 monsters in een, nou niet direct ruim bemeten, laboratorium onderzoeken gaat nog net, maar eigenlijk ook net niet meer. Sommige bepalingen moet De Groot al uitbesteden aan andere laboratoria. „Als je een heel lage concentratie van iets wilt meten, en een paar me ter verderop staat iemand juist met die stof te werken, dan is je meting dus niet meer nauwkeu rig" laborarium kost, los van de apparatuur die van de Breestraat naar de Voorscho- terweg verhuist, 11 miljoen gul den. Eind 1994 hoopt Rijnland te kunnen verhuizen. De nieu we ruimte is ongeveer twee keer zo groot. A. de Groot, coördinator instrumenteel laboratorium: „We meten die 25.000 monsters, 300.000 meetgegevens. FOTO BEN DE BRUYN 'Serpo' reptielenhuis opende onlangs haar groots opgezette, permanente reptielenhuis Delft. In natuurgetrouw inge richte terarria leven vele soorten slangen, hagedissen, schildpad krokodillen. In derwaterpanorama kunnen kro kodillen en alligatoren, door centimeters dik veiligheidsglas, bekeken worden in hun egs f 50 Reptielenhuis Serpo in Delft lijk, visrijk, leefmilieu. Meer dan elf jaar lang heeft de reizende slangenexpo 'Serpo' tientallen steden, van Gronin gen tot aan Maastricht, aange daan met haar expositie met en over slangen. In 1968 en in 1990 Het water en de bodem bevat ten te veel nitraten, fosfaten en zware metalen, oevers en moerasgronden verdrogen, het gebied ligt ingeklemd tus sen auto- en spoorwegen en alsof dat nog niet genoeg is, loopt er een aanvliegroute van Schiphol dwars overheen. Niettemin breken er nu betere tijden aan voor het Naarder- Veertien partijen hebben namelijk in 's Graveland een convenant getekend waarin ze afspreken dit symbool van Ne derlandse natuurbescherming te zullen herstellen tot het ni veau van de jaren dertig. Voor de herstelwerkzaam heden is naar schatting ruim acht miljoen gulden nodig. Het Naardermeer geniet lan delijke faam. De plannen van de gemeente Amsterdam om er in 1905 een vuilstortplaats van te maken, vormden de aanleiding tot de oprichting van de Vereniging Natuurmo numenten. Jaarlijks genieten er duizenden mensen van de natuur, zonder op de hoogte te zijn van de verborgen ge breken van het gebied. Die gebreken zijn talrijk. Tientallen jaren hebben de be heerders machteloos gestaan tegenover de vernietigende combinatie van vervuiling en verdroging. Het verdwijnen van de bijzondere kranswieren en de groei van algen gaven aan dat het goed mis was. Het gebied was blijkbaar te voed selrijk, waardoor verruiging en verbossing dreigde. Het watertekort wordt ver oorzaakt door drinkwaterwin ning en een te grote afvoer van regenwater via het riool, waar door vanuit' 't Gooi onvol doende schoon kwelwater het meer bereikt. Bovendien is er sprake van een laag polderpeil in het omliggende landbouw gebied. Het Naardermeer dreigt heel langzaam leeg te lopen. De vervuiling wordt on der meer veroorzaakt door de, vanwege de verdroging nood zakelijke, aanvoer van vuil Vechtwater. In het jaar 2005 moet de wa terkwaliteit weer in orde zijn. Ook in de Bovenste Blik, het deel van het Naardermeer dat nu echt een zorgenkind is. De veertien partijen die zich inzetten voor het herstel van het meer zijn Natuurmonu menten, de provincie Noord- Holland, de gemeenten Naar- den, Weesp, Muiden, Bussum en Hilversum, het gewest Gooi- en Vechtstreek, het zui veringschap Amstel en Gooi land, het hoogheemraadschap Amstel en Vecht, het Land bouwschap, de ministeries van landbouw, natuurbeheer en visserij en verkeer en wa terstaat en de Nederlandse Spoorwegen. De Stichting Natuur en Milieu en de Vereniging Milieudefensie willen dat het kabinet op korte termijn besluit tot een terugna me- en verwerkingsplicht voor elektrische apparaten, verpak kingen, auto's en batterijen. Verder moet het gebruik van onder meer chloor (in zwemba den), carbolineum en pvc wor den verboden. De overheid zou bovendien energienormen moeten vaststellen voor koel kasten, tv's en andere huishou delijke apparaten. Met deze waslijst aan eisen reageren de milieuorganisaties op de onlangs gepresenteerde Nota Produkt en Milieu van de ministers Alders (Milieu) en An- driessen (Economische Zaken). Volgens Natuur en Milieu en Milieudefensie ontbreekt het in de nota aan daadkracht en durf. De Tweede Kamer buigt zich eind februari over het stuk. In de nota staat een verdere vermindering van de milieube lasting van produkten centraal. Vooral het bedrijfsleven kan daaraan bijdragen. Met onder meer eisen voor betere infor matie over produkten en de mogelijke invoering van statie geldregelingen of verboden wil len Alders en Andriessen het be drijfsleven een zetje geven in de goede richting. Natuur en Milieu en Milieu defensie vinden de nota veel te slap. Ze verwachten weinig be reidheid van bedrijven om zelf te zorgen voor betere produkten die het milieu minder schaden. De organisaties willen dat de overheid krachtig stelling neemt tegen vervuilende produkten, zeker als daarvoor goede alter natieven zijn. Bovendien kan de overheid nadrukkelijk gebruik maken van heffingen op milieu belastende produkten. verwij deringsbijdragen en regelingen om hergebruik te stimuleren. „De nota heeft de pretentie voortvarend te zijn, maar daar zien we niets van terug. Echte beleidsmaatregelen blijven uit en harde ingrepen worden na drukkelijk vermeden of uitge steld", aldus een woordvoerder van Natuur en Milieu. Binnen bepaalde bedrijfstakken zijn al gesprekken gaande over milieu vriendelijker produkten, maar die verlopen bijzonder traag, weet de zegsman. FOTO PR deed de reizende slangenexpo 'Serpo' Leiden aan in de Hortus Botanicus. Vele duizenden be zochten toen de expositie. Een veel gestelde vraag was destijds waar de dieren vandaan kwa men en waar de rest van de col lectie dieren van 'Serpo' te be zichtigen was. In die behoefte is dus tegenwoordig voorzien en wel in Delft aan het Stations plein 8. Inlichtingen tel. 015 - 122184 Het aantal vrijwilligers en vee houders dat zich in Zuid-Hol land inzet voor het behoud van de weidevogels groeit nog steeds gestaag. Verleden jaar gingen 240 vrijwilligers de wei in en werkten daar met 250 vee houders samen. In 1992 waren dat er nog respectievelijk 189 en 205. Er is verleden jaar op een oppervlakte van 4500 hectare aan intensieve bescherming van weidevogels gedaan. Het Zuidhollandse veenwei- degebied is een belangrijke kraamkamer voor weidevogels. Vrijwilligers en veehouders zor gen er samen voor dat de vogels hun eieren kunnen uitbroeden en de jongen kunnen opgroei en. Vóór het maaien gaan vrij willigers de wei in en zetten een stok bij elk nest. De veehouder maait daar dan voorzichtig om heen. Zodra de koeien weer naar buiten gaan worden nest beschermers over de nesten ge plaatst zodat de eieren en de jonge kuikens niet vertrapt wor den. Voordat een weidevogel wach ter goed kan helpen, moet hij het een en ander aan kennis hebben. Vandaar dat de Stich ting Natuur- en Landschapsbe heer, de organisatie die het wei devogelbeheer in handen heeft, cursussen organiseert. Dit jaar worden die gehouden in Delft en Alphen aan den Rijn. Volgende week woensdag, 2 februari, is er een informatie- en ontmoetingsavond voor de vrijwilligers en veehouders. De bijeenkomst wordt gehouden in De Brug aan de Dunantlaan in Reeuwijk (20.00 uur). De resultaten van het afgelo pen jaar worden belicht en M. Kruk vertelt over zijn promotie onderzoek naar weidevogelbe scherming op intensieve vee houderijen. „Kijk, hier kun je duidelijk zien dat er bevers aan het werk zijn geweest. In het begin kreeg ik daar wel een kick van. Toen aai de ik elk stompje. Maar inmid dels ben ik eraan gewend ge raakt." Boswachter Dirk Fey wijst met zijn rechterhand naar de oever. Zijn linkerhand stuurt de motorvlet van Staatsbosbeheer door de kreek. Langs de water kant eindigen tientallen wilge- takken abrupt in witte stompjes. De afdrukken van lange snijtan den laten geen ruimte voor twij fel: hier hebben bevers hun avondeten ingeslagen. Op de kant, waar de buit is verorberd, liggen afgekloven takken. Het is de dieren vooral te doen om de sappige bast. Vijf jaar wordt de Biesbosch nu bevolkt door een beverkolo nie, geïmporteerd uit de voor malige DDR. Binnenkort beslist staatssecretaris Gabor (Natuur beheer) of ook elders in Neder land bevers moeten worden uit gezet. Want alleen in de Bies bosch kan de bever als soort waarschijnlijk 'niet overleven. De populatie is dan te kwets baar voor inteelt, besmettelijke ziektes en natuurlijke catastro fes. Om het risico te spreiden moeten daarom ook elders langs de grote rivieren nieuwe beverkolonies worden gesticht. Zodat Nederland na verloop van tijd 1500 tot 2000 in het wild levende bevers kent. Inmiddels telt de Biesbosch naar schatting vijftig bevers. Tussen 1988 en 1991 zijn er 42 uitgezet, afkomstig uit het Elbe- gebied in het vroegere Oost- Duitsland. Ruim de helft is ge storven, zo blijkt uit cijfers van onderzoeker Bart Nolet van het Instituut voor Bos- en Natuur onderzoek. Gelukkig planten de Biesbos- sche bevers zich ook voort. Het aantal geboorten overtreft mo menteel zelfs het aantal sterfge vallen. Toch blijkt slechts een derde van de paren nakomelin gen te verwekken. Elders in Eu- Bevers vreten de bast van wilgen en gebruiken de takken voor het bouwen van burchten. ropa ligt dat aantal veel hoger. Over de oorzaak daarvan tast Nolet in het duister. Aan de ver vuilde bodem van de Biesbosch kan het niet liggen, meent hij. „De belasting met cadmium is hier erg hoog. Eigenlijk net zo hoog als in de Oostduitse rivier de Mulde. Die rivier staat be kend als enorm goor, een gevolg van de vervuiling door de indu strie. Maar toch blijkt de voort planting daar geen enkel pro bleem te zijn. Blijkbaar zijn be vers relatief ongevoelig voor vervuiling." Noler vermoedt dat het voed selpakket van de Biesbossche bever te eenzijdig is. De dieren eten voornamelijk bast en bla deren van wilgen. Maar aan wa terplanten ontbreekt het in het gebied. „In het voorjaar en de zomer eten bevers van nature veel kruiden en wortels. Dat doen ze tenminste in het bui tenland. Maar hier niet. Het zou kunnen dat daardoor een ge brek aan zouten en eiwitten ontstaat. Dat kan de reden zijn voor de geringe voortplanting." Bevers zijn echte bouwers. Trots toont boswachter Fey een burcht van een beverfamilie. Overdag liggen de dieren daarin te slapen. Het is een grote stapel takken, ruim een meter hoog, schijnbaar achteloos neerge worpen. Maar wie goed kijkt, ziet dat de takken bij elkaar worden gehouden door mod der, de beverspecie bij uitstek. Het is die bouwnijverheid die de bever zo welkom maakt voor de Biesbosch. Want het gebied groeit dicht met wilgen. Vroeger werden de takken gesneden door griendwerkers. Die activi teit is tegenwoordig econo misch niet meer rendabel. Het is de bedoeling dat de bever de taak van de griendwerker over neemt. Dat lukt nu nog maar mondjesmaat. De vijftig bevers kunnen het karwei niet aan. Ei genlijk biedt de Biesbosch ruimte aan 300 bevers, meent Nolet. Maar op de lange termijn kunnen de bevers vermoedelijk niet overleven in de Biesbosch. Daarvoor is deze ene populatie te kwetsbaar. Als de Biesbos sche bever een ramp te verdu ren krijgt, is dat einde verhaal. In de natuur wordt vrijgekomen territorium opgevuld door soortgenoten uit de omgeving. Dat is recent ook gebeurd in de FOTO MARTON DE JONCE Waddenzee, nadat de Neder landse zeehonden massaal wer den geveld door een virus. De opengevallen plaatsen zijn in middels ingenomen door Deen se zeehonden. In de Biesbosch is zoiets niet mogelijk. De dichtstbijzijnde populaties liggen te ver weg. De bevers hebben eigenlijk behoef te aan een goede buur, die in tijd van nood een handje komt helpen. Daarom willen onder zoeker Nolet en Staatsbosbe heer dat er ook elders langs de grote rivieren beverkolonies worden gevestigd. Staatssecre taris Gabor moet daarover in maart een definitief besluit ne men. De bewindsman heeft al laten weten enthousiast te zijn over het plan. Vragen, vragen, vragen te over over de afgelopen week. Wat zou er gaan gebeuren met die 120.000 zakjes met elk tien gram onkruidbestrijdingsmid del die intussen van het Noord zeestrand zijn geraapt? Laten drogen en alsnog naar de be stemming (Nigeria) versche pen? Weggooien is immers zon de: dan moeten al die zakjes op nieuw worden gemaakt en ge vuld, want reken maar dat ze in Nigeria om het spul zitten te springen. En bovendien: weggooien kost geld, want duizend kilo che misch afval storten of verbran den is duur en ook nog eens slecht voor het milieu. Of steu nen we onze milieuvriendelijke afvalverbranders juist met zo'n opdracht? Er schijnt een overca paciteit op dat gebied te drei gen. Terugsturen, de hele bende, naar de Zwitserse producent, Ciba-Geigy, voor straf? Daar storten ze de boel natuurlijk ge woon in de Rijn, zoals ze met zowat al hun chemisch afval doen, en hebben we de bestrij dingsmiddelen overeen poosje wéér voor de kust, maar dan bij Hoek van Holland. Of, nog erger, ze verkopen de Iichtbeschadigde partij alsnog aan een of ander ontwikkelings land - maar nu als babyvoeding. Met subsidie van Unicef, dat spreekt. Waarom zit dat spul eigenlijk in van die kleine, fleurige zakjes? Van tien gram? Hier gebniiken we bestrijdingsmiddelen in zak ken van toch minimaal dertig kilo. Hebben die boeren in Ni geria soms zulke kleine akker tjes? Of nodigt zo'n klein zakje uit tot zuiniger gebruik? Of kun je het spul bij een kleine dip in de onkruidbestrijdingsmarkt in die lollige kleine zakjes makke lijker als babyvoeding of, laten we zeggen, potentieverhoger verkopen? En wat was er gebeurd als een milieugroep nèt een paar maanden geleden na jarenlang actievoeren voor elkaar had ge kregen dat Ciba-Geigy z'n spul len voortaan in biologisch af breekbaar plastic verpakte? Hadden we dan de flora en fau na voor de vaderlandse kust voorlopig kunnen afschrijven? En krijgen we dan van strand - bezoek voortaan geen eczeem en voetschimmel meer (in de zakjes zit immers een anti schimmelmiddel)? Kunnen kwallen eigenlijk tegen het spul? En hoeveel milieuschade heb ben die opruimers met hun rubberlaarzen en rubberboten eigenlijk zelf aangericht? Allemaal vragen, het hoofd loopt om. Even uitwaaien op de IJmuidense pier. Ach kijk, een schip met containers. Wat zou daar in zitten? En krijgen we nog storm deze week? CO LOERAKKER EN PIET ZEEMAN Informatie over broeikaseffect LHDEN Het Derde Wereld Centrum houdt op woensdag 16 februari in Leiden een gratis voorlich tingsavond over het broeikasef fect. Milieudefensie en mede werkers van de Pacific Werk groep en de Bangladesh People Solidarity Centre belichten de gevolgen van het broeikaseffect. De voorlichtingsavond in Lei den wordt om 20.00 uur gehou den in het I.eids Vrijetijdscen trum aan de Breestraat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 19