Kleine stofzuiger is heel handig
Misser kost miljoenen
Leven en wonen
Zonder haag geen tuin?
Binnenhuis
architectuur
Recycling
Vriendelijk
Veelzijdig
Reiniging
Bodyshaper
baandag 24 januari 1994
;Zaun zeggen ze in Duitsland tegen de omheining van
een tuin. Wie de woorden Zaun en tuin vergelijkt, ziet
dat ze taalkundig veel op elkaar lijken. Het zijn de aflei
dingen van een en dezelfde stam. Maar wij bedoelen er
het stuk grond mee dat binnen de omheining ligt.
Eigenlijk kunnen we pas van een tuin spreken als er een
omheining omheen staat. In de praktijk gaat dat
meestal op. Blijft de vraag waarmee we onze tuinen be
grenzen. Er zijn talloze mogelijkheden.
Is de tuin erg smal, dan moet de omheining zo min
mogelijk grond vragen. Een houten schutting is in dat
geval een goede oplossing. Je kunt er nog bakken met
bloemen en planten aan bevestigen, zodat het geheel er
minder houterig uitziet.
Steeds meer zien we afscheidingen die met klimop zijn
begroeid. Die klimop kan tegen hout of beton groeien,
of op gaas. Ik zie steeds meer hekken van geplastifi
ceerd kippegaas, begroeid met een sterk groeiende
klimopsoort. Bij het plaatsen van een dergelijk hek
moet men wel bedenken dat klimop op den duur zwaar
wordt, vooral als het regent of sneeuwt. Zorg dus voor
een goede versteviging. Maar prachtig zijn die klimop
hekken wel. Vooral in tuinen met weinig zon voldoen
ze goed.
Is de tuin wat breder dan kiezen velen voor een haag
van coniferen of in toenemende mate haagbeuk.
Liguster zien we steeds minder, ook omdat liguster
minstens drie keer per jaar gesnoeid moet worden en
bovendien met zijn wortels graag de border inkruipt.
Coniferen blijven het hele jaar groen, haagbeuk is in
het voorjaar prachtig lichtgroen en houdt de hele win
ter het inmiddels bruingeworden blad.
Voor alle hagen geldt dat de grond, vóór het planten,
goed bewerkt en verrijkt moet worden. We kunnen er
later immers nauwelijks meer bij. Als we beginnen te
planten spannen we eerst een lijn. In overleg met de
buren kunnen we kiezen voor een gemeenschappelijke
haag, precies op de scheidingslijn. Anders wordt het
een stuk van de grens tussen de tuinen af, want de
haag heeft ook een breedte. Langs de lijn graven we
een diepe sleuf, daarna zetten we de planten op de
juiste afstand in de sleuf. Eerst gaat een laagje grond
op de wortels, daarna een flinke laag zelfgemaakte
compost en, als het over coniferen gaat, turf. Daarna
weer grond en vooral flink aantrappen.
Zelf laat ik bij nieuwplant steeds royaal water stromen.
Dat water spoelt de grond tussen de wortels die dan
beter aanslaan.
Bladverliezende haagplanten worden na het planten
tot eenderde teruggesnoeid. Lijkt jammer, maar is
noodzakelijk om een dichte haag te krijgen. Coniferen
die pas weer na de kans op vorst geplant mogen
worden blijven ongesnoeid. Die worden pas een
beetje gefatsoeneerd als ze weer aan de groei zijn.
Bestaande hagen kunnen, vooral als ze oud zijn, last
veroorzaken met hun wortels. Die komen te ver de
border in. Daarom worden oude hagen in het voorjaar
op een afstand van rond 30 cm van de stam afgesto
ken. Daar kunnen ze best tegen. Als troost geven we ze
nog een laagje goede compost, zodat de nieuwe wor
tels voldoende voeding vinden.
LEZERSVRAAG
MEVROUW J. CRAMER-BORST uit LEIDEN heeft pro
blemen met haar Hoya, die niet best wil bloeien. Ik
vermoed dat het de Hoya carnosa is, een flink groeien
de klimplant die kleine 2 tot 4 cm lange bloemtakjes
geeft. Deze mogen nooit en te nimmer weggeknipt
worden. De lange stengels kunnen 'rondgebogen wor
den langs ijzerdraad. Dat bevordert de bloei. Boven
dien houdt de Hoya van iets mest in de groeiperiode.
Om de 14 dagen iets kalirijke mest. In de groeiperiode
geregeld gieten, maar pas als de bovengrond droog is.
Verder: kamertemperatuur. Zon wordt verdragen. Als
grondsoort potgrond met compost. Elk voorjaar ver
potten. Zo behandeld zal de wasbloem, zoals deze
bloem wel genoemd wordt, zeker bloeien met geuren
de bloemen.
Die zwavelhoudende stenen bezorgen me wel hoofd
brekens. Ik krijg steeds meer vragen over verkoop
adressen. Dat is ook de vraag van H. VESTER uit
OVERVEEN. Zaken die gespecialiseerd zijn in stenen
verkopen zwavelstenen. Verder gewoon oprapen tij
dens een vakantie in vulkanisch gebied. Eerlijkheids
halve moet ik toegeven dat ik er ook zo aan gekomen
ben. Nu hoop ik maar dat het met de verkrijgbaarheid
in de handel een beetje wil lukken.
DE HEER H.D VOOREN uit BENNEBROEK schrijft, dat
de Scaevola (uit een van de vorige rubrieken) volgens
hem uit India afkomstig is en sinds enige jaren via De
nemarken ons land binnenkomt. Het is een liangplant
met paarse (kan ook roze) bloemen. De plant bloeit ein
deloos; begint als een compacte plant, krijgt heel lange
uitlopers waaraan ladingen bloemen komen. Het is geen
binnenplant maar ik heb hem al een paar jaar in een
hangpot in de tuin, zeer beschut 's middags en 's avonds
zon. De plant moet veel water hebben.
Net als oleanders kan de plant worden overgehouden op
een koele plaats met niet te veel licht, zo af en toe een
beetje water. Stekken is de heer Vooren nog niet gelukt.
Hij heeft ook een advies voor rozen naar aanleiding van
het meeldauwverhaal: Ik graaf driemaal per jaar een
bananenschil in naast mijn rozen: geen luis en veel bete
re bloei.
Komt er bij u al tuinierend of wandelend in de natuur
een vraag op? Greet Buchner zal proberen voor u het
antwoord te vinden. De vraag kunt u opsturen naar
Damiate Dagbladen, Postbus 507,2003 AP Haarlem
In vier middagenof avonden kun je van er
varen binnenhuisarchitecten heel wat opste
ken. Als je eens iets wilt veranderen aan de
bestaande meubelopstelling, bijgepraat wilt
worden over trends en hoe je daar iets van
kunt brengen in jè eigen interieur, is een ad
vies van een (deskundige) ander vaak heel
nuttig. Je hoeft die adviezen niet slaafs te
volgen, je moet er gewoon mee spelen. Het
Instituut voor Binnenhuisarchitectuur geeft
weer een mondelinge cursus in Hotel Mer-
cure Amsterdam Airport, Oude Haagseweg
20, Amsterdam op maandag 7, 21, 28 febru
ari en 7 maart. Cursusprijs is 167. Meer in
formatie: 068212244.
Slimme technici verzinnen van alles om
produkten geschikt te maken voor herge
bruik. Voor de uit Duitsland afkomstige
badserie Greenline (douchebakken en ba
den) bijvoorbeeld is een materiaal gebruikt
dat de toepassing van glasfiber overbodig
maakt. En dat maakt het produkt recycle
baar.
Greenline is ook heel apart vormgegeven.
De douchebakken zijn voorzien van een zit
vlak en afzetruimte voor douchespullen. En,
iets heel nieuws, er is ook een tweepersoons
douchebak. Bij deze serie is ook aan com
fort en veiligheid veel aandacht besteed.
Het acrylmateriaal is standvast en anti-slip.
Bakken en baden zijn op de geëigende
plaatsen uitgerust met grepen en leunin
gen. Meer informatie over deze recyclebare
badserie kan de sanitairvakman verstrek
ken.
Modewereld neemt geen risico's want:
Eerste model door paarden getrokken
Odorex heeft een ongeparfumeerde deodo
rant (roller en stick) op de markt gebracht.
In het huidvriendelijke produkt zijn geen
parfum, alcohol en kleurstoffen verwerkt.
Deodorants zetten bactericiden in, die de
veroorzakers van de transpiratiegeur, de
bacteriën, doden. Een deodorant werkt dui
delijk anders dan een antitranspirant. Die
okselverfrisser remt de vochtafscheiding.
transpiratie.
Umer is een gefermenteerd zuivelprodukt
met overwegend rechtsdraaiende melkzu
ren. Fris, romig en lichtzuur van smaak en
niet vet: het wordt gemaakt van halfvolle
melk, waardoor 100 gram Umer maar 3
gram vet bevat. Je kunt er in de keuken,
maar ook in de badkamer mee werken. Het
recept voor een gezichtsmasker: combineer
2 delen Umer met 1 deel fijngeprakte avo
cado en citroensap, of combineer 2 delen
Umer met 1 deel sesamolie en rozenwater.
Meng de ingrediënten en breng het papje
op het gezicht aan. Een half uurtje laten in
trekken.
Een vreemd allegaartje bij Chantal Thomas, die een grijze bustier com
bineert met een licht bruin shortje en grijze over-de-knie-kousen. FOTO
AFP
Directeur Simon Verlaat: „Sti
listen van ons reizen over de he
le wereld om trends op te pik
ken. Dat kan een land zijn.
maar ook het milieudenken of
slechte economische tijden".
Verlaat was onlangs drie da
gen in Parijs om met collega's
uit vooral Westerse landen te
brainstormen over de kleuren
van de zomermode voor vol
gend jaar. „Op basis van de
trends en belangrijke signalen
die door de deelnemers gecon
stateerd worden, komt een in
ternationale kleurenkaart tot
stand. Dit is ..geen dictaat.. Ont
werpers en stilisten hebben ook
hun eigen opvattingen over de
mode-ontwikkelingen".
Deze bijeenkomsten hebben
enkele malen per jaar plaats, af
hankelijk van welke collectie
(lente/zomer of herfst/winter)
er uitgebracht moet worden. Zo
wordt er inmiddels ook hardop
nagedacht over de winterkJe-
dingvan '95/'96.
Voordeel
Met de eerder genoemde kleu
renkaart kunnen textielfabri
kanten hun voordeel doen bij
het ontwikkelen van stoffen en
kleuren. Verder wordt ook een
reeks tekeningen gemaakt om
ontwerpers een idee te geven
hoe die mode er globaal uit
moet gaan zien.
Hiermee zijn verrassingen zo
goed als uitgesloten en dat vin
den de confectie-industrie en
de detailhandel wel zo makke
lijk. Want, dat geeft ook Verlaat
toe, grote veranderingen in de
mode zijn gevaarlijk. Dat kan de
consument afschrikken en kost
de detailhandel en de textielin
dustrie handenvol geld. Beter is
het om in te spelen op mode
trends in voorgaande jaren.
Couturiers in de haute couture
spelen daarom een beperkte rol.
„Als er bepaalde trends zijn in
de haute couture dan vind je
die vanzelf wel terug in de con
fectie. Ik spreek liever van een
wisselwerking. Ook topontwer
pers houden rekening met
voorspelde modebeelden
Grunge
Een trend die door couturiers
wel is aangezwengeld is de door
Frank Govers verfoeide grunge.
Volgens de directeur van het
Nederlands Mode Instituut is
dat samen met de eco-trend,
één van de weinige hedendaag
se ontwikkelingen op kleding-
gebied. De eco-mode concen
treert zich op het gebruik van
milieuvriendelijke materialen
en kleuren. Verlaat denkt dat
deze trend zich de komende ja
ren in verhevigde mate zal
doorzetten. Er komt zelfs aan
het eindé van volgend jaar een
eco-keurmerklabel op de markt.
Toch is ook zijn conclusie dat
de mode zich de laatste jaren
weinig verrassend heeft ontwik
keld. „Eigenlijk zitten we op iets
nieuws te wachten. Alles is al
gedaan, alles is al een keer ont
worpen. Een soort fin de siècle-
gevoel. De huidige mode laat
zich inspireren door alles wat er
in deze eeuw is ontworpen.
Men kijkt terug".
Met andere woorden: een
modeknaller hoeven we pas in
de volgende eeuw te verwach
ten. Of zoals Frank Govers het
zegt: „De volgende eeuw wordt
een keerpunt op modegebied,
ik weet alleen niet hoe".
De stofzuiger behoort, net als
de koelkast, tot de eerste huis-
houdbehoeften. Uit een onder
zoek van New Home Econo
mics blijkt dat in 1964 al 96 pro
cent van de Nederlandse huis
houdens een stofzuiger rijk was.
In 1987 was dat een procent
meer. Ter vergelijking: in 1964
stond er in 40 procent van de
huizen een koelkast. In 1984 in
86 procent.
De eerste stofzuiger, uitgevon
den door Hubert Booth, werd in
1901 gepresenteerd. Het was
een immens groot apparaat dat
door paarden moest worden ge
trokken. Het was dus meer een
stadsstofzuiger. Tijdens de
voorjaarsschoonmaak reed dit
gevaarte door de straten en
zoog het vuil uit huizen via een
slang van maar liefst 265 meter
lang.
Eigenlijk had die eerste stof
zuiger al meteen iets van het
centraal systeem, dat de laatste
tijd sterk in de belangstelling
komt. Door het hele huis zijn
dan contactdozen aangebracht
waarop je een slang met zuig-
mond aansluit. Een centrale
motor, bijvoorbeeld in de gara
ge opgesteld, levert op elke aan
sluiting zuigkracht. De motor
slaat automatisch aan als de
slang op een contactdoos wordt
aangesloten.
Gemak en tijd
Gemiddeld wordt er eens in de
tien jaar een nieuwe stofzuiger
aangeschaft. Dat wil zeggen, dat
jaarlijks per huishouden gemid
deld 25 gulden aan stofzuigers
wordt uitgegeven, inclusief
hulpstukken en elektrische
vloerwrijver. Overigens wordt er
in en om het huis toch nog heel
wat gebezemd en geborsteld.
Aan dit soort hulpmiddelen
wordt per huishouden per jaar
zelfs gemiddeld bijna 200 gul
den per jaar besteed, zo blijkt
uit cijfers van het CBS.
Een stofzuiger dient niet al
leen het gemak van de mens,
maar spaart ook tijd. Het gemak
is vaak de belangrijkste factor.
Dat geldt trouwens voor de
meeste huishoudelijke appara-
Trap is lastig
Maar een stofzuiger heeft ook
enkele minpunten. Het meest
toegepast in de huishouding is
het sledemodel. Het zuigen van
trappen is daarmee niet altijd
gemakkelijk. Wie de stofzuiger
lange buis, waardoor bij een
vermogen van 250 Watt toch
even veel zuigkracht wordt ont
wikkeld als bij een grote stofzui
ger met zwaardere motor. Deze
Dirt Vac van Black Decker
heeft bovendien een extra lang
snoer (7 meter) en daarmee is
elke traptrede binnen het bereik
van de zuigmond te brengen.
De slimme produktontwikke-
laars hebben bovendien in de
zuigmond een roterend borstel
tje aangebracht. Dat klopt het
vuil eerst los, zodat het gemak
kelijker en vollediger kan wor
den weggezogen. Achter het
huis van deze handzuiger is een
stofzak aangebracht. Er hoeft
geen losse papieren zak in. Van
tijd tot tijd kan de zak met water
en een fijnwasmiddel worden
gereinigd.
Niet alleen voor trappen is
zo'n Dirt Vac handig, ook het
ravan kan men er snel en effi
ciënt mee reinigen. Het appa
raat is alleen wat minder handig
voor moeilijk bereikbare hoe
ken en kieren omdat de zuig
mond vrij royaal van afmetin
gen is. De adviesprijs is 119 gul
den.
Biotherm heeft een nieuwe serie van 9 rei
nigingsartikelen: Biosource. Drie produkten
voor het reinigen met water, 4 voor reini
ging zonder water en 2 zogenaamde diepte
reinigers. Heel bijzonder noemt het Bio
therm de huile démaquillante satinante,
een reinigingsolie die het gezicht, inclusief
een niet te sterk opgebrachte oogmake-up,
in een keer reinigt. De olie wordt op een
droge huid aangebracht en verandert in een
melkachtige substantie (lait) als water
wordt toegevoegd. Licht inmasseren en af
spoelen met lauw water.
Ontwerpers als Karl Lagerfeld, Yves Saint Laurent, Chris
tian Lacroix en Gianni Versace showden afgelopen week
in Parijs hun ontwerpen voor deze zomer, maar de zo
merkleding die we over een half jaar dragen, ligt inmid
dels al in de winkel. De tijd dat couturiers van wereld
faam de mode dicteerden is voorgoed voorbij'. Geruime
tijd van tevoren bepalen grondstoffenfabrikanten, mode-
bedrijven, ontwerpers en stilisten in onderling overleg
wat de consument gaat dragen. Elk risico wordt uitgeslo
ten, want een misser kost miljoenen.
En als het slecht gaat met de
economie worden de kleuren
donkerder en de kleren minder
uitbundig. In deze tijden prefe
reert de chique intieme diner
partijtjes boven extravagante
bals. En bij intiem horen geen
glamour avondjurken maar
eenvoudige, doch dure, kleding,
zo viel in Parijs te horen.
Een andere conclusie is dat
de creatieve bronnen van de
ontwerpers zo langzamerhand
uitgeput raken. Echte cultuur
klappers zoals bijvoorbeeld de
fameuze minirok, die inmiddels
al enkele malen is herontdekt,
De jaarlijkse modeshows van
ontwerpers van haute couture
in de nieuwe Richelieu-vleugel
van het Louvre boden weinig
verrassingen. Een slimme mix
van keurig en ondeugend of
vooral veel verenpracht en een
vleugje antiek Eg\'pte, heette de
conclusie van de nauwelijks en
thousiaste internationale vak
pers.
Het kon ook niet anders, werd
er aan toegevoegd, want dat is
een gevolg van de verslechterde
economische omstandigheden.
zijn er al lang niet meer bij.
De invloed van de couturiers
die hun peperdure shows op
voeren in de modesteden Parijs,
Milaan, Londen en New York
neemt af, meent ook de Neder
landse ontwerper Frank Govers.
„De haute couture heeft geen
enkele invloed meer op de mo
de en zeker niet in Nederland.
Wat je ziet in de winkels is al
een jaar oud en meestal ook
buiten Nederland gemaakt".
„De laatste jaren is de bood
schap in de mode te verwaarlo
zen. Het is tegenwoordig grun
ge (een combinatie van nieuw
en tweedehands) en armoede-
look. De avant-garde vindt het
nieuw, maar geen enkel confec
tiebedrijf kan er mee uit de voe
ten. Want hoe kom je aan twee
dehands kleding? Grunge is
moordend voor iedereen die in
de mode zijn brood wil verdie-
Modelijnen
Govers staat er om bekend dat
hij zich niets wenst aan te trek
ken van trends en
nieuwe modelijnen,
al vindt hij in de
modegeschiedenis
wel inspiratiebron
nen. „Kleding is
geen dictaat. In
mijn collectie zul je
ook altijd verschil
lende stramiens
kunnen terugvin
den.".
Mikpunt van
Govers' kritiek zijn
met name de mode
instituten die belij
ningen en kleuren al
geruime tijd van te
voren op nationaal
en internationaal
niveau bekokstoven.
Deze instituten be
palen tezamen een
modetrend en laten
zich hierbij inspire
ren door alles wat ze
tegenkomen. Maar
het moet vooral niet
een te grote trend
breuk zijn met de
mode van het jaar
daarvoor. „De insti
tuten ziin zo voor
spelbaar, zó domi
nant. Het is altijd
voortborduren op
thema's van het jaar
daarvoor, zouteloos.
Elk initiatief van de
ontwerper wordt
door de instituten
weggenomen".
Het vest (gilet) is een blijvertje, niet alleen in de confectie maar ook in de haute
couture, de kleding voor enkele gefortuneerden. Gianfranco Ferre, de ontwerper van
het huis Christian Dior, maakt een opvallende creatie van een op zich 'eenvoudig'
turquoise pakje door het te combineren met een zwart vest met zwart/witte inzet
ten, al dragen de in de hals geknoopt sjaal en vooral de hoge hoed veel bij aan de
haute-couture-uitstraling. Conclusie: met een beetje inventiviteit kom je in de mode
heel ver, ook zonder haute couture. foto afp
Instituut
Zo n instituut is bij
voorbeeld het Ne
derlandsMode In
stituut, dat geves
tigd is in het Con-
fectiecentrum in
Amsterdam, tegen
woordig World
Fashion Centre ge
naamd. Het is voor
de kledingindustrie
en -handel een
soort vooruitge
schoven post voor
het oppikken van al
lerlei signalen uit de
samenleving en de
wereld. Deze signa
len worden vertaald
naar diverse mode
stijlen.
bij sledetypes vaak
moeite met stofnes
ten, zoals hoger ge
legen boekenplan
ken of de bovenkant
van kasten.
Ook ziet men er
vaak tegenop om
voor wat gemorste
kruimels dat hele
gevaarte te voor
schijn te halen.
Daarom wordt
dikwijls een 'krui
meldief aange
schaft, zo'n mini-
handstofzuigér die
met oplaadbare bat
terijen wordt ge
voed. Praktisch voor
losse kruimels, maar
voor hardnekkig vuil
is de motor niet al
tijd krachtig genoeg.
Dirt Vac
Er is nu een kleine
handstofzuiger met
een krachtige mo
tor: de Dirt Vac.
Daarmee kunnen
'moeilijke' plaatsen
met borstelmondstuk gebruikt zoals trappen snel worden ge-
om af te stoffen (efficiënter dan zogen. In tegenstelling tot een
een stofdoek of plumeau) heeft sledestofzuiger heeft hij geen
s een bodyshaper en het is niet de bedoe
ling dat er een slipje onder wordt gedragen.
De bodyshaper (10 denier) met lycra erin ver
werkt heeft daarom een zijden broekje met een
katoenen kruisje. Bodyshapers, zeggen ze bij
Marks Spencer, zijn ideaal onder strakke kle
ding. Het materiaal is antistatisch. Prijs per 2
paar: 12,95.