Vulkanoloog heeft goede neus nodig
cl
Wetenschap
Aandeel in aardobservatie
Sterilisatie met siliconen
Nieuw vaccin tegen malaria
Alcohol-auto geen succes?
'Nederland moet uiteindelijk
af van intensieve veehouderij'
Mislukt experiment
kleine criminaliteit
WOENSDAG 19 ME11993
PEN HAAG ANP
Nederland doet voor 260 mil
joen gulden mee aan een aantal
Europese programma's voor
„aardobservatie. De projecten
van de Europese ruimtevaartor
ganisatie ESA en van de Eu
ropese organisatie voor exploi
tatie van meteorologische satel
lieten lopen tot het jaar 2012.
De financiering van de 260
miljoen gulden is voor rekening
van de departementen econo
mische zaken, verkeer en water
staat, onderwijs en wetenschap
pen, vrom, landbouw, natuur
beheer en visserij, alsmede ont
wikkelingssamenwerking. Het is
de bedoeling dat de satellieten
rond de eeuwwisseling de lucht
in gaan.
Behalve de Europese pro
gramma's begint ook nog een
nationaal project. Het richt zich
op de ontwikkeling van een
milieu-instrument voor één van
de toekomstige satellieten
waarmee het inzicht wordt ver
groot in de samenstelling van
de atmosfeer. Dat gebeurt on
der meer door meting van ozon
en sporegassen.
ROTTERDAM GPD
Snijden in de mannelijke 'delen' voor sterilisatie is binnenkort mo
gelijk verleden tijd. Artsen werken aan een methode om een prop
van silicone in de zaadleiders te spuiten, waardoor geen zaadje
meer kan passeren. Voor het blokkeren van de eileiders van vrou
wen bestaat de methode al enkele jaren, onder de naam Ovabloc.
Het Rotterdamse bedrijf Alphatron Medical Systems, dat de silico
ne en de daarvoor benodigde apparatuur produceert, werkt nu aan
een mannelijke variant op het produkt, Vasoc genoemd.
Voor de sterilisatie van mannen heeft Alphatron in samenwerking
met de World Health Organization onderzoek verricht. Dit jaar zal
het klinisch onderzoek beginnen en daarvoor zoekt het bedrijf zo'n
1000 vrijwilligers. Bij de mannen is de ingreep simpeler dan bij
Wouwen: met een injectienaald zal de uroloog onder plaatselijke
verdoving van buitenaf bolletjes silicone in de zaadleiders spuiten.
Er zijn nu in Nederland veertien ziekenhuizen waar vrouwen met
de silicone worden behandeld. Bij vrouwen wordt de silicone met
een catheter ingebracht, terwijl de arts de zaak binnen met een
kijkbuis in de gaten houdt.
Sinds 1988 kregen zo'n 4000 vrouwen een silicone-bolletje in de
eileiders. Per jaar gaat het nu om ongeveer 1000 van de 15.000 ste
rilisaties, zo zegt commercieel-directeur drs. W. van Noort van
Alphatron.
In principe komt iedere vrouw voor behandeling in aanmerking. In
de praktijk blijkt echter dat het bij tien procent van de vrouwen niet
kan worden gebruikt, vanwege gesloten eileiders en vergroeiingen
in de baarmoeder. Het materiaal kan ook weer uit de eileiders wor
den verwijderd, maar het is niet zeker dat de vrouw dan weer
zwanger kan worden. „Daarom moet men Ovabloc voorlopig zien
als een definitieve vorm van geboortenregeling," zegt Van Noort.
GENEVE BOB KROON/GPP
- De wereldwijde strijd tegen ma
laria krijgt versterking in de
vorm van een veelbelovend
nieuw vaccin. Belangrijk is de
lage prijs van het vaccin, want
een serie van drie inentingen
kost minder dan een gulden.
De Wereldgezondheidsorgani
satie (WHO) wil hiermee on
middellijk een grote inentings
campagne beginnen in de ma-
lariagebieden van Tanzania en
Thailand. Het vaccin is een vin
ding van de 47-jarige Colom
biaanse immunoloog dr. Manu
el Pataroyo, die hieraan elf jaar
heeft gewerkt.
Volgens dr. Pataroyo werden
41.131 proefpersonen in Vene
zuela, Colombia en Ecuador ge
vaccineerd, van wie meer dan
de helft volledig immuun werd
voor deze gevreesde tropische
ziekte, die jaarlijks meer dan
een miljoen slachtoffers eist.
Van de ingeënte kinderen werd
zelfs 77 procent immuun voor
de plasmodium falciparum-pa-
rasiet, die de gevaarlijkste vorm
van malaria veroorzaakt.
Dr. Pataroyo, hoofd van de af
deling immunologie van de uni
versiteit van Bogota, zei dat hij
zijn vinding belangeloos aan de
WHO ter beschikking had ge
steld, omdat hij het vaccin uit
handen wilde houden van de
farmaceutische industrie. „Ik
ben niet uit op winstbejag, an
ders was ik nu al multi-miljo-
nair geweest. Bovendien heeft
de Colombiaanse regering be
taald voor mijn research met als
oogmerk hulp aan arme men
sen in de ontwikkelingslanden".
Malariaspecialisten van de
WHO zeggen het nieuwe vac
cin, dat langs chemische weg
blokkeert dat de malariaparasiet
in menselijke cellen doordringt,
te beschouwen als „een veelbe
tekenende ontwikkeling, maar
nog niet als een triomf'. Dr. Pa
taroyo: „Ik zeg niet dat dit hét
absolute middel is, maar wel
een belangrijk wapen. Over een
paar jaar kunnen we een defini
tief oordeel vellen".
RIO DE JANEIRO PHIL DAVISON
Brazilië stopt wellicht met zijn unieke experiment van op alcohol
rijdende auto's. Met de oliecrisis leek het plan in 1975 een goed
idee. En dat is het nog steeds, tenminste in de ogen van ecologen
en van de vier miljoen bezitters van auto's die op suikerriet-alcohol
rijden.
Alcohol-auto's produceren veel minder vervuiling dan hun benzi-
ne-auto's en ze dragen niet bij aan het broeikaseffect. Maar nu de
olieprijzen zijn gedaald, is de suikerriet-alcohol per vat veel duur
der dan geïmporteerde olie. En dat kost de arme Braziliaanse staat
een vermogen aan subsidies.
Boze tongen beweren dat de overweging om het alcohol experi
ment te staken mede is ingegeven door politieke druk van de auto
industrie en van het staatsenergiebedrijf Petrobras, dat een mono
poliepositie inneemt. Voor beide partijen bieden benzinemotoren
lucratievere mogelijkheden. Maar de alcohol-auto's zijn goedkoper,
zowel in aanschaf als in brandstofverbruik. Een liter 'gasohol' (een
mengsel van ruwweg 80 procent benzine en 20 procent alcohol)
kost ongeveer 98 cent terwijl alcohol voor 70 cent per liter wordt
verkocht.
Als de alcohol-produktie wordt stopgezet, zullen de alcoholmoto
ren moeten worden omgebouwd tot benzinemotoren, een operatie
die de gemiddelde Braziliaanse arbeider ongeveer twee jaarsalaris
sen kost.
De suikerriet-industrie heeft altijd dankbaar gebruik gemaakt van
het milieu-argument. Maar de afgelopen jaren zijn er meermaals
tekorten opgetreden, soms omdat de oogst tegenviel, maar meestal
omdat de wereld-suikerprijs hoog was, en de boeren hun produktie
gewoon als suiker verkochten, ongeacht de landelijke behoefte aan
brandstof. En wanneer de suikerprijs laag was, schoten de boeren
er ook niet bij in. Petrobras is wettelijk verplicht de suikerriet-alco
hol te subsidiëren en de prijs van ethanol beneden de prijs van gas
ohol te houden.
Volgens de suikerboeren kunnen de produktiekosten van ethanol
drastisch omlaag als de staat hierin wil investeren. De pulp die van
de geplette rietstengels overblijft, de bagasse, wordt als veevoer ge
bruikt. Andere restprodukten leveren een goede kwaliteit meststof.
Het restafval wordt verbrand in stoomturbines die stroom opwek
ken.
VERTAUNG MARGREET HESUNGA
Ophanden zijnde eruptie iets beter te voorspellen
Op 9 maart kwam de vul
kaan Guagua Pichincha in
Ecuador tot uitbarsting.
Drie dagen later togen
twee jonge vulkaandeskun
digen op weg om te zien en
op video vast te leggen wat
er was gebeurd en om me
tingen te doen. Toen
schokte de vulkaan voor de
tweede keer. Een inder
haast georganiseerde red
dingsexpeditie vond de ge
deeltelijk verbrande over
schotten van de twee vul-
kanologen.
LEIDEN BEN APELDOORN
Krap twee maanden eerder
kwamen negen mensen om het
leven tijdens de plotselinge
eruptie van de Galeras-vulkaan
in Colombia. Zes van hen waren
ervaren vulkanologen. In 1991
kwam een vulkanoloog niet op
tijd weg tijdens een plotselinge
lavavloed uit een zijkrater van
de Indonesische vulkaan Lo-
kon-Umpong.
In mei '91 kostte de zware
eruptie van de Japanse vulkaan
Unzèn het leven aan 43 men
sen, onder wie drie vulkanolo
gen. De eruptie van de Ameri
kaanse vulkaan Mount St. He
lens, in de staat Washington,
eiste in mei 1980 57 mensenle
vens inclusief dat van één vul
kanoloog.
Een jaar eerder kwamen twee
vulkanologen om tijdens een
onverwachte oprisping van de
Karkar-vulkaan op Nieuw-Gui-
nea. Dat was 27 jaar na de enor
me explosie van de Japanse vul
kaan Myojin-sho die 31 mensen
doodde, onder wie het tot dus
verre onovertroffen aantal van
negen vulkanologen. In 1951,
één jaar vóór Myojin-sho, spatte
de Indonesische vulkaan Kelut
uiteen tijdens een bezoek van
drie vulkanologen, die vier fa
milieleden hadden meegeno
men die ook wel eens wat wil
den zien. Dat brengt het aantal
vulkanologen dat gedurende de
laatste veertig jaar op de werk
plek om het leven kwam op 27.
Bij het totale aantal doden
van vulkaanerupties zinkt dit
getal natuurlijk in het niet. Toch
is het, volgens andere onder
zoekers, opvallend omdat juist
Een amateurfotograaf maakte bij toeval deze serie van de exploderende vulkaan Mount St. Helens in 1980 op 24 kilometer afstand. Naast een vul
kanoloog kwamen nog tientallen mensen bij de uitbarsting om het leven. foto vern hodcson
vulkanologen op de hoogte be
horen te zijn van de gevaren die
van werkende vulkanen uit
gaan. Kennelijk zijn geofysici en
vulkaandeskundigen nog onvol
doende op de hoogte van de
precieze gang van zaken vlak
voor en tijdens een vulkaanuit
barsting.
Toch zijn de wetenschappers
niet erg te vinden voor strenge
re regels. „Ach, waarom eigen
lijk?", meesmuilt Stanley Willi
ams, een geofysicus van de Ari-
zona-universiteit, die dit jaar op
de Colombiaanse vulkaan Gale-
ras een schedelbasisfractuur,
een verbrijzeld been en derde
graads verbrandingen opliep.
„Je neemt in dienst van de we
tenschap risico's en als zo'n
ding het op z'n heupen krijgt,
maakt het niks uit of je je helm
wel of niet op je hoofd hebt".
Toch gloort er sinds kort ook
ander licht in de snikhete, on
dergrondse vulkaankrochten
dan dat van gloeiend magma.
Licht van een internationaal
team van vulkanologen die in
het versteende braaksel van de
Japanse vulkaan Unzèn iets
hebben gevonden dat kan hel
pen bij de vraag wanneer een
(zware) uitbarsting ophanden is
en wat daarbij allemaal naar
buiten kan komen. De onder
zoekers hebben de samenstel
ling onderzocht van magma dat
de vulkaan in 1991 naar buiten
wierp. Daar is ook materiaal bij
dat de vulkaan tijdens erupties
gedurende de laatste 300.000
jaar vormde.
In het materiaal blijken na
melijk duidelijke verschillen in
isotopensamenstelling voor te
komen en dan vooral van die
van het element neodymium
(Nd). Van dit, ruim 100 jaar ge
leden ontdekte element bestaan
van nature zeven isotopen die,
op één na (het licht radioactieve
Nd-144), alle stabiel zijn. Het
blijkt nu dat de verschillen terug
te voeren zijn op de zwaarte van
de erupties. Dus: hoeveel mate
riaal er werd geproduceerd.
„We hebben een verklaring
voor die relatie", zegt Chang-
Hwa Chen, zowel verbonden
aan de universiteit van Califor-
nië als aan het instituut voor
aardwetenschappen op Taiwan
en één van de teamleden.
„Magma wordt diep onder een
vulkaan in zekere reservoirs op
geslagen, containersgewijs ei
genlijk. Door smeltprocesscn
met net omringende aardmate-
riaal en iets dat wij chemische
filtering noemen, ontstaat per
container een zekere isotopen -
verhouding".
Elke 'container' komt bij een
al dan niet zware eruptie een
keer aan de beurt en je kunt
met metingen aan de isotopen
als het ware 'ruiken' hoe groot
de betreffende container, het
reservoir, is. Met andere woor
den: meten is weten hoeveel tijd
met een eenmaal ingezette
eruptie heen zou kunnen gaan,
zodat de schade zoveel mogelijk
beperkt kan worden. Een vul
kaan beletten om tot een erup
tie te komen zal wel nooit luk
ken, maar er is al veel gewon
nen als je de klap kunt zien aan
komen en, zeker niet minder
belangrijk, kunt schatten hoe
hèrd hij aan zal komen. Ook
vulkanologen zullen daar wel bij
varen.
WAPENINGEN «*HENK HELLEMA
In 1979 werd aan de Land
bouwhogeschool in Wagenin-
gen een leerstoel 'ethologie'
(diergedrag) ingesteld. Prof-
P. R. Wiepkema werd be
noemd en verrichtte onderzoek
naar het welzijn van dieren in
de veeteelt. „Ik heb de indruk
dat mijn ideeën door veehou
ders redelijk goed zijn opge
pikt', zegt Wiepkema, die on
langs afscheid nam van de
Landbouwuniversiteit.
Wij zijn eerst 'gewoon' gaan
kijken wat dieren deden, aldus
de Wageningse hoogleraar. Die
eerste gedragsstudies werden
vooral bij fokzeugen gedaan.
„Deze dieren werden altijd aan
gebonden. Wanneer dat ge
beurde, probeerden zij eerst los
te komen. Later gingen zij over
op stang- of kettingbijten, tot
wel tien uur per dag."
In contacten met artsen ble
ken dergelijke stereotype gedra
gingen ook bij psychiatrische
patiënten voor te komen, aldus
Wiepkema. „In samenwerking
met prof. J. M. van Ree van het
Rudolf Magnus Instituut in
Utrecht hebben wij kunnen
aantonen dat bij dit stereotype
gedrag in de hersenen stoffen
vrijkomen, waardoor het dier
kalmeert. Door het stangbijten
gaat ook de hartslag omlaag.
Spoten wij bij deze fokzeugen
een stof in die de werking te
genging, dan hield het stereoty
pe gedrag al binnen een minuut
of tien op. Bij dat gedrag gaat
het dier door een piek van zwa
re stress heen."
De stress leidt ook tot een
verlaging van hun natuurlijke
afweer, met als gevolg dat zij
vatbaarder waren voor infecties.
De zeugen wierpen per worp
minder biggen dan onder 'nor
male' omstandigheden. En er
traden bij de dieren ook orgaan
beschadigingen op."
Tijdens zijn hoogleraarschap
heeft Wiepkema zich sterk ge
maakt voor groepshuisvesting.
Volgens hem zou je fokzeugen,
Prof. Wiepkema: „De consument moet weer een geloofwaardig beeld
krijgen van de veehouderij. foto rein heij cpd
maar ook vleeskalveren en kip
pen, samen in een groep moe
ten huisvesten. „Die groepen
kun je niet zomaar lukraak sa
menstellen. Er moet een zekere
hiërarchie binnen de groep be
staan, dat geeft stabiliteit. En de
dieren moeten in zekere mate
bij elkaar passen. Er bestaat ook
zoiets als sociale ondersteuning.
Zo zijn er aanwijzingen dat de
hartslag van dieren die elkaar
belikken, omlaag gaat. Met an
dere woorden: het belikken
heeft een kalmerende werking."
Wiepkema heeft zijn onder
zoeksresultaten gebruikt om de
landbouwwereld duidelijk te
maken dat bij veel dieren spra
ke was van gestoord gedrag. „Er
waren heel wat boeren die het
wel met mij eens waren en hun
dieren zo goed mogelijk behan
delden. Maar zeker niet alle
maal. Deze laatsten verweten
mij idealistisch te zijn, niet eco
nomisch te denken. Maar ik
wierp hen dan altijd tegen dat
de Nederlandse landbouw zich
steeds rijk heeft gerekend. Dat
er in het kostenplaatje nooit re
kening is gehouden met de kos
ten van vervuiling en de enor
me afname van de werkgele
genheid door automatisering."
Voor de veehouderij is het
van het grootste belang dat de
consument weer een geloof
waardig beeld van haar krijgt,
zegt Wiepkema. Volgens de
scheidende hoogleraar moeten
wij in Nederland uiteindelijk af
van de intensieve veehouderij'.
„In overleg met de boeren moe
ten wij deze op een fatsoenlijke
manier afbouwen. Doen wij dat
niet, dan loopt het gegaran
deerd spaak."
Het betekent in de eerste
plaats een aanzienlijke reductie
van de veestapel. „Maar op den
duur zullen wij moeten over
stappen op een ecologische ma
nier van landbouw bedrijven. Er
moet evenwicht komen tussen
wat er in de veehouderij wordt
ingebracht en wat eruit gaat. De
Nederlandse landbouw moet
weer een gesloten systeem vor
men."
DRACHTEN NICO HVLKEMA
Sinds het taboe op het spreken
over met name de 'kleine' cri
minaliteit in het begin van de
jaren tachtig verdween, heeft de
sociale wetenschap zich volop
op dit verschijnsel gestort. Ka
merbreed wenste men rond die
tijd de groei van die criminali
teit een halt toe te roepen. De
commissie-Roethof kwam met
rapporten, die de nodige aan-
dacht trokken. Menig experi
ment ging van start. Maar heeft
het geholpen?
Socioloog Dirk Duipmans
(42) uit Drachten heeft een van
de grotere experimenten aan
een nader (promotie)onderzoek
onderworpen. Dat experiment
ging uit van een minder tradi
tionele aanpak dan het open
trekken van een blik politie
agenten. Jeugdige criminelen
moesten weer een binding met
de maatschappij krijgen.
Het arrondissement Gronin
gen was proefgebied voor een
dergelijk experiment. Er moest
een structuur komen waarbin
nen politie, justitie en jeugd
hulpverlening een samenwer
kingsverband aangingen. Dat
verband moest hulp bieden aan
jongeren die met de politie in
aanraking kwamen.
De gedachte achter het expe
riment was dat het criminele
gedrag van kinderen enerzijds
gezien kon worden als een soort
van groeistuip die weer over
gaat, maar anderzijds als een
signaal van een maatschappe-
lijk probleem. De opeenstape
ling van weinig opleiding, wei
nig inkomen en nauwelijks
zicht op perspectieven op de ar
beidsmarkt, zou een bepaalde
groep jongeren extra gevoelig
maken voor de overstap naar
crimineel gedrag.
De traditionele hulpverlening
werd niet toegankelijk geacht
voor deze groep jongeren. Het
moment dat jongeren vanwege
hun gedrag in contact met ae
politie kwamen, zo dacht men,
was het meest gunstige ogen
blik om iets te bereiken. Zo zou
je dit ongewenste gedrag kun
nen terugdringen.
Duipmans ploos de deelne
mende gemeenten na op het
voorkomen van criminaliteit
voor en na het experiment en
ter controle onderzocht de so
cioloog een gemeente in Fries
land. De conclusie van zijn on
derzoek stemt tot weinig vreug
de. Eigenlijk heeft het experi
ment niet de verwachte resulta
ten opgeleverd. In de gecontro
leerde gemeenten die aan het
experiment deelnamen, was er
geen duidelijk verschil te mer
ken tussen de periode voor en
die van na het experiment. Ook
de controlegemeente vertoonde
weinigverschil.
Korter lopende experimenten
elders hadden ongeveer dezelf
de resultaten te zien gegeven.
De oorzaken voor het misluk
ken van de experimenten is niet
duidelijk. Duipmans: „Mis
schien was de gedachte achter
die experimenten wat te simpel.
Veel genoemde oorzaken zijn
binnen het arrondissement niet
op te lossen, zoals werkgelegen
heid. Als je zulke jongeren bij
voorbeeld een opleiding biedt
tot chauffeur, moet je wel werk
gevers zo ver krijgen dat ze deze
jongeren een kans geven, an
ders vergroot je de frustratie al
leen maar."
Een duidelijk toekomstper
spectief staat Duipmans niet
voor ogen. „Criminaliteit is er
altijd geweest en zal ér ook blij
ven. Die normale ontwikkeling
hebben we wat over het hoofd
gezien. Nu moeten we eerst
maar eens nadenken over de
theorievorming hoe criminali
teit en samenleving in elkaar in
grijpen. Duidelijke oplossingen
zijn er nu niet. Wellicht het Rot
terdamse experiment 'Dwang of
drang', dat minder vrijblijvend
is en uitgaat van meer drang.
Dat zou misschien wel eens iets
kunnen biedenzegt Duip
mans heel voorzichtig.
Chinese inscriptie
ruim 4000 jaar oud
Chinese archeologen hebben
op aardewerk van meer dan
4.200 jaar oud inscripties ont
dekt die erop wijzen dat het
Chinese handschrift zeker 1.000
jaar ouder is dan tot nu toe
wordt aangenomen.
De vondst werd gedaan bij op
gravingen van de overblijfselen
van de oude stad in het dorp
Dinggong in de provincie
Shandong. Op de onderkant
van het aardewerk vielen elf ka
rakters te lezen die niet over
eenkomen met het bekende
Chinese schrift.
Het oudste handschrift dat tot
nu bekend was. het Jiaguwen-
schrift, dateert naar wordt aan
genomen uit de 16de tot de
11de eeuw voor Christus.
NMR-centrum
in Nederland
UTRECHT .ANP
Nederland krijgt als één van de
eerste landen in de wereld een
750 MHz NMR-spectrometer.
Dit apparaat is het krachtigste
dat er te koop is. Onderzoekers
kunnen hiermee de structuur
bepalen van koolhydraten,
DNA-fragmenten en eiwitten.
De spectrometer komt te staan
in Utrecht en staat open voor
buitenlandse onderzoekers.
De EG heeft voor het centrum
2,2 miljoen gulden beschikbaar
gestela. Waarschijnlijk werkt
het apparaat al eind dit jaar.
NMR betekent nuclear magne
tic resonance, in het Neder
lands kernspinresonantie. De
techniek maakt gebruik van een
krachtige magneet. Onderzoe
kers kunnen daarmee de struc
tuur van stoffen en de samen
stelling van onbekende meng
sels achterhalen.
Japan heeft ook
'Peking-mens'
Archeologen hebben stenen
werktuigen gevonden die erop
wijzen dat mogelijk een half
miljoen jaar geleden al mensen
leefden in Noord-Japan. Japan
zou daarmee zijn eigen 'Peking-
mens' hebben.
Volgens Hiroshi Abe, onderzoe
ker van het Tohoku museum,
hebben archeologen de afgelo
pen vijf jaar 45 delen van werk
tuigen opgegraven bij de ruïnes
van Takamori, ruim 300 kilome
ter ten noordoosten van Tokyo.
De vondsten zijn gedateerd op
500.000 jaar.
Aan het eind van de jaren twin
tig werden rond de Chinese
hoofdstad resten gevonden
waaruit wetenschappers afleid
den dat een half miljoen jaar
geleden in China primitieve
mpnsen moeten hebben ge
leefd. Omdat wetenschappers er
van uit gaan dat de Japanse ar
chipel in het stenen tijdperk aan
het Aziatische continent heeft
vastgezeten, was altijd gespecu
leerd dat Japan zijn eigen versie
van de 'Peking-mens' zou heb
ben.
Prof. Van Bekkum
krijgt Akzo-prijs
ARNHEM ANP
De Akzo-prijs voor wetenschap
pelijk onderzoek is toegekend
aan prof. dr. Ir. H. van Bekkum,
hoogleraar organische chemie
en katalyse aan de Technische
Universiteit (TU) in Delft. De
prijs bestaat uit een oorkonde
en een geldbedrag van 25.000.
Van Bekkum krijgt de prijs 'ter
bekroning' van zijn onderzoek
op het gebied van katalyse,
koolhydraten en organische co-
ordinatiechemie. De prijs wordt
22 oktober in Arnhem uitge
reikt. Van Bekkum was onder
meer werkzaam bij het ShelMa-
boratorium in Amsterdam. Ook
was hij rector magnificus van de
TU Delft.