Rapper waarschuwt voor Duitsers 'Een voorbeeld van architectonische perfectie' Landschap als inspiratiebron Cultuur Kunst Chailly in element in 'vroege Mahler' MAANDAG 28 DECEMBER 1992 België verliest Vader der Smurfen brussel De Belgische tekenaar Pierre Culliford, beter bekend onder zijn artiestennaam Peyo, is donderdag in zijn woonplaats Brussel op 64-jarige leeftijd overleden. Culliford was eind jaren vijftig de schepper van de Smurfen, kleine blauwe stripfiguren die in de loop der jaren heel de wereld veroverden. Naast de stri palbums ontstond een hele industrie van Smurf-snuisterijen, - speelgoed en -tekenfilms. Bij de Franse stad Metz werd vorig jaar zelfs een Smurfenpretpark geopend. In ons land werden de smurfen in 1977 onderwerp van een lied van Vader Abraham, die er een enorme hit mee scoorde. Met zijn creatie werd Peyo na Kuifje-schepper Hergé de bekendste Belgische striptekenaar. Vorige maand verscheen het zeventiende en laatste smurfenal bum van Culliford. Meester-pianist Magaloff overleden den haag In zijn woonplaats Vevey in Zwitserland is zaterdag, op 80-jarige leeftijd, de beroemde pianist Nikita Magaloff overle den. De Zwitserse pianist van Russische afkomst studeerde in Parijs en had les in compositie van Prokofjev. Magaloff was vooral bekend als vertolker van Chopin maar bewees net zo goed met zijn Mozart-, Beethoven-, Schumann- en Liszt-opvoe- ringen een van de grootste pianisten van zijn generatie te zijn. Magaloff blonk ook uit in het vroeg-moderne repertoire en met name ProkoQeven Stravinski. Sinds 1937 maakte hij talloze toer- nees en gaf concerten over de hele wereld, waarbij hij ook regel matig in Nederland optrad. Bij de grote Europese internationale muziekfestivals had Magaloff vaak zitting in de jury. Schrijfster Monica Dickens overleden londen De Britse auteur Monica Dickens is op eerste kerstdag op 77-jarige leeftijd overleden. De achterkleindochter van Char les Dickens heeft veel werken op haar naam staan. Zij publiceer de bijna ieder jaar een boek sinds haar eerste bestseller uit 1939 'One pair of hands'. Haar eerste werken waren gebaseerd op haar ervaringen als kok, verpleegster en verslaggeefster van een plaatselijke krant. Na haar huwelijk met marinecommandant Roy Stratton in 1951 bracht zij een groot deel van haar leven door in Cape Cod in de Amerikaanse staat Massachusetts. Dic kens leed aan kanker en werd in een ziekenhuis in Reading bij Londen verpleegd. Haar laatste boek 'One of the family' zal in mei volgend jaar worden gepubliceerd. Eerste uitvoering Concertgebouworkest muziek recensie» rik ages Eurovisie Kerstmatinee: 'Das klagende Lied' van Gustav Mahler. Groot Omroep koor en Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Riccardo Chailly; m.m.v. Charlotte Margiono (sopraan), Jadwiga Rappé (alt), Hans Peter Blochwitz (tenor) en Andrzej Dobber (bariton). Gehoord: Concertgebouw, Amsterdam. De laatste vier Kerstmatinees ging het Concertgebouworkest (KCO) 'vreemd' met achtereen volgens Orff, Ravel, Liszt en Ver di. Hoewel dat succesvolle con certen waren, zullen velen met vreugde hebben geconstateerd dat het KCO dit jaar terugkeerde naar de oude liefde: Mahler. Op het programma stond diens eerste grote compositie, de koorballade 'Das klagende Lied'. De door Mahler zelf geschre ven driedelige tekst gaat over een koningin die bereid is te trouwen met de man die een bepaalde bloem kan vinden. Twee broers doen een poging. De jongste vindt de bloem, maar wordt vermoord door zijn broer, die met de bloem naar de koningin gaat. De zaak komt aan het licht als een speelman, die van een van de botjes van de vermoorde broer een fluit heeft gemaakt, aan het hof verschijnt. Tijdens zijn fluitspel klinkt de stem van de vermoorde'die de geschiede nis vertelt. De koningin zakt in elkaar: weg huwelijk. Eind slecht al slecht. Het Concertgebouworkest voerde het werk voor het eerst uit in de oorspronkelijke vorm, dus met het door Mahler bij een revisie geschrapte eerste deel, het enige waarin de bariton een kleine rol heeft. Dat laatste is misschien de praktische reden waarom de componist het 'Waldmarchen' wegliet. Maar ook muzikaal heeft het niet de kwaliteit van de andere delen. Ook Chailly wist weinig eenheid te brengen in de onsa menhangende fragmentjes. Het mist daarnaast de innerlijke rust die de mooie en direct zo Ma- hleriaanse inleiding van het tweede deel, 'Der Spielmann', wel heeft. Charlotte Margiono, Jadwiga Rappé en Hans Peter Blochwitz Casten wat timbre betreft goed ij elkaar en deden voor elkaar niet onder in klankschoonheid, hartstocht en souplesse. Maar helaas hadden vooral de alt en de tenor soms moeite boven het orkest uit te komen. Toch bleek dat op de nader hand bekeken opname van het door de AVRO mooi in beeld gebrachte concert, mee te val len. Maar jammer is wel dat de dynamische verschillen op de televisie veel minder groot zijn dan in werkelijkheid. Hoewel de klank van het Con certgebouworkest niet stuk te krijgen is, lijkt Chailly zich niet in eerste instantie te richten op een mooie toon; hij wil drama, expressie, extreme contrasten en spektakel. Zoals aan het be gin van het derde deel, 'Hoch- zeitsstück', waarin veel bekken slagen, trompet- en hoornge schal, een Fem-Orchester op de gang en vooral uitbundige zang van het prachtig zingende Groot Omroepkoor de dirigent in zijn element brachten. Na zo'n uitspatting brengt hij het orkest met één beweging weer tot doodse stilte, waarna het plotseling iets liefelijks be gint. Want ook in dit eerste gro te werk van Mahler draait het al om de hem typerende strijd tus sen natuurklanken en donde rend geweld, tussen liefde en dood; een thema waarmee Chailly goed raad weet. J. stelt zich ten doel de hele wereld wakker te schudden Uiterst ontspannen is hij zojuist van zijn huurfiets ge stapt, tot grote opluchting van zijn in het hotel achterge bleven lijfwacht. Even een rondje door Amsterdam, J. kon het toch niet laten, maar zou beter moeten weten. An derzijds, wie voortdurend met de dood wordt bedreigd went eraan en neemt op den duur vanzelf de veiligheids maatregelen niet meer zo nauw. Wat er dan met deze slungel achtige, langharige jongeman aan de hand is? Een heleboel. Om te beginnen is deze als Jens Müller geboren 'Eurorapper' af komstig uit Oost-Berlijn, maar hij opereert al ruim twee jaar vanuit Parijs. Engels is zijn voer taal, de alarmerende toestand in het verenigde Duitsland zijn obsessie. J., 21 jaar en multi-in- strumentalist, heeft zich tot doel gesteld de hele wereld walcker te schudden, te wijzen op het steeds grotere gevaar dat Europa bedreigt. 'The BEAST no one ever tamed' luidt een van de meest felle waarschuwingen op zijn debuutalbum 'we ARE the MAJORITY" en het ontem bare, onverzadigbare beest heet Duitsland. Niet minder ondub belzinnig is 'first THEY came', grotendeels een geleende tekst van de door de nazi's vervolgde dominee Martin Niemöller die gaat over de oprukkende vervol gingswaanzin. Tegenover al die sombere ontwikkelingen ziet J. zoals hij in het titelnummer van zijn muzikale manifest aan geeft maar één probaat alter natief: het snel mobiliseren van de weldenkende meerderheid, voordat het te laat is. Die race tegen de klok had natuurlijk veel eerder van start moeten gaan, beseft J. ('Niet meer dan een gemakkelijke bij naam') als geen ander. „Ik had me er ook liever niet mee be moeid, want voor alles ben ik muzikant. Maar, omdat ik maar zo weinig vastberaden en doel gerichte geluiden tegen al die verderfelijke neo-nazi-propa- ganda hoor ben ik zelf maar mijn verontrusting gaan ver woorden," aldus de uitgeweken Berliner, die het liefst zijn te genstanders zou doodzwijgen, 'omdat elke vermelding voor hen een nieuwe overwinning betekent'. Voortrekkersrol J. gelooft niet dat hij 'thuis' het gezonde verstand beter kan die nen dan in het buitenland. Het beteugelen van de Duitse eigen dunk en de daaruit voortvloei ende machtswellust is in zijn ogen immers nog eerder een taak voor de omringende lan den. „En daar ziet men de op komst van het moderne fascis me helaas nog steeds als een soort randverschijnsel. Omdat de eigen bewegingen in die richting onschuldiger en min der agressief zijn. Het Front Na tional in Frankrijk is natuurlijk verachtelijk, maar gaat toch lang niet zo ver als extreem rechts in Duitsland. Men moet echter niet vergeten dat de Duitse neo-nazis wel een voor trekkersrol vervullen. Als zij de grenzen kunnen verleggen, dan volgen de geestverwanten el ders vroeg of laat ook." Ook zonder deze strategische drijfveer zou J. zijn heil over de grens hebben gezocht. Muzi kaal is hij via Jimi Hendrix, AC/DC en Prince al vanaf zijn twaalfde aan de gitaar verslin gerd immers 'te on-Duits' bezig. De Amerikaanse produ cer Jack Rieley (bekend van Beach Boys tot Kool The Gang) constateerde dat drie- eënhalf jaar geleden al, ging toen ook prompt met hem aan de slag, maar stuitte al snel op zeer fanatieke tegenwerking van de Oostduitse autoriteiten. Voornaamste oorzaak: de vlucht van Jens' jongere broer Kai naar het westen zes maanden tevo ren. De basis voor een nauwe sa menwerking was echter gelegd, waardoor J. zich bij zijn aan komst in de Franse hoofdstad eigenlijk al verzekerd wist van een beloftevol platencontract. Na een flink deel van het voor schot in het opzetten van een fax-bulletin ('Germany Alert', met postbussen in New York en Amsterdam) te hebben gestopt kon J. in juni 1991 beginnen met het opnemen van zijn visi tekaartje. Daarbij kreeg hij tech nische assistentie van twee zwaargewichten: Ran Jak (eer der in dienst bij Prince) en John Leckie (producer van onder meer Simple Minds, XTC, Stone Roses). De lancering van 'de Eu ropese tegenhanger van Public Enemy' werd vervolgens \isueel verder opgetuigd door Madon na's favoriete fotograaf en 'clip maker' Jean-Baptiste Mondino. Concurrent Uit deze bundeling van louter topkrachten kan terecht de con clusie worden getrokken dat platenfirma Polygram met J. verder kijkt dan de eerste ophef rond zijn stoutmoedige 'we ARE the MAJORITY'. De hoogste ba zen zien in hem wel degelijk een serieuze concurrent voor de Amerikaanse rap-elite. Norma liter legt zo'n verwachtingspa troon een loden last op iemands schouders. Zoniet bij J.: „Willen mijn boodschappen de hele we reld bereiken, dan zal ik inder daad muzikaal minstens zo boeiend moeten zijn als wat voor de absolute top op hip hop-gebied doorgaat. Tot nog toe zijn dat steeds Amerikanen geweest, maar hun historische voorsprong houdt natuurlijk een keer op." voorschoten miep de graaff 'Een daverende herrijzenis van de oude zilverfabriek van Van Kempen Begeer'. In dergelijke gloedvolle bewoordingen wordt het huidige hoofdkantoor van modeconcem Mexx aan de Voorschotense Leidseweg ge noemd in het boek 'Mooi Ge bouwd Nederland'. Daarin is een selectie van de 50 mooiste voorbeelden van architectuur van na de oorlog in ons land opgenomen. Overigens wordt het Mexx-gebouw door de meeste Voorschotenaren ge woon nog hardnekkig 'De Zil verfabriek' genoemd, al is Van Kempen er alweer zeven jaar uit verdwenen. Maar wat wil je: de Koninklijke Van Kempen en Be geer was er ruim 100 jaar in ge vestigd en heeft talloze Voor schotenaren als werknemer ge had. Het is nu het gebouw van Mexx, want het bedrijf heeft er niet voor niets ettelijke miljoe nen aan gespendeerd. Dat het tot de 50 mooiste van het land behoort, zal het bedrijf niet di rect van verbazing doen omval len. Twee jaar geleden werd het complex, verbouwd door de Amerikaanse architect Robert Stem, in zijn thuisland be kroond met een eervolle ver melding. Dat was ter gelegen heid van de 'accent on architec ture'-festiviteiten in Washing ton. Ook bij die gelegenheid vielen termen als 'een voor beeld van architectonische per fectie'. In 1988 kwam de renovatie van het geroemde Voorschoten se bouwwerk na anderhalf jaar gereed. Daarbij werd het voor ste gedeelte van de fabriek met de 70 meter lange gevel in oude luister hersteld. De fabrieks- ruimten achter het hoofdkan toor werden gesloopt en daar voor in de plaats verscheen een futuristisch ogende nieuwbouw. Aan de buitenkant valt vooral op dat de gevels van glas en alu minium nergens recht lopen. Dat is bedoeld om in het ge bouw een opvallende lichtinval te laten ontstaan. Opmerkelijk is dat de nieuw bouw vanaf de Leidseweg niet zichtbaar is. Alleen de uit 1858 daterende voorgevel staat daar te pronken. Een gevel die de schrijver van 'Mooi Gebouwd Nederland' betitelt als 'een ro- coco-achtige facade'. De om schrijving van het Mexx-ge bouw begint met de zin: „Laat het postmodernisme nu toch iets positiefs hebben voortge bracht in Nederland." En: „Met zorg voor de traditie heeft Stem de boogvormige ramen terug laten terugkeren in de nieuwe vleugels erachter, zodat er een lichte verwarring optreedt. Is dit nu van Van Kempen of van Stem, van zilver of van katoen? De hele aankleding van de re ceptie en het atrium straalt een voornaamheid uit zoals die al leen nog door een Amerikaan bedacht kan worden." En zo gaat het maar door met de lyri sche omschrijvingen. Tot slot: degene die wil zien hoe de Zilverfabriek er vóór de grootscheepse verbouwing uit zag, moet eens naar Ma- durodam. Daar staat de oude gevel al sinds jaar en dag te kijk. Mét een extra verdieping, die het echte gebouw nooit heeft gehad. Van Kempen betaalde... 'Mooi Gebouwd Nederland - de selectie van 50 mooiste', door Jaap Huisman, Sdu uitgeverij. De fabrieksruimten achter het in oude luister herstelde hoofdkantoor van de vroegere zilverfabriek werden gesloopt Daarvoor in de plaats ver scheen futuristisch ogende nieuwbouw. foto henk bouwman Wim Beeren bekijkt een aantal kunstwerken in de Beurs van Berlage. De door hem samengestelde tentoonstelling 'Het Hollands Museum' geeft een schets van de ontwikkeling van de kunst in Nederland aan de nand van landschappen. foto aa 'Het Hollands Museumtoont ontwikkeling Nederlandse musea amsterdam gpd „Dit is geen grote parade, maar een kleine wandeling door de geschiedenis. Deze ex positie is zeker geen pleidooi voor een Hol lands Museum, maar toont wel belangrijke momenten in de ontwikkeling van de Ne derlandse musea." Stedelijk Museum-di recteur Wim Beeren maakte met deze toe lichting duidelijk welke bedoeling hij heeft met de samenstelling van de expositie 'Het Hollands Museum' in de Beurs van Berlage in Amsterdam. De Stichting de Beurs van Berlage wil voortaan elke twee drie jaar een gastcon servator een tentoonstelling onder de titel 'Het Hollands Museum' laten inrichten. Na de succesvolle Cobra-tentoonstelling die Beeren in de momumentale schepping van Berlage realiseerde, lag het voor de hand de scheidende museumdirecteur daarvoor als eerste te vragen. Beeren heeft een expositie gemaakt die aantoont dat kunstenaars ondanks enorme veranderingen steeds opnieuw door het Hollandse landschap werden geïnspireerd. „Van de 19e-eeuwer Muyen tot en met Ger van Elk vinden we veel poëzie en lyriek in de Hollandse landschappen terug. Dat bleek heel opvallend", aldus Beeren. Als tweede rode draad koos hij de invulling van het lege landschap door een steeds groei end netwerk van wegen, spoorbanen en bruggen. Elke opeenvolgende generatie gaf aan 'Het Hollands Museum' een eigen invulling die bij de tijdgeest paste. Beeren herinnerde in zijn toelichting aan de visie van Potgieter uit 1844: „Voor hem hoorde een museum gevuld te zijn met werken die de heldenda den uit de Nederlandse geschiedenis lieten zien." Met een grote sprong in de geschie denis wees hij bovendien op de educatieve doelstellingen die de socialistische wethou der Jurriaan Kok in de jaren dertig in het nieuwe Haagse Gemeentemuseum wilde realiseren. Frans Haks van het Groninger Museum vertegenwoordigt voor Beeren de jongste generatie museumdirecteuren: „ln Gronin gen wordt straks internationale kunst ge toond in nieuwbouw naar ontwerp van een Italiaanse architect." Zo heeft het begrip 'Het Hollands Museum' in anderhalve eeuw een betekenis gekregen die in niets meer herinnert aan de idealen van Potgieter. In het Stedelijk Museum toont Beeren zijn eigen internationale voorkeuren in een expositie over de aankopen tijdens zijn di rectoraat (1985-1992). Internationale groot heden als Walter de Maria, Frank Stella, Sig- mar Polke, Anselm Kiefer, Jeff Koons. Andy Warhol en Donald Judd hebben gelukkig gezelschap gekregen van de Nederlander Mondriaan, wiens compositie met twee lij nen een van de belangrijkste aankopen van Beeren was. „Het Hollands Museum" In de Beurs van Berlage duurt tot en met 31 januari, de Aanwinsten-expositie in het Stedelijk Mu seum tot en met 7 februari. De openings lijden zijn dagelijks van 11.00 tot 17.00

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 23