NS onderzoeken verband
tussen ramp en ontsporing
'Ik kom hier veel bekenden van de vliegramp in de Bijlmer teeen'
Je kon de hoorn er nauwelijks op leggen
Rampenplan Haarlemmermeer
niet in werking getreden
Treinramp
'Baanvak veilig bffijdbaar'
DINSDAG 1 DECEMBER 1992
2
Hoewel de gemeente Haarlemmermeer een
rampenplan heeft, is het niet in werking getre
den na het ongeluk met de intercity bij Hoofd
dorp. Loco-burgemeester Ton de Leeuw vertel
de dat het rampenplan pas in werking komt bij
'gebeurtenissen die veel grootschaliger zijn'.
„We hebben wel elementen uit het rampen
plan gebruikt. En die bleken goed te werken",
aldus De Leeuw, die burgemeester A. van Duist
verving. De burgemeester is op bezoek in het
Filipijnse Cebu, een stad waarmee Haarlem
mermeer een stedenband heeft. Van Duist
wordt ereburger van die gemeente.
Eerder op de dag had president-directeur R.
den Besten van de Nederlandse Spoorwegen
zijn waardering uitgesproken over de hulpver
lening. „Er is efficiënt, adequaat en alert gerea
geerd door de politie en de hulpdiensten", al
dus Den Besten, die werd bijgevallen door mi
nister H. Maij-Weggen van verkeer en water
staat.
Bij de hulpverlening zijn enkele honderden
mensen ingezet van brandweer, politie, ambu
lances en het Rode Kruis. Later op de dag ver
voegden ook de medewerkers van het Leger des
Heils zich op het rampterrein.
Vijf minuten na de eerste melding was de
brandweer ter plaatse. „We hebben de situatie
verkend, zijn begonnen met het bergen van de
gewonden en hebben gelijk groot alarm gesla
gen", aldus de Haarlemmermeerse brandweer
commandant W. van Egmond.
Na tier minuten was de eerste ambulance ter
plaatse, al sne! gevolgd door tientallen zieken
wagens. Politiemensen maakten de belangrijk
ste kruisingen en toevoerwegen vrij zodat die
snel konden doorrijden. Een politievliegtuig en
later een helikopter werden ingezet om de situ
atie vanuit de lucht in ogenschouw te nemen.
Bouwvakkers die vlakbij het ongeluk aan het
werk waren, schoten als eersten te hulp. Zij leg
den snel een noodbrug aan over het slootje
naast de spoordijk. Later op de dag werd een
dam gelegd zodat zware machines konden
worden ingezet.
Op het industrieterrdn Graan voor Visch
werd een noodopvang gerealiseerd om de ge
wonden eerste hulp te wrlenen. Niet-gewonde
treinpassagiers werden opgevangen in het
Nieuwvennepse restaurint De Rustende Jager,
waar ook mensen vai het maatschappelijk
werk waren.
Later op de ochtend verd nog een helikopter
van de marine ingeschaceld. In eerste instantie
werd overwogen om mit de helikopter zwaar
gewonden te vervoerennaar ziekenhuizen om
dat de situatie op het wegennet chaotisch was.
Uiteindelijk werd besloen de helikopter niet te
gebruiken: tegen de tijedat de laatste gewonde
•uit de verongelukte treil was gehaald, waren de
wegen al weer vrij.
Heilsoldaat helpt bij reddingswerk treinongeluk Hoofddorp:
Op wissel rijden treinen gewoonlijk met hoge snelheid
De NS gaan na of er verband bestaat tussen de treinramp
gisteren bij Hoofddorp en de ontsporing zaterdagmiddag
van de trein naar Parijs op nagenoeg dezelfde plek. On
middellijk na de ramp ontstond gisteren het vermoeden
dat de oorzaak moet worden gezocht in een verkeerde
wisselstand of een defecte wissel. De NS wil dat bevesti
gen noch ontkennen en wacht nadeF onderzoek af.
HOOFDDORP» UIEN POLDERMAN
Vaststaat dat de intercity naar
Vlissingen vlak voor de ontspo
ring gistermorgen vroeg een
wissel was gepasseerd, waaraan
recentelijk werkzaamheden wa
ren verricht. De spoorstaven
kunnen daar in een afbuigende
stand worden gezet, waardoor
de treinen op het emplacement
van Hoofddorp kunnen komen.
Na de wissel rijden zij eerst een
tussenspoor op dat tussen de
beide hoofdsporen ligt.
Het emplacement van Hoofd
dorp is het begin of eindpunt
van de treinen naar of van Gro
ningen en Leeuwarden, naar of
van Twente en enkele buiten
landse treinen (richting Duit
land). Doorgaande treinen naar
Den Haag, Vlissingen, Brussel
en Parijs doen het emplace
ment in het geheel niet aan
maar passeren op het
hoofdspoor wel de wissel die in
afwijkende stand naar het em
placement leidt.
Voor de doorgaande treinen
in zuidelijke richting staat de
wissel in rechtdoorgaande
stand en mag hij met hoge snel
heid 120 kilometer per uur
worden gepasseerd.
Bij pas aangelegde, vernieuw
de of gerepareerde wissels
(zoals in Hoofddorp het geval
was) is de procedure anders. De
eerste treinen passeren zo'n
wissel met zeer lage snelheid,
dertig kilometer per uur. Tech
nici bekijken of de spoorstaven
op de wissel op hun plaats blij
ven. Vervolgens draaien ze bou
ten en moeren steviger aan.
Gaat alles goed, dan mogen de
treinen met zo n zestig kilome
ter per uur over de wissel.
Opnieuw houden technici in
de gaten hoe de wissel zich
houdt. Bouten en moeren wor
den zonodig strakker aange
draaid. Pas als een wissel op de
ze wijze zorgvuldig is 'ingere
den' mag de snelheid geleidelijk
omhoog tot de treinen uiteinde
lijk met de normale dienstsnel-
heid van 120 kilometer per uur
voorbij suizen.
Op miniatuur-spoorwegba-
nen komt het wel voor dat de
richting van de spoorstaven ver
andert op het moment dat een
trein zich nog op de wissel be
vindt. Het achterste deel gaat
dan een andere richting op dan
het voorste treindeel. Het ge
volg is een ontsporing. Volgens
de woordvoerder van de Neder
landse Spoorwegen is dat in het
echt onmogelijk. Als een trein
over een wissel heengaat, is er
een rijrichting ingesteld en zijn
alle andere mogelijkheden ge
blokkeerd. De stand van het
wissel kan pas worden veran
derd, wanneer de trein in zijn
geheel het wissel is gepasseerd.
Voor begin dienstregeling was nog contrde uitgevoerd
De gezichten zijn vertrokken van kou en
weggestopte emoties. Vermoeid zoeken
helpers van het eerste uur een beschutte
plek langs de 'rampwagon'. Het 180 graden
gedraaide, oorspronkelijk voorste treinstel
ligt ingesnoerd in een kluwen van geknapte
en meegesleepte bovenleidingen. De zon
daalt achter ae bomen en het rangeerter
rein en de wind verkillen. Ijlings wordt een
noodbrug aangelegd voor de twee wachten
de takelwagens. Als zij hun werk hebben
gedaan zal pas duidelijk worden of nog
meer slachtoffers verborgen liggen onder
het wrak. Langs de sloot wacht geduldig een
feloranje brancard.
Een kleine honderd meter verderop heeft
de tweede wagon van treinstel 4224 zich
naast het spoor een halve meter het grind
ingeploegd voordat het uiteindelijk tot stil
stand kwam. Op de zijkant van het voertuig
met de trotse typenaam 'Koploper' is nog
steeds het oorspronkelijk einapunt 'Vlissin
gen' te lezen.
Het 235 ton wegende en ontspoorde rij
tuig rust nog net in evenwicht op de linker-
wielen. Andere treinstellen worden ternau
wernood in balans gehouden door inder
haast aangebrachte klossen. In de rechter
zijkanten en daken zitten deuken en gaten
van stalen palen die 's morgens vroeg nog
langs het spoor de bovenleidingen ophiel
den. Zo'n drie vier masten zijn in geen
velden of wegen meer te bekennen, behalve
die ene die zich halverwege in de meest
noodlottige wagon heeft geboord.
Nadat de doden en gewonden al na enke
le uren zijn afgevoerd, werken graafmachi
ne en bulldozers in ijltempo aan een nood
brug van zand en hout. Vele vrachtwagens
voeren tientallen tonnen zand aan. De
dieplader die de zware houten balken moet
aanvoeren, zakt weg in het mulle zand van
het bouwterrein op het Hoofddorpse be
drijventerrein Graan voor Visch-Zuid. De
trelckracht van een bulldozer biedt de nood
zakelijke hulp. De extra stevigheid van de
houten vlonders moet beschadiging aan
een hoofdwaterleiding voorkomen. Vlak
langs de sloot ligt namelijk een pijp die bij
na neel Haarlemmermeer van water voor
ziet. Om ruimte te maken schuift de graaf
machine omgezaagde bomen en takken de
sloot in.
Agenten houden nieuwsgierigen op een
afstand. Brandweermannen inspecteren de
uit de rails gevlogen voertuigen en het Le
ger des Heils deelt koffie en broodjes uit,
die gretig door verkleumden in ontvangst
worden genomen. „Het is triest hoor, zoals
alles er bij ligt", zegt heilsoldaat Henk Dijk
stra, die ook al bij de Bijlmerramp aanwezig
was. „Ik kom hier een boel bekenden tegen
van de vliegramp."
Een jongen die op zijn mountainbike
door het modderige weiland tot dichtbij de
plek des onheils heeft weten door de drin
gen, wordt resoluut teruggestuurd. „Heb je
er veel moeite voor moeten doen om hier te
komen?", vraagt een agente quasi geïnte
resseerd. Na het bevestigend antwoord ver
volgt de politievrouw: „Mooi, dan heb je
nog een zware weg terug te gaan. Wegwe
zen." Mokkend en tot zijn enkels in de
drassige bodem wegzakkend keert de jon
gen huiswaarts.
Het loopt tegen vijf uur. Het is inmiddels
bijna donker. Noodaggregaten met schijn
werpers worden aangesloten. Brandweerlie
den klimmen met snijbranders op de om
gevallen wagon. Het treinstel wordt door
midden gehaald en later afgevoerd op
vrachtwagens naar de NS-hoofdwerkplaats
in Haarlem. Aan de andere kant doen
brandweermannen verwoedde pogingen de
spoorstaven los te branden die zich in de
onderkant van het rijtuig hebben geboord.
Links en rechts vertellen agenten en
brandweermannen moeizaam over de eer
ste ervaringen die zich in het schemerdon
ker afspeelden. Beelden van schreeuwende
mensen worden bijna een etmaal later weer
opgehaald. Een verkleumde brandweerman
van de NS staat nog een beetje verdwaasd
bij een spuitwagen. „Ik wist niet wat ik zag.
Alles lag op en door elkaar. Het was één
grote puinhoop, 't Was een verschrikking."
Nadat het rond zes uur eventjes rustig
was geweest, komen tegen negenen nieuwe
groepen toeschouwers. De twee takelwa
gens zijn dan inmiddels al richting de ge
kantelde wagon gemanoeuvreerd. Takels en
stroppen worden aangebracht. Gespannen
richten ogen en camera's zich op de grond
onder het ramptreinstel. Er is een minieme
kans dat daar nog een slachtoffer wordt
aangetroffen. Tegen middernacht blijkt dat
dat niet het geval is.
Voorlichters Haarlemmermeer hebben handen vol aan treinongeluk
er een nieuwe wissel in het
baanvak gelegd. Het
hoofdspoor is iets verlegdom
de wissel erin te kunnen legen.
Maar het spoor bleef veilig£>e-
rijdbaar. Na de ontsporingen
zaterdag is er een reparatiejit-
gevoerd. Na controle is beslten
het baanvak weer te berijdei In
eerste instantie zondag metjen
snelheid van 30 kilometerper
uur. Na de werkzaamhede in
de nacht van zondag op man
dag werd een maximumael-
heid van zestig kilometer per
uur ingevoerd.' Normaal rijen
treinen op het baanvak 12( tot
130 kilometer per uur.
De machinisten zijn op de
hoogte van de snelheidsboer-
kingen. „Bij aanvang van ïun
dienst krijgen zij een tijdafel
met daarop de snelheidsboer-
kingen. Bovendien staan enor-
den langs de lijn waarop he be
gin en einde van de snelhdds-
beperking staat aangegewn",
aldus Regtuijt. De intercityhad
een paar minuten vertraging.
„Machinisten hebben de be
voegdheid te proberen die ver
traging goed te maken door
harder te rijden. Er is een marge
van zeven procent ingebouwd.
Maar ze mogen nooit de snel
heid overschrijden", aldus Reg
tuijt.
Een trein beschikt niet als een
vliegtuig over een zwarte doos.
Ook een tachograaf als in
vrachtwagens ontbreekt. Wel
beschikt de NS op de meeste
trajecten over zogenoemde Au
tomatische Trein Beïnvloeding
(ATB), waarmee de machinist
wordt gewaarschuwd als hij een
signaal negeert of de maxi
mumsnelheid overschrijdt.
Maar omdat er op het betrok
ken traject speciale maatregelen
golden, reageerde dat nu niet.
Om achter de gereden snelheid
te komen zijn dus de verklaring
van de machinist en het tech
nisch onderzoek van belang.
In wat normaal het rustige
voorlichtingskantoor is van de
gemeente Haarlemmermeer in
Hoofddorp, was het gisteren
een waar gekkenhuis. Tussen de
telefooncontactdozen en -snoe
ren zaten tientallen gemeente-
voorlichters achter roodgloeien
de telefoons. Honderden men
sen belden het speciaal inge
stelde nummer voor informatie
over het treinongeluk bij Hoofd
dorp.
Toen gistermorgen op het raad
huis in Hoofddorp bekend werd
dat de intercity Amsterdam-
Vlissingen vlak bij het station
Hoofddorp was ontspoord,
kwamen de paar aanwezigen op
de afdeling voorlichting onmid
dellijk in actie. „We hebben zo
snel mogelijk geprobeerd infor
matie te krijgen over het onge
luk", zegt voorlichtster Linda
Bartman.
„We hebben contact opgeno
men met de Nederlandse
Spoorwegen en met brandweer
commandant Van Egmond. In
overleg met hen besloten we
een speciaal telefoonnummer
open te stellen voor mensen die
informatie zochten over het lot
van de passagiers", aldus de
Haarlemse.
„Om kwart voor negen werd
het nummer op de radio be
kendgemaakt. De nieuwslezer
had het nummer nog niet uitge
sproken of de telefoons begon
nen al te rinkelen. Vanaf die tijd
is het een echt gekkenhuis ge
weest, tot zeker een uur of een
's middags", aldus Bartman.
Voor haar collega Annet AJ-
bers uit Hoofddorp was het gis
teren haar laatste dag bij de af
deling voorlichting van de ge
meente. Ze had nog gedacht dat
het een rustige dag zou worden,
maar het werd de drukste uit
haar hele carrière. „Je kon de
hoorn er niet opleggen, of je
Terwijl voorlichters in het ene deel van het Hoofddorpse raadhuis honderden verontruste mensen te woord stonden, beantwoordde minister Maij
van verkeer en waterstaat in een ander deel vragen van de pers. foto united photos de boer gerald van daalen
had de volgende al weer aan de
lijn."
In het begin was het behel
pen. Er was weinig informatie
over het ongeluk. „De meeste
mensen die belden, wilden we
ten om welke trein het ging, hoe
laat-ie was vertrokken en van
waar naar waar", aldus Albers.
„Die informatie konden we ze
geven, maar over het lot van de
passagiers konden we niets zeg
gen. We wisten niets over het
aantal doden of gewonden, laat
staan over de identiteit van de
slachtoffers. We konden niet
meer doen dan de namen van
de gezochten opschrijven en de
mensen verzekeren dat we zou
den terugbellen zodra we meer
wisten."
Onder de eerste bellers waren
er enkelen flink in paniek, som
migen barstten in tranen uit.
„Een mevrouw die vroeg naar
de vertrektijd van de trein werd
helemaal hysterisch toen bleek
dat het ging om de trein waarin
haar man naar zijn werk was
gegaan", zegt Bartman. „Dat
was heel moeilijk. Op dat mo
ment voel je je volstrekt mach
teloos. De echt moeilijke tele
foontjes hebben we doorge
schakeld naar een team van
maatschappelijk hulpverleners
in het raadhuis. Onze mogelijk
heden om mensen gerust te
stellen of te troosten waren na
tuurlijk maar beperkt."
Pas in de loop van de ochtend
kregen de voorlichters lijsten
met namen van passagiers.
Eerst een met mensen die per
bus de reis richting Leiden had
den voortgezet. Daarna met de
namen van alle gewonden.
Maar geen van de voorlichters
heeft iemand aan de lijn gekre
gen die ze met behulp van deze
lijsten konden geruststellen.
Door de honderden telefoon
tjes hebben de medewerkers
zelf nog maar weinig tijd gehad
om het ongeluk tot zich te laten
doordringen. „Bij de eerste tele
foontjes kreeg ik ook een brok
in de keel, kreeg ik de neiging
om mee te huilen", zegt Annet
Albers. „Toch heb ik nog niet
echt de tijd gehad om me te re
aliseren wat er is gebeurd. Dat
komt morgen nog."
Het baanvak waar de intercity
Amsterdam-Vlissingen gister
morgen ontspoorde, was voor
het begin van de treinenloop
nog gecontroleerd en veilig be
vonden. T. Regtuijt, lid van de
hoofddirectie van de NS, vertel
de desgevraagd dat werkzaam
heden altijd worden gevolgd
door een schouw van het be
wuste baanvak. „Dat is stan
daardprocedure", aldus Reg
tuijt. „Ook na de ontsporing za
terdag was het baanvak gecon
troleerd en veilig berijdbaar be
vonden."
Passagiers van treinen die het
bewuste baanvak passeerden,
klaagden vorige week al over
schokken. Of die verband hou
den met de ontsporingen van
zaterdagavond en maandag
morgen weet Regtuijt niet. „Dat
zal het onderzoek moeten uit
wijzen."
Volgens de NS-directeur was
Totaal ontwricht ligt de ontspoorde intercity in de berm.
Voorzitter van de
Spoorwegongeval
lenraad, mr. Pieter
van Vollenhoven,
kwam gisteren
ook poolshoogte
nemen op de plek
van de treinramp.
foto united pho
tos de boer rob
hendriks