een complexe persoonlijkheid RUUD LUBBERS: 7 Ruud Lubbers in het nauw. Demonstran ten vallen hem aan wanneer hij op weg is naar overleg met de Stichting van de Ar beid. foto anefo marcel antonisst ZATERDAG 31 OKTOBER 1992 Ruud Lubbers is komende woensdag (4 november) tien jaar premier van Nederland. Hij evenaart hiermee het record van Willem Drees, die van 1948 tot 1958 vier rooms-rode coalities leidde. Lubbers, de ongenaakbare sfinx, is als premier populair. Maar zijn werk is ook omstreden. Naast zijn behaalde succesen, lukte hem ook veel niet. Een portret bij het jubileum van de man die voorlopig de geschiedenis in gaat als de beste premier die Nederland ooit heeft gekend. 21 mei 1986. Ruud Lubbers schatert het uit Het CDA is de grote winnaar geworden van de verkiezingen. Rechts Ria Lubbers, links de echtgenote van zijn partijgenoot Jan de Koning. foto anp dick koersen Ruud Lubbers als de nieuwe premier van Nederland tijdens het afleggen van de regeringsverklaring op 22 november 1982foto bert verhoeff Tien jaar premier. Voorlopig de beste elfs onder de naaste geestverwan- J m ten van Ruud Lubbers heerst na 19 jaren van politiek bedrijven nog aarzeling. „In wie herkent de premier zich het meest", vraagt de CDA-krant in het laatste nummer aan Til Gardeniers en Jan de Koning, twee christen-democraten die Ruud Lubbers van zeer dichtbij hebben meege maakt. Ze mogen kiezen uit de bijbelse figu ren Noach, Simson, Simon Petrus en Paulus. Oud-minister Gardeniers: „Niet in Simon Petrus. Omdat Ruud nooit iemand verloo chenen zal. Wel in Paulus. Paulus is de man die veel nadenkt. De filosoof. De zoeker. Een man die mensen wil overtuigen". De keus van oud-minister De Koning valt heel anders uit. „In Simson het minst. Ik ken Lubbers niet als een man die spierballen gebruikt. In Noach al meer. Dat was de man die in zijn eentje een boot timmerde". De verwarring op het vraag -en antwoord spelletje in het partijblad is tekenend. Op de negen vragen over de premier hebben beide oud-bewindslieden slechts drie gelijke ant woorden. Over toch eenvoudige zaken als zijn meest huiselijke eigenschap, zijn favorie te muziek en zijn geduchtste tegenstander tasten de oud-bewindslieden in het duister. Ze staan daarin niet alleen. Op het Binnenhof en ver daarbuiten vraagt menigeen zich nog steeds regelmatig vertwijfeld af wie Lubbers eigenlijk is. De onenigheid over de bijbelse personen in wie Lubbers zich zou herkennen, is ook in een ander opzicht typerend voor de premier. De Koning en Gardeniers hebben beiden ge lijk. Ruud Lubbers, is een Denker als Paulus en een Doener als Noach. Deze combinatie maakt Lubbers tot de complexe persoonlijk heid, die al een decennium lang het land be stiert. De verwarring over Lubbers was er toen ook al, in de herfst van 1982. De vergelijking met bijbelse figuren werd toentertijd niet ge maakt, maar het beeld van de onberekenbare Simon Petrus dringt zich op. Is hij wel straight genoeg, vroegen CDA'ers - die hem in de fractie hadden zien schipperen tussen rechter- en linkervleugel - zich af. De ambte naren op Algemene Zaken hielden hun hart ook vast, gewend als ze waren aan het wollige taalgebruik en de zweverigheid van de CDA- fractieleider. Van Agt, de scheidende premier, had ook z'n bedenkingen. Het had nooit geboterd tussen de twee karakterologisch totaal ver schillende katholieken. Was de wispelturige Lubbers bovendien niet degene geweest die gaten in het bezuinigingsplan Bestek'81 had geschoten? En die in politiek gevoelige zaken (de kruisraketten, Zuid-Afrika) nooit vooraf duidelijkheid had gegeven over het voortbe staan van het kabinet? De CDA-leider had lie ver de bonkige calvinist Jan de Koning als z'n opvolger. Pas toen die weigerde, was de weg voor Lubbers vrij. De act met de 'positieve grond houding', op de vraag of hij de macht wilde overnemen, was voorlopig zijn laatste wollige opmerking. De bekering van de voorzichtige, twijfelende fractievoorzitter tot de harde, no- nonsense premier was een - opmerkelijk - feit. Van zijn ministers, veelal afkomstig uit het bedrijfsleven, eiste hij volledige loyaliteit aan zijn lijn: bezuinigen, bezuinigen, bezui nigen. Het is nauwelijks nog voor te stellen dat de nu alom bejubelde premier toentertijd tegen de maatschappelijke klippen op roeide. Als een Noach, inderdaad. Feilloos voelde de on dernemer aan dat Nederland rijp was voor een saneringsoperatie. Een cultuuromslag proefde hij in het buitenland (Thatcher, Reagan) en importeerde hij voor Nederland. Lubbers had uiteindelijk succes, niet in het minst dankzij een weer oplevende internatio nale economische groei. Ondanks de vele pijnlijke bezuinigingen beloonden de kiezers hem met de grootste zege die een partij ooit in de Nederlandse politiek zou halen: 54 ze tels. Zijn naam was gemaakt. Lubbers gaat de geschiedenis in als - voorlopig - de beste pre mier die Nederland ooit heeft gekend. Gsnant Toch heeft Lubbers in zijn rol van Paulus de Denker in zijn Torentje niet louter geniale in vallen gehad. Daar fabriceerde hij bijvoor beeld zijn vele speeches. Over het feit dat Ne derland ziek is en de democratie overbelast Hockey: de favoriete sportbeoefening van Ruud Lubbers. Hier tijdens een wedstrijd Bloemendaal-Den Haag. foto archief united photos de boer is. Verhalen die de aandacht trokken, maar bij nadere bestudering toch de sfeer van zwe verigheid en wolligheid van weleer oproepen. Wie weet wat Lubbers daadwerkelijk bedoel de met zijn noodkreet dat Nederland ziek is? Ging dat om de WAO en het ziekteverzuim in het bijzonder of om de Jan-Salie-geest in het algemeen? Of wellicht om beide? Als de premier een christendemocratische noot wilde kraken, was de duidelijkheid vaak niet groter en werden de tenen veelvuldig ge kromd. Het 'ieder mens telt' als repeterende breuk werd na de zevende keer in de derde opeenvolgende toespraak bijna gênant. Erger nog waren de christendemocratisch bedoel de opmerkingen over het 'verder reiken dan je eigen schaduw', opdat we de 'dialoog met de werkelijkheid aan kunnen'. Een ideoloog is Lubbers dan ook niet ge worden. Hij omarmde de CDA-filosofie van de verantwoordelijke samenleving gretig, maar werd er geen fanatieke apostel van. Bij het bezuinigen is het idee van de terugtrek kende overheid een handig hulpmiddel ge bleken, maar een visionaire invulling van zo'n samenleving heeft de premier nooit kunnen geven. Liever hakt de pragmatist de dagelijkse problemen in mootjes, waardoor er met wat varianten-werk wel een oplossing uit de bus valt. Lubbers is ook nooit partijman geworden, maar altijd bestuurder gebleven. Zijn voorzit ters (Bukman en later Van Velzen) zag hij niet staan. De problemen in zijn CDA inte resseerden hem nauwelijks. Hij greep pas in als het CDA hem bij het regeren dreigde te belemmeren. Zoals voor de verkiezingen van 1986, toen hij persoonlijk nog wat wijzigin gen aanbracht in de milieuparagraaf van het concept-verkiezingsprogram. Smullen Ruud Lubbers beziet de landsproblemen vooral vanuit een economisch oogpunt. De premier dacht dan ook serieus aan een we tenschappelijke carrière in die studierichting, voordat hij in 1973 onverwacht voor het ambt van minister van economische zaken werd geroepen. Minister Andriessen, die te genwoordig dat departement runt, bewie rookte de minister-president onlangs als de Johan Cruijff van de economie. Zoals Neer- lands beste voetballer gevoel heeft voor de bal, heeft Lubbers dat voor de economie. Het gevolg van die sterke economische ge richtheid is wel dat de staatsrechtelijke en democratische kant van de zaken nogal eens bruusk wordt genegeerd. Het politieke dealen in achterafkamertjes heeft bij hem een onge kende bloei doorgemaakt. Van dualisme tus sen Kamer en kabinet was, vooral tijdens zijn eerste kabinet, nauwelijks sprake. Zelfs het laatste onafhankelijke bolwerk moet eraan geloven. Kaland, CDA-fractielei- der in de Eerste Kamer, weet dat Lubbers de lastige senatoren het liefst met handen en voeten aan zijn beleid wil binden. Bijvoor beeld door hen te betrekken bij de totstand koming van het regeerakkoord. „Ik wil dat niet, wij moeten onze handen vrij hebben", is Kalands stellige reactie daarop. Hoe slim Ruud Lubbers doorgaans ook opereert, de zakelijke kant van zijn privé-bes- ognes heeft de miljonair nooit goed kunnen regelen. Telkens doken er weer 'affaires' op. Zoals over zijn aandelen in het bedrijf Hol- landia Kloos, koppelbazen en zwartwerkers bij een BV en zijn bemoeienis bij het innen van achterstallige betalingen van Kuwayt. Voor bladen als de Nieuwe Revu smullen Over rijkdom, macht en fraude), voor Lub bers een 'handicap', zoals hij het zelf eens berustend uitdrukte. Bunde vlek De Noach in Ruud Lubbers, de Doener dus, heeft veel werk verzet. Er waren niet veel pro blemen waaraan hij niet minstens even heeft geroken. Voor de politieke haalbaarheid daarvan heeft hij een feilloos instinct. En hij kan wachten. Neem het euthanasie-vraagstuk. Een kwes tie die jaren speelde, en waarvan de oplos sing door de premier al die tijd behoedzaam is voorbereid. Zo werd een stomverbaasde menigte CDA'ers in 1986 op een verkiezings bijeenkomst in Slagharen plotsklaps gecon fronteerd met een serieuze, ingetogen Lub bers, die een mandaat vroeg om de kwestie (ruimer dan het CDA officieel voorstond) te regelen. Het applaus bezegelde - zonder eni ge discussie - de deal, die hij enige jaren later op het juiste moment kon gebruiken. Maar Lubbers wacht soms ook te lang. Of weigert iets echt aan te pakken. Zo'n blinde vlek is bijvoorbeeld het functioneren van zijn eigen dienst, de rijksoverheid. Ondanks de mooie woorden zijn er niet veel minder amb tenaren dan ten tijde van zijn voorganger Van Agt. De decentralisatie van taken naar de lagere overheden heeft ook nooit zijn echte aan dacht gehad. Officieel is hij voorzitter van de 'regiegroep'. Daar heeft hij weinig van laten merken, zeker niet naar de collega-ministers toe. En deregulering is helemaal van de poli tieke agenda verdwenen. Kaland, die beklemtoont dat de premier vol met 'kwaliteiten en capaciteiten' zit en daar de afgelopen jaren ook goed gebruik van heeft gemaakt, noemt echter nog een andere blinde vlelc die van de staatsschuld. „In de 10 jaar van zijn premierschap is de schuld geste gen van 175 miljard gulden naar 375 miljard gulden. Dat is nogal wat". Opvallend De Doener heeft in het heetst van de strijd ook niet altijd een antenne voor de gevoelig heden van collega-ministers. Woedend kun nen ze er nog om worden, de ministers die openlijk werden afgevallen of publiekelijk een reprimande kregen. Zoals de WD'er De Korte, na het 'eens maar nooit weer' van Lubbers definitief afgebrand als vice-pre mier. Hij had niet mogen zeggen dat de ko ningin niet naar Japan mocht gaan. Navraag leert dat er nog slechts ingehou den rancune is. „Ik zeg er niets meer over, want het staatshofd is hierbij in het geding", aldus De Korte. „Maar wellicht dat ik er veel later nog eens op terug kom". Zijn relatie met de premier is, ondanks suggesties in de pers, altijd prima geweest. „We kunnen nog steeds samen door één deur". Opvallend is wel dat Lubbers zelf over kookt van woede als aan zijn integriteit ook maar een beetje wordt getwijfeld. Voor de ogen van de televisie-camera's verbleekte Lubbers toen WD-fractieleider Voorhoeve hem ooit het najagen van 'hersenschimmen verweet. Het kamerlid Nijhuis (ook WD) werd door Lubbers woedend betiteld als 'po litiek vandalist', toen hij suggereerde dat de premier wel eens het befaamde WIR-lek zou kunnen zijn. Net zoals zijn inspirators Paulus en Noach, blijkt ook Lubbers niet zonder zonde te zijn. Toch wil Kaland hem desge vraagd niet vergelijken met de twee bijbelse figuren. „Ik heb Lubbers wel eens als brug genbouwer getypeerd. Noach is een arken- bouwer, dat is toch iets anders. Paulus is een brievenschrijver. Daar beperkt Lubbers zich niet toe. Ik wijs ze dus allebei af'. Op de vraag waar Lubbers zich dan in mag spiege len, volgt een lang stilte. „Moeilijk. Ik denk daarbij eerder aan de koningen uit het Oude Testament. Maar dan wel een koning die is aangepast aan de moderne tijd. Daar is Lub bers flexibel genoeg voor".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 37