7 Een onbekende multinational Hotelet ZATERDAG 24 OKTOBER 1992 ZATERDAGS BIJVOEGSEL Kasteelheer Ton Goedmakers jr. „De onderneming is niet zomaar een stuk kapitaal, dit is ook emotie." FOTO DRIES LINSSEN Hetfamiliebedrijf Goedmakers De onderneming Vebego Interna tional koestert zich met genoe gen in de anonimiteit. Anno 1992 lijkt het bijna onmogelijk dat een bedrijf met een omzet van 600 miljoen gulden en meer dan 14.000 werknemers zo goed als on bekend is. Wie heeft er ooit van Vebego ge hoord? Directeur en eigenaar Ton Goedmakers jr. houdt wel van die onbekendheid: „Niet dat we iets te verbergen hebben, maar Vebego is slechts een houdstermaatschappij op de ach tergrond. Die naam zegt onze klanten hele maal niets en dat hoeft ook niet. Ik heb veel liever dat iedereen de dochterbedrijven, zoals Alpheios en Hago kent". In 1986 kocht Goedmakers het verwaar loosde kasteel Cortenbach in Voerendaal om er Vebego te vestigen. De restauratie heeft ja ren en kapitalen gevergd. „Dat was ping- ping-kassa. Een 1 met zes nullen was niet ge noeg". De fundamenten van Cortenbach da teren uit de tijd van Karei de Grote. Net als de edellieden uit de middeleeuwen heerst kas teelheer Ton Goedmakers jr. vanuit het slot over zijn bezittingen. Vebego (Verenigde Be drijven Goedmakers) zwaait als houdster maatschappij de scepter over tenminste 25 bv's, verdeeld over zes Europese landen. Ton Goedmakers regeert zijn concern op een ogenschijnlijk ontspannen manier. De bv's hebben hun eigen directies en commis sarissen en krijgen veel vrijheid om een eigen beleid te voeren. „Het zijn zelfstandige on dernemingen. Ik wil alleen binnen vijf dagen na elke maand weten wat er verdiend is". Goedmakers is een beminnelijk man. Lijkt in niets op een snelle allround manager, spreekt het liefst plat Limburgs. Een rustige kerel, die de tijd neemt voor een antwoord. Hij zegt Achter de kantelen van kasteel Cortenbach in Limburgse Voe rendaal schuilt het hoofdkwar tier van een onbekende multi national. Weinig mensen ken nen "Vebego International'. De baas van het familiebedrijf, Ton Goedmakers jr. (41), vindt dat wel goed zo. Hij heeft het schoonmaakconcern van zijn vader uitgebreid tot een veelzij dig Europees miljoenenbedrijf, precies wat hem voor op de tong ligt, vanuit de wetenschap dat hij van niets en niemand iets heeft te vrezen. De bedrijven van Vebego pakken van alles en nog wat aan. De dienstengroep, met Hago als belangrijkste onderneming, houdt zich bezig met schoonmaken, het wassen van lin nengoed voor bedrijven en ziekenhuizen, brandschade-reiniging, rioolreiniging en het uitzenden van personeel. Vebego heeft schoonmaakbedrijven in België, Zwitserland, Portugal, Frankrijk en Nederland. „Dat noe men we geografische risicospreiding". De handelsgroep verkoopt machines, gereed schappen en produkten voor professionele schoonmakers en geeft cursussen voor schoonmaakpersoneel. De produktiegroep maakt badschuim, shampoo, haargel, body lotion, afwasmiddel, glasreiniger, vloeibaar schuurmiddel en wasmiddelen voor winkels in Frankrijk, Engeland en Duitsland en ook nog reinigingsmiddelen voor professionele schoonmakers. In Frankrijk staat een fabriek voor insectenbestrijdingsmiddelen. En in Zeewolde is Vebego partner in een fabriek voor allerlei luxe lichaamsverzorgingspro- dukten. Goedmakers weet heel goed wat hij wil. Alle cijfertjes noemt hij zonder aarzelen op. „Dit jaar bereikt de omzet een record van 600 mil joen gulden. Maar binnen vijf jaar zitten we op 800 miljoen. Tegen die tijd moet dit een nog internationaler bedrijf zijn". De helft van de omzet van dit jaar haalt de Vebego-groep binnen in de schoonmaakbranche, 50 mil joen in de uitzendbranche, 180 miljoen in de produktie, 50 miljoen in de handel en 20 mil joen in de automatisering. Ton Goedmakers senior startte in 1943 een glazenwassersbedrijf om als kleine zelfstandi ge de Arbeitseinsatz van de bezetter te ontlo pen. Het beviel hem goed en hij kreeg al snel meer werk: de tramwagens van de LTM en de kantoren van de Staatsmijnen. Na de oorlog ging hij steeds meer zaken erbij doen. Behal ve grote gebouwen en fabrieken kregen ook de ziekenhuizen regelmatig een poetsbeurt. En omdat het goedkoper bleek de schoon maakmiddelen zelf te fabriceren dan in te ko pen, kwamen er fabrieken en een groothan del, die de spullen ook aan de concurrentie verkocht. Daarna begon al snel de groei in het buitenland. Goedmakers jr. zit sinds 1976 in het bedrijf. In 1980 nam hij de dagelijkse leiding over van zijn vader, die nu nog commissaris is. Ook broer Ronald heeft een plaats in de zaak. Ton jr. erkent ruiterlijk dat hij het miljoenenbe drijf in de schoot geworpen kreeg. De aande len zijn allemaal in het bezit van de broers. Jaarlijks hebben ze samen een dividend van enkele miljoenen te vèrdelen. Wat Ton be treft zal Vebego altijd een familiebedrijf blij ven. Verkoop van aandelen Vebego aan een buitenstaander is uit den boze. „Dit is niet zomaar een stuk kapitaal, dit is ook emotie. Toen ik hier kwam, was de grootste ellende van een groeiend bedrijf al achter de rug. Mijn vader heeft pionierswerk gedaan. Ik weet nog uit mijn jeugd dat hij op z'n knieën bij de bank om een lening moest vragen. Dat vergeet je nooit meer. Hij heeft het bedrijf in de moeilijkste situaties overeind weten te houden. De ellende met de mijnsluitingen liet ook ons niet onberoerd. Uit die puinho pen is toch een aardige onderneming opge bouwd. Op die manier krijg je een heel ande re band met zo'n bedrijf'. Strooien Ton Goedmakers ontkent dat hij en zijn broer puisssant rijk zijn. „We hebben gewoon een goed salaris voor onze verantwoordelijk heden. De echte rijken zijn de mensen die hun bedrijven op het juiste moment weten te verkopen. Ik zou dat ook kunnen doen, maar ik zie me niet de rest van mijn leven thuis achter de pc doorbrengen om de aandelen koersen in de gaten te houden". Vebego zal zelf ook nooit een beursgeno teerde onderneming worden. „In godsnaam niet", zucht Goedmakers. „Dan moet je steeds al je energie gebruiken om de aan deelhouders zand in de ogen te strooien". Het bedrijf is eind jaren tachtig door een paar overnemingen sterk gegroeid. Omdat een beursnotering uitgesloten is, geeft Goedma kers voor de verdere groei van zijn bedrijf de voorkeur aan samenwerkingen, het liefst met familiebedrijven. „Die zijn stabiel, zonder wisselingen in de directie en met een ver trouwde mentaliteit. Je zit makkelijker op de zelfde golflengte. Ik voel me er beter thuis dan bij grote beursfondsen, met die carrière- gerichte managers die de betrokkenheid mis sen". O N ze TAAL Een hotel dat geen ontbijt ser veert mag zich binnenkort geen hotel meer noemen. Het moet maar eens uitzijn, metal die groezelige gasten i •erbliji'en die de goede naam van de echte hotels te grabbel gooien. Laten ze zoiets dan maar 'hotelet' noemen, maar niet meer 'hotel'. Aldus het Bedrijfschap Horeca. Dat stond vorige week in de krant. De argumentatie is duidelijk. Bij het woord 'hotel' heb je een be paalde voorstelling. Gasten ver wachten toch minstens dat hun kamer een raam heeft, dat er frisse lucht is, stromend water en 's winters verwarming. Door de ho telaanduiding te beschermen bied je de con sument meer zekerheid over de minimum voorzieningen. zo werd gesteld. Tot die mini mumvoorzieningen behoort ook dat er min stens per tien kamers een toilet is en dat men er een ontbijt kan gebruiken. Straks is het niet meer toegestaan om de vliering en de kolenschuur te verhuren met in de voortuin een bordje 'hotel'. Wie toch nog klandizie vindt voor zijn vliering, zal zijn bedrijf voort aan 'hotelet' moeten noemen. Het lijkt wel op een hotel maar het is niet een 'echt' hotel. Naar verwachting zullen er in Nederland on geveer 300 hotels in de naaste toekomst 'ho telet' moeten gaan heten, of wc's bijbouwen en ontbijt gaan serveren. Wat mij zelf betreft hecht ik ook wel aan bepaalde minimumvoorzieningen. Maar ik betreur dat het zoveelste woord van bovenaf een betekenis krijgt opgelegd. Naar mijn smaak wordt daarmee onze taal geen goede dienst bewezen. Wat het Bedrijfschap Horeca hier doet, is in feite een algemeen woord, ei gendom van iedereen, inpikken voor privége- bruik. Dat gebeurt op grote schaal maar ver dient geen navolging. Het aantal woorden waarvan de betekenis niet langer vrij is maar door de overheid of door allerlei onduidelijke instanties gedic teerd wordt en vastgelegd in wetten en veror deningen is namelijk al heel groot. Om te beginnen de namen van wettelijk be schermde beroepen, zoals notaris, ingenieur en hoogleraar. Je mag je alleen zo noemen als je voldoet aan nauwkeurig omschreven eisen. Dat is op zichzelf begrijpelijk, maar het woord 'notaris' verschilt daarmee wezenlijk van bij voorbeeld het woord 'tafel'. Wat een notaris is, staat in de wet, maar een tafel is al les wat u en ik een tafel gelieven te noemen. Het geval wil nu dat er hand over hand meer woorden la notaris bijkomen. Chocola is lange tijd vrij geweest, maar nu ze zo knap zijn om met geur- en smaakstoffen de vreselijkste rotzooi zonder een gram cacao tot keurige repen te verwerken, nu heeft ook chocola al weer een hele tijd een officieel voorgeschreven betekenis. Er moet zo en zo veel cacao in zitten, anders mag het geen chocola heten. Iets dergelijks geldt voor wijn, voor bier, voor boter, margarine en kaas. En het geldt ook voor al die zaken waar de rech ter mee te maken krijgt: misdrijf, moord, doodslag, overtreding, delict, eigenaar, abor tus, euthanasie. De gedachte erachter is wel duidelijk Voorschriften en wetten zijn onvermijdelijk. Maar de overheden en instanties beseffen niet altijd dat ze door woorden een zoge naamd officiële betekenis te geven, in feite ingrijpen in de taal en onze vrijheid van spre ken aantasten. Het hotelprobleem was trou wens allang opgelost, namelijk door de aan duiding met sterren. Laten we zuinig zijn op onze vrije woorden. Wij hebben een kat. Het is geen kat met drie sterren. Toch ben ik blij dat ik onze kat nog gewoon een kat mag noemen, zonder dat het Bedrijfschap Huisdieren me komt venellen dat ze niet aan bepaalde wettelijke mini mumeisen voldoet en dus eigenlijk een kattet moet heten. i Goedmakers doet er schijnbaar laconiek en Ziet VOOl lopig nog geen einde oven (iDaar maken we zonnecrème, gezichts behandelingstroep en modderspul voor op je aan de groei. gezicht. Het loopt als een trein". De automatiseringsgroep tenslotte, doet onder de naam Limbit aan de verkoop van pc's en het ontwikkelen van softwarepakket ten. Goedmakers: „Deskundige commissaris sen houden in de gaten wat daar gebeurt. Want van automatiseren heb ik zelf geen klap verstand". FOTO United Photos De Boer POPPE DE BOER JOOP VAN DER HORST universitair docent Nederlands

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 35