Groei in ondernemerschap
Stress bij reorganisatie en fusie: werknemers in de lappenmand
Personeel plus
Leiden leidt
zelf weer
straatmakers op
ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1992
Word je rtgen wedcgever. Het starten van een eigen bedrijf.
Straatmaker. Opleiding van de gemeente Leiden.
Ziekteverzuim bij reorganisatie van een onderneming.
32
Organisatiepsycholoog Steensma:
„Managers moeten hun geheugen op
poetsen. Ze hebben zelf tijd nodig gehad
om te wennen en moeten anderen dat
ook gunnen." foto hielco kuipers
monica wesseling
Er gaat geen dag voorbij of men
komt het wel ergens tegen: een
berichtje dat bedrijven zijn ge
fuseerd dan wel dat een onder
neming flink gereorganiseerd is.
Zakelijke berichten waarachter
veelal nogal wat menselijk leed
schuil kan gaan. Reorganisatie
en fusie betekenen onzekerheid
en verandering: onderwerpen
waar lang niet iedereen mee om
kan gaan. Zodra een bedrijf be
trokken is bij fusie of reorgani
satie. stijgt het ziekteverzuim
dan ook fors.
Toch hoeven fusie en reorga
nisatie niet dramatisch te zijn.
Als werkgevers en werknemers
zich aan bepaalde spelregels
houden is het zakelijk gewin
optimaal zonder dat dit ten kos
te gaat van het menselijk welbe
vinden. Sociaal en organisatie
psycholoog H. Steensma van de
faculteit Sociale Wetenschap
pen van de universiteit van Lei
den zet een paar spelregels op
een rijtje. „Want een fusie kan
ook prima verlopen."
Weerbaarheid
Hoewel hij geen harde cijfers op
tafel kan leggen weet Steensma
dat bij de eerste geruchten over
een fusie of reorganisatie al ras
een aantal werknemers in de
lappenmand raakt. In de loop
van het proces wordt dit steeds
erger maar: lang niet iedereen
sneuvelt. Steensma over het
verschil in weerbaarheid: „Men
sen die veel behoefte hebben
aan controle op de wereld zul
len de onzekerheid moeilijk
aankunnen. Datzelfde geldt
voor mensen die heel erg pres
tatiegericht zijn. Als je jezelf
nooit toestaat een fout te ma
ken. zul je alle problemen
rondom een fusie aan jezelf toe
schrijven. Als iets niet goed gaat
is dat jouw schuld. Nonsens na
tuurlijk maar zo wordt dat wel
gevoeld."
Niet alleen de persoonlijkheid
van iemand speelt een rol bij
het wel of niet ziek worden van
de situatie. De organisatiepsy
choloog denkt dat ook de plaats
in het bedrijf van groot belang
is. „Iemand onderaan de maat
schappelijke ladder die als voet
veeg wordt behandeld en nooit
naar zijn mening wordt ge
vraagd, zal zich sneller gemal
traiteerd voelen en ziek worden
dan een manager die mag mee
beslissen."
Derde factor bij het wel of
niet aankunnen van de stress, is
de situatie thuis. Iemand met
een gelukkig familieleven en/of
in een fijne vriendenkring wordt
opgevangen, kan zijn verhaal
kwijt en is daardoor stressbe
stendiger.
Bescherming
Te veel onprettige spanning en
onzekerheid: de een gaat over
matig drinken en roken, een
volgende krijgt lage rugpijn en
pijn in het hoofd, een derde is
thuis niet meer te genieten.
Werkgevers en werknemers
kunnen er voor zorgen dat het
zo'n vaart niet loopt, is de over
tuiging van Steensma.
„Het idee dat een werknemer
een weerloos slachtoffer is. is
natuurlijk absurd. Werknemers
kunnen zelf heel best de touw
tjes in handen nemen. Via de
ondernemingsraad en de vak
bonden is het mogelijk om te
eisen dat men tijdig geïnfor
meerd wordt en kan meepra
ten." Zelfs al mag er mee ge
praat: er blijft een lange tijd van
onzekerheid. Houd ik mijn
baan, wie wordt mijn baas, gaat
het bedrijf niet op de fles...? en
zovoort. Voor de 'regelneven'
onder de werknemers genoeg
onzekerheid om doodziek van
te worden.
Steensma: „Zeker als je van
jezelf weet dat je niet best met
onzekerheid en spanning kunt
omgaan, is het belangrijk bij zo
iets ingrijpends als een fusie, je
zelf te beschermen. Met sport
zijn spanningen prima af te rea
geren. Zorg er voor dat je praat
over wat je dwarszit. Voor men
sen die echt het idee hebben te
gen een muur te lopen, kunnen
stresscursussen prima zijn. Veel
bedrijven hebben de bereidheid
die cursus te betalen."
De werknemer kan zich nog
zo goed op een fusie voorberei
den. de werkgever heeft de sleu
tel tot succes in handen. Vol
gens Steensma schort het nog al
eens aan de kwaliteit van de fu
siemanagers. „Het besluit om te
fuseren en de keuze van de
partner zijn ongelooflijk belang
rijk. Zit dat fout dan mislukt al
les. Dat is dan echt menselijk
leed. Iemand ontslaan of laten
verhuizen en later de fusie weer
maken, is bijna ge<
Tip
Naast
tips als 'licht je v
dig in', 'zorg vc
en 'beloon men
inzet', heeft Steensma een, &ec
zoals hij het zelf noemt. Goudetl 'Tia
rip voor de manager in fusietijd. .0I
„Werkgevers moeten zich een
beter geheugen laten aanmeten, se|
Managers en andere leidinggeJ
venden die voor het eerst te ho-
ren krijgen dat het bedrijf gaal p
fuseren, zijn weken lang van
slag; ziek, zwak en misselijk. Op^°'
een gegeven moment draaien,
ze de knop om en gaan ze gelo-j f e
ven in die fusie. Geloven ert
vechten er voor. Dan worden de rnil
werknemers van het nieuws op za
de hoogte gebracht. En dan ge-
beurt iets raars. De werkgever
heeft weken nodig gehad te
wennen, maar eist van zijrïw(
mensen dat die van de ene op
de andere dag enthousiast zijn. £c
Dat kan dus niet. Een goede
veranderpaus geeft zijn mensen ^r
de tijd en vertelt ze vanaf het j11
prilste begin hoe de vlag er bij
staat."
i twin-
Iaarlijks beginnen in Nederland zo
tigduizend mannen en vrouwen een be
drijfje. Zij scheppen ruim dertigduizend
/e arbeidsplaatsen. In 1985 startten nog
maar 14.000 bedrijven. Sindsdien is het aantal elk
jaar gegroeid. Dit blijkt uit een recente studie van
het Economisch Instituut voor Midden- en Klein
bedrijf. Steeds meer mensen kiezen voor het on
dernemerschap.
In het district van de Haarlemse Kamer van
Koophandel werden in 1991 meer dan driedui
zend bedrijven opgericht. In de eerste helft van
1992 steeg het totale aantal van 25.476 tot 27.491.
Ook in de regio loeiden is sprake van een toena
me. Vorig jaar lieten zich circa tweeduizend be
drijven in het Handelsregister van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor Rijnland inschrij
ven. Dit jaar zijn dat er zo'n tweehonderd per
maand, aldus een woordvoerster. Wie in die regio
leiden voor zichzelf wil beginnen kan rekenen op
hulp van startersconsulent J. van Loon.
Afvalrace
In een kwart van de gevallen is werkloosheid, het
niet kunnen vinden van een baan, aanleiding om
te kiezen voor het ondernemerschap. Dat. kwam
naar voren uit een onderzoek enkele jaren gele
den. gepubliceerd door de Stichting Maatschap
pij en Onderneming. Een
makkelijke weg is het niet;
ondanks de hulp van advi
serende instanties als 'Word
je eigen werkgever' van de
Kamers van Koophandel,
strandden veel beginners
binnen enkele jaren. Ook al
tijdens de voorbereiding vallen er nogal wat af. Ze
hebben zich verkeken op het ondernemerschap
of krijgen de financiering niet rond.
David Henny, voorlichter bij de Haarlemse Ka
mer, vindt die afvalrace juist een positief effect
van de vele adviezen. „Mensen die na wat ze alle
maal tijdens de voorlichting van praktijkmensen
te horen krijgen besluiten toch maar geen bedrijf
op te zetten, zouden anders in een later stadium
vastlopen. Het is dus een goede selectie-metho
de. De collectieve en individuele steun die we
starters bieden is veelomvattend en breidt zich
nog steeds uit.
Eigen
werkgever
worden
'Ook vrouwen zijn welkom
Ben Kramer, consulent "Word je eigen werkgever'.
is de begelei
ding van jonge be
drijven. We houden
sinds kort bij hoe
het gaat, waar het
vastloopt en wat er
aan te doen is. En
een groot succes is
de Starterstelefoon
die dit jaar al duizend keer werd gebeld."
Toetsing
De moeilijkste klus vinden starters het opstellen
van een ondernemingsplan. Daarin moet onder
meer worden omschreven: het produkt of de
dienst, welke markten men wil bewerken, finan
ciering, omzetprognoses en de te verwachten
winstresultaten. Henny: „Zonder zo'n onderne
mingsplan kom je echt niet ver. Ie hebt het plan
nodig voor een lening, bankgarantie en eventueel
uitkering en starterskapitaal 40.000) van de so
ciale dienst." Met voor het ondememersplan een
fiat van het Instituut voor het Midden- en Klein
bedrijf dat de startende ondernemers begeleidt
op financieel-economische gebied, vergroot je de
kans op succes.
Het toetsen van ideeën waarmee men rond
loopt is volgens David Henny uiterst belangrijk.
„Onze adviseurs zijn mensen uit de praktijk. Zij
kunnen inschatten of een plan kans van slagen
heeft. Ze kennen de voetangels en klemmen en
waarschuwen: weet wèl waar je aan begint! Het is
geen kantoorbaan; met een eigen bedrijf ben je
dag en nacht bezig. Belangrijk voor succes is ook
het maken van veel contacten, mensen leren ken
nen. En als jong bedrijf heb je specialistische
steun hard nodig. Daarin voorzien onze spreeku
ren waar makelaars, advocaten en accountants
gratis adviezen geven."
Aanleiding
Van de startersservice van de Kamer wordt steeds
meer gebruik gemaakt. Vorig jaar zijn met 436
mannen en tweehonderd vrouwen individuele
gesprekken gevoerd die leidden tot oprichting
van een bedrijf. Ben Kramer is de nieuwe consu
lent vin V'irrt ir derft m i Igi irr Manager The»
)'n dertig
jonge be-
Veldhuyzen-van Zanten helpt (vrouwelijke) star
ters al jaren op weg. Het begint meestal met een
startersvoorlichtingsdag, die vorig jaar door 540
mensen is bezocht. De oriëntatiedagen trokken
tachtig belangstellenden en aan de zesdaagse
cursus Eigen iJedrijf beginnen nan
mensen deel. Ook de cursussen 1
drijven hebben veel aftrek.
Wat beweegt al die mannen ei
voor zichzelf te beginnen, behalve dan als alter
natief voor werkloosheid? Ook dat heeft de Stich
ting Maatschappij en Onderneming onderzocht.
Slechte behandeling op het werk, ruzie, onderge
waardeerd, een te drukke of oninteressante baan
bij voorbeeld. Maar ook een scheiding of dood
van partner, of juist het vinden van een nieuwe
partner blijkt mensen soms te stimuleren om ei
gen baas te worden. Ze wagen de stap omdat ze
een gat in de markt zien. het de enige mogelijk
heid is om een idee gestalte te geven, advies van
anderen om capaciteiten beter te benutten, maar
ook een voorbeeld van succesvolle vrienden geeft
weieens de doorslag.
Een financiële meevaller is soms een aanleiding
om ondernemer te worden. F.en onverwacht aan
bod voor bedrijfsovername komt ook voor. Of ie
mand zijn plannen werkelijk doorzet blijkt sterk
afhankelijk van de opvattingen die huisgenoten,
familie, vrienden en collega's daar over nebben.
Veelgehoorde argumenten om eigen baas te wor
den zijn volgens SMO: je kan iels opbouwen voor
je kinderen, dan pas kun je jezelf bewijzen, een
hoger inkomen wordt bereikbaar, je stijgt in aan
zien. je kunt jezelf beter ontplooien, het biedt
meer zekerheid, je kan familieleden helpen, je
bent geen ondergeschikte meer. het biedt afwis
seling en heeft iets avontuurlijks. Of kernachtig
weergegeven door starter Nora Mullens in het
KNOV-blad Ondernemers Visie: „Het fijne van ei
gen baas zijn is dat je geen baas meer hebt."
Formaliteiten
Overheidsmaatregelen werken zowel stimulerend
(subsidies) als remmend (regelgeving) op het be
ginnen van een bedrijf, je wordt als baas gecon
fronteerd met een gigantische papierwinkel, er
kent Henny. Onlang heeft minister Andriessen
van Economische Zaken zijn ambtenaren eens la
ten uitzoeken wat voor het beginnen van een ga
ragebedrijfje nodig was. Er bleken zeventien for
mulieren bij tal van instanties ingeleverd te moe
ten worden. Om dat te vereenvoudigen wil Eco
nomische Zaken bij een groot aantal branches de
vestigingseisen versoepelen. Daartegen hebben
ondernemersorganisaties bezwaar gemaakt om
dat ze vrezen dat vakmanschap verloren gaat en
oneerlijke concurrentie het gevolg is. David Hen
ny: „Maar ze zijn in Den Haag druk bezig een sa
nering voor te bereiden."
Met starten ben je er niet. Vaak gaat het mis
met een eigen bedrijf. Driekwart van de startende
ondernemers is binnen vier jaar gestopt. Onge
veer veertig procent hiervan gaat failliet. Veel on
dernemers blijken nauwelijks op de hoogte van
de gevolgen van een faillissement, schrijft r.
Blom in het boek Het Nederlands Faillissement.
Maar ondanks alle haken en ogen die ej aan vast
zitten, kiezen toch steeds meer mannen en vrou
wen voor het ondernemerschap.
Wie mei plannen voor een eigen bedrijf rondloopt en eerst
u-at algemenen informatie uil inwinnen kan terecht bi) de
Haarlemse Kamer ran Koophandel, \assauplein 3. telefoon
nummer 023-159 159 en de Kamer van Koophandel m Lei
den. Stationsweg 41. wie ft netnummer071-250500.
Uit het introductieboekje van de Small-Busi-
ness-opleiding:
Tegen beter weten in koos u het steile pad naar
het hooggelegen paradijs van het ondernemer
schap. Dit steile glibberige pad, langs diepe ra
vijnen, dat de onvermoeibare student van de
Kleine Ondernemers School vervult van vreugde
over zo veel risico's en onzekerheid omtrent zijn
overlevingskansen, heeft echter een eerste rust
en ravitailleringsplaats aan het Nassauplein.
Immers de Kamer van Koophandel laaft uw on
lesbare dorst naar informatie over de rechtsvor
men. het Handelsregister, de im- en export
voorschriftenVerder gaat uu> barre tocht over
de onbegaanbare kronkels van het onderne
merspad. dat u mensmoedig met creativiteit en
flexibiliteit, met geduld van een kal en de vol
harding van een kameel begaat... En bereikt u
ten slotte de alpenweide van het jonge onderne
merschap dan weten de leden van de Contact
Club Jonge Bedrijven u te waarschuwen voor de
verraderlijke alpenwinden, wolkbreuken en
steenlawines die uw ondernemingslust tot nieu
we hoogte zullen oprakelen. En wanneer u niet
aan uw na- en bijscholing bij de Kamer van
Koophandel hebt gewerkt, niet tijdig de voor
lichtingsbijeenkomsten over bedrijfsopvolging
hebt bezocht, laat dan de griffier van de recht
bank met een gerust hart het bankroet van uw
bedrijf in het Handelsregister inschrijven. Want
eerst dan beseft u dat uw kamer er was van de
wieg tot aan uw graf als ondernemer zonder
De gemeente Leiden gaat weer zelf straat
makers opleiden. Volgens de directie civiele
werken is dat de enige manier om het tekort
aan vakbekwame straatmakers aan te vullen.
De eerste drie leerlingen kunnen binnenkort
beginnen bij de afdeling bestratingen.
Deze afdeling telt 25 formatieplaatsen,
waarvan er momenteel vier niet bezet zijn.
Die vacatures moeten worden opgevuld
door twee ervaren krachten en door drie
leerlingen. Hoofd r. B. Fraanje wil in de ko
mende jaren steeds twee of drie leerlingen
aannemen. „Zo kunnen we het eigen ver
loopaanvullen."
De opleiding tot straatmaker duurt een paar
jaar. zodat 'Bestratingen' overeen paar jaar
een vaste groep van tien a vijftien leerlingen
heeft. Fraanje: „Waarschijnlijk maakt niet ie
dereen de opleiding af en er zullen ook
mensen zijn die na hun opleiding naar het
bedrijfsleven gaan. Een paar leerlingen 'te
veel' kunnen we dus best hebben.
Vroeger had de gemeente een bloeiende
opleiding tot straatmaker, maar in de late ja
ren-zeventig verdween die onder druk van
bezuinigingen. Leerlingen konden daarna
alleen nog in het bedrijfsleven terecht. Tege
lijkertijd daalde het aantal arbeidsplaatsen
omdat steeds meer straatwerk werd uitbe
steed.
Jarenlang nam Leiden geen nieuwe straat-
makers meer aan. In 1977 waren er nog 69
mensen in dienst (exclusief tien leerlingen)
tegen nu nog ruim twintig. Gevolg: het per
soneelsbestand is sterk vergrijsd. De gemid
delde leeftijd van de
straatmakers bij de
gemeente Leiden
ligt op 42 jaar. De
generatie dertigers
ontbreekt geheel.
De mensen die 'Be
stratingen' nu in
dienst heeft zijn nog
allemaal intern op
geleid. Wat straat
makers in het be
drijfsleven leren is
volgens docent A. j
Hofman van direc
tie civiele werken
niet toereikend. „Bij J
ons staat kwaliteit
voorop en bij een
aannemer kwanti
teit. Als je vanuit de
gerneen(C naar een
particulier bedrijf j
jestevigaanpoten.dat valt veel j
vaar tegen."
Straatmaker, een be
roep waan/oor de
gemeente Leiden
weer zelf gaat oplei
den. Ook andere middelgrote en grote gemeen-
foto jan holvast ten als Delft en Den Haag gaan volgens
Fraanje weer zelf mensen opleiden. „De
overheid merkt dat het steeds moeilijker
wordt om ambachtelijke straatmakers te
krijgen. Het alternatief is om alles vol te
gooien met asfalt. Niet zo goedkoop overi
gens als het lijkt, want het is erg onder-
houdsintensief."
Afhankelijk van eerdere scholing duurt de
opleiding vier of vijf jaar. Het eerste deel
moeten de leerlingen nog een dag in de
week naar school; de rest van de tijd draaien
ze mee met een ploeg van de gemeente.
Hofman. „Je zoekt steeds aangepast werk.
Iemand die al 'hamervast' is dan kun je al
een aardig straatje maken mag misschien
vrij snel een kruispunt doen. terwijl anderen
met een stoepje moeten beginnen."
Mensen die geïnteresseerd zijn in een oplei
ding tot straatmaker bij de gemeente Leiden
kunnen zich nog aanmelden voor een van
de drie opleidingsplaatsen. Ook vrouwen
zijn welkom. Hofman: ..Het is nu nog een
complete mannenwereld, maar dat kan ver
anderen...".