Democratie Afrika is teer kasplantje Werunnen met 3400 professionals goed geoliede organisatie Politiek geweld staat democratisch experiment herenigd Yemen in de weg Iraakse Kurden kijken richting Turkije Tijd is rijp voor de 'waterkip' Feiten &Meningen ..Y00RzrrrfR VAN pmmurAW ÊNQO£t£COMMMÉ,MM1? ,WHHm tiUURWiffl V/Af 'N JTR&SSWAT P/CWT U VAH 'N TIJM iu Pt 2/^V/fr...?., MAANDAG 7 SEPTEMBER 1992 TOM JANSSEN CWe tegenstellingen tussen noord en zuid bedreigen verkiezingen SANA'A'SALAH NASRAW1 AP Op 17 juli probeerden schutters in Aden, de vroegere hoofdstad van Zuid-Yemen, een eind te maken aan het leven van Anis Has san Yahya, lid van het politburo van de Ye- menitische Socialistische Partij en adviseur van premier Haidar Abu Bakr al-Attas. De broer van de laatste werd op 15 juni dood geschoten. En in april raakte minister van justitie Abdel-Wasel Salam, ook een socia list, bij een aanslag gewond. De na de Golfoorlog ingezakte economie heeft oude tegenstellingen nieuw leven in geblazen. Het geweld is vooral gericht tegen de Socialistische Partij, die vroeger het marxistische Zuid-Yemen bestierde. Het is kennelijk de bedoeling met de aanslagen de coalitie tussen de Socialistische Partij en de Algemene Congrespartij, die voor de vereni ging in het noorden aan de macht was, te ondermijnen. Na een overgangsperiode van 30 maanden die op 22 november afloopt, moeten er par lementsverkiezingen worden gehouden. De komende maanden zullen cruciaal zijn voor het land in het uiterste zuiden van het Ara bische schiereiland. De bevolking van Yemen staat voor het eerst sinds de tijd van de koningin van She- ba, in de tiende eeuw voor Christus, weer onder een centraal gezag. Bij de eenwor ding werd de Noordyemenitische president Ali Abdullah Saleh president van het nieu we Yemen, de zuidelijke president al-Attas werd premier. Beide bewindslieden proberen het histo risch sterk verdeelde land tot een eenheid te smeden. Vooral in het noorden zijn de stamverbanden echter nog steeds allesbe palend en er bestaan nog vele religieuze, ideologische, economische en sociale ver schillen. Jar-Allah Omer, leider van de Socialistische Partij en lid van de Consultatieve Raad, een soort interim-parlement, beschuldigt de „traditionele krachten" er van de invoering van de democratie tegen te willen houden. „Het is een strijd tussen democratie en mo dernisering aan de ene kant en het behoud van Yemen zoals het nu is, of zelfs een te ruggang naar het oude, aan de andere kant", zegt Omer. Omer refereert hiermee aan de noordelijke alliantie tussen stamhoofden en fundamen talisten van het Moslimbroederschap. De leider van deze coalitie is de 60-jarige sjeik Hussein al-Amer, hoofd van de Hashed- stam, de grootste stam van Yemen, en de is lamitische al-Islah-partij. Volgens diploma ten ontvangt de alliantie aanzienlijke finan ciële steun vanuit Saudi-Arabië. Al-Amer ontkent dat hij geld krijgt uit Riy- aad en de Saudi's ontkennen dat ze zich mengen in Yemenitische zaken. De monar chistische en theocratische Saudi's hebben in het verleden echter verschillende keren oorlog gevoerd met de Yemenieten en steunden de noordelijke stammen. Saudi- sche leiders juichten de hereniging in het openbaar toe, maar toonden zich achter de schermen bezorgd over de bedreiging van hun zeggenschap over de regio. Een groot deel van de grens is nooit officieel aangegeven en de recente ontdekking van olievelden heeft gezorgd voor nieuwe Saudische claims op grensgebieden die al gemeen als Yemenitisch worden be schouwd. De betrekkingen met de Saudi's verslechterden in 1990 toen de pas verenig de republiek weigerde zich aan te sluiten bij een coalitie tegen Irak en neutraal bleef in de Golfcrisis. Saudi-Arabië reageerde hierop met stopzetting van financiële hulp en het uitwijzen van een miljoen Yemenitische gastarbeiders. Overal in Afrika duiken nieuw gekozen regeringen op die een einde moeten maken aan het wanbeheer van de een- partijstaat. Na jaren van wanbeleid heeft de bevolking van Afrika uitzicht op verandering. Maar met het aantre den van nieuwe leiders komen nieuwe uitdagingen. „Er is hier iets dat velen van ons in Afrika niet aanstaat, en dat is de verandering omwille van de verandering," zegt een Afrikaanse diplomaat treffend. HARARE OBINNA ANYADIKE IPS Het was de nieuwe Zambiaanse president Frederick Chiluba die vorig jaar zijn partij en de be volking waarschuwde voor de „crisis van de verwachting." Chiluba boekte het afgelopen jaar tijdens de presidentsverkie zingen een monsterzege op Kenneth Kaunda, die 27 jaar lang als president in Zambia de scepter zwaaide. Er kwam een einde aan de eenpartijstaat en Kaunda moest het veld ruimen. Maar de mogelijkheden van de nieuwe democratische leiders van Afrika zijn beperkt door de onderontwikkeling en de ar moede. Het was de armoede die de bevolking deed opstaan om verandering te eisen. Het is ech ter dezelfde armoede die de armslag van nieuwe regeringen begrenst. Bovendien is demo cratie meer dan het verruilen van de ene groep leiders, af komstig uit de stedelijke elite, voor een andere. Het vereist een politieke cultuur die verder reikt dan de stembus. Met de democratie breekt voor een aantal Afrikaanse landen een nieuwe periode aan. De in terne spanningen die na de on afhankelijkheid leidden tot mili taire regeringen, een partijstel sels of zelfs 'geen-partijstaten', zijn nog steeds merkbaar. Er heerst twijfel of de kersverse de mocraten de spanningen aan kunnen die daardoor ontstaan. Om bij Zambia te blijven: Chi- luba's Beweging voor Meerpar- tijen Democratie (MDM) stond op de bres voor een goede ruptie en respect voor de men senrechten. Nu wordt de MDM- regering beschuldigd van cor ruptie, bevoordeling van de ei gen stam en vervolging van de oppositie. Het éénpartij-experiment in Afrika is mislukt, net als in Oost-Europa. Volgens de voor standers zou het systeem de snelste route naar ontwikkeling zijn, een rechte weg zonder dat de regering zou worden afgeleid door het spel van het politiek pluralisme. Stabiliteit en orde zouden zo gewaarborgd blijven. Failliet Vooral sinds de val van de Muur raast de democratie door Afrika. Niet alleen viel daarmee in veel gevallen een belangrijke steun pilaar voor autoritaire Afrikaan se heersers weg, het bleek ook een inspiratiebron voor de al tientallen jaren door dictatuur en nepotisme geteisterde bevol- king. Daarnaast stelden rijke westerse landen steeds meer voorwaar den aan ontwikkelingshulp, zoals respect voor de mensen rechten en effectief bestuur good governance). Donorlanden zetten hun nieuwe eisen kracht bij door de ontwikkelingshulp aan de koppige autoritaire heer sers als in Kenya en Malawi op te schorten. In Westafrikaanse landen als Ghana en Nigeria trachten de machthebbers de verandering zelf in handen te houden. In Ghana hoopte luitenant Jerry Rawlings de oude politieke klas se, die zijn jarenlange militaire bewind had weten te overleven, de wind uit de zeilen te nemen door een vage overgangsperio de aan te kondigen waarin geen enkele partij zou bestaan. Maar onder binnenlandse druk en de invloed van donorlanden heeft Rawlings de deur geopend voor een onbeperkt aantal politieke partijen. In november zullen de presidentsverkiezingen worden gehouden. De Nigeriaanse leider generaal Ibrahim Babangida heeft zo zijn eigen strak gecontroleerde over gangsprogramma. Babangida kwam in 1985 via een staats greep aan de macht en maakte een einde aan de experimenten met verschillende regeringsvor men, die vooral werden geken merkt door wanbeleid en cor ruptie. Nu voert Babangida zijn eigen merk democratie in. Met twee door de regering opgerich te partijen hoopt Babangida de zaak onder controle te houden en de invloed van de oude poli tieke garde in te tomen. Ook in de Franssprekende lan den in Afrika stuit de democra tiseringsbeweging op beperkin gen en listen, zoals blijkt uit Zaïre en Ivoorkust. Al maanden wordt de nationale conferentie in Zaïre verlamd door proble men. Keer op keer worden de vergaderingen uitgesteld. Presi dent Mobutu Sese Seko creëert welbewust chaos en tracht via het omkopen van de oppositie de macht behouden. In Ivoor kust slaagde de president Felix Houphouet-Boigny erin de op positie buiten spel te houden door de democratie 'een handje te helpen'. De veteraan Houp- houet-Boigny richtte een serie van surrogaat-partijen op en schreef zogenaamde verkiezin gen uit. Of de democratie in Afrika wer kelijk een succes zal zijn, zal uit eindelijk blijken uit de verkie zingen. Het blijft de vraag of re geringen via de stembus werke lijk vervangen kunnen worden. Dat is de test voor de democra tisering van Afrika. Kurdische leider Talabani neemt PKK op de korrel Amerika, blijf, zo luidt deze oproep tijdens een demonstratie van Kurden eerder dit jaar. De Iraakse Kurden zijn bang dat Saddam onmiddellijk aanvalt als de VS stoppen met hun patrouillevluchten boven Noord-lrak. Turkije doet echter steeds moeilijker over het gebruik van bases op zijn grondgebied. FOTO AFP JOSEPH BARRAK DEN HAAG MAURICE WILBRINK Vorig jaar zomer werden ze nog weken lang door Saddam Hus sein aan het lijntje gehouden in het snikhete Baghdad in de hoop op een deal die er nooit zou komen. Nu lijkt er een soort pendeldiplomatie te ontstaan gericht op Turkije. De Iraaks- Kurdische leiders hebben Bagh dad de rug toegekeerd. „We wil len de best mogelijke relaties met onze buren", zei Jalal Tala bani, de leider van de Iraaks Kurdistan, vorige week in Den Haag. Talabani werd geflankeerd door twee mede-strijders: Hosyar Ze- bari en Sami Rahman. De drie behoren tot verschillende partij en, maar opereren sinds ander halfjaar onder één vlag, het Iraakse Kurdistan Front. Sinds de Golfoorlog heeft een groot deel van het Kurdische gebied ach ontworsteld aan de autori teit van Baghdad. Er is een zelf gekozen bestuur en parlement van Kurden. De ongeregelde peshmerga-guerriWas vormen zich om tot meer geregelde troepen. Maar, zo zei Sami: „De veiligheidssituatie is zeer fra- fiel". addam gaat voort met een troepenopbouw aan de zuid grens van de Kurdische vrijha ven. De vrije zone is econo misch geheel in elkaar geklapt, met name door een blokkade van Saddam. Naar schatting 300.000 Kurden leven nog altijd in tenten en andere provisori sche onderkomens. Er zijn geen voedselvoorraden voor de snel naderende, strenge winter. De veiligheid in het gebied hangt aan één dun draadje: geallieer de gevechtstoestellen voeren dagelijks vluchten uit vanaf de Turkse basis Incirlik boven Noord-lrak. Ze vormen de enige veiligheidsgarantie die de Kur den hebben. Als de vluchten stoppen, valt Saddam aan. Ieder half jaar onderhandelen de geallieerden met Turkije over het gebruik van Incirlik als uit valsbasis voor die vluchten en steeds liggen de Turken dwars. Met name daarom zitten de Iraaks-Kurdische leiders nu meer dan ooit in Ankara in de hoop betere relaties te kweken. De drie legden echter vooral het accent op die andere Turkse kwestie: de oorlog tussen het Turkse leger en de Turks-Kurdi sche guerrillabeweging PKK. Turkije eist van de Iraakse Kur den dat ze hun land niet ter be schikking stellen van PKK-com- mando's, die vanuit Irak aanval len uitvoeren op Turks grondge bied. Talabani: „Wij zijn nog niet in staat onze grenzen volledig te controleren. De PKK als politie ke organisatie is welkom bij ons. Maar niet als ze militair ac tief zijn". Sami: „Niemand mag de situa tie in ons gebied in gevaar bren gen." Hij doelde op de PKK, wiens activiteiten voor Turkije aanleiding zijn regelmatig Noord-Iraakse dorpen te bom barderen. Nu Turkije zich ontwikkelt tot een regionale grootmacht, zijn de Iraakse Kurden bereid hun relatie met de PKK op het spel te zetten. Talabani voer heftig uit tegen de PKK. „Ik heb bewij zen dat de PKK samenwerkt met de Iraakse geheime dienst". De PKK zou in Tikrit en Mosul, waar Saddam nog de macht heeft, bases hebben en zou zich zo verder bewapenen. De aan- voerroute van die wapens loopt dwars door de vrije Kurdische zone. Talabani heeft dus niet al leen geen controle over de gren zen, maar de Kurdische autori teit is blijkbaar in het binnenge- bied ook erg zwak. De Kurdische leiders kijken in tussen reikhalzend uit naar een periode zonder Saddam. De drie benadrukten weer dat ze zich niet los willen maken uit Irak. En Zebari liet weten de veiligheidszone, die de gealli eerden recent in Zuid-Irak in stelden, 'een zegen' te vinden. „Het versterkt de oppositie in Irak". Contacten met Baghdad zijn er al sinds bijna een jaar niet meer. Talabani: „We willen graag praten met een nieuw Baghdad, als Saddam weg is". Tot die tijd gokken de Iraakse Kurden erop dat het centrale re gime in Baghdad eerder in el kaar stort dan hun vrije zone. Daarvoor hebben ze nu Turkije nodig. THE INDEPENDENT Wanneer door overbevissing de we reld door zijn visvoorraad heen is, zou een schotel met de exotische naam Tilapia Niloticus in de toe komst de dis kunnen opsieren. Deze onbekende Afrikaanse zoetwatervis kan een waterkip worden die meer traditionele vis als kabeljauw en schelvis vervangt. Patrick Franklin, adviseur op het ge bied van de internationale visserij, zei vorige week tijdens een bijeen komst van de Britsé Vereniging ter Bevordering van de Wetenschap dat „het een slecht voorteken is dat er dit jaar in de wateren rond het Vere nigd Koninkrijk bijna geen kabel jauw en schelvis zit. De visserijvloot van IJsland ligt wegens gebrek aan vis in de haven, er zit geen kabeljauw bij Groenland en de Newfoundland- bank, één van de grootste visgron den ter wereld voor kabeljauw, is he lemaal gesloten voor de visserij." In 1990, het laatste jaar waarover cij fers beschikbaar zijn, is 97 miljoen ton vis uit de oceanen en zoetwater visgronden gehaald. „Kunnen de vis standen van deze planeet deze druk weerstaan?" vroeg Franklin, „Het antwoord is bijna zeker: Nee." Tenminste tien procent van de vis vangst van de wereld gaat verloren en ongeveer 30 procent wordt ver werkt tot vismeel voor veevoer en kunstmest. „Zo is er dus een verband tussen de hoeveelheid gevangen an sjovis en de prijs van kippen in uw supermarkt", aldus Franklin. Iedere verhoging van de visproduktie moet uit de viskweek komen. En daar komt de Tilapia in zicht. Hij is sterk, hij groeit snel en het is een al- leseter. Net als de kip kan hij goed le ven van de restjes uit de keuken „waarbij hij voedsel van lage kwali teit tot iets eetbaars maakt". De vis wordt in de Verenigde Staten al gekweekt. Er wordt zo'n 1000 ton per jaar van verkocht. Franklin zei de vis ook al, onder de naam St. Peter Fish, in Engeland te hebben gesigna leerd. Tilapia wordt commerciëel ge kweekt in België, waar het warme water van een electriciteitscentrale wordt gebruikt voor het bevorderen van de snelle groei. Er is echter één probleem: hoewel de visjes snel groeien, kunnen ze plotse ling zeer geïnteresseerd raken in seks. Daar gaat dan de energie aan op en wordt het groeiproces gehin derd. Met een goede 'begeleiding' kunnen de vissen een gewicht berei ken van een pond, terwijl ze niet ver der komen dan een ons als ze hun lusten ongehinderd mogen botvie- Accountants Belastingadviseurs Management Consultants In 1990 werd 97 miljoen ton vis gevangen, vrijwel zeker meer dan verantwoord is. FOTO B SCHEIJCROND

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 2