Actie 'Dienblad' 1 Compromis-relaties II T ZATERDAG 22 AUGUSTUS 1992 Ven jaar geleden was de horeca opvallend doelwit van de elastingdienst. 'Schuimkraag'heette de actie van de fiscus die zich richtte op verzwegen omzetten. De belasting is thans opnieuw in 'het zwarte gat' van de horeca gedoken: de actie 'Dienblad'. Dit keer wordt jacht gemaakt op illegale werkers. De stad Leiden als proeftuin. nederkoorn m n 1982 raakte de Nederlandse belas- H tingdienst geheel ontketend in de Actie L Schuimkraag, waarbij de jacht werd ■opend op verzwegen omzetten in de hore- De schatkist incasseerde een naheffing een kwart miljard gulden. Als tragisch jverschijnsel raakten ondernemers door de ïverwachte aanval van de fiscus in grote, tak zelfs onoverkomelijke, problemen. Er erd, zogezegd, massaal op de fles gegaan. Precies tien jaar later heeft de belasting- enst thans voorzichtig de aanzet gegeven t een nieuw massa-offensief. Eind mei be- >n de dienst in Leiden met een actie die er- is gericht het zwartwerken aan te pakken, odenaam dit keer: Actie Dienblad. Slaagt de 'e in Leiden, dan ligt de rest van het ind open als jachtveld. Leiden is een ideale proeftuin voor 'Actie ienblad'; een niet al te kolossale, overzich- lijke gemeente met toch een stevige hore- idichtheid. En: onder de bewoners van deze ad vele studenten, een bevolkingsgroep die /ars is geweest van een voor de fiscus srzwegen bijverdienste. Doelwit ictie Dienblad' beperkt zich vooralsnog tot restaurants en eetcafés. De plaatselijke orecaondememers ontvingen vantevoren n schriftelijk verzoek. Of ze de loonbelas- ngverklaringen van hun werknemers in de aak paraat wilden hebben. Belastinginspec- ijn vervolgens op toernee gegaan en bserveren nu de bewegingen in de etablis- en. Lopen er meer mensen achter een ienblad aan dan de papieren willen doen eloven? De keuze van de gelegenheden die wor- i bezocht is willekeurig," zegt een woord- irster van het ministerie van financiën. Het uitgangpunt is niet: bij Pietje zit 't vast laten we maar eens bij Pietje langs gaan. t iedereen komt aan de beurt, anderen 'ellicht twee keer." De inspecteurs nemen :eevast de papieren mee, om ze 'thuis' nog ens op hun gemak te kunnen navlooien. Het ministerie spreekt van een 'andere anier van controleren', een nieuwe aanpak e voortvloeit uit de afgeronde reorganisatie n de belastingdienst. De dienst is opge- plitst in teams en gaat tegenwoordig bran- hegericht te werk. De sector 'horeca' roert :ich flink. In Zeeland werden de Chinese res- s bestookt met de Actie Sambal, ter- zijl de inspectie in Limburg de gokkasten hoonveegde. „Er wordt minder dan vroeger illeen naar de administratie gekeken en aar de praktijk," aldus de woordvoer- Kritiek Ir.G.B.J.Dommering is op meer dan één wij- v betrokken bij 'Actie Dienblad'. Hij is 'slid van de werkgeversorganisatie Nederland, vicevoorzitter van de Be- Irijfsvereniging Horeca maar bovenal eige- mar van een aantal Leidse etablissementen pat door de belastingdienst op een bezoekje ?rd getrakteerd. De werkwijze van de inspecteurs zint hem enszins. „Ze kwamen met z'n tweeën bin- •n en begonnen meteen al het rondlopende )ersoneel te ondervragen. Hinderlijk, want at was gewoon aan 't werk. Die mannen ngen in een hoekje bij de keuken staan en jrobeerden even snel een vraag te stellen als mand met een dienblad voorbij flitste. Dat Met de gekozen handelwijze hoopt de be- stingdienst echter dat de aangesproken erknemers spontaan wellicht in hun onwe- •ndheid tot verklikken overgaan. Op die ma- ier wordt eigenaren en bedrijfsleiders de ans ontnomen zoete broodjes te bakken. De rompte aanpak zorgde in ieder geval voor het nodige angstzweet. Dommering: „Ik weet •an bedrijven waar op het moment dat de in- pecteurs door de voordeur binnenkwamen, de zwartwerkers aan de achterkant via raam pjes probeerden te ontsnappen." 'Oonbegrijpelijk' Voorzitter P. Abraas van de Horecabond FNV in Amsterdam is niet bijster ingenomen met de taktiek van de belastingdienst. „Ze zeggen dat het moet leiden tot een veel meer struc- ele controle. Nou, ik verwacht er niet zo »l van. Dat had dan ook wel honderd jaar der gekund. Ik denk dat het dezelfde kant zal opgaan als met de 'Actie Schuimkraag' jds. Het was even flink schrikken, maar na verloop van tijd zijn veel onderi de oude fout vervallen." D N K W I J Actie 'Dienblad'. Een zorg op het bordje van de horeca. De Boer POPPE DE BOER Belastingdienst speurt naar zwartwerken in de horeca De vakbondsvoorzitter vindt zelfs dat 'Dienblad' op een ongelukkig moment komt. De bedrijfsvereniging, waarin werkgevers, werknemers en het GAK zijn vertegenwoor digd, heeft begin dit jaar zelf alle horecaon dernemers in het land een brief gestuurd met het verzoek het personeelsbestand door te geven. Wie het enquêteformulier 'vergat' te retourneren, kreeg een rappèl dat deze week de deur uitging. Ondernemers die ook deze herinnering negeren kunnen een bezoekje van de GAK-inspectie tegemoet zien. Abraas: „Onbegrijpelijk! Proberen we dus net met werkgevers en werknemers de problemen sa men op te lossen, fietst de belastingdienst er op deze manier dwars doorheen". Abraas constateert een geleidelijke menta liteitsomslag bij de werkgeversvertegenwoor diging. „Vroeger zag men het probleem wel. maar een vinger kreeg je er toch niet achter, was de gedachte. Het besef dat ondernemers met zwartwerkers zich aan oneerlijke con currentie bezondigen wint terrein. De om- hoogschietende sociale premies springen de ondernemers naar de keel. Die premies zou den veel lager zijn als iedereen betaalde." Horecaondernemer Dommering: „Actie Dienblad moet niet zo hard en rücksichtlos verlopen als indertijd 'Schuimkraag'. Die aanpak leverde een regen van faillissementen op. Ondernemers die door t slag in problemen waren gekomen, i hun bedrijven tegen bodemprijzen van de hand doen. Ik zeg dus: rustig doorgaan met dit soort fiscale controles maar niets kapot maken" De operatie die de eigen bedrijfsvereniging in gang heeft gezet gaat schuil onder de wel luidende naam Geleidelijke Duimschroef. Dommering: „Een verbeterde grip levert nu al een stijging van 50 100 miljoen gulden in officiële loonkosten op. En dit jaar hebben we dus die brief naar de ondernemers ge stuurd. De bonden kloppen zich altijd graag stevig op de borst, maar ik wil toch wel graag even kwijt dat dit een initiatief van de werk gevers was." Risico Een veelgehoord argument, annex smoes, voor de inzet van zwart personeel luidt: 'An ders kunnen we de tent wel sluiten'. Abraas (Horecabond): „Ja, het is misschien wel pijn lijk maar tegelijk heel simpel. Wie het legaal niet redt heeft kennelijk ook geen bestaans recht. Dan maar sluiten. Een raar verhaal wellicht uit de mond van een vakbondsman omdat er tenslotte ook werkgelegenheid mee gemoeid is, maar toch. De nadelen en risico's van zwart werken zijn te groot om te accepte ren. Wie ziek wordt zit met de gebakken pe ren. Zo zijn al veel mensen in de problemen geraakt." „Aan de andere kant is de gekozen succes formule van veel beginnende horecaonder nemers een geheel verkeerde: zo snel moge lijk en 't liefst door geklooi met zwartwerkers, de zakken vullen om de showbink uit te han gen en in een dure auto te kunnen rondcros- Dommering: „Minister Andriessen zegt dat de vestigingseisen voor beginnende onderne mers moeten worden versoepeld. Mis! Juist niet. zeg ik." Volgens Dommering is het om te beginnen hoog tijd de macht en invloed van de gokkastondernemers in te dammen. Zij maken het startende ondernemers zeer gemakkelijk met de verstrekking van mooie kredieten, in ruil voor de plaatsing van hun geldslurpende goudmijntjes. Dommering ziet in de zich opdringende gokkast een voorna me oorzaak van, wat hij noemt, het grote overschot aan cafetaria's. „Er zijn er in het hele land zo'n 4000 te veel. De meeste kun nen niet eens bestaan zonder gokkast. Een kwalijke zaak. De gemeente Maastricht heeft ze nu verboden in cafetaria's. Maar je ziet ze ook al in sportkantines. Met kinderen van 14, 15 jaar erachter. Ons land is zo'n beetje het enige in West-Europa waar dat kan." Studenten In de vaderlandse horeca heeft de student zich ontpopt als de zwarte terrasjesloper bij uitstek. Niet onlogisch, gezien de jarenlange onmogelijkheid om de beurs op legale wijze wat te spekken. De studiebeurs kwam al in de knel als de bijverdienste de 200 gulden per maand te boven ging. Die armlastige tijden zijn echter voorbij. Het geoorloofde extraatje is verdrievoudigd. Dommering: „De reden om zwart te werken is dus vervallen. Voor horecaondernemers maakt het financieel be trekkelijk weinig uit of ze een student legaal aan het werk hebben of zwart. Bij voorbeeld, als iemand maandelijks netto 400 gulden uil overhouden, dan kost dat de ondernemer in clusief alle lasten 470 gulden. Ik denk dat lang niet alle horecaondernemers zich dit re aliseren. Misschien moet daar eens aan wor den gewerkt. Het verschil tussen netto en bruto wordt groter naarmate er meer wordt gewerkt." Dommering moet nog even geduld be trachten voor hij te horen krijgt wat de Leidse belastingdienst over zijn bedrijfsvoering te melden heeft. Eén bui ziet Dommering alvast hangen. Hij stelt voor zichzelf vast dat er een 'eeuwige strijd' gaande is tussen de belasting en de horecaondernemer welk slepend ge vecht zich nu ook weer bij 'Dienblad' mani festeert. „De belastingdienst is ontevreden over de manier waarop wij onze administra tie voeren. Niet uitgebreid genoeg. Maar wij zijn ondernemers, geen administrateurs. Als ik hun ideeën zou uivoeren, ben ik de helft van mijn tijd aan de boekhouding kwijt. Daar voel ik niks voor. Bovendien stelt de wet dat we een 'deugdelijke administratie' moeten voeren. Maar wat is deugdelijk? Daar valt over te dicussiëren." 'Natuurlijk... Dommering wil best meewerken aan een be ter klimaat, „maar" - zegt hij - „Laat ze dan met goeie ideeën komen. En ons niet. zoals de belastingdienst nu bij voorbeeld voor ogen staat, tevoren laten opgeven hoeveel parttimers er in een jaar zullen werken. Dat is onmogelijk. Parttimers worden vaak opge roepen op het moment dat ze nodig zijn. We bellen ze als het terras vol zit. Dat kun je vooraf toch niet inschatten?" Dommering betreurt het dat de horeca als bedrijfstak opnieuw openbaar in het vizier ligt. „Natuurlijk wordt er zwart gewerkt. Maar dat gebeurt ook elders. Wij hebben de naam, omdat we nu eenmaal altijd in de schijnwer pers staan. Maar zwart werk is toch zeker een nationaal fenomeen...?!. Misschien moet je als overheid wel zeggen: okee. het uitbannen van het totale zwarte circuit is toch een illu sie, vanaf nu mag iedereen tien procent rot- „Als ik mijn man zou moeten scoren op basis van verdriet mij aangedaan en van geschonden vertrouwenzegt ze met een kleur alsof ze zich schaamt voor de enormiteit van haar uitspraak, „dan denk ik dat ik hem mijn ergste vijand moet noemen". I ot mijn verbazing blijft I hij, uiterlijk althans, Ai volstrekt onbewogen onder de emotionele aantijging. Als ik hem om een reactie vraag, zegt-ie schouderophalend: „Tja. wat moet ik daar nou op zeggen? Ik vind het allemaal nogal over dreven gesteld. Het gaat de laatste tijd eigenlijk helemaal niet zo slecht tussen ons." En terwijl hij zich naar haar toe keert, voegt hij er aan toe: „Dat vind jij toch ook, of niet soms?" Ik knijp bij die opmerking mijn tenen bij elkaar en denk 'oh, jong daar zal je nog spijt van krijgen'. Ik word op mijn wenken be diend. want het effect is dat van het droppen een lading dyna miet in een emotionele beerput. Een vloedgolf van verwijten, te leurgestelde verwachtingen, on bevredigde behoeftes, en van kleine, grote en hele grote be driegerijen (met andere relaties, met afspraken en met geld) waaraan hij zich schuldig heeft gemaakt, rolt over hem heen. „En nooit, nooit", eindigt ze met schril-wanhopige stem. „nooit zal hij eens een keer laten mer ken dat hij snapt hoe ik me vaak voel. Het lijkt verdomme wel of ik tegen een ijsberg sta te pra- Er volgt een pijnlijke stilte. Ik vraag me af hoe hij zich moet voelen nu hij, nota bene in aan wezigheid van een buitenstaan der, als persoon toch wel heel erg afgeschminkt is. Op een gegeven moment kijkt hij mij aan. la chend als een boer die behoorlijk kiespijn heeft en zegt: „Tja, wat moet ik daar nou op zeggen? Ik vind dat er ln die jaren toch ook een heleboel dingen goed zijn gegaan tussen ons. Ik bedoel, zij doet het nu wel allemaal voorko men alsof.Maar hij krijgt de kans niet zijn verdediging af te maken. „Zie je nou wat ik be doel" rolt zij er tussen, „hij rea geert gewoon niet eens op wat je zegt!" De rest van ons gesprek levert een overtuigend bewijs van het gelijk van de sociologe Jessie Ber nard. In haar boek De Toekomst van het Huwelijk schrijft ze dat er aan iedere echtverbintenis al tijd twee huwelijken zitten, na melijk zijn huwelijk en haar hu welijk. Meestal is het ene huwe lijk beter dan het andere, en va ker is dat zijn huwelijk. Uit talrij ke studies blijkt dat meer vrou wen dan mannen onvrede heb ben met hun (huwelijks)relatie, over scheiding gedacht hebben en als ze het allemaal over kon den doen dat in iedere geval niet met deze partner zouden doen. Toch gaan veel van hen door met degene met wie ze het niet over zouden doen. Ze zijn op de com promis-toer. Wat ze eigenlijk zouden willen maar niet hebben, ruilen ze in voor wat ze hebben maar eigenlijk niet willen. Zoals iemand het onomwonden zei: „Voor de zekerheid van een nor maal gezinsleven voor mij en de kinderen, voor gewoon goed kunnen leven en in dit huis kun nen blijven wonen, pak ik hem er ook nog wel bij al is het nou niet echt wat ik me er ooit van voor gesteld had" Het lijkt er op dat veel relaties overeind blijven dankzij een soort van innerlijke koehandel tussen gevoelens en verlangens aan de ene kant en materiële en sociale zekerheid aan de andere kant. Het probleem is alleen dat waar fundamentele menselijke verlangens - warmte, tederheid, aandacht, verbondenheid, geest verwantschap - worden 'gecom promitteerd'. worden ingeruild, wordt verdriet geschapen. Per slot van rekening zijn gevoelens het enige dat het leven ons wer kelijk te bieden heeft en wie het perspectief op de bevrediging van de meest wezenlijke gevoe lens opgeeft, die lijdt emotioneel een zwaar verlies. Zoals Patrick Conroyd zo indrukwekkend in zijn boek Prins der Getijden heeft beschreven is er in een compro misrelatie altijd een die meer in levert dan de ander, die meer verdriet heeft. Verdriet dat, en dat is juist een kenmerk van de compromis-relatie, niet be spreekbaar is tussen de partners. In wezen is dit natuurlijk ook het thema van Andrew Morton's boek over prinses Diana (Diana, The Truth). Het verdriet uit zich vaak vermomd in de vorm van wisselende lichamelijke klachten, depressie, angsten, overmatig al coholgebruik, het almaar zoeken naar gesprekspartners buiten de relatie. Niet zelden groeit het uit tot een gevoel van haat jegens de partner, en van haat jegens jezelf vanwege je onvermogen iets aan de situatie te (durven) verande- Om deze promisrelatie psychologisch ge zien altijd een slechte relatie. Compromissen sluiten, het oude traditionele recept voor een goed huwelijk, klopte nog in een tijd dat het huwelijk vooral een eco nomische betekenis had. Engelse moeders in de Victoriaanse tijd adviseerden hun dochters daar om regelmatig even hun tanden op elkaar te zetten met adviezen als: „wanneer je a.s. man iets vies met je wil doen, gewoon ogen dicht en aan Engeland denken". Maar tegenwoordig zijn waarden en houdingen die lange tijd met de 'idealistische en irrealistische' jeugd werden geassocieerd (zoals het openstaan voor nieuwe erva ringen en verandering, emotio nele communicatie en intimiteit, persoonlijke keuzevrijheid en in nerlijke groei) zodanig gemeen goed aan het worden (ook onder volwassenen) dat de compromis- relatie zijn beste tijd gehad heeft. Haar plaats zal worden ingeno men door wat ik noem de con sensus-re la tie Het verschil tussen beide laat zich als volgt verduide lijken. Op de vraag „heb je wel eens tegen je partner gezegd dat je het met hem niet over zou wil len doen?" komt in een compro misrelatie vaak het antwoord 'neen'. Met als verdediging 'de ander niet onnodig pijn te willen doen' of 'dat maakt de zaak er al leen maar beroerder op'. Een kenmerk van een consensus-re latie is een voortdurende dialoog tussen de partners waarin iedere mededeling, ook zeer pijnlijke, als legitiem wordt beschouwd en er geen geheimen zijn of belang rijke gevoelens en meningen achter worden gehouden (vech ten is hechten!). Ieder punt mag op de agenda en partners straf fen elkaar niet of ondernemen geen wraakexpedities omdat de een iets zegt dat de ander niet leuk vindt. Een ander kenmerk van de consensus-relatie is dat de partners helderheid en over eenstemming hebben over wat ze willen met hun relatie (en re gelmatig net zolang over een be paald punt doorpraten tot die overeenstemming er is). Een der de kenmerk, tenslotte, is dat de partners samen regels voor hun relatie hebben vastgesteld en ook. minstens zo belangrijk, re gels voor het maken van regels. Een basisregel in een consensus- relatie is dat de een de ander de zelfde bewegingsvrijheid gunt als hij/zij voor zichzelf opeist. Een basisregel is ook dat de een de ander daadwerkelijk helpt om zijn/haar persoonlijke doelstel lingen in het leven te bereiken. Het verschil, kortom, tussen een consensus- en een compromis- relatie is het verschil tussen een relatie die je wilt en een relatie waartoe je je verplicht of veroor deeld voelt. RENE DIEKSTRA hoogleraar klinische en gezondheidspsychologie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 37