'Hongerdood dreigt voor achttien miljoen mensen' Tataren derderangs burgers in 'eigen' Krim Smirnov versus Smirnoff in strijd om een wodkamerk Feiten &Meningen Aangerand DONDERDAG 23 JULI 1992 2 Catherine Bertini, directeur Wereld Voedsel Programina, luidt noodklok „In zuidelijk Afrika voltrekt zich momenteel een ramp die alleen kan worden ver geleken met de hongers nood die het continent acht jaar geleden trof. Hen droogte van epische pro porties bedreigt het leven van 18 miljoen mensen in 10 landen. Direct ingrijpen is absoluut noodzakelijk. Ik weet dat deze oproep volgt op andere, zoals die voor hulp aan de Hoorn van Afrika, maar de internatio nale gemeenschap moet middelen vinden om dit deel van Afrika te redden. Laten we niet wachten tot dat we de televiesiebeelden zien van kinderen die in de armen van hun moeders sterven." ROME EELCO VAN DER LINDEN CORRESPONDENT Met deze emotionele woorden richtte Catherine Bertini zich vorige maand tot de hele we reld. Bertini, 41 jaar en geboren in New York, is de nieuwe direc teur van het Wereld Voedsel Programma (WFP), de organisa tie van de Verenigde Naties die zich bezighoudt met voedsel hulp aan met name ont wikkelingslanden. Zij werd op 1 april voor vijf jaar benoemd en is de eerste vrouw die het WFP leidt sinds de oprichting ervan in 1963. Ze is aan het hoofd komen te staan van een organisatie die actiefis in 82 landen en be schikt over een staf van 1600 personen. Voor de noodhulp projecten kunnen, tijdelijk, nog eens 1200 personen worden in geschakeld. Het WFP is 's we relds grootste bemiddelaar voor voedselhulp. Vorig jaar werd wereldwijd 14 miljoen ton voedsel vertrekt. Vijf miljoen daarvan kwam ten goede aan 45 miljoen mensen in de vorm van noodhulp. Voor 1992 is er naar schatting een budget van 1,6 miljard dollar beschikbaar. Het WFP ontvangt geld van indivi duele landen. Nederland is na de Verenigde Staten, Canada en de EG, de grootste donor met 108 miljoen dollar. „Ik heb eigenlijk mijn hele leven hongeren armoede bestreden", zegt Bertini. „Wat ik in Amerika deed, zal ik nu op mondiaal ni veau voortzetten." Ze was on der president Bush onderminis ter van landbouw en had de verantwoordelijkheid over de voedselhulpprogramma'svoor 40 miljoen Amerikanen. Verder stond ze aan het hoofd van or ganisaties die zich bezighouden met hulp aan daklozen, kinde ren, vrouwen, zuigelingen en ouderen. Hartverscheurend Bertini staat voor de taak een van de grootste reddingsopera ties uit de geschiedenis van het WFP te coördineren. Ze reist de wereld af op zoek naar donors en legt uit waarom de crisis in zuidelijk Afrika, waartoe Nami bië, Botswana, Swaziland, Zim- Ook Madagaskar lijdt onder de extreme droogte, die ingrijpende gevolgen heeft voor de voedselproduktie. Dit een-jarige jongetje weegt nauwelijks meer dan een baby van een paar weken. foto Rtr babwe, Mozambique, Angola, Tanzania, Zaïre en in zekere zin ook Zuid-Afrika worden gere kend, zo hartverscheurend is. „Deze crisis is ongewoon en tragisch tegelijk, omdat ze de traditionelevoedselleveranciers van deze regio zelf treft en zij nu grote hoeveelheden voedsel moeten invoeren. Tragisch ook omdat eindelijk in deze regio goede hoop bestaat op vrede en stabiliteit. Voedselhulp is abso luut nodig om sterfte, maar ook sociale onrust te voorkomen." „We hebben berekend dat de regio dit jaar behoefte heeft aan 6 miljoen ton voedsel, waarvan 4,1 miljoen als noodhulp. Voor deze enorme importen zal een gigantische coördinatiemachine nodig zijn. Alles moet op elkaar worden afgestemd met de rege ringen van de regio, vooral met die van de kustlanden. Verder moeten donorlanden en non- gouvernementele organisaties nauw samenwerken. Het privé- ondememerschap is redelijk goed ontwikkeld en dat kan een voordeel zijn bij de uitvoer van ons hulpprogramma." „Wat betreft het transport over zee en de weg zijn we klaar om onze diensten aan te bieden aan hulporganisaties en donors. We zullen een regionaal noodproject opstarten voor de coördinatie van het transport en distributie. In zuidelijk Afrika zijn de faciliteiten goed, maar die zijn vooral gericht op export en nooit gebruikt voor de enor me hoeveelheid import die nu nodig zal zijn. Het is noodzake lijk snel te handelen en schepen i, zodat vertraging in havens kan worden voorko men. Iedere verspilde dollar is een dollar die kon worden ge bruikt om iemand van de hon gerdood te redden." Rampen Het WFP verschaft voedsel om sterfte te voorkomen, maar is eigenlijk een organisatie die als voornaamste doel heeft ontwik keling te bevorderen door mid del van voedselprojecten. Vol gens Bertini heeft het WFP zijn strategie moeten aanpassen aan de extreme hoeveelheid noodsi tuaties die zich de afgelopen ja ren hebben voorgedaan. „Vijf jaar geleden was 75 procent van onze activiteiten gericht op ont wikkelingsprojecten. Vorig jaar was dat 50 procent en dit jaar zal het zelfs maar 40 procent zijn. Nooit eerder zijn er zoveel rampen veroorzaakt door de mens, de natuur en oorlogen gesignaleerd als in 1991. Nood gedwongen heeft het WFP een steeds belangrijker rol gekregen in de organisatie, coördinatie, transport en distributie van al die noodvoedselstromen. „Het is echter van fundamen teel belang dat de voedselhulp aan ontwikkelingsprojecten niet te veel lijdt onder de explosieve behoefte aan noodhulp. Veel van onze ontwikkelingshulp gaat naar marginale gebieden, waar het belangrijk is dat de mensen zich weten te wapenen tegen te verwachten rampen als droogte. Zonder dit soort WFP- hulp jaarlijks aan 20 miljoen personen zou de roep om noodhulp veel en veel groter Afhankelijk Binnen de voedselhulpverle ning is een discussie gaande over de wenselijkheid van het sturen van voedsel. Een Neder lands rapport stelde dat het be ter is voedsel te verkopen aan de ontwikkelingslanden en met het geld concrete ontwikke- lings-projecten te financieren. Het rapport bekritiseerde het versturen van EG-surplussen omdat het de mensen afhanke lijk maakt, eetgewoontes doet veranderen en de stimulans voor eigen productie weg neemt. Bertini: „Onze algemene filoso fie is met voedsel mensen op weg te helpen naar een zelf- voorzienende status en een bij drage te leveren aan economi sche en sociale duurzame ontwikkeling. Voedselhulp, in dien goed uitgevoerd en binnen een algemeen ontwikkelingska der, zal daarom ook geen af hankelijkheid of ontmoediging van de eigen voedselverbouw veroorzaken. Beide methoden zijn te verdedigen: er moet een keus worden gemaakt op basis van de lokale situatie. „Nood hulp is vaak beter in de vorm van voedsel, terwijl het te gelde maken van voedsel een goede mogelijkheid is voor de onder steuningvan ontwikkelingspro jecten." „Maar met directe voedselhulp kan ook een belangrijke bijdra ge worden geleverd aan een duurzame ontwikkeling. Met voedsel kunnen projecten wor den gesteund die als doel heb ben de agarische productie te verhogen, het (bouw)land te herstellen of irrigatie en infra structuren te verbeteren. Het principe 'voedsel-voor-werk' functioneert vaak goed. Boeren kunnen hun eerste oogst op nieuwe grond afwachten dank zij voedselhulp en vluchtelingen kunnen onderwijl hun leefsitua tie verbeteren." „Overigens is ook een goede methode voedsel in ontwikke lingslanden met een surplus te kopen en het vervolgens te schenken aan getroffen landen of gebieden in de regio. Deze driehoekshulp heeft het voor deel dat de lokale productie wordt aangemoedigd en de zuid-zuid-handel een belangrij ke impuls krijgt. Bovendien werkt het kostenbesparend." THE INDEPENDENT CASPORA WENDY SLOANE VERSLAGGEVER AP 'Gorbatsjov. laat ons terugkeren naar de Krim', riepen ze vier jaar geleden tijdens een tot dan toe voor onmogelijk gehou den demonstratie op het Rode Plein in Moskou. Sindsdien zijn zo'n 150.000 Ta taren weer 'thuis' op de Krim, nadat de Sovjet-autoriteiten twee jaar geleden daarvoor toestemming gaven. Ze hadden zich hun terugkeer echter anders voor gesteld. Een groep van 350 Krimtataren leeft nu in een stoffig kustgebied in de buurt van Jalta en probeert met de moed der wanhoop een sloppenwijk om te bouwen tot een bewoonbaar dorp. Ahmed Asanov was acht maanden oud toen Stalin hem en zijn familie brand merkte als „vijanden van het volk" en hen deporteerde van de Krim naar Cen traal Azië. Na bijna een halve eeuw keer de hij terug naar zijn geboorteplaats Jal ta. Hij staat met zijn dochtertje Sivilia hij zijn halfgebouwde woqnschuur, meer is het niet, wil afbouwen. „Wat heeft dit kind in de tien jaar van haar leven an ders meegemaakt dan vuil, gemetsel en beledigingen op"school?", vraagt Asanov. De Krimtataren werden tijdens de Twee de Wereldoorlog beschuldigd van colla boratie met de nazi's. In 1944 begon Sta lin met de deportatie van de Tataren. Bij deze campagne kwamen zo'n 100.000 van de 400.000 Tataren om het leven, volgens hun eigen cijfers. In 1967 werd de beschuldiging van collaboratie offi cieel ingetrokken, maar pas de laatste Sovjet-regering, onder leiding van Mi- chail Gorbatsjov, gaf de Tataren in juli 1990 toestemming naar de Krim terug te keren. Nu zijn de Tataren verzeild geraakt in de diplomatieke oorlog tussen Rusland en Oekraïne over wie territoriale aanspra ken kan maken op het schiereiland aan de Zwarte Zee, dat in 1954 door de toen malige Sovjet-leider Nikita Chroesjtsjov aan Oekraïne werd gegeven. Het Russi sche parlement verklaarde deze over dracht onlangs illegaal. Naast het territoriale meningsverschil beschikt zowel de Russische als de Oek raïense regering niet over de financiële middelen of de politieke wil de te ruggekeerde Tataren bij te staan in het opbouwen van een nieuw leven. De Tataren, een Turks sprekend volk, zijn van oorsprong een Mongoolse stam en kwamen in Oost-Europa terecht door mee te doen aan de veroveringstochten van Djengiz Khan in de 13de eeuw. We reldwijd zijn er zo'n zes miljoen Tataren, voornamelijk levend in de voormalige Sovjetunie, China, Turkije, Roemenië en Bulgarije. En terwijl Rusland en Oekraïne bekvech ten om de Krim, worden de gebiedsaan- spraken van de Tataren van tafel ge veegd. De meeste teruggekeerde Tataren zijn verarmd en politiek zonder enige rechten. Schuurtjes De familie Asanov leeft met 86 andere families in een verzameling houten schuurtjes aan de Zwarte Zee. Enkele schuurtjes hebben sanitaire voorzienin gen of electriciteit. Slechts vier volwasse nen hebben werk. De families vertrokken uit Centraal Azië om hun heil te zoeken in Simferopol, de hoofdstad van de Krim. Ze hadden huizen en werk verwacht. Na een verblijf van zes maanden in ten ten wisten zij de hand te leggen op een stuk verlaten grond, direct aan de grote autoweg langs de kust. Kort nadat ze daar arriveerden doken drie busladingen plaatselijke inwoners op. „Ze kwamen met stokken en brachten de politie mee en begonnen onze huizen af te breken. Ze sloegen ons, maar later kwamen ze Nu de communisten weg zijn, heeft Boris Smir nov, een achterachterkleinzoon van Pjotr, die nu aan het hoofd staat van de oude Russische fami lie. de oude distilleerderij aangeslingerd. Uiter aard wilde hij de oude familienaam gebruiken. Heublein maakte onmiddellijk bezwaar en zei dat de naam nu aan haar toebehoort, net als het re cept, en dat geen van beide door Smimov of wie dan ook mag worden gebruikt. Het Amerikaanse bedrijf be weert dat alleen Heublein Smirnoff-wodka kan produce ren in Rusland en heeft een klacht ingediend bij Russische Comité voor Vergunningen en Handelsmerken. Russische functionarissen zeg gen dat het geslacht-Smirnov geen wettelijke basis heeft om aanspraak te maken op het handelsmerk zelfs niet wan neer dat in vertaling anders zou worden gespeld. Het is nu aan de Raad van Beroep van het Comité voor Paten ten en Handelsmerken om een uitspraak te doen in het conflict. Boris Smimov heeft zich niet uit het veld laten slaan en zegt dat zijn bedrijf, dat de naam Smimov niet kan gebruiken tenzij het co mité in zijn voordeel beslist, 'Wodka nr. 20' gaat produceren, een merk dat zeer populair was in Een fles alcohol die geen wodka bevat, wordt ge woonlijk versmaad door de Russen, die bier drin ken als het niet anders kan maar al het andere inclusief wijn als priklimonade beschouwen. Maar zoals iedere westerling weet, kunnen op de vrije markt mooie oude tradi ties in een ommezien onder steboven komen te liggen. Neem bijvoorbeeld de almaar bitter wordende oorlog over het etiket op Smirnoff-wodka. Een fles van deze sterke drank van de Russische familie Smir nov ligt tegenwoordig in de winkel met het etiket 'Tafelwijn nr. 40'. De reden is dat de Ame rikaanse distributeurs van Smirnoff-wodka zeggen dat die naam aan hen behoort. De oude originele Smimov- wodka (in de vertaling gewoonlijk gespeld met een V en niet met 'ff* zoals in het westerse merk) werd geproduceerd door de familie van Pjotr Ar- senjevitsj Smirnov en liep zeer goed totdat de communisten kort na de Russische Revolutie het bedrijf sloten. Een Amerikaanse firma, Heublein Inc., nam vol gens eigen zeggen in 1939 de naam en het recept het Rusland van voor de revolutie, over van een Russische emigrant en begon over de hele wereld met de produktie en verkoop var haar eigen wodka van het merk 'Smirnoff. Amerikaans bedrijf claimt naam en recept van wodka van Russische emigrant Pjotr Arsenjevitsj Smirnov VERTALING LUUTJE NIEMANTSVERDRIET WIM STEVENHAGEN "TT6KORT MM HUI7&M TUSSEN 2 ew 2/2. TON STANDPLAATS AMSTERDAM hun excuses aanbieden", vertelt Zekiye Medzjidova, een werkloze magazijnbe diende met drie kleine kinderen. Klara Karpova, een gepensioneerde fa brieksarbeidster, en haar man verkoch ten hun huis in het Oezbeekse Samar kand om naar de Krim terug te keren. Het echtpaar leeft met hun dochter, schoonzoon en twee kleinkinderen in een zelf opgetrokken hutje. Niemand heeft nog werk gevonden, maar spijt over de beslissing naar de Krim te ver huizen hebben ze niet. „Hoe slecht de levensomstandigheden ook zijn en hoe veel we ook lijden, het moederland mag je niet in de steek laten", aldus Karpova. De familie leeft van een pensioen van 800 roebel per maand, ver beneden de door de regering vastgestelde armoede grens van 1.200 roebel per persoon. De echtgenoot van Klara fokt kippen en gei ten om het rantsoen aan te vullen. „Ik vond het leuker in Samarkand, omdat we een tuin met fruit hadden en een toi let en een badkuip", zegt de vijfjarige kleindochter Sulbiya. „Vanaf onze ge boorte zijn we opgegroeid met het com munistische systeem", zegt Asanov. „We hadden geen verleden, geen heden en geen toekomst. En zo verwachten we verder te zullen leven." Zondagmorgen in de Amster damse Pijp, een paar weken ge leden. In de Eerste Jan Steen- straat beklimt een bewoonster de trap naar haar kleine etage woning. Het is laat geworden op een verjaardagsfeestje verderop in de buurt en het is al licht. Als ze binnen is, gaat de bel. Is H., die haar op de fiets heeft thuis gebracht, iets vergeten? Ze drukt op de knop waarmee de voordeur opengaat, hoort de voordeur in het slot vallen en voetstappen op de trap. Het vol gende moment duwt een onbe kende man haar achterover te gen de muur van het gangetje, grijpt haar bij de keel en begint haar wild te zoenen en te betas ten. De man sleept haar naar de slaapkamer. Dan wijkt haar ver lammende doodsschrik voor verzet. Ze vecht terug. De man is sterk en blijft zijn gezicht te gen het hare duwen, maar ze worstelt zich los en gilt om hulp. De bovenbuurman is wakker geworden en roept ze nuwachtig in het trappenhuis. De man schrikt en rent de trap af. De voordeur slaat nog een keer dicht. Aangerand in eigen huis. Het stond niet eens tussen de dage lijkse berichten die de politie maandagmorgen naar de kran ten stuurde. Niks bijzonders na tuurlijk. Het slachtoffer haar gezicht blauw opgezwollen, lip pen kapotwas blij met de begripvolle agente van de jeugd- en zedenpolitie die haar aangifte opnam. „Heel profes sioneel", vond ze en zij kon het weten want ze had zelf een baan in de hulpverlening. Maar hoe ze peinsde en dacht, ze kon geen nauwgezette beschrijving geven van haar aanrander. Er was alleen walging bij de ge dachte aan die 'niet zo grote, donkere man, die rook naar af ter shave en transpiratie'. Haar gevoel was ernstig in de war. Was het een buurman? Hoe had hij kunnen weten dat ze alleen was hij moest haar in de ga ten hebben gehouden... Het vertrouwen in de stad, waar ze net een half jaar woonde, was weg. „Zelfs in je eigen huis..." En ook haar vriendinnen voel den lang onderdrukte angsten bovenkomen. Een wil verhuizen naar een 'betere buurt', een an der helemaal weg uit 'die ver domde rotstad'. Verhalen doken op. 'Op straat lastiggevallen door Marokkaan se jongens'. Een familielid is in de binnenstad overvallen, zijn collega neergeschoten. Onder bekenden volgde een rij van in braken, achtervolgingen, hand tastelijkheden en diefstallen waar je stil van zou worden, als je het leven in de stad niet al kende. Een van haar vriendin nen verwoordde het ellendige gevolg van al die 'incidenten': „Er hangt overal zo'n dreigende sfeer". Steeds meer Amster dammers zijn voortdurend op hun hoede, bang voor die rijen onberekenbare idioten die de hele dag over straat scharrelen. Dronken of stoned, in staat van razernij door overvloedig pep middelengebruik of gewoon agressief door een verloren le ven van uitzichtloosheid en frustratie. Winkeliers lopen met alarmsignalen aan een hals band onder hun overhemd. De minder weerbaren vergrendelen 's avonds hun huizen, een knuppel achter de deur, een pistool in de ladenkast, de tele foon binnen handbereik. De sfeer van 'wapen je tegen het tuig' is een pijnlijke keerzij de van de nieuwe Gouden Eeuw die Amsterdam economisch ge zien doormaakt. Glanzende kantoren verrijzen aan de stads randen, de haven groeit over randgemeenten heen, grachten panden worden voor veel geld gerestaureerd, straten voor mil joenen in een nieuw jasje gesto ken en volgezet met speciaal ontworpen lantaarnpalen en parkeerpaaltjes. Het mag een paar centen kosten, want er is genoeg. En het loopt storm op de oude buurten in het cen trum, de Pijp, Zuid en zelfs de sombere straten van Oud West. 'Iedereen' wil weer in de stad wonen, lijkt het. Maar tegelij kertijd adverteren de project ontwikkelaars voor hun appar tementengebouwen met 'afzon derlijke entrees voorzien van videobewaking'. Amsterdam moet meer een we reldstad worden, roepen archi tecten als Rem Koolhaas vol vuur. Het moet meer op Ameri ka lijken. Dat lijkt te lukken. Maar het is de vraag of dat een aangenaam vooruitzicht is voor de bewoners van huizen zonder videobewaking. FRED VAN ESSEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 2