Mat Werfpop komt laat tot leven LEIDSE m^sïuHv North Sea Jazz: u vraagt, wij draaien Cultuur&Kunst Oppervlakkige 'Don Quiehotte' 'Carmen' vol vaart en kleur Boosheid over weggeven van 213.000 kunstwerken Paleis-musea in Europa slaan de handen ineen MAANDAG 13 JUL11992 9 Gemengde techniek in kerk leiden Gezamenlijk werk van Guus Hermsen en Ger Oudshoorn is te zien op een expositie die op 20 juli in de Hooglandse Kerk wordt geopend. De twee kunstenaars werken met gemengde technieken aan dezelfde doeken en panelen waardoor zij 'een spannende voorstelling' tot stand brengen. Veel werk van het tweetal is geïnspireerd door ruimte en kosmos. De tentoonstel ling, die duurt tot en met 30 augustus is te zien maandags van 13.00 tot 15.00 uur, dinsdag tot en met vrijdag van 11.00 tot 15.30 uur en zaterdags van 11.00 tot 16.00 uur. Speciaal concert in Lokhorstkerk leiden In het kader van 'Langs Leidse Kerken', waarbij deze maand op alle zaterdagen vele Leidse kerken geopend zijn, wordt op zaterdag 18 juli in de Lokhorstkerk een speciaal con cert gegeven. De vaste organist var. deze kerk, Anton Doornhein, en de in Leiden woonachtige sopraan Caroline van Oyen zullen een programma vertolken met werken van o.a. Campra, Dvorók, Handel en Sweelinck. Ook werk van de 100 jaar geleden geboren Hendrik Andriessen zal worden uitgevoerd. Het concert, dat om drie uur 's middags begint, is gratis toegankelijk. De Lokhorst kerk is gevestigd aan de Pieterskerkstraat 1. door een concert van de Ameri kaanse gospeldiva Linda Hopkins en vervolgens door de New Orleans Revue. Op de slot dag gaan de hoogste rapportcij fers naar de gospelfamilie The Staple Singers, maar niet naar hen alleen. Ook Archie Shepp, Chick Corea Friends en een tribuut aan Miles Davis bewe gen zich op een hoog niveau. Er is veel 'echte' jazz te genie ten op dit festival, maar vaak heeft het te lijden van slijtage (door het drukke tourneecircuit) of opgelegd pandoer (te kramp achtig verwijzen naar het zo rij ke verleden). Op de openings avond verjaagt James Moody in Night in Tunesia met prachtig altspel alle opgelegde pandoer in een ode aan de afwezige Dizzy Gillespie, maar veel van zijn fameuze collegae komen niet verder dan het afdraaien van een van tevoren afgespro ken 'station-call'. Loom Zaterdag sloeg saxofonist Bill Evans de plank mis met zijn Su perband die weinig subtiliteit legt in een symfonisch totaalge luid. In de Statenhal zou een popband als Yes een simple groovje met veel meer guts spe len. Gerry Mulligan kmidt zijn Tentet nou juist te weinig; de swing is zo ontstellend loom dat je 'm zijn pacemaker zou willen ontfutselen. In de sector eigentijds maakt het Paul Motian Trio een slecht ingespeelde indruk en ware het beter geweest om gitarist Bill Frisell met zijn eigen trio op te laten treden. Don Cherry's kwartet speelt wel verdienste lijk, al moet dat vooral op de stuwende kracht van tubaïst Bob Stewart worden terugge voerd. Roberta Flack zingt nog zonder flauwekul (al kan ze Vaughan's materiaal niet aan), Walter Trout deugt ook en de lokale New Orleans-beroemd heid Eddie Bo dreunt zijn fameuze stadsgenoten van het plankier tijdens de New Orleans Revue. De zondag beëindigt het festi val even tweeslachtig als het be gonnen is. Twee bands opge bouwd rond voormalige 'side- meh' van Miles Davis zetten ronduit formidabele concerten neer, terwijl een krampachtige poging om jazz een dwarsver binding te geven met de eigen tijdse dansscène schipbreuk lijdt. Pluimpjes zijn er tenslotte nog voor Batida (groots, met The Stylus Homs), de krankzin nige Canadese band The Shuffle Horns, The Houdini's, de ge compliceerde en toch heldere muziek van vibrafonist Orphy Robinson en de speelsheid van het Piekarek Quartet uit New York. De laatste twee goede aantekeningen komen voor re kening van de piepjonge trom pettist Roy Hargrove en soulve- terane Gladys Knight. Zij pak ken zo'n festival in ieder geval aan met een meer dan vorstelij ke hoeveelheid inzet. En geven het publiek op die manier veel meer dan waar voor zijn geld. jazz recensie «john oomkes 17de editie North Sea Jazz Festival. In alle zalen van het Nederlands Congresge bouw, Den Haag. van 10 t/m 12 juli, Den Haag. „Do you mind if I sang it", fleemt ze. „Nee", brult het pu bliek. „It don't swing", waar schuwt ze nog. „Hindert niet", roept het gehoor. Dan zet Ra- chelle Ferrell in, met een grijns op het gelaat alsof ze wil zeg gen: jullie hebben 't zelf gewild. U vraagt, en wij draaien. Als er één essentieel element in de beleving van jazzmuziek is ver anderd sinds de opkomst van mammoetfestivals zoals North Sea, dan betreft het de houding van de performers jegens het publiek. Vroeger, bij artiesten waarbij Ferrell de kunst nog moet hebben afgekeken - Sarah Vaughan, Betty Carter, Ella Fitz gerald - moest je maar afwach ten wat je te horen kreeg. Nu heeft jazz veel minder nog uitte staan met improvisatie dan met de uitvoering van een kunstje. Let op: hier komt 't trucje, en dan klapt u. Zeseneenhalf octaaf meet de vermoedelijke omvang van Fer- rels machtige strot. Daarbij is dan een zeer hoog piepend ge luid meegeteld dat ze produ ceert zodra de emoties haar klaarblijkelijk te machtig wor den. Ze rekt haar noten zo lang op, dat het elastiek van haar stembanden aan spankracht lijkt in te boeten. Het probleem met grote pu- bliekfestivals is er een van de wet der grote aantallen. Het ze ventiende North Sea Jazz Festi val heeft dit jaar zeker 60.000 bezoekers getrokken; een gigan tisch getal, zekér omdat de per bezoeker per dag gedane inves tering zeer aanzienlijk is (zon der hotelovernachting: ca. 150 gulden). De formule (12 podia, elk met 8 uur live muziek per dag) werkt, de organisatie is professioneel, de uitstraling van het evenement formidabel. Terwijl het festival, met slechts hier en daar een vertra ging, volgens het spoorboekje verloopt, zijn de echt flitsende hoogtepunten op de vingers van één hand te tellen. Vrijdag avond brengt een -fabuleus ge motiveerd optreden van het Amerikaanse duo Tuck Patti en een moorddadig concert van stemwonder Bobby McFerrin. Op de afrekening van de tweede dag staat een intens op treden van Rickie Lee Jones, al leen in gezelligheid overtroffen Teatro Nucleo bewerkte Cer vantes' wereldberoemde roman 'Don Quiehotte van la Mancha' tot een theaterstuk voor de straat. In de roman speelt Don Quiehotte de hoofdrol. Hij is een arme landjonker die als rid der alle ongerechtigheden in de wereld wil herstellen. Met zijn dolle daden maakt hij zich bela chelijk en door alle tegenslagen wordt hij ontnuchterd. Zijn hel- per, de nuchtere boer Sancho Panza gaat echter steeds meer in de idealen van zijn meester geloven. Wordt de roman getekend door de ontwikkelingen die de hoofdfiguren in hun karakter doormaken, in de voorstelling van Teatro Nucleo is hiervan niets terug te vinden. Hun be werking raakt slechts de laag van de avonturen. Er is veel spektakel en vuurwerk, grote ijzeren voertuigen en een wind molen waaruit rode rook te voorschijn komt. Van enige ver andering in de karakters die in de loop van het verhaal door het leven getekend worden, is niets te merken. De voorstelling is een aaneenschakeling van slapstick-acts met vele verma kelijke valpartijen en zwaardge vechten. Absolute meester in deze ma nier van spelen is de acteur die Sancho Panza speelt. De Don Quichotte-figuur beheerst deze speelstijl maar mondjesmaat waardoor hij de serieuze ridder wordt, en dat gaat in tegen de karakterschets die Cervantes van hem gegeven heeft. Cervan tes maakt hem in zijn roman namelijk tot een onpraktische, Veel spektakel en vuurwerk in 'Quijotte' door het Italiaanse Teatro Niideo. foto loek zuyderduin rare en ook een beetje droevige held, en het lijkt of Teatro Nu cleo alleen het droevige aspect heeft willen benadrukken. Bij voorbeeld in een scene waarin Don Quiehotte op slepende wij ze danst met een lappen pop die zijn onbereikbare droom vrouw moet voorstellen. Om het stuk voor de Neder landse toeschouwers begrijpe lijker te maken, werden er af en toe op band verbindende tek sten in het Engels gesproken. Dat zorgde ervoor dat het stuk niet al te fragmentarisch over kwam, maar het nam niet weg dat de voorstelling het thema van Don Quiehotte slechts erg oppervlakkig raakte. De sfeer op Werfpop was landerig. Pas laat kwamen de voetjes van de vloer. foto loek zuyderduin muziek recensie wilfred simons Werfpop met optredens van Gone Green, Darryll-Ann, Les Charmeurs, Burma Shave en The Bob Color Gehoord op 12/7 in het Van der Werfpark, Leiden. De laatste band was de beste. The Bob Color was tijdens het Werfpop dit jaar de enige band die in staat was om de matheid, die als een lome deken over het festival hing, af te werpen. Mu zikaal mag de band dan niet zo veel bijzonders in huis hebben, de opwindende, feestelijke en superlevendige act maakte dit gemis meer dan goed. De enige andere band die gisteren werke lijk de aandacht van het publiek wist te trekken was Les Char meurs. Maar die band speelde dan ook een thuiswedstrijd. De nieuwste editie van Werf pop trok meer bezoekers dan andere jaren. Tijdens het con cert van Burma Shave en The Bob Color stond het rondom het podium goed vol, maar al vanaf het begin om 14.00 uur waren er flink wat mensen op de been. Toch 'leefde' het festi val niet werkelijk; pas op het moment dat de zon achter de huizen verdween kwam er wat beweging in het publiek. Het blijft een raadsel waarom een band als Darryll-Ann, die een goede REM-imitatie weet te produceren, de voetjes niet van de vloer wist te krijgen. Was het de avond te voren soms laat ge worden in het LVC? Of lagen de bands het publiek gewoon niet? Werfpop werd dit jaar ge opend door Gone Green, de nieuwe band van Hazerswou- denaar Tim Mullens. De groep is de opvolger van de garage band Ivy Green. De band maak te op Werfpop haar debuut en veel valt er daarom nog niet van te zeggen. Grote indruk maakte bassist Bert van der Mark met zijn vette intro'tjes, maar verder presteerde Gone Green niets anders dan een strakke geluids muur waartegen het prettig leu nen was. Van deze bandjes gaan er dertien in een dozijn. Met Darryll-Ann was het al iets beter gesteld. Deze groep produceert korte, aanstekelijke sixties-achtige nummers en speelt ruig en strak. Vooral in de close harmony-zang was de in vloed van REM zeer opvallend. Het belangrijkste verschil met REM-zanger Michael Stipe is dat vocalist Coen Paulusma ook nog een paar mooie oerkreten in huis heeft. Helaas kwam de zang niet altijd even helder over de dranghekken; daarvoor klon ken de bas en de gitaren te hard. Huiswerk voor de geluids technicus dus. Les Charmeurs werkten tij dens Werfpop verder aan hun akoestische live act. Met hun merkwaardige bezetting van ac cordeon, contrabas, flamenco gitaar en met de ruige zang van Jan O. is de groep toch een vreemde eend in de bijt. Hun mengeling van Franse chansons en flamenco deed het niettemin goed bij het Werfpop-publiek. Vanaf volgend jaar moeten muziekliefhebbers waarschijn lijk gaan betalen voor een op treden van Burma Shave. Deze succesvolle Haagse band is hoorbaar beïnvloed door de Ur ban Dance Squad, maar is er met een mengeling van metal- funk, southern rock, blues, rap, splijtend gitaarwerk en jazz toch in geslaagd een eigen geluid te maken. Gelukkig bleef de groep op de gebaande - dansbare - paden en daardoor kreeg zij voor het eerst aardig wat men sen voor de dranghekken aan het dansen. De sensatie van Werfpop was echter The Bob Color. Deze band voor feesten en partijen maakt al enkele jaren het circuit onveilig en het is dan ook niet onwaarschijnlijk dat een groot deel van het publiek op de live reputatie was afgekomen. The Bob Color was echt een klasse beter dan alle voorgaande groe pen. Voor een groot deel is het succes te danken aan de act van zanger Rob Wiedijk, die als een aap aan de stellages slingerde en één keer zelfs pijnlijk onder uit ging. Ook de manier waarop hij met zijn microfoonstan daard jongleerde en daarmee bijna zijn gitarist knock-out sloeg, hield de spanning er bij het publiek niet alleen in muzi kaal opzicht in. Bizets 'Carmen' door SKON: opera op kleine schaal in de Hooglandse kerk. foto loek zuyderduin voerd door opera SKON olv Boudewljn Jansen met Ingnd Stijsiger als Carmen en Nico Schaap als Don José. Regie Juan Ta- jes. Gehoord op 10/7 in de Hooglandse kerk, Leiden. Het culturele programma van de Lakenfeesten had vorig jaar al een zeer verrassende Zau- berflöte van de Stichting Ka meropera Nederland (SKON) in de Hortus Botanicus gepresen teerd. Hetzelfde gezelschap heeft opnieuw een produktie vol vaart en kleur tot stand ge bracht: de beroemdste opera uit het Franse, romantische reper toire: Carmen. De brave en wat burgerlijke Don José wordt verleid door het zigeunermeisje Carmen. Haar vrijgevochten karakter en onge bonden levensstijl doen hem verteren van jaloezie, wanneer zij het aanlegt met een succes volle stierenvechter. Zijn 'crime passionel' wordt hun beider on- 'SKON' brengt opera op klei ne schaal. Een ensemble van zes instrumenten speelde in een aangepaste versie Bizets muziek, die op deze manier tot zijn es sentie leek teruggebracht. Slechts een enkele keer miste ik de bedwelming van de grote or kestbezetting. Intiem was het ook; de voorste rijen van het publiek konden zich direct be trokken voelen bij de dramati sche ontwikkelingen. Boven dien waren de teksten in goed lopend Nederlands bewerkt. Jammer genoeg bleek niet alles goed verstaanbaar door de gal mende kerkruimte. Ingrid Stijsiger (Carmen) en Nico Schaap (Don José) zongen voortreffelijk, maar waren niet écht met elkaar in evenwicht: zij, met haar soepele stem, ver toonde steeds wisselende stem mingen, maar hij met zijn iets minder verfijnde tenor, bleef uiteindelijk wat hangen in smeulende wanhoop, die niet tot een overtuigende doodsteek leidde. Ook aan de overige rollen viel veel te beleven. Het lichtvoetige smokkelaars-quintet vormde een van de hoogtepunten in dit drama. Ook het beroemde To readorenlied werd vol vuur ge bracht. De sigarettenmeisjes met hun ruzie en het gevecht van Don José met Carmens nieuwe minnaar deden mij ho pen dat er maar geen ongeluk ken op het toneel zouden ge beuren. Het hobbelig grafreliëf op de vloer deed het ergste vre- Ongetwijfeld zou deze zwoele geschiedenis tegen de romanti sche achtergrond van de Burchtheuvel nog veel meer in druk gemaakt hebben, maar net als Carmen laat het weer zich niet gebieden. Drie beroepsverenigingen van kunstenaars zijn boos over de plan nen van het Rijk en van de gemeenten om de zogeheten BKR (Beel dende Kunstenaars Regeling) af te stoten. Juridische stappen zijn niet onmogelijk. Dat hebben de organisaties zaterdag in een geza menlijke verklaring laten weten. Het rijk wil 213.000 kunstwerken die in het kader van de BKR zijn vergaard, wegschenken aan non- profit-organisaties en artotheken. Het wil hiermee een eind maken aan de zinloze, kostbare en ruimte-vretende opslag. Ook de Vereni ging van Nederlandse Gemeenten (VNG) speelt met een dergelijke gedachte. Volgens de beroepsverenigingen van kunstenaars moet aan de werken „een bestemming worden gegeven die de belangen van de makers zoVeel mogelijk dient en mag de bestemming de vrije markt niet in nadelige zin beïnvloeden." Paleizen met een museumbestemming, zoals Rijksmuseum Paleis Het Loo in Apeldoorn, hebben een specifieke plaats onder de mu sea en kampen voor een deel met dezelfde probemen. Daarom ko men veertien van die paleis-musea uit acht landen van 22 tot en met 24 juli bij elkaar op Het Loo. Er wordt onder meer gepraat over de tegengestelde belangen van de publieksfunctie aan de ene kant en de monumentfunctie aan de andere kant. De vraag is in hoever re er concessies moeten worden gedaan aan de publieksopvang. Verder is er aandacht voor bij voorbeeld verhuur voor evenemen ten en hoe de museumfunctie dit alternatieve gebruik verdraagt, en voor regeringsontvangsten en de publicteitswaarde ervan. De deel nemende paleis-musea komen uit Denemarken. Duitsland, Groot - Brittannië, Frankrijk, Oostenrijk, Rusland, Zweden en Nederland.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 9