Oog in oog met staarsteek en rondreizende brillenman Grasduinen in theaterhistorie Cultuur&Kunst Grootmoeders garderobe Documenta verwacht 600.000 bezoekers Lappen tekst maken Lente Ontwaken saai en slepend Musiceervreugde bij afscheid Arie de Ru Negrijn schildert om het schilderen ZATERDAG 13 JUNI 1992 7 REDACTlt CEES VAN HOOR! wassenaar Russische impres sionisten staan centraal in de Wassenaarse Art Gallery Gérard waar tot 21 juni een verkoopten toonstelling wordt gehouden. De meeste van de circa 40 gese lecteerde werken dateren van voor de Tweede Wereldoorlog en worden gekenmerkt door on miskenbare Franse invloeden. De prijzen van de schilderijen variëren van 2000 gulden tot 17.500 gulden. Tijdens een eer dere expositie, in januari van dit jaar, bleek de belangstelling voor het werk van de Russische impressionisten zeergroot. Op de foto een olieverf met als titel 'Grootmoeders gardero be' van Anastassia Sokolova (1967), een leerlinge van de Academie van Schone Kunsten in Moskou. Sedert 1991 woont Sokolova in Parijs. Haar werk is inmiddels aangekocht door een aantal musea. De verkooptentoonstel I ing wordt gehouden in Art Gallery Gérard aan de Rijksstraatweg 358 in Wassenaar. De galerie is dagelijks geopend van 12.00 tot 17.00 uur. foto»pr Vijftienhonderd journalisten uit de hele wereld. Onverstaanbare vragen die complexe antwoor den kregen: de persconferentie aan de vooravond van Docu menta IX in het Duitse Kassei kende een chaotisch verloop. Gisteravond werd 's werelds grootste kunsttentoonstelling officieel geopend. Het evene ment van dit jaar - de laatste werd vijf jaar geleden gehouden - is duurder dan alle voorgaan de: 18 miljoen gulden is door overheden en sponsors op tafel gelegd om een kleine 190 kun stenaars uit de hele wereld naar Kassei te halen. Er worden 600.000 bezoekers verwacht in de honderd dagen dat de ten toonstelling duurt. En volgens Jan Hoet terecht: „Deze Docu menta is de mooiste van alle maal, zoals ieder jongste kind het mooiste van allen is." Het is in elk geval de meest uitgebreide: het totale tentoon stellingsterrein beslaat zo'n 9.000 vierkante meter. Behalve de 30 buitenprojecten zijn de kunstwerken ondergebracht in twaalf gebouwen. Ze allemaal bezoeken kost degene die een ijzeren constitutie heeft een dag. En zelfs dan is men de li chamelijke en geestelijke uit putting nabij: de overweldigen de hoeveelheid kunstwerken doet een uiterst zwaar beroep op het opnamevermogen van de bezoeker. Deze krachtsinspanning past geheel in de bedoelingen van Jan Hoet, die met zijn team vooral kunstenaars heeft geko zen in wier werk de lichamelijk heid een belangrijke rol speelt. Al in 1990 gebruikte hij het menselijk lichaam als metafoor voor zijn visie op deze Docu menta: het hoofd de abstractie, de romp voor de sentimenten en de fantasie en de ledematen voor de sociologische reflectie. Nu heeft Jan Hoet, de dyna mische directeur van het Gent se museum voor Schone Kun sten, die wereldwijd de aan dacht op zich vestigde met de tentoonstelling 'Chambres d'A- mis', in de drie jaar dat hij zich met de voorbereiding van deze Documenta heeft beziggehou den, menigmaal stellige uitspra ken gedaan die hij later weer af zwakte. Maar deze houdt hij recht overeind. Ook tijdens de persconferentie benadrukte hij dat hij „kunstenaars had gese lecteerd die het verlies van de li chamelijkheid willen tegenhou den". Naar zijn eigen overtui ging is hem dat ook gelukt: „Ik ben diep gelukkig met het resul taat." Niemand was dan ook verbaasd over zijn uitspraak dat „als alle intellectuelen zich zo betrokken en bewust zouden gedragen als de kunstenaars hier in Kassei, de mensheid in een mooie wereld zou leven." In Kassei zelf is niet iedereen dat kennelijk met hem eens: twee weken geleden is een gale riecabine op de centrale Friedrichsplatz in brand gesto ken uit protest tegen het evene ment. En op de muur van het wassenbeelden-kabinet van Guillaume Bijl staat gespoten: „Jan, nimm dein Hut Mann", wat zoveel wil zeggen als: 'Weg wezen Jan'. theater recensie conny van der zande iente Ontwaken van F. Wedekind door iet Stedelijk Gymnasium. Spel: o.a. Nou- iye Ates Jan Kortmann, Ties Molenaar tegie Erik Siebel, Bart Viveen, Jaap Slag- Ik pas niet in het systeem, ik ioud het hier niet vol.' Dit is :en van de karakteristieke tek- iten uit het stuk Lente Ontwa- perikelen van de puberteit. De jongelingen ontdekken hun seksualiteit en ze zijn op zoek naar de zin van het leven. Die zoektocht loopt voor de hoofd personen op een catastrofe uit. Een leerlinge sterft aan een door haar moeder geregelde abortus, de andere leerling pleegt zelf moord. Hij is bang voor de reac tie van zijn ouders als bekend zal worden dat hij een jaar over moet doen. De romantische, zachte be lichting vormt een tegenstelling met de zwaarmoedige bespie gelingen van de groep leerlin gen. Het decor echter bena drukt de zwartgallige ondertoon van het stuk: we zien een aantal grafzerken tussen wat balen De drie regisseurs hebben ge kozen voor een bewerking waarmee zij proberen het natu ralistische drama enige luchtig heid te geven. En inderdaad, er wordt met vaart gespeeld, de ensceneringen zijn verrassend en de muziek is vlot. Maar toch Expositie in Leids museum Boerhaave Oog in oog' is de naam van de ïxpositie die vanaf 16 juni in net Leidse Museum Boerhaave s te zien en de ontwikkelingen )p het gebied van oogonder- toek toont. Bezoekers kunnen jlles te weten komen over oog- ipiegelen, ver- en bijziendheid, jcheelzien, kleurenblindheid en öog veel meer. Ook worden be- toekers in staat gesteld hun ei- jen ogen te testen. Tegenwoordig maken we ons, lis de ogen een afwijking verto- aen, vooral druk over de vraag t»f het brilmontuur wel modieus s. Ouderwets of jampotglazen rinden we verschrikkelijk. Tot (iet midden van de vorige eeuw lad de mens wel iets anders om tich druk over te maken. De Oogheelkunde had de ooglijder log maar weinig te bieden. Er was bijna alleen uitwendig on- lerzoek van het oog mogelijk. Daadwerkelijke ingrepen be- iierkten zich doorgaans tot klei- le uitwendige handelingen, :oals het verhelpen van traan- tlierfistels of het operatief in- torten van een overhangend ooglid. Verdoven was er nog liet bij. Een geval waarin wel degelijk h het oog zelf werd gesneden was de staarsteek. Hierbij werd le troebele lensmassa ver plaatst en soms zelfs verwijderd, )m de patiënt weer wat zicht op Je wereld te geven. Deze opera- ie werd ook al in de oudheid litgevoerd. Meestal door rond- leizende 'specialisten' die heel irg handig waren in juist die !ne operatie. Dat het niet altijd Joed ging zal niemand verba len. De componisten Handel en tach zijn twee van de velen die jen slecht uitgevoerde staar- iteek met blindneid, of zelfs de jood moesten bekopen. Brillenman De eerste bril moet rond 1285 in lalië zijn vervaardigd, maar uit Jet reisverhaal van Marco Polo blijkt dat rond die tijd ook in China al brillen werden ge maakt. De gewone bevolking wist in die tijd echter nauwelijks van het bestaan van brillen af. Over de aard van de verschil lende gezichtsafwijkingen was in de vorige eeuw ook nog maar weinig bekend. Een gevolg daarvan was, bij voorbeeld, dat een bril maar zo'n beetje op goed geluk werd gekozen. De armen waren lange tijd aange wezen op de rondtrekkende 'brillenman' die met zijn bak vol brillen op markten en ker missen te vinden was. Soms was het middel daardoor erger dan de kwaal. Pas na 1850 zou de toestand ingrijpend verbeteren. Er wer den nieuwe methodes ontwik keld waardoor uiteindelijk iede re patiënt de juiste bril kon krij gen. In de tweede helft van de vorige eeuw was ook sprake van een toenemende specialisatie in de wetenschap en geneeskun de. Het is vooral aan twee Duit sers, Von Helmholtz en Von Graefe, en de Nederlander Don ders te danken dat het begrip oogarts werkelijk inhoud kon krijgen. De ontwikkelingen in de me dische wereld gingen gepaard met een enorme uitbreiding van onderzoek, diagnostiek en behandeling. Produktie en dis tributie van brillen en andere benodigdheden groeiden uit tot een wereldomvattende bedrijfs tak. Vooral dit laatste staat cen traal in een internationaal me- disch-historisch congres dat in september van dit jaar in en rond het Museum Boerhaave zal plaatsvinden. De tentoonstelling 'Oog in oog, diagnostische ontwikkelin gen in de oogheelkunde neemt de periode van 1850-1925 onder - de loep. De expositie, die voor het eerst sinds de opening van het Museum Boerhaave over het gehele gebouw is uitge spreid, bevat uiteraard veel voorwerpen uit eigen bezit van Maar er zijn ook Blikken fantoom waarin een varkensoog kon worden geplaatst. Oog- spiegelen en eenvoudige handelingen werden hierop geoefend. foto »pi als histo bruiklenen van de afdeling oog heelkunde van het Academisch Ziekenhuis Leiden en het voor malig Koninklijk Nederlands Gasthuis voor Ooglijders te Utrecht. Ook het Duitse Medi- zinhistorisches Museum (DDM) in Ingolstadt stond een fraaie collectie af. Van het Universi teitsmuseum in Groningen komt het beroemde oogmodel van Fahrenheit. De nadruk ligt op apparatuur uit de negentiende en vroege Restanten van het timpaan dat op de voorgevel van de schouwburg op het Leidseplein v van het toeval', de collectie gezien door Rieks Swarte. s aangebracht Te zien op de tentoonstelling 'Museum 'Museum van het Toeval' amsterdam zorgen de enorme lappen tekst die Wedekind nodig heeft om de innerlijke roerselen van zijn personages weer te geven er voor dat het stuk saai en sle pend is. Flet was overduidelijk dat het stuk het publiek niet kon blijven boeien. Op de saai ste momenten werd er zelfs hardop gepraat en gegiecheld door het onrustige publiek. En dat is jammer want het aanwe zige talent zou in een meer toe gankelijke produktie beter tot zijn recht zijn gekomen. Ontwerper, regisseur en acteur Rieks Swarte heeft uit een handboek voor goochelaars uit de vorige eeuw de oplossing ge vonden voor het probleem dat Gerardjan Rijnders van Toneel groep Amsterdam (TGA) heeft met de Amsterdamse Stads schouwburg. Rijnders vindt dat de Stads schouwburg niet goed bespeel baar is en wil daarom een eigen Toneelgebouw, een wens die de Amsterdamse Kunstraad overi gens onderschrijft. Volgens Swarte is dat niet de oplossing van het probleem. Hij zegt dat achter de Stadsschouwburg een zwarte doos kan worden ge bouwd, waardoor de schouw burg uit twee zalen bestaat. De twee zalen zouden dan de to neelruimte kunnen delen, aldus Swarte. Het handboek waaruit Swarte deze vondst haalde, maakt deel uit van de collectie van het Ne derlands Theaterinstituut (Nthl) in Amsterdam. Donderdag opende hij de tentoonstelling die hij op verzoek van het Nthl samenstelde. De expositie is ge titeld 'Museum van het toeval. De collectie gezien door... Rieks Swarte'. Swarte kreeg, als derde vorm gever van buiten het Neder lands Theaterinstituut, de op dracht om te grasduinen in de collectie van het instituut. Een jaar lang heeft hij er ongeveer één keer per week rondgezocht en gekeken, met als resultaat het 'Museum van het Toeval'. Die titel heeft hij gekozen om dat het Nthl een „wonderlijk ratjetoe" herbergt. Het instituut heeft geen dui delijk collectiebeleid, maar kreeg na een sterfgeval veelal complete knipselarchieven of fotoboeken van volslagen onbe kende acteurs. De verhalen ach ter de voorwerpen intrigeerden Rieks Swarte. Tranen in de ogen kreeg hij bijvoorbeeld van de brokstukken van de in 1772 ver brande stadsschouwburg aan het Leidseplein. Ruim twee eeu wen zijn de restanten van de voorgevel van de schouwburg bewaard gebleven. „Zoiets ver telt een verhaal", aldus Swarte. „Iemand die heel veel van de schouwburg heeft gehouden moet zoiets vergaard en be waard hebben." Swarte heeft zijn 'Museum van het Toeval' in vijf verschil lende zalen van het Theatermu seum opgesteld. In één, die hij 'de verzameling' heeft gedoopt, zijn onder meer de meubels en voorwerpen uit het tuinhuisje van Wim Kan ondergebracht. Die spullen omschrijft Swarte als „merkwaardig". Het zijn vol gens hem vooral lelijke dingen, die het Nthl niet zou moeten bewaren. „Maak er mooie foto's van en gooi die lelijke meubels weg", aldus Swarte. In de zaal Vanitas' (ijdelheid) heeft Swarte de ijdelheid van acteurs verbeeld door foto's van acteurs te laten zien en een fac simile van het hoofd van een Poolse pianist, wiens grootste wens het was om in de Hamlet van Shakespeare te spelen. Die wens ging echter pas na zijn dood in vervulling, toen zijn uit gekookte doodshoofd naar de rekwisietenafdeling van de Royal Shakespeare Company ging. Daar vertolkte het de rol van de dode hofnar van Ham- Iets vader. recensie li dy Afscheidsconcert van gers', dirigent Arie de Ru, m m Sea-.ii Sin- derdorps Kamerorkest o.l.v. Peter Stam. Solisten: Margreet Groenwoud, sopraan, Lieseth van Beek, alt, Ries Lindhout, tenor, Rob van der Meule, bas en Paula Bogers, piano Gehoord 12 juni in de St Jeroens- Dirigent Arie de Ru neemt af scheid van zijn koor en dat doet hij zeker niet geruisloos, maar explosief, met pauken, tromge roffel en bazuingeschal. Dat past bij de dirigent die al jaren door 'The Seaside Singers' op handen wordt gedragen. De leus in hun vaandel 'van Beatles tot Bach' werd voor de ze keer achterstevoren in vocale en instrumentale muziek omge zet. Met de 'Nelson Messe' van Haydn opende het koor dit fees telijke concert. Bij het compo neren van deze mis liet Haydn zich inspireren door de slag bij Aboukir, waarin Nelson de vloot van Napoleon vernietigde. Haydn gebruikt voor de orkest begeleiding alleen koper, slag werk en strijkers, en (officieel) geen houten blaasinstrumen ten. Mooie koorpartijen waren o.a. te horen in 'In gloria Dei Patris. Amen' en in 'Osanna in excelsis', waar zowel in de fluis- terzachte als in de fors uitge sponnen versie zuiver en homo geen werd gezongen. Een grote rol heeft in dit werk de sopraan Margreet Groenwoud, die ver geleken bij andere jaren aan ex pressie en kracht heeft gewon- Na de pauze een vrolijke, ge- inspireerde vertolking van Ros sini's 'La scala di Seta' door het Leiderdorps Kamerorkest onder leiding van hun dirigent Peter Stam. Een belangrijke vorm die in de Romantiek tot volle bloei komt. is het lied met pianobe geleiding. De Weense atmosfeer kwam in Schubert's, helaas door G. Jarmer pover bewerkte, '10 Duitse Danse' tot leven in de raak getypeerde begeleiding van Paula Bogers. Overal helder, nergens weekheid of een over dosis romantiek te bespeuren, zo karakteristiek voor Bogers' spel. De klapper van de avond was het loflied 'Ten Afscheid' dat de inventieve de Ru zelf had sa mengesteld. Jammer dat de tekst niet werd uitgereikt: niet alles was even verstaan baar. Maar de tendens was van roe rend, via verheven, tot geestig. 'I believe in yesterday' en een prachtig gezongen gospelsong waren echte hoogtepunten in deze medley. Tot slot was het 'Hallelujah' uit Handel s Mes siah ingebouwd, samen met het Leiderdorps Kamerorkest, dat duidelijk participeerde in de musiceervreugde rond het af scheid van de Ru. beeldende kunst twintigste eeuw, rische aanloop zijn er ook bril len en oogmodellen uit vier vroegere eeuwen te zien. Op drie plaatsen in het museum is «en kleine keuze uit de eigen brillencollectie van het Museum Boerhaave toegevoegd. 'Oog in Oog' In Museum Boer haave, Lange St. Agnieten- straat 10, Leiden; van 16/6 tot 29/11; di t/m za 10-17 uur, zo en feestdagen 12-17 uur. Bob Negrijn fotografeert, beeld houwt, schildert en maakt ta fels, stoelen, vazen en kleden. Vorig jaar liet deze veelzijdige kunstenaar voornamelijk foto's van groenten en fruit zien in Stelling. Nu toont hij daar totaal andere werken die hij om schrijft als: „Bescheiden schil derijen die gaan over het genot van het schilderen en het en thousiasme van de kleur." Bij 'bescheiden' denk ik in de eerste plaats aan 'ingetogen'. Niets is minder waar. Negrijn heeft op alle doeken een streep- jesraster aangebracht van felle, contrasterende kleuren, zoals fluorescerend groen met vuur- ood en hardblauw. Een combi natie waar mijn ogen moeite mee hebben. De kleurenstrepen lijken te bewegen. Als ik de gif groene goed op het netvlies heb, zie ik de rode minder goed en omgekeerd. Deze uitbundig gekleurde, optische kunst noemt Negrijn dus bescheiden. Hij zal daar mee wel 'pretentieloos' bedoe len. En dat past wel in zijn lijn van werken. Bij één van zijn fo to-exposities schreef hij dat hij het burgerlijke huisje-boompje beestje-gebeuren met 'onna drukkelijke nadruk' had gefoto grafeerd. Hij had het 'niet bij zondere maar wel aanwezige' als onderwerp genomen Daaruit begrijp ik dat Negrijn zo objectief mogelijk te werk uil gaan. In dc fotografie houdt dat het registreren van de alledaag se werkelijkheid in. En in de schilderkunst het maken van voorstellingloze werken, zonder persoonlijk handschrift, zoals de streepjesdoeken in Stelling. Het qn composita ven ho rizontale. verticale en diagona le, fel gekleurde lijnen. Breed en smal, niet messcherp, sommige keurig gepenseeld, andere re gelrecht uit de tube gespoten, vaak gecombineerd tot een blokmorief dat schemert voor je ogen. Kortom, zoals de schilder zelf al aangaf, werken die gaan over schilderen en kleur. En Op de bovenste verdieping traent Swarte in de zaal 'De ge miste kans' een relatie te leggen met het huidige politieke beleid In de collectie van het Nthl vond hij een aantal bouwieke- ningen voor een nieuw Muziek theater dat gratis aan de stad zou worden geschonken. In de jaren twintig wees de Amsterdamse gemeenteraad het Muziektheater van architect Staal echter af, omdat het on derhoud te duur zou zijn. Het gebouw zou op het Museum plein komen. De keuze van de gemeenteraad was volgens Swarte „een gemiste kans", om dat het ontwerp veel beter was dan het huidige Muziektheater aan het Waterlooplein van ar chitect Cees Dam. Dat is vol gens hem „in een weekeinde in elkaar gegooid, en daarom dc slechtste schouwburg van Ne derland." De tentoonstelling 'Museum van het Toeval' Is tot en met 25 oktober te zien in het Neder lands Theater Instituut, He rengracht 160; openingstijden: di t/m zo van 11.00 lot 17.00 Imperium pakt draad weer op Enige tijd was het Korte Stukken Festival uit het beeld van het Leidse theaterleven verdwenen Toch leverde het vaak een aar dige avond op: die vergaarbak van rijpe en (vooral) onrijpe theaterideetjes. Terecht heeft toneelgroep Imperium, nu als zelfstandig organisator, de draad weer opgepakt. De solisten waren ditmaal in de meerderheid Het begon met verhalenverteller Ah Kok. In zijn onderhoudende bijdrage gmg het over een jonge man ciie zo maar op een dag in het bed van een prinses belandt In de categorie probeersels wa ren er twee tonecltaferelen. één zonder woorden met waar schijnlijk straatgeweld als the ma die tn bloedeng geweld ein digde en één die het van een erg nadrukkelijk uitgespeelde droogkomische situatie moest hebben. Imperium zelf kwam geestig voor de dag met oen pa rodie op de wilde publieksrra» ties bij een Chippendale -act Het Dikkerdje Trom koor', bestaande uit een dame en een heer, verzorgde de presentatie en vertolkte merkwaardige spreekgezangen met teksten als 'er is iets mis in mijn bovenka mertje'. Door hun consequent volgehouden gekte behoorden zij tot de beste nummers van de avond. Steeds wanneer zij hun bijdrage hadden geleverd, gin gen zij gekleed in bad zitten om champagne drinkend naar de tv tC ki|ken \'oor eind 1992 staat de volgen de aflevering gepland.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 7