Onderwijs De laatste loodgieter staat bij Madame Tussaud Bewegingstechnologie: nieuw vak voor sportieve techneuten Dinsdag 21 januari 1992 Redactie: 071-161100 Eindredactie: PAUL DE TOMBE Vormgeving: RON VAN HAASTREGT 23 Laag geschoold technisch personeel is schaars Twee jaar lang zocht hij naar een bedrijfsleider en vijf on derhoudsmonteurs voor zijn bijkantoor in Waddinxveen. Met advertenties in de lokale en regionale bladen, door bezoekjes aan het arbeidsbureau en uiteindelijk zelfs met steun van een gespecialiseerd bureau. Vorige week heeft eigenaar P. Haitsma van het service- en installatiebureau Haitsma in Bleiswijk de strijd opgegeven. Het bijkantoor gaat dicht. Het klinkt vreemd in een tijd waarin nog zo veel mensen op zoek zijn naar werk en de werkloosheid onder allochtonen ongekend hoog is. UTRECHT/LEIDEN PIETER COUWENBERGH De situatie in Bleiswijk, waar het service- en installatiebureau Haitsma vergeefs naar perso neel zocht, is geen uitzonde ring. Technisch personeel, zeker het laag geschoolde, is in ons land schaars geworden. Of zoals Wim Kan het tien jaar geleden al voorspelde: de laatste lood gieter staat straks bij Madame Tussaud. Zowel kleine als middelgrote bedrijven kampen met hetzelf de probleem, namelijk dat het „makkelijker is een witte raaf te vinden dan een vakman op lts- plus niveau", zoals een garage houder zich laatst liet ontvallen. En dus neemt men zijn toe vlucht tot onorthodoxe maatre gelen, zoals het metaalbewer- kingsbedrijf Demu, dat met har de hand het hoge ziekteverzuim gaat terugdringen om de pro- duktieproblemen op te vangen. Zelfs grote broers, zoals het technisch installatiebedrijf GTI, waar in totaal zo'n 8000 men sen werken, slagen er maar mondjesmaat in vacatures te vervullen. De vestiging in Nieu- wegein, waar ruim 200 monta ge-werknemers in dienst zijn, heeft al enige maanden 10 plaatsen openstaan, die ook de uitzendbureaus niet kunnen in vullen. „Die hebben enkel mts- ers en hts-ers, die de markt wil len onderzoeken, of onge schoolden in de aanbieding", aldus personeelsfunctionaris M. Lageveen van GTI. Bijna een kwart van de bedrij ven had in het afgelopen jaar moeite om geschikt personeel te vinden. „Lassers, metaalbe werkers. We kunnen ze niet ge noeg krijgen", zegt onder- wijsmedewerker P. Oskam van de Metaalunie, de belangenbe hartiger van de werkgevers in de kleinmetaal dan ook. „Elk jaar kunnen we 4.000 man ge bruiken." Als hij hoort dat een 'concurrent' als de grootmetaal zegt elk jaar 12.000 nieuwe mensen te kunnen gebruiken, verhoogt hij zonder blikken of blozen het cijfer. „Zeg maar dat Rust Het loven en bieden om tech nisch personeel staat in schril contrast met de soms lege schoolpleinen van de lagere- technische scholen. Toch trekt de belangstelling weer wat aan, zegt directeur H. Snik van scho lengemeenschap Nieuwe Vaart in Leiden. „De landelijke pro motie-campagnes werken. Ook de noodkreten van werkgevers beginnen weerklank te vinden. Het bedrijfsleven neemt ook initiatieven om het technisch onderwijs te promoten." De basisvorming, waarbij alle leerlingen twee jaar hetzelfde onderwijspakket volgen, moet het lager beroepsonderwijs ver der uit het slop halen. Er komt zelfs een andere naam, waaruit het hatelijke 'lager' is geschrapt. De lts heet voortaan voorberei dend beroepsonderwijs (vbo). De terugloop heeft ook een politieke oorzaak. Met de invoe ring van de Mammoetwet (1968) werd een algemene theo retische opleiding het ideaal voor een goede toekomst. Alge meen vormend onderwijs (avo) werd belangrijker geacht dan technisch en verzorgend onder wijs, met alle gevolgen voor het aanzien van techniek in de maatschappij. Niet langer werd gesproken over vakmensen, maar over arbeiders en vies, slecht betaald werk, niet in de laatste plaats door de indertijd povere werkomstandigheden in deze bedrijfstakken. Voor de lagere technische scholen had de 'avo-isering' (de brede basisopleiding) rampzali ge gevolgen. Leer jij maar door, was de goede raad die ouders hun kinderen meegaven, zelfs al hadden ze gouden handjes. De lts werd een verzamelbak voor moeilijk lerende kinderen, jon geren met problemen thuis en buitenlanders, die de Neder landse taal niet machtig waren. Het was dan ook niet verwon derlijk dat het onderwijs achter uit holde. Leraren waren vooral Directeur Hans Snik van scholengemeenschap Nieuwe Vaart in Leiden. „De landelijke promotie-campagnes werken en de noodkreten van werkge vers beginnen weerklank te vinden. Het bedrijfsleven neemt ook initiatieven om het technisch onderwijs te promoten." foto jan holvast 'Elk jaar kunnen we gegarandeerd 4000 man gebruiken' bezig met de opvoeding van de leerlingen en kwamen nfet meer toe aan hun eigenlijke taak: het doceren in de basisbeginselen van de techniek. Bedrijven raakten hierdoor wel hun belangrijkste leveran cier van werknemers kwijt en gingen zich richten op het mbo en het hbo. Vaak tot hun teleur stelling omdat deze mensen snel uitgekeken waren op het werk en weer verdwenen. Toch heeft het mopperen van het bedrijfsleven dat niemand meer een mooi en eerlijk vak wil leren, iets van de bekende krokodilletranen. Zelf heeft het bedrijfsleven de basisvorming toegejuicht, ervan uitgaande dat deze mensen gemakkelijker iets bijleren dan lts-ers. En juist op dat leervermogen zou met de complexer wordende techniek almaar groter beroep wor- met de gebak ken peren. Niet alleen is de be langstelling voor techniek met de basisvorming weggeëbd, de scholieren die nog wel voor een technische opleiding hebben gekozen, hebben een te hoge opleiding, terwijl de loodgieter nog steeds hard nodig is. De strooptocht naar geschikt personeel zal er de komende ja ren niet gemakkelijker op wor den. Door dalende geboortecij fers zal het aantal schoolverla ters drastisch afnemen, van 255.000 in 1988 naar 205.000 in 2000. De terugval in het lager beroeps- en lager technisch on derwijs zal nog groter zijn. Hun aandeel valt terug van 26 pro cent naar krap 20 procent, aldus de overheid. Het ministerie van onderwijs en wetenschappen probeert nu met de basisvorming het lager technisch onderwijs nieuw le ven in te blazen. Er bestaat ge rede twijfel over het succes. On- ezen dat het aantal uitvallers nog groter zal worden, omdat de twee al gemene jaren als een te hoge drempel worden ervaren. Uit eindelijk zal dat het beroeps voorbereidend onderwijs defini tief de das omdoen, omdat de resterende twee jaar te kort zijn om de jongens en meisjes vol doende technisch benul bij te brengen. Inhaalrace Voor de technische bedrijfstak ken is er alle reden om te begin nen met een grote inhaalrace. Geldverslindende campagnes als Kies Techniek (kosten 2 mil joen gulden per jaar) en video clips over het beroepsonderwijs You've got the power') moeten de jeugd interesseren voor een eerlijk en mooi beroep. Open dagen bij bedrijven en bezoe ken aan lagere scholen (met t- shirts en witte speelgoedbusjes met opdruk) moeten het nega tieve imago verbeteren en een aanhoudende stroom vakmen sen voor de techniek opleveren. Ook het onderwijs zelf gaat de bedrijven ter harte. Zo gaat de Metaalunie zich nadrukkelijk bemoeien met het metaalon- derwijs op de lts, in het bijzon der in de eerste twee algemeen vormende jaren. „Het komend jaar wordt op zes daarvoor aan gewezen scholen geëxperimen teerd met door ons ontwikkelde nieuwe lesmethoden, waarbij we uitgaan van beroepsprofie len. Met andere woorden: van de in onze bedrijfstakken te ver wachten behoefte", vertelt Os kam van de Metaalunie. De toegenomen belangstel ling van de bedrijven is C. Louws, dekaan van de am bachtsschool Zuilen in Utrecht, niet ontgaan. „Het is tegen woordig geen enkel probleem meer om vierdejaars stage te la ten lopen, en dat terwijl het zo'n vijf jaar geleden niet eens wettelijk was geregeld. Toen vroegen we ons nog af wat voor stage we een lbo'er in vredes naam moesten laten lopen. Te genwoordig komen de bedrij ven hier persoonlijk langs om contact te leggen met de scho lieren. Alle 72 leerlingen van dit jaar zijn dan ook al onder dak." Steeds vaker ook worden scholen door bedrijven geadop teerd. Zuilen is liefdevol omarmd door een groot aantal kleine bouwbedrijven uit de re gio. De ondernemers schenken machines, leveren gastdocen ten, houden leraren op de hoogte van de ontwikkelingen in de branche en staan garant voor een aantal stageplaatsen. Hun voordeel is overduidelijk. Zij hebben de eerste keuze uit een jaargang schoolverlaters. Water naar zee Er is nog een andere oplossing voor de metaal- en aanverwante bedrijven, namelijk werven on der de niet-traditionele doel groepen. Juist allochtonen, vrouwen en vooral voortijdige schoolverlaters kunnen het te kort aan lassers en metaalarbei ders tenietdoen, meent Roger van de Winkel, beleidsmede werker van het Contactcentrum Organisatie en Arbeid. Het bu reau doet onderzoek naar knel punten op de arbeidsmarkt, in opdracht van zowel overheid als bedrijfsleven. .Alleen met geldverkwistende campagnes en acties naar het reguliere onderwijs kom je er niet. Dat is water naar de zee dragen. Vooral de drop-outs zijn een grote en potentiële groep. Maar de inpassing vraagt tijd en geld", meent Van de Winkel. Ruim 20 procent van de leerlingen op mavo en havo maken hun school niet af. Met de komst van het basisonder wijs zal het aantal uitvallers waarschijnlijk nog toenemen. „Deze jongens zijn moeilijk te vinden. Ze stoppen de studie door het jaar heen en boven dien geven ze er vaak de voor keur aan vakken te vullen bij Al- bert Heijn. Dat betaalt zo'n driehonderd gulden beter dan het beginsalaris bij ons", aldus stafdirecteur Van IJperen van GTI-Holding,. „Bovendien valt het niet mee deze mensen na een half jaar vrijheid weer in het gareel te brengen." Ook het inpassen van al lochtonen en vrouwen gaat maar moeizaam. „Vrouwen zijn niet de structurele oplossing", zegt Van IJperen. „want als er weer ruimte komt in de verzor gende branche, ben ik ze kwijt." En: „Niet alle allochtonen heb ben de discipline om gemaakte afspraken na te komen. En de taal, hè", voegt personeelscon sulent Lageveen toe. De cultuur van een typische 'mannenbranche' als de metaal is voor Demu-directeur Van Pa radijs mede reden om niet in zee te gaan met vrouwelijke werknemers. Hij ziet bovendien op tegen de kosten voor het aanpassen van de sanitaire voorzieningen. „Het aanleggen van een Mohammedaans toilet (waar je handen en voeten kunt wassen) heeft ons een fortuin gekost." Die cultuurverschillen open baren zich al op school, beves tigt directeur Touw van streek school Gildevaart. De docenten zijn niet gewend met deze groe pen om te gaan, ook al ligt bij hen de oplossing voor het te kort. „Omgekeerd moeten we ons afvragen hoever we kunnen gaan bij het uit Lombok halen van minderheden, tot hoever we mogen verlangen dat ze zich aanpassen. Dat is nu typisch.: een klusje voor sociologen. Laat die eens een werkbare om- - gangsvorm verzinnen, waar ie- dereen mee uit de voeten kan. DEN HAAG THEO HAERKENS „Wij zijn techneuten met heel veel kennis van de bewegingen van het lichaam. Hier zitten mensen met een technische knobbel die op de hts niet von den wat ze zochten, omdat ze ook iets met mensen wilden doen." Het kost Chris Riezebos, coör dinator van de hbo-opleiding bewegingstechnologie aan de Haagse Hogeschool, weinig moeite zijn studenten te karak teriseren. De opleiding bewe gingstechnologie bestaat nu meer dan een jaar en telt ruim 80 studenten. Bijna 60 zitten er in het eerste jaar, van wie een deel zittenblijvers. Riezebos is de laatste die zou beweren dat het hier gaat om een eenvoudi ge studie. „Er is veel puur tech nische kennis nodig, je' moet veel weten over de menselijke motoriek en bovendien erg cre atief zijn." Om de haverklap schiet Rie zebos overeind om voor te doen wat hij bedoelt. De voormalige leraar fysiotherapie wil over één ding namelijk geen misverstand laten bestaan. „Bewegen is on gelooflijk moeilijk. Je moet heel veel weten om er iets zinnigs over te kunnen zeggen en er iets mee te doen." Wie over drie jaar het diplo ma bewegingstechnologie op zak heeft, wordt in staat geacht een brug te slaan tussen tech niek en het menselijk lichaam. Dat is hard nodig, want er heer sen op dit terrein nog veel mis standen. Of het nu gaat om de typeta fel en het toetsenbord van de datatypiste, de verstelbare auto stoel, het tennisracket van Boris Becker of dat van een goede amateurspeler, de bewegings technoloog kan zijn steentje bij dragen om het beste uit het li chaam te halen zonder dat het wordt overbelast. Scharnieren Om zijn woorden kracht bij te zetten tovert Riezebos een beu gel te voorschijn met aan de on derkant een herenschoen. „Een peroneus-beugel", licht hij toe. „Die is bedoeld voor mensen die voor de helft verlamd zijn en bij het lopen hun voet laten sle pen." En terwijl de lege schoen over de tafel paradeert, legt hij uit: „Na het afzetten duwt een veer de voet terug in een hoek van ongeveer 90 graden met het onderbeen. Maar het scharnier onderaan de beugel deugt niet." In één vloeiende beweging staat de studiecoördinator weer naast zijn stoel om te laten zien wat er aan schort. „Kijk, de en kel scharniert heel anders. Die zit niet recht aan het been, maar draait veel meer naar bui ten." Een kleine demonstratie, waarbij hij zich beweegt als een een schaatser op het droge, maakt duidelijk dat een mens bij het lopen steeds van links naar rechts wiegt, terwijl het ge wicht van het ene naar het an dere been gaat. „Dat kan ook niet anders, want de as van het enkelgewricht loopt schuin. De knobbels aan de binnenkant zitten niet voor niets verder naar voren dan die aan de bui tenkant". Het is duidelijk dat het rechte scharnier in de beu gel veel wrijving oproept. En scheve scharnieren zijn weer te zwak. „Voor dit soort dingen moeten onze mensen nou op lossingen verzinnen." Het draait hier om de exacte vakken. Een echte alfa heeft hier niets te zoeken, dat is wel dui delijk. „Havo-leerlingen met aardrijkskunde en geschiedenis moeten we ook toelaten, maar ze hebben geen schijn van kans", erkent de leiding van het instituut. Lege markt Riezebos spreekt met aansteke lijk enthousiasme over de oplei ding, ook al moet die zich offi cieel nog wel bewijzen. Het mi nisterie van onderwijs bekijkt over enkele jaren of voortbe staan gerechtvaardigd is. Die uitdaging prikkelt leraren èn studenten. „Onze eerste jaars voelen zich de groep die de zaak van de grond moet tillen. Ze zijn erg assertief en denken voortdurend mee", roemt Rie zebos zijn studenten van wie de meesten een sportieve of tech nische achtergrond hebben. Over hun toekomst maakt hij zich absoluut geen zorgen. „De markt is leeg, er is geen concur rentie". Het zelfvertrouwen lijkt onbegrensd. Overal in de sport en de gezondheidsindustrie ziet de studieleider kansen voor zijn afgestudeerden. „Ze kunnen te recht bij ziekenhuizen en bij verzekeraars die hulpmiddelen voor zieken en gehandicapten moeten vergoeden. Daar is wat extra deskundigheid welkom", meent hij „en dat betaalt zich op den duur vanzelf terug." Ook producenten van oefentoestel len die gebruikt worden door fy siotherapeuten bieden emplooi, evenals fabrikanten van race fietsen, sportschoenen, rolstoe len en tennisrackets. Er kan nog heel wat worden verbeterd. De keuze tussen een racket met een groot of klein handgreep, vindt de leraar bij voorbeeld onvoldoende. Hij meent dat een uitschuifbare va riant meer recht doet aan de grote lichamelijke verschillen tussen mensen. De ideale lengte zou zonder kans op blessures een optimale slag garanderen. Net zo belangrijk is het on- wikkelen van een methode om verstelbare materialen en ge reedschappen en daar valt ook de bureaustoel onder met Studenten onderzoeken het effect van een kleine kunstmatige handicap op de beweging. foto C£ES zorn zijn kantelbare zitting, zijn flexi- tuur om bewegingen te bestu- doeling dat ze zelf allerlei hulp- de mens in zijn omgeving, maar bele hoogte, arm- en rugleunin- deren, beschikt de opleiding middelen leren vervaardigen, bij bewegingstechnologen ligt gen in luttele seconden goed over werkplaatsen waar de stu- maar een ontwerper moet wel meer nadruk op de techniek, af te stellen. denten leren wat er wel en niet de beperkingen kennen van het „Wij ontwerpen technologie cn Behalve over een ruimte met mogelijk is met metaal, hout en materiaal dat hij kiest. Ergono- vaak zal dat gebeuren op ver hometrainers en video-appara- kunststoffen. Het is niet de be- men houden zich ook bezig met zoek van ergonomen."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 23