Kunst Notekrakers voor Greetje Kauffeld en Fred Butter Puurheid in optreden van Bram Vermeulen Spetterend spelplezier Landesbergen en Van Dijk Nederlands Studenten Orkest in de ban van de liefde Ikarus in speelpakje voor sm-liefhebbers Woensdag 15 januari 1992 M HOORE ANNEMIEK RUYGROK JAN RUSDAM SASKIA STOEUNGA Eindredactie: t NIEUWSLIJN Lunchconcert Chris Duindam LEIDEN - De violist Chris Duindam zal morgen een lunchcon cert geven in de Kapelzaal van K&O. Hij voert onder meer de Frühlingssonate van Ludwig van Beethoven en Rondo Caprioc- cioso van Saint-Saëns uit. Aanvang 12.45 uur. Kunstwedstrijd voor jongeren DEN HAAG Jongeren van 14 tot en met 18 jaar kunnen ook dit jaar weer meedoen aan de landelijke wedstrijd van de zoge noemde Kunstbende, een instelling van het ministerie van cul tuur en verschillende landelijke organisaties. De Kunstbende wil dat de genoemde doelgroep zichzelf leert uiten. Het thema van dit jaar is: 'grenzeloos'. Jongeren die willen meedoen moeten daarmee aan de slag. Hoe ze het thema vormgeven doet er niet toe: door middel van dans, toneel, muziek, fotografie, taal of wat dan ook. Via de Kunstbende aan het Damrak 223 in Amsterdam kunnen de belangstellenden zich aanmelden voor een van de voorron des. De eerste is op 24 april in Rotterdam. Bach-Instituut Leipzig 'Stasi-frei' LEIPZIG D,e 'Nationale Forschungs- und Gedenkstelle J.S- .Bach' in Leipzig, dat onder andere het hoofdkwartier van de Neue Bach Gesellschaft herbergt, zal worden ontbonden. De di recteur van de instelling, de musicoloog Werner Felix, wordt aangerekend dat hij ten tijde van het communistische regime talloze activiteiten voor de gehate Staatssicherheitsdienst (Stasi) heeft ontwikkeld. Prince komt naar Nederland ROTTERDAM Prince komt met zijn nieuwe band 'The New Power Generation' in de zomer naar Nederland. Hij treedt vier keer op: op 4 juli in het MECC in Maastricht, op 5,7 en 8 juli in Ahoy' Rotterdam. Voorverkoop (maximaal 4 kaarten per per soon) begint op 25 januari. RECENSIE CONNY VAN DER ZANDE Gezien: Bram Vermeulen met zijn solopro gramma 'Vriend en Vijand'; op 14/1 in de Schouwburg, „Ik vermoed dat dit een intieme avond wordt." Met deze woor den opent Bram Vermeulen zijn programma Vriend en Vijand een liedjesprogramma met als hoofdonderwerp de verhouding van een vader en een zoon. Vanuit wisselende gezichtspun ten bezingt Vermeulen de rela tie waarin liefde en haat dicht bij elkaar staan. De zoon ver foeit de burgerlijkheid van de vader, haat hem om zijn onver antwoordelijke gedrag. De va der heeft geen begrip voor de weg die de zoon kiest, hij vindt hem laf. Maar'toch houden ze van elkaar. De zoon wil dat de vader kijkt als hij prestaties le vert, de vader huilt als de zoon uiteindelijk zelfmoord pleegt. Angst, liefde, pijn, heimwee en eenzaamheid worden be zongen in prachtige liedjes die aan de blues doen denken. 'Jazz at the Temple 1992'/'An Evening with Friends', met het Philip Paar Quintet, Frits Landesbergen (vibrafoon) en Louis van Dijk (piano). Gehoord 14/1 Rijksmuseum .van Oudhe den, Leiden. Hét gedeelte voor de pauze van 'Jazz at the Temple 1992', gis teravond in de Taffehzaal van het RMO, zou maar het beste vergeten kunnen worden. Pas vlak voor de pauze kwam de fantastische vibrafonist Frits Landesbergen aan bod en Louis van Dijk kreeg het publiek voor die tijd zelfs helemaal niet te zien. De eerste helft van de avond moesten we het doen met Phi lip Paar en zijn combo. "Paar mag dan een bekwaam organi sator zijh (hij organiseerde dit concert in opdracht van spon sor Luba), maar liet hij het daar maar bij. Helaas voelde hij niet alleen de behoefte om te zin gen, maar ook om als een soort gelikte opperspreekstalmeester met loze praatjes sfeer in de af geladen zaal te brengen, wat helemaal niet nodig was. Bo vendien is Paar geen begaafde zanger, al kan hij toon houden. Zijn stem is vrijwel expressie loos eri hij kan er geen emoties mee suggereren, waardoor alle liedjes uit The American Song- book op een saaie, plichtmatige manier uit de luidsprekers kwa men. Dat kon hij niet compen seren met een gekwelde blik en Lee Towers-achtige gebaren. Het vuurwerk begon pas, toen Frits Landesbergen de vibra- foonüokken greep. Hfj liet meteen zien wat hij kon en dat was niet mis! Hij heeft een fan tastische techniek en weet in zijn spel ook alle emoties te leg gen die nodig zijn: uitgelaten heid, blues, innigheid en dat al les met een verrassende en ver frissende brutaliteit. Na de pauze speelde Louis van Dijk eerst twee solostukken en toonde daarin niet alleen zijn fabelachtige techniek, maar ook zijn totale overgave aan het pianospel. Ook in twee Ger- schwin-songs Someone to Watch over Me en They Can't Take that Away from Me), ge zongen met Philip Paar, kwam Van Dijk goed over het voet licht. Paar presteerde ook beter. Louis van Dijk geniet zichtbaar tijdens 'Jazz at the Temple'. Blijkbaar voelde hij, dat hij in kaar perfect aan. Het pure, en- aanwezigheid van de maestro thousiaste speelplezier spatte er wat moest neerzetten. van alle kanten van af en in de Het hoogtepunt van de avond improvisaties deden ze niet was echter het samenspel tus- voor elkaar onder. Wat een ver- sen Louis van Dijk en Frits Lan- schil met Paar, die het publiek desbergen. De twee voelden el- het grootste deel van de avond foto loek zuyderduin - met zijn plichtmatig gezongen liedjes had verveeld! Programma Leidse Jazzweek vanavond: kroegentocht in ve le Leidse cafés; Waag: Leids Studenten Jazz gezelschap (21.00 uur). Vermeulen bekijkt het leven het ene moment door de ogen van een dertienjarige jongen en ver volgens met de blik van een door het leven getekend man. Dit zorgde ervoor dat niet alle liedjes even herkenbaar waren en ook de lijn van het verhaal had er onder te lijden. Toch weet Vermeulen te boei en. Hij zingt namelijk met het gemak waarmee een ander ver telt, zo natuurlijk en zonder de sterallures van veel hedendaag se top-veertigartiesten. Zijn puurheid wordt nog eens bena drukt door zijn rauwe stemge luid, dat uren na de voorstelling nog in je hoofd naklinkt. Vermeulen raakt de luisteraar, hij weet wat hij het publiek moet geven, maar is bovenal een artiest die zelf plezier heeft in zijn werk. Na de staande ova tie die hij in ontvangst mocht nemen trakteerde hij het pu bliek op maar liefst drie toegif ten. Het vermoeden van Vermeu len is uitgekomen. De intieme sfeer was tekenend voor de avond. AMSTERDAM «ANP De Nederlandse Toonkunste- naarsbond (NTB) heeft de Gou den Notekraker 1992 toegekend aan Greetje Kauffeld en Fred Butter. Zij krijgen de prijs, die sinds 1974 wordt uitgereikt, we gens him verdiensten voor de levende amusementskunst in Nederland. De Gouden Notekraker is een alternatieve muziekprijs van amusementsmusici van de bond. Er is geen jury of juryrap port. Eerdere winnaars waren onder anderen The Nits, Candy Dulfer, Het Goede Doel, Mathil- de Santing, Margriet Eshuys en Rob deNijs. Greetje Kauffeld verwierf in 1957 grote populariteit als zan geres van The Skymasters. In 1965 won ze het songfestival in Knokke en in 1975 en 1980 werd ze uitgeroepen tot de beste so liste van het Nordring radio-fes tival. Binnenkort verschijnt een nieuwe CD van haar. Fred Butter speelde van 1982 tot 1984 850 voorstellingen van de Jos Brink-musicals 'Evenaar' en 'Amerika, Amerika'. In 1987 .speelde hij in de Nederlandse versie van de musical 'Cats' en in 1990 vertolkte hij de rol van Oscar in de musical 'Sweet Cha rity'. Met collega's uit deze mu sical richtte Butter de groep 'Steamheat' op, waarmee hij in 1992 wil toeren langs het thea tercircuit. Beide prijswinnaars krijgen nuari de Gouden Notekraker op 20 ja- dam. Christoforie in Amster- Prima begeleiding sopraan Leonie Schoon MUZIEK RECENSIE MONICA SCHIKS Het Nederlands Studenten Orkest o.l.v. Jules van Hessen met als soliste Leonie Schoon: sopraan; werkerf- van'Rrokor fiev, Tchaikovsky, Wagner. Zt^cfatn1 eh Ravel. f Gehoord op 14/1 ih%?tad*géhoor- zaal. Leiden. Waarschijnlijk had ik nog en kele uren langer in de Stads gehoorzaal kunnen blijven, want er was na afloop feest voor iedereen. Bij het verlaten van de zaal leek het NSO aan zijn tweede uitvoering van die avond begonnen te zijn: om kwart voor elf 's avonds werd als eerste (toegift) Gerswin's 'Porgy and Bess' gebracht in een speelse versie met toeter- tjes, ballonnen en een contra- bas-balanceeract Niet lang daarna klonk er opnieuw mu ziek. Voor de brave toehoor der was het toen wel welletjes. Het eerste, officiële pro gramma was misschien ter gelegenheid van het achtste lustrum thematisch van opzet. Legendarische liefdes paren bevolkten het concert. Langzamerhand raakte het orkest in de ban van de liefde. Bij 'Romeo en Julia' van Pro kofiev leek het of de details nog niet klopten, zowel ritme als zuiverheid van toon waren nog niet één van geest. Na elf dagen repeteren jn Bergen en twee vóóruitvoermgen was Leiden de eersferp|aats w^cfr het NSO rin; een *gp=ote zaal eoncèrteerdë'.De concertjós paste nog niet helemgal, men moest er nog in groeien. Tatjana's briefscène uit 'Je- vgeni Onjegin', Tchaikovsky's opera, was een mooi tweede werk. De sopraan Leonie Schoon met haar donker ge tinte stem werd prima door het orkest begeleid in haar emoties. Hoezeer ze ook is gestegen in de zangregionen, toch vond ik haar vibrato in het hogere en sterkere register veel te dramatisch en ook niet echt mooi. Veel beter kwa men de omfloerste kwalitei ten van haar stem tot hun recht in Isoldes Liebestod van Wagner. Meeslepend en over weldigend zijn adjectieven die pasten bij deze uitvoering. Rob Zuidam (1964) schreef de opdrachtcompositie voor het NSO. 'She's everywhere now that she's gone', geschre ven na een ontmoeting met iemand op wie hij ontzettend verliefd was. Op het eerste ge hoor een zeer aangenaam stuk: breed opgezette klankwaaiers, soms licht van toon, vaak ook nogal schrij nend, zaals iemands afwezig heid tastbaar'kan zijn. Herin neringen kwamen op in de vorm van ritmische passages of als aan het Gregoriaans verwante melodieën. Gecom poneerd voor groot symfonie orkest, voor elk wat wils en vaak voor het hele podium te gelijk veel werk aan de winkel. De beroemde dirigent Sir George Sold zei onlangs op de televisie dat een goede diri gent zich onderscheidt van een slechte door voortdurend te zweten. Jules van Hessen zal daar alles van af weten. Hij had als dirigent de enorme taak om in zeer korte tijd van een honderdtal losse, verge vorderde studenten (onder wie muziekstudenten) een sa menhangend orkest te sme den. In de suite 'Daphnis et Chloë' van Maurice Ravel, ei genlijk geen compositie om even met amateurs te doen, bereikte van Hessen het uiter ste van deze avond. Een mooi begin van de rest van de toer- nee! ACHTERGROND LEIDEN JAN RUSDAM Jaagt gemeente Stelling de stad uit? BEELDENDE KUNST n Marcel Joosten. Te zien in Galerie Verhaar, Schoolstraat 9, Wassenaar, do. t/m zo. van 13.00 tot 18.00 uur, tot 23 februari. Wassenaar Naast de avant-gardisten zijn er altijd kunstenaars gebleven die alles wat hun bezighoudt zo na turalistisch mogelijk proberen weer te geven. En als zij daarin slagen, dwingt dat altijd weer respect af. Lammert Boerma is zo'n kun stenaar. Zijn neo, of magisch re alistische werk dat in de Wasse- naarse galerie Verhaar hangt, is minitieus, haast overdadig ge detailleerd geschilderd, vaak in schel aangezette kleuren. Deze glasharde stijl geeft de figuren op zijn doeken iets onwezen lijks. Vaak zijn zij geplaatst in een herkenbare, maar-toch ver vreemdende omgeving. Soms roepen die bizarre voorstellingen, een gevoel van angstige beklemming op. Vgoral uit die dreigende schilderijen blijkt dat Boerma zich heeft la ten beïnvloeden door één van de belangrijkste exponenten van het magisch realisme: Carel Willink. Het doek 'De oversteek' zou bijvoorbeeld niet misstaan op een overzichtstentoonstel ling van Willinks werk. 'De oversteek' toont een een zaam huis, temidden van een desolaat, nat landschap onder Het doek 'Ikarus' laat de gelijknamige mythologische figuur zien na zijn net mislukte vliegpoging. De mythe gevisualiseerd. foto pr een dreigende wolkenlucht. Op de voorgrond zijn twee beugels geschilderd. Ze doen sterk den ken aan de leuningen van een aluminium zwembadtrapje. Tussen deze stangen zijn een ernstig kijkende man en vrouw geportretteerd, onder elkaar, waardoor het lijkt of hij lager op het onzichtbare trapje staat dan zij. Ze zien er kouwelijk uit. Zij kijkt naar rechts, hij naar links, zoals gebruikelijk is voordat je een weg oversteekt, maar bij zonder vreemd onder de gege ven omstandigheden. Anders dan Willink heeft Boerma zich laten inspireren door onder meer de Duitse be zetting, het Nederlands impe rialisme en de Christus-figuur. Wat verder in zijn werk opvalt, is de onverbloemde weergave van het mannelijk naakt. Het doek 'Ikarus' laat de ge lijknamige mythologische figuur zien na zijn net mislukte vlieg poging. De dode Ikarus, jong en een beetje te gespierd naar mijn smaak, is ruggelings uitgebeeld op een strand, zijn armen met vleugels gespreid. Enkele veren dwarrelen hem nog na. De my the gevisualiseerd. En daarin zit hem het absurde, en ook wel het kitscherige van dit schilderij. Want hoe had Ikarus nu zijn vleugels aan zich bevestigd? Dat vermeldt het verhaal niet. Boer ma laat zien hoe. Door middel van een zwart tuigje, vastge- gespt aan armen en benen, met banden over de borst en kruis lings achter de penis. Een mooi speelpakje voor sm-liefhebbers. Behalve de curieuze schilde rijen van Boerma worden ook sculpturen van Marcel Joosten in galerie Verhaar geëxposeerd. Hij heeft onder meer bronzen koppen, afgesneden boven de neus, bevestigd aan stalen dra gers. De halve koppen laten zien hoe gezichten kunnen verschil len: open, gesloten, zacht of hard. Prachtig zijn de kleine bron zen figuurtjes die zittend een trui of iets dergelijks over het hoofd trekken. Iedere spier die bij zo'n beweging wordt aange spannen, heeft Joosten in juiste proporties weergegeven. Net als Boerma is ook hij een meester in het realistisch weergeven. De Stichting Stelling boft dat ze in staat is, 'dank zij enkele sponsors, een zo fraai vouw blad uit te geven. Immers, het runnen van een galerie is doorgaans geen florissante onderneming. Voor de meeste galeriehou ders geldt dat ze het hoofd ternauwernood boven water kunnen houden. Laat staan dat ze zich ook nog de uitgave van een fraai kwartaalblad kunnen permitteren. Stelling verkeert kennelijke wél in dezè luxe positie. Leidse kunstminnaars boffen ook, vindt Stelling zelf, omdat ze een „gerenommeer de tentoonstellingsruimte met talloze ne venactiviteiten" binnen de gemeentegren zen hebben. Of de kunstminnaar gelukkig moet zijn met de nieuwe uitgave is evenwel de vraag. Enerzijds is het begrijpelijk dat een zichzelf respecterende galerie, en dat is Stelling zeker, de nodige achtergronden schetst bij haar presentaties. Anderzijds is het zo dat het nieuwe periodiek de zoveel ste loot is aan de stam van uitgaven die de geïnteresseerde Leidenaar informatie moet verschaffen over het culturele leven in deze stad. Het zoveelste bewijs ook dat gemeente en particuliere instellingen er maar niet in slagen één maandelijkse, culturele UIT-gids (of een Galerie-agenda naar Amsterdams voorbeeld) van de grond te krijgen waarin de Leidenaar een volledig beeld krijgt van wat er in deze stad allemaal te zien en te beleven valt in theaters, musea, galeries Andere galeries zullen ongetwijfeld met scheve ogen kijken naar de uitgave van Stichting Stelling. In de ogen van de Leidse galeriehouders wordt Stelling al bevoor deeld omdat het als enige een jaarlijkse subsidie van 15.000 gulden van de gemeen te ontvangt. In het eerste nummer van 'In Stelling' wordt door Geke Vinke ingegaan op deze 'zogenaamde subsidie'. Vinke schrijft dat de 'subsidie' de galerie „geen 'In Stelling' zo heet het nieuwe pe riodiek van de Stichting Stelling, dat eenmaal per kwartaal zal gaan verschij nen. Met dit fraai uitgevoerde vouw blad wil de stichting meer informatie verschaffen over de bij Stelling expose rende kunstenaars. Bovendien bevat 'In Stelling' elk kwartaal een column over een brandende kwestie. grotere creatieve armslag biedt om het ten toonstellingsprogramma te realiseren" en spreekt van een „minimale huursubsidie". Die constatering laat onverlet dat er sprake is van een ongelijke situatie. Andere galerie houders kampen ook met hoge huisves tingslasten zonder op een 'huursubsidie' te kunnen rekenen. Lagere huisvestingslasten bieden Stelling wel degelijk de ruimte om andere activiteiten te bekostigen. Zoals bij voorbeeld een kwartaalblad. De hiervoor verkregen sponsorgelden zouden immers ook gebruikt kunnen worden om de volledi ge huur te betalen. Arrogant De wijze waarop bestuursleden van Stelling de subsidiekwestie bespreken is nogal arro gant. 'De gemeente Leiden mag blij zijn met zo'n gerenommeerde galerie als Stel ling', het ter discussie stellen van de (huur subsidie is al eens als 'bizar' gekenschetst en de subsidie zelf wordt steevast afgedaan als 'een schijntje'. Vinke besluit de column met de constatering dat het Stelling „zeker niet makkelijk wordt gemaakt door de Leid se politiek om in de toekomst de ingeslagen koers te blijven varen" en dat „een structu rele oplossing betreffende de 'subsidie' noodzakelijk is". Wat dat laatste betreft lijkt Stelling zich geen illusies te hoeven maken. De structu rele oplossing die de gemeente thans voor ogen staat is dat de huursubsidie voor Stel ling in drie jaar wordt afgebouwd naar nul. Volgende maand beslist de politiek daar over. In plaats van zo hoog van de toren te blazen zouden de bestuursleden van Stel ling er beter aan doen duidelijk te maken waarom zij niet op eigen benen kunnen staan en zich nog steeds afhankelijk moe ten rpaken van de gemeentelijke overheid. De politiek heeft een aantal jaren terug in gestemd met de verhuur van de tentoon stellingsruimte aan de Stichting Stelling in de wetenschap dat een niet-commerciële organisatie als Stelling nimmer een com merciële huur zou kunnen betalen. Stelling zou tenminste voor een ton aan kunst per jaar moeten verkopen wil men de vaste kos ten kunnen terug verdienen. Het ziet er niet naar uit dat dat de koméhde jaren zal ge beuren. Wellicht is het mogelijk de huurprijs voor Stelling iets te verlagen door een verschui ving aan te brengen in het totaal aan huur penningen dat het pand Burgsteeg 14 moet opbrengen. Gesuggereerd is wel dat de Kunstkring Burcht, die het gehele pand fei telijk van de gemeente huurt, een groter deel van de huur voor haar rekening kan nemen. Tenzij de gemeente meer commer ciële activiteiten in het pand toelaat (het geen nu verboden is), valt ook bij de kunst kring evenwel weinig te halen. Aan de ongelijke situatie tussen Stelling en de andere galeriën dient een eind te komen. De politiek zal zich, voor ze een besluit neemt over het geleidelijk aan intrekken van de subsidie, echter ook moeten bera den over de voorwaarden waaronder de Kunstkring Burcht kan functioneren, wil men niet het risico lopen dat, na Fotoma- nia, opnieuw een galerie van enige beteke nis de stad wordt uitgejaagd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 7