'Rembrandt blijft een reus, 'Ik houd zoo van het Mauritshuis' i'inbrandt SCHILDER, TEKENAAR EN ETSER De titel van de tentoonstelling in het Rijksmuseum zegt het al: Rembrandt, de Meester en zijn Werkplaats'. Het was in de 17e eeuw voor een gewaardeerde schilder niet ongewoon er een groot atelier op na te houden, waar hij enerzijds zijn leerlingen opleidde en an derzijds door hen geholpen werd bij de ate- lierproduktie. Arnold Houbraken vermeldt in 'De groote schouburgh der Nederlantsche kunstschil ders en schilderessen' uit 1718, dat veel leerlingen naar het atelier van Rembrandt trokken om Rembrandts wijze van schilde ren te leren. Houbraken schrijft bovendien dat hun werk zo sterk op dat van Rem brandt leek dat er wel eens verwarring ont stond. Het lijkt in onze tijd, waarin de originaliteit en de verering van de persoonlijkheid van de kunstenaar van zo'n groot belang is, vreemd dat meesters hun stijl aan leerlin gen opdrongen of zelfs gezamenlijk aan de zelfde schilderijen werkten zonder zich te bekommeren om eventuele verwarring. Maar dit was niet ongewoon in de 17e Deze bewering wordt gestaafd door een in 1651 uitgevaardigde Gilderegeling in Utrecht die meesters uitdrukkelijk verbood 'enige personen van binnen of buiten de stad als discipelen of assistenten te hebben of te werk te stellen die niet in hun stijl (die van de meester) werken of die met hun ei gen naam signeren'. Kortom, de leerlingen vervaardigden in de ateliers werk waar hun eigen naam niet onder mocht prijken. Wel waren zij bevoegd om het werk met de handtekening van de meester te signeren. Hierdoor vervaagde in het atelier het ver schil tussen een 'principieel' (origineel) schilderij en een schilderij 'naer Rem brandt'. De tentoonstelling 'Rembrandt, de Mees ter en zijn Werkplaats' in het Rijksmuseum is dus meer dan een eerbetoon aan Neer- lands grootste schilder aan wie na 1969 geen overzichtstentoonstelling meer is ge wijd. zij het een andere dan wij dachten In 1675 schrijft de schilder en schrijver Joachim Sandrart over Rembrandt dat hij 'zijn woning in Amsterdam met welhaast ontelbare voorname kinderen tot onderwijs en opleiding (had) gevuld'. Dit beeld van Rembrandt als de schilder in zijn atelier lijkt de leidende draad in de verschillende tentoonstellingen die volgende maand beginnen. De onderzoeken van onder meer het Rembrandt Research Project hebben ons de keuken van Rembrandt ingetrokken, op zoek naar de inhoud van de potten en pannen. Maar ook op zoek naar wie op welk moment de penseel op het doek of paneel plaatste. De roof van Ganymedes. Geschilderd door Rembrandt in 1635. In het bezit van de Staatliche Kunstsammlungen, Gemaldegalerie Alte Meister in Dresden. In bruikleen afgestaan aan het Rijksmuseum in Amsterdam. fotc keningen (los van elkaar gepresenteerd) die vroeger als echte Rembrandts werden be schouwd, maar eigenlijk werk van zijn leer lingen waren, worden gepresenteerd naast gesigneerde werken van die leerlingen. Zo kan de bezoeker zien hoe de nieuwe toe schrijvingen tot stand zijn gekomen en de overeenkomsten en verschillen tussen Rembrandt en zijn belangrijkste leerlingen bestuderen. Het museum heeft eigenlijk twee ten toonstellingen ineen: een tentoonstelling met topstukken die anno 1991 algemeen aanvaard zijn als authentieke werken van Rembrandt èn een tentoonstelling met wer ken van zijn leerlingen die eerder aan de meester werden toegeschreven. Dit tweede deel laat het concrete resultaat van alle on derzoeken zien en maakt de tentoonstelling tot een heel bijzondere. Schilderijen en te- Want wat wordt nu eind twintigste eeuw onder een Rembrandt verstaan? Als zijn leerlingen zo bedreven waren in het imite ren van zijn werk dat ze ons eeuwen lang op het verkeerde been hebben gezet, wat is er dan zo bijzonder aan een echte Rem brandt? Waarin onderscheidt zich de mees ter? De antwoorden op deze vragen zijn on der meer te vinden in de catalogustekst van Ernst van de Wetering, de spil van het Rem brandt Research Project. Hij haalt de schil der Gerard de Lairesse aan die Rembrandts techniek 'kladdery' noemde, schilderijen waarbij 'het sap gelyk drek langs het stuk neer loope'. De hedendaagse onderzoekers spreken liever van de ongewoon sterke dif ferentiatie in de behandeling van de verf: de kunst van Rembrandt om met enkele schijnbaar nonchalante penseelstreken stof tot uitdrukking te brengen; niet alleen door kleur, maar ook door structuur- en reliëf mogelijkheden. Daarin is hij in de 17e eeuw een eenling en ongeëvenaard. De tentoon stelling in het Rijksmuseum levert de bewij- In samenwerking met de National Gallery in Londen en de Gemaldegalerie uit Berlijn heeft het Rijksmuseum een tentoonstelling samengesteld die 50 van de beste schilderij en, 80 tekeningen en etsen van Rembrandt en circa 50 werken van leerlingen omvat uit meer dan 40 internationale verzamelingen. De nieuwe en gewaagde opzet van deze overzichtstentoonstelling, die direct uit de huidige wetenschappelijke onderzoeken vloeit, bewijst de uitspraak van Rijksmuse um directeur Henk van Os: Rembrandt blijft een reus, zij het een andere dan we dachten te kennen'. NICOLE ROEPERS Rijksmuseum Amsterdam: Rembrandt, de Meester en zijn Werkplaats. Schilderijen: 4 december t/m 1 maart. Te keningen: 4 december t/m 19 januari. Open: dagelijks 10.00 - 20.00 uur. Nieuw jaarsdag gesloten. Verkoop kaarten voornamelijk via voor verkoop (er is slechts een zeer beperkt aantal kaarten verkrijgbaar in de dagver koop, voorverkoop wordt daarom sterk aangeraden). Voor reserveringen: Rembrandt Research Centre, Postbus 404, 2260 AK Leidschen- dam, tel. 070-3175454. Of bij de balie van de VW bespreekbureaus. Prijs toegangskaarten: 20,-. Catalogus in twee delen: schilderijen (met inleidingen van o.a. Prof. E. v.d. Wetering en Prof. J. Bruyn) en tekeningen (met in leidingen door o.a. Peter Schatborn), ill. Abraham Bredius (1855 - 1946) was kunstkenner, verzamelaar en gedurende twintig jaar directeur van het Mauritshuis in Den Haag. In zijn tijd genoot hij grote faam als Rembrandtkenner bij uitstek. Een schilderij dat door Bredius als een echte Rembrandt (h)erkend was, steeg onmiddellijk in waarde. Zelf kocht hij Rembrandts 'Saul en David'na de Rembrandttentoonstelling van 1898 in Amsterdam voor 100.000 gulden. Om het werk te kopen deed hij, hoewel hij zeer bemiddeld was, zijn rijtuig met koetsier van de hand. Enkele jaren later, in 1903 bood een Amerikaanse miljardair voor ditzelfde schilderij anderhalf miljoen! Vandaag de dag is de naam van Bredius nog steeds verbonden met Rembrandt. Bij het onderzoek naar de echtheid van aan Rembrandt toegeschreven werken (Rembrandt Research Project) baseren wetenschappers zich op de catalogus van Bredius uit 1935. Bredius als Rembrandtkenner en museumdirecteur 'Saul en David', Bredius kocht deze Rembrandt in 1898 en moest er zijn rijtuig voor verkopen. Nu siert een afbeelding er van de omslag van de catalogus van het Mauritshuis. foto mauritshuis In aansluiting op de grote Rembrandt tentoonstelling in het Rijksmuseum in Amsterdam en de expositie 'Rem brandt en Lievens - een jong en edel schil dersduo' in de Lakenhal in Leiden organi seert het Haagse Mauritshuis vanaf 30 no vember aanstaande tot en met 1 maart van het volgende jaar onder de titel 'Bredius, Rembrandt en het Mauritshuis!!!' een ten toonstelling die de verdiensten van Abraham Bredius als kunstkenner, Rem- brandtspecialist en museumdirecteur be licht. Bredius was van 1889 tot 1909 direc teur van het Mauritshuis. In deze functie heeft hij veel voor het museum betekend. Hij breidde de collectie uit met belangrijke aankopen en bruiklenen en verrijkte het museum met schilderijen uft zijn privé-ver- zameling die hij na zijn dood in de vorm van een legaat aan het museum schonk. Studie Bredius was een van de eerste Nederlanders die een diepgaande studie maakte van de Nederlandse (17de eeuwse) kpnst. Bij zijn onderzoek maakte hij veelvuldig gebruik van archieven, hetgeen veel navolging zou vinden. Hij reisde veel en door het bekijken van buitenlandse collecties deed hij grondige kennis op van de Nederlandse kunst. Op basis van zijn kennis en kennerschap kon hij toeschrijvingen doen aan bijvoorbeeld Rembrandt. In zijn huis aan de Haagse Prinsengracht hield hij regelmatig spreek- die (zoals nu nog in het televisieprogramma Kunst of Kitsch) wilden weten of zij misschien in het bezit waren van een meesterwerk. Bij een van deze gele genheden ontdekte Bredius de 'Androme- da' van Rembrandt. De vermaardheid van de Rembrandtkenner Bredius leidde tot een spotprent van Th. van Hoytema uit 1893 waarin hij afgeschilderd wordt als een do minee die zijn zegen niet aan onechte schil derijen kan geven. Samen met de stukken die Bredius voor het Mauritshuis verwierf en de schilderijen uit zijn nalatenschap, bevat de collectie van het museum dertien aan Rembrandt toege schreven werken, waaronder 'Zelfportret met halsberg' en 'Late zelfportret', die beide op de tentoonstelling in Amsterdam te zien zijn. Tijdens de expositie in het Mauritshuis zullen in de Rembrandtzaal en enkele aan grenzende zalen op de eerste verdieping van het museum voornamelijk schilderijen, 35 aankopen en 26 legaatstukken van Bre dius te zien zijn. Naast werk dat permanent geëxposeerd is, zoals de schilderijen van Rembrandt, verlaten stukken van minder bekende meesters tijdelijk het depot, waar zij wegens ruimtegebrek worden bewaard. Dankzij Bredius telt de collectie van het Mauritshuis vier schilderijen van Rem brandt meer. Als directeur kocht hij onder andere 'Studie van een oude man' en 'La chende man' aan. Voor Bredius zelf was 'Saul en David' het topstuk en het is ook om deze reden dat het schilderij - zijn lieve lingswerk - de omslag van de catalogus siert. Het bij de tentoonstelling behorende boek is rijk geïllustreerd (naast 90 zwart-wit foto's, ook 31 afbeeldingen in kleur) en be vat behalve het catalogusgedeelte een serie essays. De catalogus kost 35 gulden. NANCY STOOP Expositie "Bredius, Rembrandt en het Mauritshuis!!!" Te zien: Mauritshuis, Korte Vijverberg 8, Den Haag. 30 november 1991 t/m 1 maart 1992. Openingstijden: di. t/m za. van 10.00 - 17.00 uur. Zo. en feestdagen van 11.00 - 17.00 uur. Toegangsprijzen: f. 6,50, f. 5,00, Museumjaarkaart.Incl. bezoek Mu seum Bredius, I^nge Vijverberg 14, Den Haag: f. 7,00, f. 5,00, MuseumjaarkaarL Openingstijden: di. t/m zo. van 12.00 - 17.00 uur. Het Leidse schilder- en tekengenootschap Ars Aemula Naturae organiseert gedurende de Rembrandt-exposities zélf een tentoonstelling, waarop werk van leden te zien zal zijn. De 'Ars-leden' kregen de opdracht zich in hun werk te laten inspireren door de meesterschilder en de titel van de expositie luidt dan ook 'Door Rembrandt geleid Engel'. Een niet zo gemakkelijk thema, want hoe i>erbind je een hedendaags werk met dat i>an de beroemde meester? In de loop der eeuwen hebben veel schilders zich door Rembrandt laten inspireren, hem al of niet natuurgetrouw nageschilderd. Ger van Elk bijvoorbeeld heeft tijdens het maken van zijn "The Western Stylemasters'duidelijk 'De Staalmeesters' voor ogen gehad. Dat blijkt uitzijn kleurkeuze, uitzijn clair/obscur-effect. De opdracht aan de leden van Ars was echter van beperkter aardL* er werden onderwerpen uit de werken van Rembrandt gepikt waaruit men een keuze kon maken: een bedelaar, een engel, een oude man, een naaktfiguur, maar ook een boerderij of een molen. Daarbij moest men wel het aspect licht/donker in de gaten houden, want Rembrandt was daar immers een meester in. De durfals mochten zich zelfs aan een zelfportret wagen. Want was Rembrandt in veel van zijn werken zelf niet een liefhebber van zijn eigen gelaat? Hoe de Ars-expositie er uit zal zien is nog eventjes in nevelen gehuld. Op 6 december wordt de tentoonstelling geopend en is het resultaat van de worsteling met de materie te De expositie 'Door Rembrandt geleid' is tot 1 februari geopend op dinsdag en donderdag van 10-12 uur, op zaterdag en zondag van 13-16 uur. Ars Aemula Naturae is gevestigd aan de Pieterskerkgracht 9.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 37