Binnenland Tevreden met zichzelf Niet-werkende langs de zijlijn Sigaretten maken niet gelukkig lï Eenoudergezinnen met vader slechter af dan met moeder Zaterdag 2 november 1991 Redactie: 023-150225 JANINE BOSMA ALTAN ERDOGAN RONALD FRISART (chef) PATRICK VAN DEN HURK SJAAK SMAKMAN FRANS VISSER JOLANDA OUKES Vormgeving: HANS BOEZELUN Algemeen Nederlands Persbureau (ANP), Gemeenschappelijke Persdienst (GPD), Inter Press Service (IPS). De Nederlander is tevreden met zichzelf en verkeert over het algemeen in een goede, zo niet opperbeste stem ming. Hij voelt zich een volwaardig lid van de maat schappij en ook de woonomgeving bekijkt hij met een glimlach. Kortom, mag ue Nederlander aan zijn of haar leven een rapportcijfer geven, dan rollen er dikke vol doendes uit. Over één ding zijn de Nederlanders echter minder te spreken en dat is de overheid. Slechts één op de twee is tevreden over de wijze waarop ons land wordt bestuurd. Die conclusies zijn te trekken uit de resultaten van de enquête 'De Staat van het Land'. Aan dit nationale opinie-onderzoek namen tienduizenden lezers van vijf tien regionale kranten, waaronder deze, deel. DEN HAAC PETER KUYT Het gaat met ons zo slecht nog niet. In meerderheid oordelen we gunstig over onze plaats in de maatschappij, onze woon omgeving en het leven zelf. Zelfs grote groepen mensen met een niet benijdenswaardige po sitie, zoals werklozen, langdurig zieken en arbeidsongeschikten, willen weten dat ze meetellen. Met een lantaarntje moeten we zoeken naar de enkeling die zó gedeprimeerd is en zich zó bui tengesloten voelt, dat hij zijn le ven van nul en generlei waarde acht. In bijna alle categorieën wordt min of meer gelijkluidend op de vragen geantwoord. Zo wel jongeren, mensen van mid delbare leeftijd als bejaarden willen geen slecht woord over hun straat horen. Ruim drie kwart van de mensen in de leef tijdsgroep 18-34 jaar is positief over 'de buurt', 82% tussen 35 en 64 jaar is dezelfde mening toegedaan, terwijl 65-plussers er nog zonniger tegenaan kijken (86 procent). Kortom, hoe ou der, hoe gekker met de buurt. Splitsen we deze resultaten uit naar politieke voorkeur, dan doemen overigens enkele ver schillen op. Ruim acht op de tien aanhangers van de vier gro te partijen (CDA, PvdA, WD en D66) en de kleine christelijke partijen (GPV-SGP-RPF) zijn vol lof over hun woonomgeving. Drie op de vier niet-stemmers kunnen zich ook daarin vinden. Bij de aanhangers van de splin terpartij Centrumdemocraten ligt dat echter anders. Zeventien procent moppert of tiert over 'die rotbuurt'. Eén op de vier CD-stemmers vindt zijn woon omgeving maar zo zo, 57 pro cent is positief. Tevreden boer Als we naar de cijfers kijken, gaan zeker acht op de tien Ne derlanders fluitend naar hun werk of doen vrolijk jodelend het huishouden. Gevraagd naar hun persoonlijke stemming roept een overgrote meerder heid van de (onjgeschoolde ar beiders, lagere, middelbare en hogere employés, zelfstandigen, directeuren, vrije-beroepsbeoe- fenaren en huisvrouwen en - mannen: 'goed tot heel goed'. Mensen werkzaam in de land- en tuinbouw spannen wat dit betreft de kroon. Overigens moeten deze resultaten met enige omzichtigheid worden gehanteerd, omdat boeren sta tistisch gezien moeilijk te van gen zijn, aldus de econoom Van Praag, een van de wetenschap pelijke begeleiders van de en- quêfè. „Ook in deze steekproef zitten er niet al te veel". Toch lijkt het dat ons land bijna uit sluitend tevreden boeren kent. Maar liefst 98 procent van deze groep werkt met plezier op het land en houdt vee. Dat is des te opmerkelijker als we de (nog re cente) televisiebeelden in herin nering roepen van agrariërs die massaal demonstreren, omdat ze zich door de strenge regels die hen worden opgelegd, in hun beroepsuitoefening en in komen beperkt voelen. In mindere mate, maar toch nog in meerderheid, laten de mensen die niet aan het ar beidsproces (kunnen) deelne men weten, dat hun stemming als 'positief kan worden aange merkt. Drie op de vier werklo zen en gepensioneerden en ze ven op de tien arbeidsonge schikten zeggen in hun sas te zijn. Zoals te verwachten valt, noteren we een aanmerkelijk la ger percentage (56) bij de lang durig zieken. Geld maakt niet gelukkiger, maar zeker ook niet ontevrede ner, zo kunnen we verder con cluderen. Moeten we het doen met een netto huishoudinko- men per maand tot tweedui zend gulden, dan zitten we ze ker niet bij de pakken neer. Maar liefst 82 procent van de mensen uit deze groep zegt dat het 'tamelijk' tot 'heel goed' met ze gaat. Dat percentage stijgt, naarmate het loonzakje meer gevuld raakt, maar het scheelt niet echt veel. Van de huishou dens die maandelijks 'schoon' maar liefst zes mille of meer beuren, verkeert 89 procent in goede tot opperbeste stem ming. Overheid Menigeen kent het feno meen: als op een verjaardag de ziekte van tante Joke, de nieuwe driedeurs van oom Theo en dat prachtige doelpunt van neef Marnix bij de zaterdag-ama teurs tot in alle details is be sproken, belandt het gesprek in negen van de tien gevallen op het onderwerp politiek. Vaak wordt dan niet lovend over 'Den Haag' gesproken en wor den ministers en volksvertegen woordigers - door de bank ge nomen - bestempeld als 'zak kenvullers', 'hypocrieten' en 'hielenlikkers'. De enquête lijkt dat beeld min of meer te bevestigen. Een groot deel van de natie heeft het niet op de politiek, koestert een (gezond?) wantrouwen tegen de overheid. Deze conclusie gaat op voor alle leeftijdscategorieën en inkomensgroepen. Vanzelfsprekend zien we eni ge verschillen bij de aanhang van de diverse politieke partij en. De mensen die bij de jong ste kamerverkiezingen op de re geringspartijen CDA en PvdA hebben gestemd, zijn in meer derheid positief over de wijze waarop ons land wordt be stuurd. Daarbij valt op dat meer CDA-stemmers (78%) er zo over DE STAAT VAN HET LAND... BENT U TEVREDEN OVER DE WIJZE WAAROP ONS LAND WORDT BESTUURD naar politieke voorkeur (zeer) tevreden H (zeer) ontevreden O geen mening Nlel gestemd BENT UAL METAL TEVREDEN MET DE BUURT WAARIN U WOONT Alle ondervraagden J 15% gaat wel 13% ontevreden lot zeer ontevreden Naar politieke voorkeur denken, dan de PvdA-aanhang (57%). Van de laatste groep is zelfs 38 procent niet te spreken over de overheid. De grootste groep kankeraars op 'Den Haag' kan worden ge vonden in de schare fans van de Centrumdemocraten (90 pro cent ontevreden), WD (60 pro cent ontevreden), Groen Links (59%), D66 (53%) en overige partijen (78%). Tweederde deel van het aantal niet-stemmers deelt dit ongenoegen, terwijl 18 procent geen mening heeft. De aanhang van de kleine christe lijke partijen (GPV-SGP-RPF) is verdeeld: 49 procent geeft de overheid het voordeel van de twijfel, 44 procent ziet louter minpunten. Een niet gering deel van het ambtenarenkorps blijkt zijn broodheer niet te pruimen, zo valt uit de cijfers op te maken. De overheid heeft het verbruid bij zeker vier op de tien van haar dienaren. Bij werknemers in het bedrijfsleven ligt dat per centage op 48. J 82% tevreden tot zeer tevreden J 76 J 84 J 66 Nlel gestemd J 75 Bron: GPD-»nquét» 'Do slaat van hst lamf 1991 CGPD Infographtca/HlustratissiRsinoud Slttsrna/Thso Goot|s» DEN HAAG GPD Een grote groep werklozen, ar beidsongeschikten en langdurig zieken voelt zich geen volwaar dig lid van de samenleving. Vier op de tien voelt zich langs de zijlijn staan. Het aantal werkenden dat zich 'buiten de maatschappij' waant, is op de vingers van één hand te tellen. Van hen laat 96 procent weten volledig mee te tellen. Dat percentage ligt bij de gepensioneerden, studenten en zij die in het eigen huishouden werken lager, maar is ook niet gering: respectievelijk 88, 84 en 87 procent. Van de werklozen, arbeidsongeschikten en langdu rig zieken melden echter ach tereenvolgens 41, 39 en 37 pro cent dat ze het gevoel hebben dat ze er niet bij horen. Gemeten naar politieke voor keur, zien we ook hier enkele verschillen. Eén op de vier adepten van de Centrumdemo craten voelen zich uitgestoten. Voor niet-stemmers en aanhan gers van Groen Links geldt dat voor 14 procent. Negen op de tien mensen die stemmen op de vier grote partijen of de kleine christelijke partijen melden ver heugd dat ze volledig meedraai en. Elders op deze pagina wordt gemeld dat werknemers in de agrarische sector in overgrote meerderheid in opperbeste stemming verkeren. Toch stelt Een aanzienlijk aantal mensen, vooral niet werkenden, voelt zich buiten de maatschappij staan. .foto gpd Cffs mood veertien procent van de land- gen op de tien middelbare en bouwers en tuinders dat ze er hogere employés, directeuren niet bij horen. Iets hogere per- en vrije beroepsbeoefenaren centages zien we bij de lagere beschouwen zich als volwaardig employés (15%) en de onge- lid van de samenleving, schoolde arbeiders (19%). Ne- DEN HAAG GPD Veel roken en drinken hangt duidelijk samen met ontevredenheid over het leven. Mensen die niet of relatief weinig roken en/of drinken, zijn een stuk tevredener met hun bestaan dan de zware rokers (meer dan een pakje per dag) en drinkers (meer dan 50 drankjes per week). Eén op de vijf zware rokers kenschetst zijn stemming als 'niet zo goed' tot 'heel gedepri meerd' en zou 'het leven' een laag rapportcijfer geven, variërend tussen de drie en de vijf. De ver stokte opstekers zijn ook in mindere mate tevre den over de buurt en voelen zich meer buiten de maatschappij staan. Bijna twintig procent van hen voelt zich geen volwaardig lid van de samen leving. Zeven op de tien zware gebruikers bekijkt tussen de dampen door zijn woonomgeving en voelt zich daar goed bij. Dat percentage ligt een stuk hoger bij mensen (76 tot 89 procent) die er minder opsteken en bij de niet-rokers. Die vlieger gaat in zekere mate ook op voor de zware drinkers. Zij die per week 51 of meer glazen alcohol achterover slaan, voelen zich minder ge lukkig. Bijna één op de vier zegt zich 'niet zo goed' te voelen dan wel 'tamelijk' tot 'heel gede primeerd'. De stemming zit er meer in bij degenen die zichzelf wat alcoholgebruik betreft beperkingen hebben opgelegd. Het meest tevreden zijn zij die één tot twintig glazen per week nuttigen (gemid deld 91 procent). Een iets lager percentage (88) treffen we aan bij ridders van de blauwe knoop. Verschillende percentages doemen op bij de vraag of men zich 'buiten de maatschappij' voelt staan. Het aantal geheelonthouders dat hierop 'ja' antwoordt (15 procent) is twee keer zo groot als het aantal mensen dat per week één tot twintig glazen met alcoholhoudende dranken ledigt. Zelfs de mensen die wekelijks meer dan 51 consump ties gebruiken, zien het niet zo somber in. Negen op de tien van deze verstokte innemers voelt zich een volwaardig lid van de samenleving. Bejaarden hechten veel waarde aan het leven. Hoe ouder, hoe meer. •foto gpd roland de bruin WELK RAPPORTCIJFER GEEFT U AAN UW LEVEN T Bent u tevreden over het landsbestuur? zeer tevreden geen tevreden mening on tevreden zeer on tevreden Landelijk 1.4 47.0 6.9 33.3 11.5 Leiden 1.2 48.9 5.3 35.2 9.3 Heeft u het gevoeld dat u buiten de maatschappij staat? ja nee Landelijk 9.0 91.0 Leiden 8.8 91.2 Bent u tevreden over de buurt waarin u woont? zeer tevreden geen tevreden mening on tevreden zeer on tevreden Landelijk 36.7 45.1 15.1 2.3 0.7 Leiden 38.2 45.2 13.5 2.6 0.5 Hoe is uw stemming alles bij elkaar genomen? heel niet zo goed goed goed tamelijk somber heel somber Landelijk 33.5 56.7 5.8 3.4 0.6 Leiden 33.2 57.3 5.1 3.9 0.5 Wat is de waarde van uw leven in een rapportcijfer? Landelijk 0 1 0.3 0.4 23456789 10 0.6 1.3 2.1 6.1 9.8 26.5 36.0 10.4 6.5 Leiden 0.0 1.3 0.7 0.5 2.5 4.8 8 2 28.6 36.311.6 5.4 rapportcijfer 0t/m2 3t/m5 6t/m8 9 t/m 10 Zware drinkers voelen zich over het algemeen niet gelukkig. leeftijdsgroep m 18-34 jaar 35-54 har m 55'64 jaar O 65 en ouder percentages zijn afgerond DEN HAAG GPD Niet dat ze echt 'en masse' kla gen, maar toch: in de eenouder gezinnen is tevredenheid min der prominent aanwezig dan in overige gezinstypen. Eén op de vijf eenoudergezinnen met een vader waardeert het leven met een onvoldoende. Bij de eenou dergezinnen die door moeder worden gerund geldt dat voor 17 procent. 'Slechts' drie op de vier invul lers uit gezinnen waar alleen va der aanwezig is, zijn behoorlijk tot heel content met zichzelf. Dat percentage ligt iets hoger bij gezinnen, waar alleen de moeder de scepter zwaait (82%) en aanmerkelijk hoger bij ande re gezinstypen, zoals 'getrouwd met kinderen' (93%) en 'samen wonend met kinderen' (92%). Van de alleenstaanden is 84 procent positief over de per soonlijke gesteldheid. Opmerkelijk is dat van de eenoudergezinnen met vader aan het hoofd één op de vijf zegt niet volwaardig aan de sa menleving deel te nemen. Dat gegeven gaat ook op voor 17 procent van de gezinnen waarin de moeder als enige ouder aan wezig is. Geheel andere percentages zien wij bij de andere gezinsty pen met óf zonder kinderen. De vraag 'voelt u zich buiten de maatschappij staan' werd als volgt met 'ja' beantwoord: - getrouwd met kinderen: 5 procent - getrouwd zonder kinderen: 7 - samenwonend zonder kin deren: 7 - samenwonend met kinde ren: 12 - zelfstandig wonend: 14 - inwonend: 16 Over de buurt waarin ze wo nen, zijn zowel de eenouderge zinnen als de overige gezinsty- HET LAND pen in gelijke mate content. Datzelfde gaat op als gevraagd wordt naar de mening over de overheid. Voor 40 tot 50 procent van op één na alle gezinstypen geldt dat men niet te spreken is over de wijze waarop ons land wordt bestuurd. Bij de 'samen wonenden met kinderen' ligt dat percentage nog hoger: 63.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 5