Feiten
'Waakhonden' voor daklozen
Deskundigen moeten falende Bukman redden
Barbie heeft nooit spijt betuigd
VN-inspectieteam gedomineerd door Amerikanen
Vrijdag 27 september 1991
SJAAK SMAKMAN
EN MENINGEN
Habitat International Coalition komt op voor recht op wonen
Soms krijgt Han van Putten,
voorzitter van Habitat Interna
tional Coalition (HIC), het idee
dat iedereen op straat staat. Als
of het een nieuwe manier van
wonen is. De lucht als dak, vuil
niszakken als muren om tegen
aan te liggen. Een goedkopere
vorm van huisvesting is nauwe
lijks denkbaar, zeker als de prijs
voor de gezondheid niet wordt
meegerekend.
Volgens de Verenigde Naties
zijn er een miljard daklozen. De
Wereldgezondheidsorganisatie
WHO en de Wereldbank schat
ten het aantal zelfs op twee mil
jard. Van Putten houdt het
vooralsnog op „een gigantische
hoeveelheid mensen die geen
dak boven hun hoofd hebben,
op straat slapen en al lang blij
zijn als ze tijdelijk ergens kun
nen schuilen".
Ondanks die even onoverzich
telijke als ongewenste open
luchtvoorstelling blijft Van Put
ten optimistisch. Niet alleen
omdat hij als voorzitter van HIC
(een internationale pressie
groep die opkomt voor de rech
ten van daklozen, armen en
slecht behuisden) nou eenmaal
geen andere keus heeft. De po
sitieve kijk van Van Putten heeft
ook te maken met het feit dat
hij met het HIC wel degelijk
mogelijkheden ziet: „We heb
ben er toch voor gezorgd dat
een aantal regeringen op de
vingers is getikt, omdat zij krot
tenwijken wilden platwalsen".
Soms volgden de openbare te
rechtwijzingen pas als de
bulldozers al hun werk hadden
gedaan, voegt hij er aan toe.
Realist
De 69-jarige Hagenaar noemt
zich een idealist, maar gaat ver
volgens direct tot Sloop van dat
beeld over „Ik denk dat ik voor
al een realist ben. Het is ook in
ons eigen belang dat die daklo
zen worden geholpen. Als we al
die mensen aan hun lot overla
„Het is ook in ons eigen belang dat die daklozen worden geholpen. Als we al die mensen aan hun lot overla
ten, kan zich dat op een gegeven moment tegen ons keren". fotopersbureau hans van diji
ten, kan zich dat op een gege
ven moment tegen ons keren.
Dan heb ik het niet over de
mensen die vrijwillig dakloos
zijn, maar over de massa, die te
gen haar wil op straat staat. Dat
leidt tot agressie en conflicten".
Bij het onderdak verlenen van
alle problemen weet Van Putten
zich als voorzitter van het in
1976 opgerichte HIC gesteund
door driehonderd niet-gouver-
nementele groepen. Voor het
grootste deel organisaties, zoals
de Novib in Nederland, die dag
in dag uit hebben te maken met
de moeilijkheden van de daklo
zen.
„Dat is het grote verschil met de
commissie van de Verenigde
Naties, Habitat, die zich met al
lerlei vormen van huisvesting
bezighoudt, waaronder die van
de daklozen. Wij zijn uitsluitend
met de problematiek van de
daklozen in de weer. In Habitat
zitten ambtenaren en ministers,
kortom officiële vertegenwoor
digers. Mensen die allereerst
kijken naar de technische en
economische kant van de zaak.
Zij zullen zich niet uitspreken
over mensenrechten, bang als
ze zijn om andere landen te irri
teren. Bij ons staat het sociale
aspect voorop".
HIC mag de vergaderingen van
Habitat wel bijwonen, maar
heeft geen stemrecht. „Je kunt
ons beschouwen als een soort
waakhonden. Wij behartigen de
belangen van de daklozen. We
oefenen druk uit op regeringen
en internationale organisaties
om de situatie van deze mensen
te verbeteren en wijzen er op
dat het recht op wonen iets heel
normaals is".
Aan het begin van deze week
werd die boodschap door HIC-
Europa en zeven andere organi
saties die zich met huisvesting
bezighouden, overgebracht aan
de Europese ministers van
volkshuisvesting. Dat gebeurde
in de vorm van een Europees
handvest, een twaalf artikelen
lang pleidooi voor solidariteit.
Van Putten, sinds tweeëneen
half jaar voorzitter van HIC: „Er
wordt al snel gedacht dat
dakloosheid vooral en bijna uit
sluitend in de Derde Wereld
voorkomt. Door HIC is die fout
ook gemaakt. Op aandrang van
de ontwikkelingslanden wordt
vanaf 1987 meer aandacht be
steed aan de geïndustrialiseerde
landen. De ontwikkkelingslan-
den vonden dat wij te eenzijdig
bezig waren. Alsof wij op dat ge
bied geen problemen hebben
en alles zo goed regelen".
„Vergeet het maar. De daklozen
in Europa hangen er ook bij.
Niemand weet hoe die miljoe
nen vluchtelingen die uit Oost-
Europa worden verwacht, moe
ten worden opgevangen. Het
liefst sluiten landen de grenzen
gewoon, terwijl het er juist op
aankomt dat landen de pijn en
de middelen verdelen".
Met die principes bestookt het
HIC ook de vertegenwoordigers
van de VN-commissie Habitat.
Van Putten: „Ik ben niet ie
mand die zegt dat zo'n organi
satie als Habitat geen zin heeft,
ook al lijkt er niets te verande
ren. In die commissie wisselen
de landen gegevens met elkaar
uit over bouwmaterialen, trans
port, volkshuisvestingsproble-
matiek en financiering. Zonder
die kennis zouden veel landen
maar wat aanmodderen. Maar
er zijn meer aspecten. Wij wij
zen er op dat mensen niet als
goedkope arbeidskrachten mo
gen worden misbruikt, moeten
kunnen meebeslissen en in elk
geval menselijk moeten worden
behandeld".
"In veel landen, bij voorbeeld
Mauritanië en Marokko, word je
al gauw verdacht van misdrij
ven tegen de staat als je je ver
zet tegen bouwplannen. De
NGO's, de niet-gouvememente-
le organisaties, krijgen daardoor
nog wel eens conflicten. Zij wer
ken aan de basis en hebben
rechtstreeks met de daklozen te
maken. Die NGO's worden als
lastig ervaren voor de maat
schappij. Ze passen niet in de
grootse, moderne plannen voor
hotels, wegen en andere projec
ten die op de plaats moeten ko
men van krottenwijken".
Rapporteur
Hoewel de situatie uitzichtloos
lijkt, weigert Van Putten zijn
mm
m$È'
De lucht als dak, vuilniszakken als muren om tegenaan te liggen.
werk als een hopeloze taak te
beschouwen. Daarbij is het vol
gens de Hagenaar „mooi mee
genomen" dat af en toe wat re
sultaten worden geboekt. Zo
werd in de zomer op initiatief
van HIC door de Verenigde Na
ties een resolutie aangenomen,
waarin huisuitzetting wordt ver
oordeeld. Ook werd een rappor
teur aangesteld, die de VN een
voorstel moet doen over het
voorkomen van huisuitzettin
gen en ontruimingen.
„Een nadeel is dat ook de VN
niet echt kunnen ingrijpen.
Daar staat tegenover dat de
meeste landen niet in het open
baar veroordeeld willen wor
den. Dat geldt ook voor de Do
minicaanse Republiek die in het
voorjaar op de vingers is getikt
toen voor het aanleggen van
een snelweg en verbetering van
foto anp» frans vanderlinde
het stedeschoon grote aantallen
mensen in sloppenwijken uit
hun huizen werden gezet. Wij
hebben de VN van gegevens
voorzien. Of het heeft geholpen,
weet ik niet. Het is wel zo dat
dergelijke ontruimingen in het
verleden ongemerkt bleven.
Zo'n land zal zich toch wel even
bedenken voor het weer een
wijk platlegt".
PARUS HANS GERTSEN
CORRESPONDENT
Voordat de woensdag
op 77-jarige leeftijd
overleden Klaus Barbie
in november 1942 be
noemd werd tot chef
van de Duitse politie in
het bezette Lyon, be
kleedde hij belangrijke
functies in bezet Ne
derland. Van 25 mei
1940 tot 1 november
van dat jaar was hij
werkzaam op het bu
reau Joodse aangele
genheden in Den
Haag. Vervolgens werd
hij tot Obersturm-
bannfiihrer (eerste lui
tenant) van de SS be
noemd en overge
plaatst naar het bureau
voor joodse emigratie
in Amsterdam. Daar
was hij belast met de
arrestatie van joden en
vrijmetselaars. Hij had
een belangrijk aandeel
in het transport van jo
den naar concentratie-
en vernietigingskam
pen in Duitsland, Po
len en Tsjecho-Slowa-
kije.
In Lyon werd Barbie
hoofd van de sectie 4
van de Gestapo, die
belast was met de ar
restatie van joden, ver
zetsmensen, commu
nisten, saboteurs en
vrijmetselaars. Mede door zijn
toedoen werden 76.000 Franse
joden op transport gesteld. Van
hen keerden er niet meer dan
3000 terug.
Tijdens zijn verblijf in Lyon ver
wierf Barbie zich al snel de bij
naam 'de slager van Lyon' van
wege zijn buitensporige wreed
heden. Barbie was persoonlijk
verantwoordelijk voor het mar
telen van vele duizenden gevan
genen, onder wie Jean Moulin,
een van de leiders van het Fran
se verzet. Moulin overleed aan
de gevolgen tijdens zijn trans
port naar Duitsland.
Klaus Barbie, zoals hij in 1987 voor de rechtbank in
Lyon verscheen. archieffoto afp
Barbie wist heel lang aan ver
volging te ontkomen door aan
het eind van de oorlog naar
Zuid-Amerika te vluchten, met
medeweten van de Verenigde
Staten en het Vaticaan. In Boli
via, waar hij jarenlang de be
scherming genoot van opeen
volgende dictators, begon hij
een nieuw leven als Klaus Alt-
mann.
Dankzij het speurwerk van het
Franse echtpaar Beate en Serge
Klarsfeld werd 'Altmann' Barbie
in 1971 opgespoord in Bolivia.
Daarmee begon een jarenlange
juridische strijd tussen de Fran
se en Boliviaanse auto
riteiten. Pas twaalf jaar
later was de Boliviaan
se regering bereid om
mee te werken aan de
uitlevering van Barbie.
Op 5 februari 1983 was
Barbie terug in Lyon,
waar hij werd opgeslo
ten in dezelfde gevan
genis waar hij duizen
den van zijn slachtof
fers gruwelijk had ge
marteld.
Na lange voorbereidin
gen begon het proces
tegen Barbie op 11 mei
1987. Barbie, die in
1947 en 1954 al twee
maal bij verstek ter
dood was veroordeeld,
stond terecht op be
schuldiging van misda
den tegen de mens
heid. Zeventien dagen
lang getuigden grote
aantallen van zijn
slachtoffers over de tal
loze wreedheden die
Barbie in Lyon begaan
had. Barbie zelf maak
te het proces maar
voor een deel mee. Na
twee dagen weigerde
hij het proces verder
bij te wonen in de be
klaagdenbank. Hij
hield tot het laatst toe
vol dat hij niet Barbie
maar Altmann heette
en ontkende iedere
verantwoordelijkheid
voor de door hem be
gane misdaden. Maar vele tien
tallen geëmotioneerde getuigen
overtuigden de rechtbank meer.
Barbie werd tot levenslang ver
oordeeld.
Spijt heeft de oorlogsmisdadiger
nooit betuigd. Integendeel. Tij
dens het proces zei Barbie on
der andere: „Ik was slechts een
simpele luitenant toen ik in
Lyon aankwam. Een jaar later,
op 18 september 1943, stuurde
Hitler me een persoonlijke brief
om me te feljciteren en me zijn
erkentelijkheid over te bren
gen".
WASHINGTON AP
Het inspectieteam dat in Irak zoekt naar
aanwijzingen voor activiteiten op het ge
bied van atoomwapens wordt gedomi
neerd door Amerikanen. Van de 44
teamleden zijn er 27 afkomstig uit de
Verenigde Staten, waar veel van hen
werkzaam zijn bij de ministeries van de
fensie en industrie.
De Amerikanen zijn uitgezocht om hun
kennis van de Arabische taal en hun des
kundigheid inzake atoomwapens, zeiden
functionarissen in Washington. De an
dere leden in het VN-team zijn twee
Australiërs, vijf Canadezen, twee Duit
sers, twee Britten, drie Nieuwzeelanders,
een Syriër, een Egyptenaar en een
Marokkaan.
Irak heeft gezegd dat het grote aantal
Amerikanen een aantasting betekent van
de neutraliteit van de Verenigde Naties
en het met de VN geassocieerde Interna
tionale Bureau voor Atoomenergie. Irak
heeft de Amerikaanse teamleden spion
nen genoemd en houdt de groep al drie
dagen lang op een parkeerterrein in
Baghdad vast nadat zij de hand had we
ten te leggen op belastend materiaal.
Hoewel de beschuldigingen van spiona
ge van de hand zijn gewezen, gaven
Amerikaanse functionarissen toe dat de
spectaculaire vondst van het team te
danken was aan Amerikaanse inlichtin
gen, afkomstig van spionagesatellieten
en twee Iraakse informanten.
Een van de informanten was een jonge
electro-ingenieur die in het buitenlaand
heeft gestudeerd en vorig jaar bij het
Iraakse kemwapenproject werd betrok
ken, zeiden zij. Hij bracht de Amerikaan
se inlichtingendienst op de hoogte van
het bestaan van een Iraaks programma
voor verrijking van uranium. Een andere
informant lichtte de Amerikanen in over
andere aspecten van het kemwapenpro-
gramma en bracht het team op het
spoor van de gevoelige documenten, al
dus een Amerikaanse functionaris die
ongenoemd wilde blijven.
Onder de Amerikaanse teamleden zijn
regeringsfunctionarissen die honderden
Iraakse documenten hebben bestudeerd
die tijdens de Golfoorlog zijn buitge
maakt en daardoor snel het belang'van
een document kunnen bepalen. Verder
omvat het VN-team onderzoekers die in
dienst van de Amerikaanse regering zelf
betrokken zijn bij de ontwikkeling van
atoomwapens.
Hoewel wordt aangenomen dat de facili
teiten van Irak om kernwapens te maken
tijdens de Golfoorlog zo goed als vernie
tigd zijn, achten de Amerikaanse func
tionarissen de nu gevonden documen
ten toch van groot belang. Zo hopen zij
achter de namen te komen van de perso
nen die bij het kernwapenprogramma
betrokken waren, om dezen in de toe
komst in de gaten te kunnen houden.
Verder worden in de documenten de na
men van buitenlandse bedrijven onthuld
die Irak onderdelen en grondstoffen
hebben geleverd. Daarnaast geven de
documenten inzicht in het net van toele
veringsbedrijven die van betekenis zijn
geweest voor de ontwikkeling van het
kemwapenprogramma. Met die kennis
zal het eenvoudiger zijn de kemwapen-
produktie van Irak definitief stil te leg
gen.
DEN HAAG CAREL GOSELING
Van Piet Bukman hoeft het alle
maal niet meer zo. De huidige
minister van landbouw, natuur
beheer en visserij (LNV) heeft
het allemaal wel gezien. Top
functies in de christelijke land
bouworganisatie CBTB, voorzit
ter van het CDA, senator, minis
ter van ontwikkelingssamen
werking, staatssecretaris op
economische zaken belast met
export en sinds bijna een jaar
minister van LNV.
Bukman is liever lui dan moe.
Wil niet aan zijn kop gezeurd
worden over details. De grote
lijnen zijn van belang, niet de
komma's en de punten. Toen
hij het CDA leidde waren con
gressen van de christen-demo
craten niet meer dan applaus
machines voor Van Agt en Lub
bers. Kritiek werd afgehamerd,
evenals door Bukman gesigna
leerd 'gezwets in de ruimte'.
Het is dan ook geen wonder dat
de minister begin deze week
zeer lakoniek reageerde toen er
voor de zoveelste keer in korte
tijd een stortvloed van kritiek
loskwam op het landbouwbe
leid, de organisatie op het de
partement, de ambtelijke top en
de politieke leiding. Er
deugde helemaal niets
van, zo betoogden en
kele ambtenaren bij
NOS-Laat.
Bukman vond het alle
maal maar niets. Eerst
zien dan geloven, luid
de zijn reactie. Dat was
overeenkomstig mijn
genenpakket, zei hij
gisteren in een Kamer
debat over de zaak.
Daarmee kon de mi
nister weliswaar zijn
eigen gedrag verant
woorden, de affaire op
zich echter niet. Het is
immers een standaard Minister
patroon aan het wor
den bij LNV. De afgelopen jaren
is er vrijwel non-stop sprake ge
weest van uitlatingen en publi-
katies over falend beleid, een
slechte organisatie op het de
partement, maatregelen van de
ambtelijke top tegen kritikasters
en van niets wetende ministers
en staatssecretarisssen.
Daarbij zijn de reacties ook
steeds volgens eenzelfde pa
troon verlopen. Eerst werden de
problemen door de ambtelijke
en politieke leiding gebaggatel-
liseerd om vervolgens, als de
door de oppositie maar
ook door regeringspar
tij PvdA gesteund. En
waren het niet de soci
aal-democraten die vo-
Het was vanaf dat mo
ment dat Bukman en
de zijnen doorkregen
dat er iets meer nodig
was dan de routinema
tige reactie: 'Allemaal
onzin. Niets aan de
hand'. Naast een
schriftelijk inhoude
lijk verweer, punt
voor punt de uitzen
ding van NOS-Laat
Bukman: liever lui dan moe.
foto anp ed oudenaarden volgend,, kwam Buk-
storm geluwd was, intern maat
regelen tegen betrokkenen te
nemen. Dat is in het verleden
een aantal keren goed gegaan,
ook al kostte het de voorganger
van Bukman, Gerrit Braks, eind
vorig jaar indirect de kop.
De zaak ligt na de uitzending
van NOS-Laat maandagavond
echter anders. De Kamer liet
dinsdag in meerderheid weten
tekst en uitleg van de bewinds
man te verlangen. Een verzoek
van Groen Links voor een
spoeddebat werd niet alleen
man dan ook zelf met het voor
stel om een commissie van on
afhankelijke deskundigen in het
leven te roepen. Die moet de
organisatie, de coördinatie en
de arbeidsverhoudingen op
LNV gaan onderzoeken. De
commissie kan ook voorstellen
doen, vooral ten aanzien van
het beleid op het terrein van na
tuur en milieu.
Bukman hoopt dat door het
werk van de commissie 'dit type
discussie' over 'zijn' ministerie
en 'zijn' beleid tot het verleden
zullen behoren. Het is de vraag.
De landbouw is een gesloten
wereld. Vrijwel uitsluitend
CDA'ers. Buitenstaanders ko
men er niet tussen. Inteelt is
wellicht het juiste woord voor
de ontstane situatie. Geen won
der ook dat Bukman de discus
sie over zijn ministerie en zijn
beleid ziet als een beschadiging
van de mogelijkheden voor het
departement om op een ade
quate manier de taken uit te
kunnen voeren. Het departe
ment is hij zelf, de taken zijn:
het zo goed mogelijk behartigen
van de belangen van agrarisch
Nederland.
Het is voor Bukman en de zij
nen te hopen dat de commissie
van onafhankelijke deskundi
gen het werk goed doet. Niet al
leen kijkt naar afdelingen en
diensten maar ook naar de top.
Inclusief de bewindslieden.
Wellicht kan Bukman nog iets
leren van zijn collega Kok bij
het verkopen van moeilijk be
leid bij de eigen achterban. Lukt
dat niet, dan is er nog maar één
oplossing: het opsplitsen van
LNV en de buit verdelen over de
andere ministeries. Kan Buk
man toch rustig van een oude
dag genieten.