Binnenland
Landbouwschap en kabinet ruziën
over verwerking van mestoverschot
'De narigheid die iemand
wegdrukt heeft een prijs
Huidziekten vaak bron van frustratie
Aids-congres volgend jaar in Nederland
Donderdag 12 september 1991
Redactie: 023-150225 JANINE BOSMA ALTAN ERDOGAN RONALD FRISART (chef) PATRICK VAN DEN HURK SJAAK SMAKMAN FRANS VISSER MARGOT KLOMPMAKER Vormgeving: MITZIE MEUERHOF
4
De psychische en maatschappelijke gevolgen van
huidziekten worden sterk onderschat door over
heid en ziektekostenverzekeraars. Dermatoloog
Westerhof, verbonden aan het Academisch Me
disch Centrum (AMC) in Amsterdam, is daar heel
duidelijk over. „Men beschouwt de aandoenin
gen als een cosmetisch probleem, maar men gaat
er aan voorbij dat mensen die er hun leven lang
mee behept zijn, dikwijls in een sociaal isolement
geraken".
De huidarts fungeert deze week als gastheer
ran het derde jaarlijkse congres van de Europese
Organisatie voor Onderzoek naar Pigmentcellen
dat in het AMC wordt gehouden.
Huidziekten kunnen het leven van de betrokke-
ien behoorlijk verstoren. „De patiënten voelen
zich getekend. Zij schamen zich, temeer vanwege
de uitermate vervelende reactie van hun omge
ving, zowel privé als op het werk. Patiënten ko
men in een isolement terecht, hetgeen in enkele
gevallen tot zelfdoding leidt", aldus Westerhof.
Huidziekten komen vaak voor. Het aantal men
sen met aandoeningen neemt eerder toe dan af,
mede door het overvloedig gebruik van schoon
maakmiddelen, cosmetica en medicijnen en het
contact met allerlei synthetische stoffen.
Een veel voorkomende huidziekte is vitiligo,
een stoornis van het pigment. Door verlies aan
pigment ontstaan bij deze aandoening witte vlek
ken op de huid. Naar schatting lijden 150.000
mensen in Nederland aan deze ziekte. Op het
congres bespraken de deelnemers een nieuwe,
veelbelovende methode van behandeling van de
ze huidvlekken.
Westerhof is bezorgd over het stijgend aantal
gevallen van huidkanker. Het gaat vooral om de
meest kwaadaardige vormen van deze aandoe
ning, met name melanoom. „Een zeer gevaarlijke
vorm van kanker, die onherroepelijk tot de dood
leidt als niet tijdig na de ontdekking ervan wordt
ingegrepen". De dermatoloog denkt dat de stij
ging van het aantal gevallen te maken heeft met
te veel in de zon liggen.
KOKANJE
Vertalen
Een paar dagen geleden be
richtte de krant over een bijeen
komst van vertalers die de Ne
derlandse literatuur voor de rest
i de wereld willen ontsluiten.
In een sfeer van wanhoop en hi
lariteit wisselden zijn hun erva
ringen uit. Hoe moet je in he
melsnaam woorden als tjalk en
provo in het Tsjechisch verta
len?, vroeg een dame uit Praag
zich af. En babbelbox?, vulde
i Italiaanse aan. En een
BOM-moeder en een LAT-rela-
tie?, informeerde een Griek.
Ook turbo-woorden als depri
:n popi leverden de nodige
moeilijkheden op, evenals voor
deurdeler en proletarisch win
kelen. Uiteraard kwam ook het
befaamde „gezellig" weer even
i de hoek kijken, wat niet het
zelfde is als het Engelse „socia
ble" of het Duitse „gemütlich".
Soms laat men deze woorden
gewoon in de vertaalde tekst
staan en licht de inhoud ervan
jen voetnoot toe. Maar wil je
i woord als gezellig toelich
ten, dan heb je veel ruimte
dig. Wanneer het
culturele eigenaardigheden
gaat, of zaken betreft die typisch
Nederlands zijn, dan mag een
dergelijke toelichting niet ont
breken.
Zo vertelde de Italiaanse nog
dat zij er altijd een grote hekel
had als in een Nederlandse
nan de ramen van de flat
werden gewassen. Het feno-
en glazenwasser schijnt in
haar land niet te bestaan, van
wege het feit dat de ramen altijd
ir binnen toe geopend wor
den.
Een vertaalster uit een tro
pisch land herkende dit soort
problemen - zij was vooral aller
gisch voor een specifieke Ne
derlandse bloem, de ijsbloem,
die slechts op ramen wilde
bloeien. Toen een Nederlandse
uitgever haar een roman had
toegestuurd waarin de lof op de
winter en met name de schaats
sport werd gezongen, inclusief
snert, koek-en-zopie-tent en
uitweidingen over klnen en bo-
mijs, had ze die haastig weer
geretourneerd.
Als je er even bij stilstaat, dan
is het niet zo moeilijk om in het
Nederlandse taallandschap
woorden aan te wijzen die zich
niet zomaar naar een andere
taal laten overbrengen. Woor
den als veenkolonie en polder
blindheid zijn bijvoorbeeld diep
verankerd in de historie van het
Nederlandse cultuurlandschap.
Bij geuzennaam en oranje-
blanje-bleu is enige historische
toelichting eveneens noodzake
lijk.
En wat te denken van ons
Sinterklaasfeest? Ik heb uit de
Sinterklaasverhalen van God
fried Bomans een paar zinnen
gelicht waarvan menige vertaler
nachtmerries moet krijgen.
Wanneer hij het heerlijk avond
je uit zijn jeugd met dat van te
genwoordig vergelijkt, dan stelt
Bomans het volgende vast: „Al
weken tevoren zette men zijn
schoentje klaar en dat is nog
steeds zo.
Het verschil bestond echter
hierin dat men daarbij knielend
voor de schoorsteen een aantal
sinterklaasliederen zong. Was
het huis hoög, dan zong men
hard. Sinterklaas, die op het dak
stond te luisteren, moest het
horen". Had vader een briefje
met negatieve punten op de ka
chel neergelegd, dan zag de toe
komst er somber uit: „De be
doeling was dat Sinterklaas met
paard en al door de schoorsteen
naar beneden zou zakken, het
briefje vinden en vervolgens
weer ontstemd vertrekken zou.
Dan kreeg men niets. Was het
ernstig, dan kreeg men
de roe. 'In zeer zware gevallen
werd men in de zak gedaan en
mee naar Spanje genomen".
Stel dat deze tekst in het
Spaans vertaald zou worden. Ik
kan mij voorstellen dat het Ne
derlandse volk dan aanzienlijk
in de achting van de gemiddel
de Spanjaard zou dalen.
De Zweedse vertaalster liet
nog weten dat de belangstelling
in haar land voor Annie M.G.
Schmidt en Guus Kuijer tanen
de was. Men vond dat beide
schrijvers, met hun afkeer van
autoriteit en burgerlijke deug
den, in de jaren zestig waren
blijven steken. De moeders van
Jip en Janneke waren bijvoor
beeld altijd thuis, terwijl Zweed
se moeders bijna allemaal wer
ken.
Maarten 't Hart doet het weer
wel goed in Zweden. Zijn verha
len vol ouderlingen en winter
luchten staan dichtbij de erva
ringwereld van de Scandinavi
sche plattelander. Toch lijkt het
mij nog een hele opgave om be
paalde passages uit zijn werk
naar een andere taal over te he
velen.
Wat zou de Zweedse van dit
stukje uit „Het roer kan nog
zesmaal om" denken? „In 1886
vond de Doleantie plaats. In
1892 smolten de dolerenden en
de afgescheidenen samen, al
bleef een deel der afgescheide
nen, de Christelijk Gerefor
meerden, afzijdig. Al dadelijk na
de samensmelting ontstonden
er moeilijkheden over de doop-
opvattihg. In 1905 heeft men
toen een compromis weten te
bereiken waarbij de kuype-
riaanse opvattingen over de
doop werden afgezwakt De
kuyperianen waren typische py
jama-dragers, de afgescheide
nen waren echte kleine luy-
den".
Algemeen Nederlands Persbureau (ANP), Gemeenschappelijke Persdienst (GPD), Inter Press Service (IPS).
Genomen maatregelen blijken volstrekt onvoldoende
Het mestbeleid verkeert in een
impasse. De maatregelen die de
afgelopen jaren zijn genomen
om het mestoverschot aan te
pakken, blijken niet voldoende.
Althans, dat vindt het kabinet.
Om de impasse te doorbreken
praten de ministers Bukman
(landbouw), Alders (milieu) en
Maij-Weggen (verkeer en water
staat) vandaag met het Land
bouwschap.
Dat is allesbehalve ingeno
men met het gesprek. Officieel
heet het dat het kabinet zijn
zorg wil uitspreken over de tra
ge voortgang van het mestbe
leid. Maar het Landbouwschap
voelt de bui al hangen en vreest
nieuwe maatregelen die de vee
houders nog meer aan banden
zullen leggen.
In een inderhaast gemaakte
„standpuntennotitie" heeft het
schap al laten weten niet ak
koord te gaan met een aan
scherping van de huidige regels.
Het mestbeleid ligt op koers,
vindt de organisatie.
Die opstelling heeft in politie
ke kringen verbazing gewekt.
Het kabinet heeft de eis gesteld
dat in 1995 tenminste zes mil
joen ton mest in fabrieken moet
worden verwerkt tot korrels
voor de export. Lukt dat niet,
dan wordt de veestapel inge
krompen. De beslissing daar
over valt volgend jaar.
De tijd dringt dus. Deson
danks is de grootschalige mest
verwerking nog niet van de
grond gekomen. Plannen zijn er
voldoende, maar daar blijft het
bij. Het wachten is vooralsnog
op toestemming van de Eu
ropese Commissie om de vee
houders een heffing op te leg
gen. Daarmee moet de exploita
tie van de mestfabrieken wor
den bekostigd.
Onduidelijk
Of die toestemming er komt is
twijfelachtig. 'Brussel' heeft be
denkingen tegen de heffing,
omdat die kan worden be
schouwd als verkapte over
heidssteun aan de mestfabrie
ken. En dat wordt weer gezien
als concurrentievervalsing.
Bij de Tweede-Kamerfracties
van de PvdA en het CDA heerst
vooral onbegrip over het stand
punt van het Landbouwschap.
Hoe het schap tot de conclusie
Een ouderwetse manier van mest uitrijden met de tractor
komt dat het mestbeleid op
koers ligt, is de politici volstrekt
onduidelijk.
Landbouwspecialist J. van
Noord van het CDA vindt dat
het Landbouwschap de proble
matiek bagatelliseert en ver
sluiert. De overheid en natuur-
en milieuorganisaties zijn eens
gezind van mening dat de
veestapel moet worden inge
krompen, als in 1992 blijkt dat
de zes miljoen ton mestverwer
king niet wordt gehaald. Ook
PvdA-specialist Huys wijst daar
op.
Het Landbouwschap ziet het
minder somber in. Beleidsme
dewerker W. van Slagmaat is er
van overtuigd dat er over enkele
jaren voldoende mest kan wor
den verwerkt. „Op basis van de
initiatieven die er nu liggen
hebben we berekend dat in
zijn serieuze projecten in een
vergevorderd stadium". De
Brusselse goedkeuring voor de
bestemmingsheffing blijft ech
ter essentieel, aldus Van Slag-
maat.
Fosfaatnorm
Een maatregel die het kabinet
vandaag mogelijk wil bespreken
is het verhogen van de over
schotheffing. Veehouders die te
veel mest hebben moeten over
schotheffing betalen. Door die
te verhogen, kan de exploitatie
van mestfabrieken ook worden
bekostigd.
Maar de zorgen van het kabi
net gaan verder. Tot dusver be
perkt het mestoverschot zich tot
de zandgronden. De vrees be-
FOTO ANP COR DE COCK
staat dat de intensieve veehou
derij zich gaat verplaatsen naar
de akkerbouwgebieden in het
noorden en zuidwesten van het
land. Daarom wil minister Buk
man maatregelen treffen die de
„schone gebieden schoon moet
houden": verlaging van de fos
faatnorm.
Nu mag iedereen met vol
doende grond een varkensstal
bouwen. Per hectare mag hij
125 kilo fosfaat produceren.
Bukman wil de fosfaatnorm ver
lagen naar 100 kilo fosfaat per
hectare.
Het Landbouwschap ziet daar
het nut niet van in. Van Slag-
maat: „Als je de kille cijfers be
kijkt, zie je dat er geen sprake is
van een verplaatsing van inten
sieve veehouderijen". Volgens
Van Slagmaat stelt een verla
ging van de fosfaatnorm alleen
de politiek gerust.
Maar dan is er nog een zorg.
Een enorm probleem wordt ver
oorzaakt door de stikstof uit zo
wel dierlijke als kunstmest. Voor
stikstof zijn er nog geen regels.
Wel zijn er rapporten die wijzen
op de enorme omvang van het
probleem. Wil daaraan iets ver
anderen, dan moeten de nor
men voor het uitrijden van mest
aanzienlijk omlaag. Dat heeft
weer tot gevolg dat er nog meer
mest moet worden verwerkt in
de nog niet bestaande mestfa
brieken.
Alders en Maij-Weggen vin
den dat niet mag worden ge
wacht met het terugdringen van
de stikstofverliezen. Zij hebben
afspraken gemaakt met de an
dere Noordzee-landen om het
uitspoelen van stikstof naar de
Noordzee per 1995 te halveren.
Nu al staat vast dat die doelstel
ling niet wordt gehaald. Deson
danks willen de beide ministers
in elk geval een begin maken.
Voor het Landbouwschap is
dat absoluut onbespreekbaar.
Het mestbeleid ligt vast tot
1995, vindt het schap. Als er te
gen alle afspraken in telkens
nieuwe regels worden afgekon
digd, weet de landbouw hele
maal niet meer waar ze aan toe
is, aldus Van Slagmaat.
De onderhandelingen tussen
kabinet en Landbouwschap
vandaag worden nog eens extra
bemoeilijkt door het wederzijd
se wantrouwen. De politiek be
schouwt het schap zo langza
merhand als een onwillig jonge
tje dat altijd nee roept en waar
niet mee te praten valt.
Het Landbouwschap daaren
tegen ziet de overheid als een
onbetrouwbare onderhande
lingspartner. Vooral het uitblij
ven van het Verplaatsingsbesluit
zit het schap erg hoog. Dat be
sluit geeft veehouders het recht
hun mestproduktierechten te
verhandelen. Hoewel het besluit
al jaren geleden is toegezegd,
krabbelt de regering steeds
maar weer terug uit angst dat de
mestproduktie toeneemt.
Dat weerhoudt het Land
bouwschap ervan om nieuwe
afspraken met de overheid te
maken. Van Slagmaat: „Bij ons
heerst nog altijd het gevoel dat
we zijn belazerd. De bestuur
ders zijn bang een nieuwe deal
te sluiten. Bang om dingen weg
te geven en er niets voor terug
te krijgen. De achterban zou dat
niet begrijpen".
UTRECHT PATRICIA VAN DER ZALM
Seksueel misbruik is voor een
kind altijd een ingrijpende ge
beurtenis. Maar het voorval
of de reeks voorvallen bete
kent niet per definitie dat het
kind daar voor de rest van zijn
of haar leven onder gebukt gaat.
Belangrijker is hoe het emotio
nele klimaat vroeger thuis was.
Of er kon worden gepraat, of
twijfels en angsten getoond
mochten worden, of je je als
kind veilig en gewaardeerd
voelde. Of een kind, met andere
woorden, heeft geleerd om ver
trouwen in zichzelf te hebben.
Dat is een van de conclusies
die de Utrechtse psychologe
Beatrix Schoemaker trekt in
haar onderzoek 'Niet gehoord
en niet gezien', waarop zij mor
gen in Utrecht promoveert.
Het gevaar van zo'n stelling is
dat het kan lijken of seksueel
misbruik niet altijd slecht is. Dat
bedoelt Schoemaker pertinent
niet. „In gezinrien waar dat mis
bruik voorkomt, voelt een kind
zich vaak al waardeloos. Van
daar ook de titel 'Niet gehoord
en niet gezien' (ontleend aan de
schrijfster/pedagoge Alice Mil
ler). Kinderen leren in dat geval
te leven naar de verlangens van
anderen en dat is geen goeie
reisgids in het leven. Komt daar
dan seksueel misbruik bij, dan
kan de klap extra hard aanko-
Beatrix Schoemaker inter
viewde in de jaren 1988-'89
honderd vrouwen en 33 man
nen van boven de dertig, die re
ageerden op oproepen in diver
se dagbladen. Allen hadden in
hun jeugd ervaring gehad met
seksueel misbruik. „En daaron
der versta ik alles wat zij als zo
danig hebben ervaren. Toespe
lingen of ogen die
je uitkleden, kun
nen voor een kind
net zo bedreigend
zijn als door va
der of broer ge
streeld te wor
den."
Betrekkelijk
weinig mannen
hebben gerea
geerd. Schoema
ker kan daar kort
over zijn. „Voor
mannen is het
toegeven dat zij
als kind seksueel
misbruikt zijn een dubbel ta
boe. Mannen zijn geen slachtof
fer in deze maatschappij, dat
hóórt niet."
Goede hulp
Ze vindt het opvallend om te
merken hoeveel kracht mensen
eigenlijk hebben, of ze die nu
goed of slecht gebruiken. Haar
jarenlange ervaring als hulpver
leenster bij de Rutgers Stichting
en het Ambulatorium van de
Utrechtse Rijksuniversiteit is in
dat opzicht door haar eigen on
derzoek bevestigd. „De meesten
zijn er meester in om hun nare
ervaringen krachtig weg te
drukken. Dat vermijden is on
derhand een kenmerk van de
persoonlijkheid geworden."
Voorbeelden te over. Altijd
voor iedereen klaarstaan, jezelf
wegcijferen en op den duur last
krijgen van
chronische moe
heid, depressie,
slapeloosheid,
darmklachten.
„Aan alles wat je
aan narigheid
wegdrukt, hangt
een prijskaartje.
Meestal begint
het met licha
melijke klach
ten. Dat zie je
veel bij vrouwen.
Mannen uiten
zich over het al
gemeen anders:
alcohol- en drugsgebruik, ob
sessief seksueel gedrag".
„Toch pleit ik niet voor aparte
therapieën vbor mannen en
vrouwen. Het gedrag van bei
den verschilt, maar de oorzaak
is dezelfde. En allebei moeten
ze leren om zich veilig te voelen
en zelfvertrouwen te krijgen."
Helaas gaat er vaak lang over
heen voordat mensen een voor
hen geschikte therapeut hebben
gevonden. Onderzoek heeft vol
gens Schoemaker aangetoond
dat ze pas bij de vierde op hun
plek zijn. „Deze cliënten zijn
Kinderen
moeten
praten over
seksueel
misbruik
vaak zeer bedreven in het weg
stoppen van nare dingen. Niet
iedere hulpverlener is daarop
ingespeeld. Of het klikt, is onder
meer afhankelijk van de scho
ling, de visie, de methode, de
beschikbare tijd en de mate van
nieuwsgierigheid van een thera
peut." Er schort dus eerder iets
aan hoe vraag en aanbod op el
kaar zijn afgestemd, dan dat 'de
hulpverlening' als geheel niet
zou deugen, vindt de psycholo
ge-
Schoemaker heeft een eigen vi
sie over hoe een goede therapie
zou moeten verlopen. „Als ie
mand als reactie op wat er ge
beurd is, dwangmatig gaat ste
len, denk ik niet: ik heb een dief
in de kamer.-Wel vraag ik me af
waarom iemand steelt. En dan
kan ik het me soms ook voor
stellen. Stelen is gewoon iets te
rugpakken van wat de maat
schappij hen heeft afgenomen.
Je bespaart mensen een hoop
ellende als ze leren begrijpen
waarom ze iets doen. En het on
gewenste gedrag verdwijnt van
zelf als iemand inzicht krijgt in
zijn drijfveren."
Dat klinkt als een uiterst tijd
rovende bezigheid. „Op een to
taal mensenleven gezien niet. Ik
kan ze wel in een maand be
paald gedrag afleren, maar dan
vertonen ze daarna iets anders.
Dat is symptoombestrijding,
zonder te kijken naar dieper lig
gende oorzaken".
Het trio dat gisteren bekend maakte dat het achtste internationale aids-congres in Nederland zal worden gehouden: van links naar rechts prof. Ros-
cam Abbing van de nationale commissie aids-bestrijding. Maarten Rook van de Rijksuniversiteit Utrecht en prof. Ruitenberg van het Centraal Lab
Bloedtransfusiedienst foto anp paul vreeker
Het achtste internationale aids-congres, dat
aanvankelijk in de Verenigde Staten zou
worden gehouden, komt naar Amsterdam.
Dit deelde prof. dr. E. Ruitenberg, algemeen
directeur van het Centraal Laboratorium
van de Bloedtransfusiedienst (CLB) in Am
sterdam, gisteren mee.
De wetenschappelijke bijeenkomst vindt
volgend jaar plaats in het RAl-Congrescen-
trum in de hoofdstad en duurt van 19 tot en
met 24 juli-De ministeries van WVC en ont
wikkelingssamenwerking hebben hun fi
nanciële steun aan de organisatoren toege
zegd.
„Het is vooral het Nederlandse aids-be-
leid met zijn brede aandacht voor de maat
schappelijke kanten van de ziekte, dat ons
dit congres bezorgt", meent prof. Ruiten
berg. „Toen de financiële toezegging van de
ministeries van WVC en ontwikkelingssa
menwerking er was, stond het voor ons vast
dat de plannen konden worden uitge
voerd".
„Ons" staat voor enkele aids-deskundi-
gen die eind vorig jaar een initiatiefgroep
oprichten. Doel was het organiseren van
het aids-congres iri 1995. Toen raakte de
Harvard University in Boston (VS), die het
congres in 1992 zou organiseren, in de pro
blemen. De universiteit was bang voor een
internationale boycot, omdat de Ameri
kaanse overheid niet van plan was inreisvi
sa te verstrekken aan mensen die met het
aids-virus zijn besmet.