Leven en wonen 'Ik zie mezelf als advocaat van de gebruiker' Dekbedden kunnen slecht tegen wassen Tijd om coniferen te verplanten Maandag 2 september 1991 Redactie: 023-150263 •HENRIETTE VAN DER HOEVEN •Vormgeving: ESTHER NYPELS 21 OUDER WORDEN is stomvervelend DE ENIGE die een vrouw het laatste tijdverlies. woord kan ontfutselen is een MARY PICKFORD echoput. J. ARONDAL Winnaar Meubel- en Stijlprijs 1991 Ter brugge een mooie gloed. Vandaar dat ik het blad heb geolied, dan behoud je de natuurlijke sfeer en kleur van het materiaal. Met lakken druk je het materiaal als het ware dood. Dan vervlak je de structuur." Opvallend aan het ontwerp is de lengte er van. „In eerste instantie was de tafel korter, maar dat maakte het ontwerp heel braaf. De lengte ontstond dan ook nadat de con structie er was. Het versterkt het beeld. Het idee achter de tafel kun je samenvatten met de begrippen doorsteking en klemming. De metalen constructie schuif je over het blad. De vorm is zo dat de poten door klemming vast komen te zitten. Door de zwaarte van het tafelblad worden de poten ook weer vastgedrukt. De vorm is de beeldmatige consequentie van de constructie." Eenvoud „Ik wilde niet één type tafel ontwerpen. Ik houd niet van 'types' meubelen. Ik wil din gen maken die op verschillende manieren gebruikt kunnen worden. Deze tafel kun je gebruiken als eettafel, maar je kunt er ook een werktafel of bureau van maken." De jury was met name gecharmeerd van de eenvoud van het ontwerp. Bovendien zijn materialen verwerkt die op dit moment weer terugkomen. Voor Jan Willem Vroom is het voorlopig nog de studie design aan de Arnhemse Kunstacademie die zijn aan dacht opeist. Daarna wil hij meubelen gaan ontwerpen, die hij vervolgens zelf presen teert. „Ik wil op freelance-basis gaan wer ken. Dat zal als beginneling zeker niet mee vallen. As ik van afgestudeerde collega-stu denten hoor wat een moeite dat kost. weet ik dat het moeilijk zal worden. Tot nu toe heb ik puur voor de academie ontworpen. Soms in een hele andere richting. Zo heb ik de bokaal ontworpen die eens per jaar wordt uitgereikt tijdens de Voorjaarsdagen van de Bond van Veterinair Specialisten. De bokaal is al uitgereikt aan Midas Dekkers en Anton van 't Hoof'. Jan Harm ter Brugge draait al wat langer mee in het ontwerpcircuit. Hij is, naast zelf standig industrieel ontwerper, docent In dustriële vormgeving aan de Koninklijke Academie in Den Haag en aan de Hoge school Diemen. „Ik zie mezelf als ontwer per als advocaat van de gebruiker. Of dat nu de consument is. of een bedrijf of een pa tiënt in een ziekenhui^ dat maakt niet uit. Het is een interactie tussen mens en ding. De een vond de naam voor zijn ont werp in de mythische verhalen rond Koning Arthur. De ander kwam te recht bij oude vliegtuigen. Twee to taal verschillende richtingen, maar beide ontwerpers hebben gemeen dat ze een tafel maakten en daarvoor onderscheiden werden met een prijs in een categorie van de Nederlandse Meubelprijzen. annemarie zevenbergen De wandtafel Dakota van industrieel ont- werper Jan Harm ter Brugge uit Amsterdam werd onderscheiden met de prijs voor het beste Nederlandse Meubelontwerp 1991 en met de Stijlprijs. De Arnhemse kunstacade mie-student Jan Willem Vroom kreeg de Prijs voor Jonge Ontwerpers voor zijn tafel Gwydion. De prijzen worden woensdag door WVC-minister d'Ancona uitgereikt in de Utrechtse jaarbeurs. De laureaten maakten weliswaar beiden een tafel maar de gedachten achter de ont werpen verschillen nogal. Voor Ter Brugge, gevestigd als zelfstandig ontwerper in Am sterdam, was er een sterke behoefte 'iets voor zich zelf maken dat ook echt van hem zelf is'. „Ik heb tot begin dit jaar bij een ont werpbureau gewerkt. Daar moet je met al lerlei factoren rekening houden. De stijl van het bedrijf, je opdrachtgever en je baas. Die kijkt als het ware altijd over je schouder mee. Mijn ontwerp voor de wandtafel is ei genlijk voortgekomen uit het idee dat de meeste kamers vrij klein zijn. Tafels worden over het algemeen toch tegen de muur ge zet, terwijl ze ontworpen worden om in de ruimte te zetten. Maar het fenomeen wand tafel bestaat eigenlijk niet. Dat was gelijk mijn probleemstelling. Een tafel ontwerpen met een groot oppervlak, die weinig van de ruimte opeet. Voor mij is ontwerpen het zoeken naar een probleem en het definië- Asymmetrisch Het resultaat is de asymmetrische wandta fel Dakota. De ontwerper produceert zijn geesteskind voorlopig in eigen beheer. De prodi^fieyan de tafel is toegesneden op technieken die niet al te grote series vergen. De aluminium poot wordt bijvoorbeeld in Met deze tafel 'Gwy- dion'(rechts) won Jan Willem Vroom De Prijs voor de Jonge Ontwerpers 1991'. foto cpd Jan Harm ter Brugge (links) aan zijn tafel Dakota waarmee hij de prijs voor het bes te Nederlandse Meu belontwerp 1991 en de Stijlprijs won. fo to gpd zand gegoten, een laag technologisch pro- éede. Het tafelblad wordt gemaakt van hardschuim en kan eveneens gegoten wor den. De enige manier om op eenvoudige wijze de asymmetrische vorm te krijgen. Die assymmetrie is ook terug te vinden in de tafelrand die van een cylindervorm naar een ellips verloopt. Het blad ligt los op de poot. Aan de kant die aan de muur beves tigd wordt is een sleuf gefreesd die in een u- vormig profiel geschoven wordt, dat aan de wand bevestigd is. Dit maakt het mogelijk het blad te keren zonder dat er schroefga- ten te zien zijn. Het ontwerp bestaat uit een oud-roze tafel blad en aluminium in de originele grijze kleur. „Ik gebruik de tafel zelf, die kleuren passen het beste in mijn interieur. Ik heb het ontwerp ook met een grijs blad ge maakt, maar dat vond ik te laf. Ik vind dit roze een plezierige kleur, zeker in combina tie met aluminium. Ik denk niet dat de tafel in elke willekeurige kleur gemaakt kan wor den. Bijproduktie zal ik een soort kleurpro- gramma maken, met een aantal uitersten." Over de de naam Dakota heeft ter Brugge niet 'diepzinnig gefilosofeerd'. „Ik vond de naam goed klinken bij de vorm." Kloostertafel Voor Jan Willem Vroom was de massief beuken tafel Gwydion een examenopdracht voor zijn studie. „Het ontwerp deed denken aan een kloostertafel en riep associaties op met de middeleeuwen. Al snel ging ik de richting op van mythische verhalen. Neu zend in oude sagen kwam ik in een Arthur- verhaal terecht. Daar kwam ik de naam Gwydion tegen. Ik weet niet precies wat het betekent maar de naam vofid ik bij de sfeer van de tafel passen." De jonge Arnhemmer verwerkte gestoomd beukenhout en metaal in zijn ontwerp. „Beuken is een vrij harde houtsoort. Dat is nodig voor de kras- en deukbestendigheid. Als je een harde houtsoort zoekt kom je al snel terecht bij tropisch hardhout en ik vind dat je dat niet meer kunt gebruiken. Van ei kenhout vond ik de kleur niet passen bij het metaal. Beuken is veel warmer, het heeft Zwierige jassen bij C&A Zonder skibroek ben je deze winter nergens Er zijn deze winter twee zaken waar je als vrouw niet omheen Jamt: de skibroek, meestal gedragen met enkelhoge laarsjes en de zwierige A-lijn jas. Of je nu van sportief Of klassiek houdt, deze twee zul je in elke collectie tegen komen. Die zwarte, antra- cietgrijze of zwart-wit geruite skibroek (met bijpassende jassen) liep dan ook als een fel rode draad door de wintershow van C&A, het kledingconcern dat dit jaar 150 jaar be staat. In de show veel aandacht voor de mantel (vaak in zuiver scheerwol), die deze winter een echte blikvanger is. Niet alleen door het zwierige A-lijnmodel, dat er in een wijde ca- pevorm is of bijna enkellang en dan vrij sluik gesneden, maar zeker ook door de kleuren. Want wat springt er meer in het oog dan een felrode of fucsiaroze jas, al dan niet met een grote sjaalkraag, een zwart flu welen capuchon of een klein, heel chic ogend fluwelen kraagje? Zeker niet als de draagster daaronder een zwarte skibroek en een colbertje of een in de taille vallend jasje in de kleur van de 'overjas' draagt. En wie die kleuren wat tè opvallend vindt, kan kie zen voor diep bourgogne- of bordeauxrood, oudroze, abrikoos of geel. Stuk voor stuk kleuren die het goed doen bij tinten als zwart, antraciet en grijs die mede het mo debeeld bepalen. Romantiek en folklore komen om de hoek kijken in de ruime truien met opgemaasde en geborduurde bloemen en Tiroler vesten, die worden gedragen op korte plooirokjes in jersey. Veel korte rokken zie je trouwens niet bij C&A, De meeste modellen zijn vrij lang en sluik. Vooral in grijstinten werken de ontwerpers deze winter veel met Art Déco motieven, wat stijlvolle heuplange truien en vesten oplevert, die worden gedragen op een slui ke rok of skibroek. Maar dat grijs combine ren zij ook heel fraai in Modriaanstijl met rood, groen en blauw, want het moet toch een vooral kleurige winter worden. En omdat er komend seizoen vast heel wat feestjes op het programma staan, ook daar voor aandacht bij C&A. In de feestkleding- collectie ondermeer tafetas avondjurken 150) waarop een getailleerd jasje met ve ter of knoopgamering kan worden gedra gen. Dit vrij langvallende, iets over de heup en klokkende jasje kan ook met een ski broek een heel feestelijk maar informeel ge heel vormen, als er dan maar een zwarte sjaal met kant als jabot op wordt geknoopt. Mannen Een kleurige winter, ook voor de mannen. Voor hen wollen winterblazers in roodtin- Dekbedden kunnen slecht tegen wassen en chemisch reinigen: ze krimpen bijna alle maal. Of het nu gaat om donzen bedden of dekbedden met een synthetische of wollen vulling, de afmeting is na reiniging dikwijls niet meer dezelfde. Dit blijkt uit een onder zoek van de Stichting Vergelijkend Waren onderzoek (VWO). De VWO onderzocht 37 merken en typen, TUIN waaronder twaalf dubbele dekbedden. Na reiniging bleek het vooral droevig gesteld met de synthetische. Op één na waren alle met een originele afmeting van 135 bij 200 centimeter kleiner geworden dan 195 centi meter lang en/of 130 centimeter breed. Donzen dekbedden zijn meestal duurder in aanschaf. Maar, zo blijkt uit het onderzoek, ze zijn dan ook duidelijk beter dan syntheti sche of wollen. Zo is onder meer de verhou ding gewicht-warmte veel gunstiger. Fabrikanten blijken er nogal eens naast te zitten wat het donsgehalte betreft, zowel in negatief als in positief opzicht. Zo dienden enkele dekbedden volgens de opgave 65 procent dons te moeten bevatten. In werke lijkheid bleek het gehalte 80 procent. Het wil er bij de meesten niet in maar coni feren kunnen vaak beter in augustus/sep tember verplant worden, dan in het voor jaar. Tenzij we dan toevallig midden in een ver late hittegolf zitten. Dat kan gebeuren. In 1976 was het in augustus/september zo kurkdroog dat het zand tussen je vingers doorliep. Dan kun je beter niets verplanten, je moet al blij zijn als planten het leven houden. Maar normalerwijze zijn in augustus de nachten vochtig door dauw en de dagen zijn niet al te droog, omdat de zon niet meer zo lang schijnt. Bovendien is de grond dan heerlijk warm zodat de wortels snel aan de groei kunnen. In het voorjaar heb ik va ker verliezen gehad door te koude grond en te felle koude en droge wind. Wie nu een coniferenhaag wil zetten, kan zijn gang gaan, maar ook kleinere coniferen kunnen nu gemakkelijk verplaatst worden. Kopen we nieuwe planten dan zitten die meestal met hun kluit in een jutelap. Vraag even of het écht jute is dan wel kunststof. In het laatste geval moet de hele lap na het planten verwijderd worden, want kunststof vergaat niet en belemmert de groei. Om te beginnen maken we een plantgat dat breder maar niet dieper is dan de kluit van de conifeer. Naaldbomen houden er niet van om te diep geplant te worden. Dan zet ten we de plant met lap en al in de kuil en vullen die 5 cm hoog met de uitgegraven, met turf vermengde grond. Pas dan maken wc de jutelap los. Is het echte jute dan spreiden we deze verder uit over de reeds ingeschepte grond, is het 'kunst' dan trek ken we de lap eruit en gooien hem in de vuilnisbak. Dóama vullen we verder aan tot de grond rond de conifeer gelijk is met de grond van de border. Dan is het tijd voor héél véél water om de aarde tussen de fijne haarwortels te spoe len. Dus óók gieten als het regent! Tot slot gaat er nog een flinke laag vochtig turf rond de pas verplante conifeer. Mocht het onverhoopt zeer heet en droog worden dan pakken we onze nieuwe aan winst in in gaatjesplastic (voor een krats in speciaalzaken te koop) en houden dat gere- Er zijn meerdere soorten maar de meest gangbare, de Bambusa metake, met blade ren die wel 25 cm lang worden, kan tot 6 meter hoog worden. Bij mij in de tuin. met slechte zurige zandgrond, haalt hij de twee meter. Ook in de breedte is het een forse groeier, dus over het maken van stekken hoeft de heer Schabbing zich geheel en al geen zorgen te maken. Gewoon in de herfst wat wortelstekken en die doen het altijd. De Bambusa metaka vraagt iets vochthouden- de grond. De andere, ook in de tuinen bekende bam boe. de Pseudasasa met bladeren tussen 12 en 25 cm met iets gezaagde rand, is beter bestand tegen droogte, maar wordt overi gens even hoog en breed. Op de bloeiwijze, het is een grasachtige, hoeft u niet te wachten. Het duurt weer een kleine vijftig jaar eer èlle bamboeplanten. waar ook ter wereld gaan bloeien. Enkele jaren geleden was het zover. Mijn bamboe bloeide en ik dacht daarna dat hij dood was. GelukJog bleven er toch nog en kele stekken in de grond die tot activiteit kwamen. Alle bamboes die ik wist te staan, hadden in dat jaar gebloeid en leken het jaar erop dood. Nu beginnen ze weer flink uit de kluiten te groeien. Hetzelfde jaar waarin onze bamboeplanten verdwenen, overleden veel pandabeertjes die uitslui tend van de spruiten van bamboe leven in China. Het was dus wereld wijd. Een soort bloeit om de vijftig jaar, een an der soort om de zeventig jaar, waarna de moederplant afsterft. Ik meen dat de hier voorkomende bamboes om de vijftig jaar bloeien. Is dat niet zo, dan hoor ik dat te zij ner tijd wel. DE HEER VAN BEEK UIT LEIDERDORP vraagt een middel tegen mieren. Omdat dit een algemene plaag is. zullen we er in de tuinrubriek aandacht aan besteden. Dl HEER) DASSEN uit Aerdenhout tobt met veenmollen in zijn tuin. Aan hem het advies om zich in verbinding te stellen met de Plantenziektekundige Dienst in Wage- ningen:08370 - 96911. Komt er bij u aJ tuinierend of wandelend in de natuur een vraag op? Greet Buchncr zal proberen voor u het antwoord te vin den. De vraag kunt u opsturen naar Dami- ate Dagbladen, Postbus 507, 2003 AP Haarlem t.a.v. de redactie LEVEN EN WO NEN. De zwierige A-lijnjas en de sportieve monytcoat zijn er deze winter in heel vrolijke kleuren. fo to c&a ten van Angelo Litrico, petrolkleurige chasmere wollen mantels, geruite monty coats met schouder- of mouwstukken van leer, truien en vesten in Navajo-dessin en double breasted kostuums in diverse tinten heidepaars en groen. En het mooie is dat die mannenkleuren prachtig zijn afgestemd op de vrouwenkleding, er valt uit de kast van de partner straks wel iets te lenen... Kinderen Kinderkleding moet niet alleen leuk zijn maar ook tegen een stootje kunnen. C&A werkt daarom veel met jeans (ook voor bodsywarmers), corduroy en winterkatoen. Zelf voor de allerkleinsten is er een skibroek te koop maar het is vooral het Amerikaanse studentenleven dat de ontwerpers heeft ge- inspireerd. Daarom veel kleding met capu chons en badges; cricketstrepen langs sweaters en pullovers en blazers in flannel en flausch. Echte folklore is t^rug te vinden in plaidruiten en Schotse tartans voor rok jes. Maar echt heel mooi zijn de wollen de ken jassen. die een modieus alternatief bie den voor het jack. henriette van der hoeven geld nat. Een oud laken mag ook, maar staat wel wat vreemd! MEVROUW REGTIEN UIT WORMERVEER vraagt wat ze met een uitgebloeide zonne bloem moet doen. Ik veronderstel dat ze de zaden wil winnen, want de zonnebloem is eenjarig en als plant heeft ze dus afgedaan. Zodra de zaden gevormd zijn lijkt me af dekken met iets gaas verstandig om vogel- vraat te voorkomen. Is de plant eenmaal ge heel verdroogd dan de bloem afknippen en op een droge luchtige plaats te drogen leg gen. Zorgen dat er noch vogels, noch mui zen bij kunnen want die zijn dol op zonnepitten. DE HEER SCHABBING UIT HAARLEM heeft een bamboestruik en vraagt hoe hoog en groot deze zal worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 21