Binnenland Ministelsel beste wapen tegen wao-monster Dinsdag 13 augustus 1991 Redactie: 023-150225 JANINE BOSMA ALTAN ERDOGAN RONALD FRISART (chef) PATRICK VAN DEN HURK SJAAK SMAKMAN FRANS VISSER MARGOT KLOMPMAKER Vormgeving: MARIANNE VERSCHUREN 4 Algemeen Nederlands Persbureau (ANP), Gemeenschappelijke Persdienst (GPD), VERVOLG VAN VOORPAGINA Een maand geleden bracht de SER een verdeeld advies uit. Op dit mo ment bedraagt de wao-uitkering 70 procent van het laatstverdiende loon, totdat iemand 65 jaar wordt en aan spraak op aow krijgt. Een meerder heid van de SER stelde voor om het peil van de wao-uitkeringen te verra gen. Wie slechts luttele jaren premie heeft betaald, zou voortaan slechts een minimumuitkering krijgen. De uitkering zou hoger zijn naarmate ie mand langer premie heeft betaald. Dat systeem bestaat ook bij het pen sioen, dat veel bejaarden genieten als aanvulling op hun aow. FRANS NYPELS EN FUP DE KAM Twee dagen nadat het SER-ad- vies was vastgesteld, koos het kabinet voor een andere weg: niet de hoogte, maar de duur van de wao-uitkering wordt be perkt. Wie voor zijn vijftigste de wao ingaat, houdt slechts een aantal jaren een uitkering van 70 procent van zijn laatste loon. Hoe lang, dat hangt weer af van het aantal jaren dat premie is betaald.. Daarna valt de arbeids ongeschikt verklaarde werkne mer terug op het sociaal mini mum van een alleenstaande 1150 netto per maand). Wie een partner onderhoudt krijgt een toeslag van 500 gulden, zo dat de uitkering gelijk wordt aan het sociaal minimum voor sa- menlevers (1650 netto per maand). Het kabinet bruskeerde de Soci aal-Economische Raad, omdat uitvoering van het SER-advies tot gevolg zou hebben dat ar beidsongeschikten in de toe komst vaak een lagere uitkering krijgen dan werklozen. Een voorbeeld. Twee werknemers, elk dertig jaar oud, verdienen beiden een salaris i bruto 60.000 gulden per jaar. De Noodzaak van miljardenombuigingen ten onrechte onderbelicht t zijn baan en krijgt een ww-uitkering van 42.000 gulden (70 procent van zijn laatste loon). De an der raakt volledig invalide na een ern stig ongeluk. Op ba sis van het SER-advies bedraagt zijn uitkering slechts 30.000 gul den, dat is 12.000 gulden min der dan de ww-uitkering van zijn buurman. Het kabinet acht te dit verschil niet wenselijk. Ook de invalide werknemer krijgt volgens het kabinetsvoor stel daarom een uitkering van 70 procent van zijn laatste loon. Wel wordt de duur van de uitke ring beperkt, net zoals bij de ww nu al het geval is. Het arbeids verleden bepaalt de duur van de bovenminimale wao-uitkering. Mensen van 50 jaar en ouder hebben van de kabinetsplannen niets te duchten. Wie al in de wao zit en nog geen vijftig jaar is, belandt straks - als het kabi net zijn zin krijgt - via een over gangsregeling op het sociaal mi nimum, net als de r vallen. Passende arbeid Het kabinet heeft andere aan bevelingen van de SER wel overgenomen. Zo zullen de re gels over passende arbeid wor den aangescherpt. Straks wordt alleen nog een uitkering gege ven voor inkomensverlies dat rechtstreeks het gevolg is van ziekte of gebrek. Deze maatre gel heeft geen gevolgen voor mensen die ecnt invalide zijn geworden en voortaan in een rolstoel door het leven moeten. Wie nog ander werk kan doen, krijgt er direct mee te maken. Hij zal elke baan moeten accep teren die nog past bij zijn be kwaamheden. Los van de vraag of zulke banen ook beschikbaar zijn en ongeacht of het nieuwe werk aansluit bij het vroeger verrichte werk en de genoten opleiding. De wao wordt dan niet 70 procent van het laatst verdiende loon, maar 70 pro cent van het verschil tussen het vroegere loon en het loon dat nog verdiend zou kunnen wor den. Is er geen werk, dan raakt zo iemand voor de rest aange wezen op een werkloosheidsuit kering. Een voorbeeld. Iemand verdient 60.000 gulden en kan niet lan ger met zijn chef overweg. Hij meldt zich ziek. De keuringsarts adviseert deze werknemer ar beidsongeschikt te verklaren, omdat hij de psychische span ning niet langer aan kan. Nu be draagt de wao-uitkering 70 pro cent van het loon (42.000 gul den). Deze man zou bij zijn baas een minder jachtige baan kunnen vervullen, tegen een la ger jaarsalaris van 35.000 gul den. Nu hoeft hij zo'n baan niet te accepteren, straks wel. Hij krijgt dan alleen een aanvullen de wao-uitkering van 70 pro- cent van het verschil tussen het oude en nieuwe salaris (25.000), dus van 17.500 gulden. In totaal is hij nu beter af Behalve zijn aanzienlijk lagere salaris van 35.000 gulden krijgt hij immers een aanvullende uitkering van 17.500 gulden; samen is dat 52.500 gulden, tegen een wao- uitkering van 42.000 gulden nu. In dit voorbeeld is ook de col lectieve sector aanzienlijk beter af, want de uitkeringslasten da len met 24.500 gulden. De wao- uitkering bedraagt immers slechts 17.500 in plaats van 42.000 gulden. Werknemers lozen De aanscherping van het begrip passende arbeid, waarover je bijna niemand hoort, levert uit eindelijk een grotere bezuini ging op dan de beperking van de uitkeringsduur, waartegen nu zovelen te hoop lopen. De werkgever is nu vaak blij dat hij minder produktieve werkne mers kan lozen via het wao-ka naal. Dat wordt straks veel moeilijker. Volgens de kabinets- plannnen mogen werkgevers al leen nog iemand in de wao la ten afvloeien als ze kunnen be wijzen dat er binnen het bedrijf geen ander werk beschikbaar is. Met diverse maatregelen wor den zij bovendien geprikkeld om gedeeltelijk arbeidsonge schikte werknemers in dienst te houden. In de toekomst krijgen ondernemers een flinke boete voor elke werknemer die de wao ingaat. De loonkosten van gedeeltelijk arbeidsongeschik ten die zij in dienst nemen of houden, worden verlaagd door een subsidie. Direct na het bekend worden van de kabinetsplannen spoelt een golf van onbegrip, woede en verbittering over het land. Niemand ontkent het pro bleem. Maandelijks belanden ruim tienduizend nieuwe ar beidsongeschikten in de wao. De uitstroom bedraagt zeven duizend. Nu zijn er al 900.000 wao'ers en daar komen er maandelijks per saldo driedui zend bij. Binnen drie jaar zal er dus een miljoen arbeidsonge schikten zijn. De kosten van de arbeidsongeschiktheidsuitke ringen - nu 25 miljard gulden per jaar - vliegen omhoog. De kosten lopen extra op doordat de uitkeringen de loonstijgin gen volgen, zolang het kabinet de zogenoemde koppeling ten minste handhaaft. De financie ring van de verzorgingsstaat dreigt volstrekt uit de hand te lopen. Lokkertjes Over de oplossing van dit pro bleem lopen de opvattingen ver uiteen. De vakbeweging en ve len binnen de PvdA klampen zich vast aan de drogredenering dat het mogelijk is om via dwang op de werkgevers vol doende banen voor arbeidson geschikten te scheppen of te be houden. Vergeet dat maar. On dernemers laten zich de wet niet voorschrijven. Verplichte inschakeling van weinig pro duktieve arbeidskrachten ontre gelt de organisatie te veel en verstoort het produktieproces. Werkgevers betalen dan liever een flinke boete. Binnenkort kunnen ondernemers ook sub sidie krijgen wanneer zij ar beidsongeschikten in dienst houden of nemen. Zulke bu reaucratische lokkertjes trekken een slagvaardige ondernemer niet over de streep. Lukt het niet om voldoende aangepaste banen voor gedeel telijk arbeidsgeschikten te scheppen, dan moet de wao- premie maar omhoog, aldus te genstanders van de kabinets plannen. De mensen willen im mers graag betalen voor een goede sociale zekerheid. De wao is een verzekering. Velen hebben al vele jaren premie be taald, daarom mogen hun aan spraken niet zomaar worden uitgehold. Die redenering deugt niet. Wordt een sociale verzeke ring te duur, dan kan het onver mijdelijk zijn de uitkeringen aan te passen. In de jaren tachtig gebeurde dat strijk en zet. De aow-uitkering bleef door kor-, tingswetjes in totaal 15 procent achter bij de verdiende lonen. De uitkering voor werklozen en arbeidsongeschikten ging van 80 naar 70 procent van het laatstverdiende loon. Deson danks bleek het soms ook nog nodig de premiepercentages verder op te schroeven. Meer betalen voor uitgeholde rech ten. Maar dat is toch hoogst on rechtvaardig? Dat kan wel zijn, maar waar niet is verliest zelfs Bureaucratische lokkertjes trekken een slagvaardige ondernemer niet over de streep de keizer zijn recht. Elke werknemer of zelfstandige die bij de produktie is ingescha keld, onderhoudt nu al bijna een .uitkeringsontvanger. De re gering wil die verhouding niet verder laten verslechteren om te voorkomen dat onze premie druk nog verder uit de Europese pas raakt. Premieverhogingen knagen aan de koopkracht. Hoewel vaak beweerd wordt dat werknemers uit solidariteit koopkrachtoffers voor de niet- actieven willen brengen, bewijst de praktijk hét tegendeel. De bonden stellen extra looneisen om de koopkracht op peil te houden. Gaan de loonkosten steeds ver der omhoog, dan krijgen onder nemers een extra prikkel om de produktie per werker verder op te voeren. Steeds meer werkne mers, die het hoge produktie- tempo niet langer kunnen bij benen, verlaten het arbeidspro ces via de wao en andere rege lingen voor vervroegde uittre ding, waardoor de premielasten nog verder stijgen. Die voortdurende lastenverzwa ringen zijn levensgevaarlijk voor de Nederlandse economie en de groei van de nationale welvaart. Een groot deel van Nederland lijdt kennelijk aan geheugenver lies. In het begin van de jaren tachtig gingen honderdduizen den banen verloren doordat te hoge loonkosten onze interna tionale concurrentiepositie had den uitgehold. Velen die toen de poort uit moesten, zitten nu als verborgen werklozen in de wao. Die tijden moeten nooit terugkomen. Om die reden hebben CDA en PvdA in het regeerakkoord vast gelegd dat de collectieve-Iasten- druk niet hoger mag worden dan 53,6 procent van het natio naal inkomen. Dat plafond dreigt al voortdurend te worden overschreden. Daarom is het onvermijdelijk tot 1994 ruim 20 miljard gulden te bezuinigen. De volksvertegenwoordiging heeft al ingestemd met het be sluit dat hiervan vier miljard moet worden gevonden door te snoeien in Ziektewet en wao. Extra gat Op de plannen van het kabinet is best kritiek mogelijk, omdat ze tot grote nieuwe ongelijkhe den leiden. Dat arbeidsonge schikten van vijftig jaar en ou der worden ontzien, doet sym pathiek aan maar er is geen en kel steekhoudend argument voor de verschillende behande ling van jongere en oudere wao'ers. Wie de pech heeft op zijn vijfentwintigste in een rol stoel terecht te komen, zit bin nen een paar jaar op het mini mum van de aaw. Een 51-jarige die wegens psychische klachten afvloeit, behoudt veertien jaren lang 70 procent van zijn laatste loon. Bovendien blijft de wao op deze manier een veelge bruikt kanaal om afgebrande werknemers tot hun pensioen van een goede uitkering te voorzien. Vijftigers zijn bij fusies en reorganisaties genoteerd met stip om af te vloeien naar het stuwmeer van de wao. Een tweede ongelijkheid ont staat wanneer PvdA en WD hun zin krijgen en alle lopende wao-gevallen buiten schot blij ven. Ook dat lijkt sympathiek, maar over een paar jaar begrijpt niemand meer dat de hoogte van de uitkering van twee even invalide mensen sterk verschilt, alleen omdat de een in 1991 en de ander in 1992 de wao inging. Het oppositieplan van de klein ste regeringspartij en de libera len schiet een extra gat van een miljard in de blauwdruk van het kabinet, die al een gat van an derhalf miljard gulden vertoont. Op papier bedraagt de haalbare bezuiniging 4,4 miljard gulden, terwijl een ombuiging van zes miljard gulden is vereist. Boterzacht Om nog draconischer ingrepen in de wao en de Ziektewet te vermijden, moet het kabinet be zuinigen op andere uitkeringen, bijvoorbeeld door de uitkerin gen niet langer volledig te kop pelen aan de stijging van de cao-lonen. Blijven de uitkeringen slechts 1 procent bij de lonen achter, dan spekt dat de schatkist en de kas sen van de sociale fondsen met 700 miljoen gulden. Krijgen PvdA en WD hun zin, dan kan het gat in de wao-plannen van 2,5 miljard (de 1,5 miljard uit de brandbrief van staatssecretaris Ter Veld en het miljard van de aanpassing die WD en PvdA voorstellen) worden gedekt door de uitkeringen op een ach terstand van bijna vier procent te zetten. Zulke maatregelen zal het kabinet niet overleven. De ingeboekte bezuiniging van 4,4 miljard is overigens boter zacht. De aangescherpte regels over passende arbeid moeten worden uitgevoerd door keu ringsartsen en arbeidsdeskundi- gen van het GAK en de bedrijfs verenigingen. Het zijn veelal zachte heelmeesters, die stin kende wonden in het wao-bud- get veroorzaken. Wie de regels strikt wil toepassen, verliest zijn beroepszaken bij de rechter. Op systematisch te soepele beoor delingen staat daarentegen geen sanctie. Het is een groot vraagteken wie straks gaat con troleren of uitvoeringsinstanties de drastische verruiming van het begrip passende arbeid bij wao-keuringen naar letter en geest toepassen. In de praktijk zal het nog veel lastiger blijken om aan te tonen dat een weigerachtige werkge ver wel degelijk passende banen voor gedeeltelijk arbeidsonge schikten kan aanbieden. De in geboekte opbrengst van de wao-maatregelen berust daar om op budgettair drijfzand. Ministelsel Voor jonge arbeidsongeschikten komen de kabinetsplannen neer op de invoering van een ministejsel, waarbij via de col lectieve'sector alleen uitkerin gen op minimumniveau zijn verzekerd. Invoering van een ministelsel voor alle nieuwe ge vallen van ziekte, arbeidsonge schiktheid en werkloosheid ver dient verre de voorkeur. Daarbij garandeert de overheid dat nie mand door het sociaal mini mum zakt. Wie een bovenmini male uitkering wenst, dient zichzelf particulier bij te verze keren. De voordelen van zo'n ministel sel springen direct in het oog. Alle uitkeringen kunnen van nu af aan via een loket lopen en ie dereen wordt gelijk behandeld, ongeacht de oorzaak van zijn economische inactiviteit en zijn leeftijd. De hele uitvoeringsor ganisatie - die jaarlijks 3,5 mil jard gulden kost - kan sterk worden afgeslankt. Omdat alle collectief gefinancierde boven minimale uitkeringen vervallen, is op den duur een bezuiniging op de uitkeringen van 8 miljard gulden gegarandeerd. Het kabi net heeft een halfjaar geleden over de invoering van een mi nistelsel gefilosofeerd. Uiteinde lijk hebben de ministers het nog niet aangedurfd zo'n ministelsel voor te stellen. Zij vonden dit kennelijk nog een te fundamen tele wijziging van ons sociale- zekerheidsstelsel. Jonge ar beidsongeschikten mogen nu het spits afbijten, omdat het ka binet met zijn voorstel voor de ze groep in feite een ministelsel introduceert. Invoering van een ministelsel biedt geen oplossing voor al lo pende gevallen, omdat werklo zen en arbeidsongeschikten tot nu toe niet konden kiezen voor een aanvullende verzekering. Voor deze oude gevallen dient het arbeidsverleden de hoogte van de arbeidsongeschiktheids uitkering te bepalen, zoals dat nu al bij de ww het geval is. Die oplossing had ook de voorkeur van een meerderheid in de SER. De hoogte van de uitkering hangt dan af van het aantal ja ren dat premie is betaald. Kie zen voor deze oplossing bete kent inderdaad dat gedurende een overgangsperiode de wao- uitkering voor oude gevallen soms lager is dan de doorgaans tijdelijke ww-uitkering. Paternal isten In discussies over de toekomst van de wao blijft de noodzaak van miljardenombuigingen ten onrechte onderbelicht. Die mil jarden zijn op verschillende ma nieren te vinden. Politici en de leiding van de vakbeweging la den een zware verantwoorde lijkheid op zich door te suggere ren dat het probleem van de ar beidsongeschiktheid bovenal een verantwoordelijkheid van de werkgevers is. Er valt niet te ontkomen aan een beperking van de collectief gefinancierde uitkeringen tot het sociaal mini mum, terwijl werknemers de vrijheid krijgen om zich desge wenst individueel te verzekeren van een hogere uitkering (mi nistelsel). Alleen zo blijven de collectieve lasten beheersbaar. Burgers zijn heel goed in staat zelf uit te maken welke prijs zij overhebben voor welk pakket van aanvullende sociale zeker heid. De patemalisten in de vakbeweging en de PvdA ont zeggen hun op dit moment ech ter het recht op sociale zelfbe schikking. Prof. dr.GA.de Kam en F. H. M. Nypels schreven over de so ciale zekerheid in Nederland onder meer de boeken 'Het gat in de hand van Nederland', 'Af scheid van het Paradijs' en 'Harde Lessen'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 4