Een blokkendoos aan de Elbe
Negatief denken (4)
T
ZATERDAG 20 JUL11991
„Mevrouw, meneer", hoor ik de stewardess tegen
het luxueus uitgedoste echtpaar naast me
zeggen, we beginnen dadelijk al direct met de
maaltijd uit te delen, want de verwachting is dat
er boven de Alpen nogal wat turbulentie zal zijn
en wij moeten dan misschien ook gaan zitten.
Dus dat u weet waarom we zo snel met serveren
beginnen."
I erwijl de stewardess
I nog praat zie ik het
gezicht van de vrouw
al verkrampen. Haar handen
klemmen zich om de armleunin
gen, en haar enige antwoord op
de mededeling is een afgeknepen
„Oh..."
Als de stewardess zich er van
heeft verzekerd dat ik het ook ge
hoord heb en naar de volgende
rij gaat, hoor ik de vrouw op ge
dempte toon zeggen: „Oh God.
en ik had nog zo gehoopt met
dat mooie weer in Amsterdam
dat we een beetje ontspannen
konden reizen. Als het maar niet
heel erg wordt, want dat...."
„Ben je gek joh", onderbreekt
haar man haar, „je zult het zien,
als ze het van tevoren aankondi
gen valt het later altijd mee."
„Ja maar, als zij ook al moeten
gaan zitten, dan moet het wel
heel erg zijn", brengt de vrouw er
tegenin."
„Maar ze heeft toch helemaal
niet gezegd dat ze dat moeten, ze
zei misschien dat ze..."
„Maar dat komen ze toch niet
voor niets vertellen, dan moet er
toch echt wel wat aan de hand
zijn, dan moet het daar echt wel
noodweer zijn", houdt de vrouw
vol.
Blijkbaar begint de man er ge
noeg van te krijgen, want min of
meer nijdig fluistert hij heel
even een blik op mij werpend
„Wacht nou maar af, jij begint
overal meteen het ergste van te
denken. Wat schiet je daar nou
mee op? Je verandert er toch
niets meer aan."
„Nou, wat ik wel weet is dat ik
dadelijk geen hap door mijn keel
kan krijgen en als, èls we straks
aankomen, dan kunnen ze me
uitwringen."
Op hetzelfde moment dat ze dit
zegt gaat het vliegtuig over een
flinke luchthobbel heen. „Oh jee,
het begint nou al. Als we dat nog
zo'n anderhalf uur meemaken,
Johan, dan..."
Johan vindt dat de maat nu echt
vol is. Hij duwt zich rechtop in
zijn stoel omhoog en terwijl hij
zich over haar heen buigt, zegt
hij duidelijk geïrriteerd: „Hou
nou eens op. Wat wil je dan? Dat
we hier uitstappen? Ga wat lezen
of vraag een borrel, maar hou
eens op. jij altijd met je paniek-
zaaierij."
Daarop rukt hij een Holland He
rald uit de stoeltas voor hem en
gaat verwoed zitten bladeren.
net als buiten na die ene hob
bel, valt er nu ook binnen een
ijzige stilte. Als tien minuten later
de maaltijd wordt gebracht,
waarvoor zij inderdaad bedankt,
is er nog altijd geen woord ge
zegd. Een half uur later, als het
gedonder werkelijk losbarst en
het toestel als een tennisbal door
de lucht wordt gemept zodat ook
bij mij doodsgedachten begjn-
nen los te komen, zie ik dat zij als
bevroren op haar stoel zit in
wat de Duitsers zo treffend de
'Todstelle' reflex noemen en
dat het zweet op haar voorhoofd
parelt.
Ik kan een gevoel van medelijden
niet onderdrukken. Hij zit onder
tussen met de blik op oneindig
strak voor zich uit te kijken, ter
wijl zijn rechterhand een blikje
bier, zijn derde al, fijn knijpt. Ik
vraag me af of hij ook bang is, en
nog meer, of hij dat ooit zou be
kennen. Of hij ooit in haar oor
zou durven fluisteren: „Weet je,
meisje, het angstzweet loopt nu
ook bij mij in de broek."
Als we eindelijk, na nog eens een
hoop gestomp tijdens de daling,
veilig zijn geland, komt zij lang
zaam weer tot leven terwijl hij
zijn gdlijk probeert binnen te ha
len met: „Zie je nou wel, die din
gen kunnen daar heus wel te
gen."
Ze zegt niets en als ik ze later
voor de terminal in een taxi zie
stappen en wegrijden, bedenk ik
dat er gelukkig geen vliegtuig
maar wel een relatie is neerge
stort, althans voor een tijdje.
in dit geval, zoals in veel ande
re, begon het met het feit dat de
man tegen'zijn vrouw tussen de
regels door eigenlijk steeds zei:
„Je moet niet voelen wat je
voelt."
Veel mensen zeggen dat ook te
gen zichzelf als ze een onaange
naam of angstig gevoel hebben.
Probleem is alleen dat een gevoel
niet minder wordt of verdwijnt
door het te ontkennen of te ver
oordelen. Net zoals je een pijnlij
ke wond niet kunt verzorgen of
genezen door er niet naar te kij
ken, zo kun je een pijnlijk gevoel
niet genezen als je er geen aan
dacht aan geeft.
Stelregel 1 voor een emotioneel
gezonde partner-relatie is daar
om: laat de ander duidelijk mer
ken dat je begrepen hebt hoe hij
of zij zich voelt. De man naast
mij in het vliegtuig had er goed
aan gedaan om na de medede
ling van de stewardess tegen zijn
\touw zoiets te zeggen als: „Nou,
ik kan me voorstellen dat zoiets
je wel even angst aanjaagt."
De tweede stelregel hangt hier
direct mee samen. Ook al kun
niets aan de oorzaak van een ge
voel bij de ander veranderen, je
kunt er meestal wel voor zorgen
dat het beter te verdragen is of in
elk geval niet erger wordt. Dat
doe je door emotionele steun te
geven door a) met de ander te
praten over zijn of haar gevoel in
plaats van er tegenin te praten en
b): genegenheid of lichamelijke
aanraking aan te bieden als
angstmedicatie.
volwassenen zijn natuurlijk
gewoon met wat meer vlees en
benen beklede kinderen. Als een
kind angstig of verdrietig is, helpt
het vaak om het vast te houden,
te strelen of op een andere ma
nier te koesteren. Voor volwasse
nen geldt in wezen hetzelfde.
Een van de meest indrukwekken
de bewijzen daarvoor levert een
onderzoek waarin mensen, die
een dag voor hun operatie in het
ziekenhuis werden opgenomen,
bezoek kregen van de chirurg die
hen zou opereren. Als de chirurg
tijdens het gesprekje over wat de
operatie inhield af en toe de pa
tiënt aanraakte, bij voorbeeld
door even zijn hand op de arm
van de patiënt te leggen, dan
bleek de patiënt niet alleen min
der angstig te zijn, maar ook de
operatie beter te doorstaan.
Hetzelfde geldt'voor veel dage
lijkse situaties. Een partner die
zegt „Weet je, als het straks be
gint te hotsen en te botsen en jij
wordt bang. dan hou ik je ge
woon stevig vast of jij houdt mij
maar vast", die strijdt niet tegen
zijn angstige partner, maar die
strijdt met zijn partner tegen de
angst.
Ik weet het, het is maar al te waar
dat het in deze wereld stikt van
de volwassenen, vooral oudere,
die denken: ja, ik ben daar gek. ik
ga mezelf 'n beetje voor schut
zetten door voor de ogen van de
halve wereld met mijn partner te
gaan flikflooien of om de nek te
hangen.
Maar ik weet ook dat het volgen
de maar al te waar is: het is beter
om bij anderen op te vallen dan
iemand die je dierbaar is af te
vallen.
RENE DIEKSTRA
hoogleraar klinische en gezond
heidspsychologie
Magdeburg, in 1945 grotendeels door de gealli
eerden verwoest, was jarenlang niet meer dan
een verboden afslag op de transit-route naar de
Poolse grens. Wie er toch heen wilde moest voor
af toestemming vragen. Maar wat had je er te
zoeken? En wat heb je emu nog te zoeken?
Met de luxe artikelen wordt het al wat moei
lijker. Ze zijn er wel, maar nog niet van de
beste merken, en de keuze is nog steeds be
perkt. Wie eerst kon kiezen tussen niks of bij
na niks, is blij met alles wat glimt, lijken de
westerse leveranciers te denken. Maar dat
gaat al lang niet meer op. Nog altijd over
heersen Trabantjes het straatbeeld en als het
aan de Ossies ligt, zal dat voorlopig nog wel
zo blijven.
PART NOCH DEEL
Steeds meer Oostduitsers komen terug van
hun gretige aankoop van westers staal of blik.
Die tweedehands carrosserie vertoont name
lijk al te veel mankementen (geen wonder,
voor wie zich het type handelaar in tweede
hands auto's voor de geest haalt.) En terwijl
in het westen van Duitsland hele bioscoopza
len niet uitgelachen raken over de halsbre
kende capriolen van het onverwoestbare kar
retje in de speelfilm Go Trabi Go, keren veel
inwoners van het oosten beschroomd terug
bij hun pruttelende plastic.
De Trabi kan trouwens net zo goed als elk
ander merk helpen bij de vervulling van dro
men. In de Kneipe fantaseert een stamgast
over zijn aanstaande vakantie in Holland.
Veel kaas, veel groen, veel tulpen. En veel
leuke Hollandse meisjes. Of het er dit jaar
nog van komt is de vraag, want in april raakte
hij zonder werk en sparen is er met een scha
mel uitkerinkje niet bij.
Hij is een voorbeeld uit zovelen. De met veel
tamtam gevierde Duitse eenwording heeft
(nog) niet gebracht wat er in beide delen van
Duitsland van werd verwacht. Meer dan een
derde van de Oostduitse beroepsbevolking is
zonder werk, en volgens schattingen kan dat
dit jaar nog wel oplopen tot de helft. Aan de
wederopbouw hebben de Ossies part noch
deel.
Dat steekt. Vooral als die paar cafés afgeladen
vol zitten met luidruchtige pakken en strop
dassen. De onvrede uit zich het eerst bij de
jeugd. Rumoerig schoolt ze samen in parkjes
of bij een kleine snackbar. Een toevallige
voorbijganger wiens hoofd hen niet aanstaat,
kan een klap voor z'n kanis krijgen. Of erger.
Magdeburg bij nacht biedt nog een troostelo-
zer aanblik dan in schril daglicht. De straten
zijn kaal en verlaten. De laatste nachtbrakers
met marken op zak treffen elkaar in de disco
kelder van Hotel International, een blokken
doos uit de beroemde keten Interhotels die
heel Oost-Europa ontsiert.
Aan de overkant ligt Hauptbahnhof Magde
burg. Oude bagageiduizen kosten hier slechts
50 Pfennig: nieuwe kosten het viervoudige,
maar die kunnen tenminste op slot. Om
01.40 stopt hier de intercity van Berlijn naar
Hannover.
Magdeburg is niet langer een verboden stop.
Maar wat heb je hier te zoeken?
Op de Hasselbachplatz legt de
chauffeur van tramlijn 2 zelf een
wissel om.- Lijn 9 pikt de laatste
passagiers op en vervolgt knarsend z'n wag-
gelgang naar de Leipziger Chausse. De Alter
Markt ligt er verlaten bij. Aan de Breiter Weg
dooft café Mausefalle z'n roze neonlicht. Al
leen in de Kiwpe Schalander rinkelt nog glas
werk en klinkt vrolijk geschater. Ook bij een
Imbiss op de brede Wilhelm Pieck Allee is
nog leven: leren jacks, ongeschoren vale
smoelen en veel flessen bier. Fijn volk voor
dit uur. Middernacht in Magdeburg.
Duitsland bestaat niet. Wie dacht dat het
acht maanden na de Anschluss van het Osten
al wel een beetje zou boteren tussen de twee
ideologisch gescheiden helften, komt bedro
gen uit. Dat zie je al in Berlijn, toch jarenlang
de uitstalkast van beide kampen. Maar het
blijkt pas echt schrijnend bij een willekeurige
speldeprik in een van de Neue Landern. In
Magdeburg bij voorbeeld.
Na dé Tweede Wereldoorlog maakte de stad
pardoes deel uit van de eerste arbeiders
heilstaat op Duitse bodem, de DDR. En dat is
te zien. Rondom de kloeke oude Domkerk
heeft de hele stad een grondige restyling on
dergaan op de tekentafels van de 'socialisti
sche' architectuur. Dezelfde strakke lijnen en
plompe vormgeving die het hele voormalige
Oostblok kenmerken. Van Plovdiv tot Novo
sibirsk, van Gdansk tot Tirana, in Smolensk,
Brno, en Magdeburg, overal die eendere
recht-toe recht-aan bebouwing, diezelfde
groteske stijl: brede boulevards, kolossale ka
zernes, blok na blok beton, strak, grijs en
somber. Wat een droefenis.
GELIJKVORMIG
Tramlijn 12 geeft zijn passagiers een prachti
ge dwarsdoorsnede van Magdeburg na veer
tig jaar communisme. Eerst komen de gelijk
vormige woonwijken, dan voert de weg langs
grauwe arbeidershuisjes door fabriekswijken
waarin woonblokken, loodsen en schoorste
nen elkaar aflossen, om pas te eindigen in
rommelige buurtschappen aan de zoom van
de stad.
Toch schijnt ook hier af en toe de zon. Je zou
er al bijna niet meer op rekenen in de zomer
van 1991, maar tussen de buien door kan het
jasje best even uit. Het enige terras op de Al
ter Markt zit dan ook afgeladen vol. Echte
Duitsers drinken hier hun halve liters bier, bij
de anderen is zachtgeel bananesap opvallend
populair. Tussen de kraampjes doet een
Westduitse poelier goede zaken: menige
marktbezoeker verobert een half haantje, zo
van de grill.
Aan de andere kant van de trambaan drente
len kooplustige Magdeburgers in en uit bij
het Kaufhaus dat nog maar onlangs in han
den is gekomen van de Westduitse winkelke
ten Karstad. Niet langer maken staatsonder
nemingen als Konsum de dienst uit in de
voormalige DDR.
De Wessies nemen het oosten over. Ze stro
pen de zes armlastige nieuwe deelstaten af,
op zoek naar .mogelijkheden om snel veel
Rondom de oude Domkerk onderging de stad een grondige restyling op de tekentafels van de
'socialistische' architectuur. foto s a
Magdeburg is niet
langer een verboden
stop. Maar wat heb
je er te zoeken?
geld te maken. In Magdeburg is door de week
geen hotelkamer meer te krijgen. Leider, al
leen in het weèkeinde, zo luidt het stan
daard-antwoord aan de recepties. In veel
winkels hangt een briefje waarin de directie
vraagt om 'nette woonruimte' voor haar per
soneel.
Wat er zoal per luxe Mercedes of BMW uit
pakweg Hessen, Baden Würtemberg of
Beieren komt aangereden voor de wederop
bouw van Magdeburg, valt op te maken uit
een bord vol merknamen dat voor een groot
kantoor aan de Universitats Platz is geplaatst.
Bouwbedrijven, handelshuizen, beleggings
fondsen en vooral veel banken. Her en der in
de stad zijn noodkantoortjes uit de grond ge
stampt, waar dikke pakken bankbiljetten vlot
van eigenaar wisselen. Het krioelt er van de
stropdassen, streepjes-shirts, open colbertjes,
smalle en wijde pantalons, allemaal strak in
de vouw.
GEDULD
Een employé van de Dresdner Bank plakt re
clame-stickers op de deur van de houten ba
rak waar de bank tijdelijk z'n intrek heeft ge
nomen. De bank adverteert dapper met het
gebruik van creditcards. Andere banken
branden daar hun vingers niet aan. Terecht,
zo blijkt bij aanbieding van zo'n hard plastic
kaartje bij de Dresdner. Achtër de balie gaat
het kaartje eerst door diverse handen alvo
rens een meisje kordaat achter de computer
kruipt.
Voordat de klant geld kan opnemen moet de
bank contact opnemen met de centrale com
puter op het hoofdkantoor in het Duitse mo
netaire centrum Frankfurt (am Main). Ge
woonlijk duurt die handeling niet langer dan
een minuut of twee. In het verdorven kapita
listische Westen tenminste. Maar de voorma
lige DDR heeft een schreeuwend tekort aan
goede telefoonlijnen en vooralsnog is er geen
enkele lijn vrij. Dus vraagt het meisje niet al
leen om een krabbeltje op het transactie-for
mulier, maar ook om geduld. Ze blijft een
half uur lang vriendelijk lachen en veront
schuldigt zich allercharmantst. Magdeburg
moet zich even behelpen, maar over een
paar jaar zijn deze problemen heus opgelost.
Het 'gelijk van rechts' wordt pas werkelijk bë-
wezen door de mensen die zelfs uit deze mi
sère een slaatje weten te slaan. Een pas inge
richte etalage aan de Breiter Weg gilt de een
zame wandelaar in fluoriserende kleuren te
gemoet dat er van hieruit naar alle delen van
de wereld kan worden gefaxt. Wat dat aan
gaat loopt Magdeburg gelukkig al in de pas
met de dynamische jaren negentig.
Intussen zijn er nog maar bar weinig moge
lijkheden om je marken te spenderen. Nou
ja, kleding is er volop. De marktkramen zijn
hier niet anders gevuld dan thuis. En aan
groente, fruit en vlees ontbreekt ook niets
meer. Men eet hier voornamelijk nog oerde
gelijk Duits. Bovenaan de meeste menukaar
ten prijkt nog altijd Eisbein mit SauerkohL
Een varkenspoot in lillend vet, met hier en
daar nog een haar. Het vlees wordt op smaak
gebracht met Senf, waarbij vergeleken de
Zaanse mosterd romige mayonaise is. Maar
de Strammer Max rukt op.