Extra Van een gewoon salaris kun je in Suriname niet leven Alleen Nederland kan effectief hulp bieden 'Gemenebest-relatie enige oplossing' Donderdag 11 juli 1991 Redactie: 023-150239 PIET BERGHUIS Vormgeving: WIM ENTIUS Suriname zit in de problemen, economisch en politiek, jegens de voormalige kolonie, maar de mogelijkheden In Nederland bestaat de know-how en zijn de financiën zijn beperkt. Eén ding staat vast: Suriname moet het aanwezig daar wat aan te doen. Er is ook een zekere be- voortouw nemen, pas dan kan Nederland helpen. Maar reidheid, al dan niet voortspruitend uit schuldgevoel misschien kén Suriname dat wel helemaal niet. Wie dezer dagen naar Suriname reist, moet een zak vol geld meenemen. Het taxiritje tussen het Pengel vliegveld (het vroe gere Zanderij) en Paramaribo kost 175 gulden. En een nachtje slapen in het Torarica Hotel doet 670 gulden. Nu is Torarica het beste hotel van Suriname, toegegeven. Maar 670 gulden, of, naar verkiezing, 360 dollar per nacht? Voor een hotel waar uit de warme en koude kraan hetzelfde lauwe water komt, en dat als naaste buren een drietal hoerenkasten heeft? Het is niet een kwestie van bui tenlanders afzetten. Iedereen in Suriname betaalt zich blauw aan zo ongeveer alles. Een paar prijzen uit een supermarkt in Flamingo Park, een wijk van Pa ramaribo: een blikje Coca-Cola kost 9,50 gulden, een bus Vim 15,75 gulden, een pondje komij nekaas 75 gulden. Een pak Pamper maxi luiers (44 stuks) gaat weg voor 398 gulden. Je zou kunnen tegenwerpen: dat zijn allemaal geïmporteerde produkten. Inderdaad, maar in een volks-supermarkt in Combe kost een in Suriname opge groeid scharminkeh'g kippetje 30 gulden, en moet voor één enkel ei 80 cent worden neerge teld. De prijzen bereiken al helemaal stratosferische hoogten als we naar luxe artikelen gaan kijken. Een koelkast (eenvoudig model) kost 9.000 gulden, en 26.000 gulden als het om een grotere en mooiere uitvoering gaat. Een Fisher geluidstoren koop je voor 9.680 gulden. Auto's zijn on voorstelbaar duur. De goed koopste auto die een dealer in tweedehandsauto's me kon aanwijzen was een poepbruine Mazda 626 uit 1986, die 119.000 gulden kostte. Een Mercedes uit 1988 had een prijskaartje van 300.000 gulden. Aannemer Fred S., tenslotte, over de prijs van huizen: „Als ik aan het materiaal en aan de vakmensen kan komen, en dat is een groot 'als', dan kan ik een huis in de middenklasse voor je bouwen voor 500.000 gulden. Dat is hier op het ogenblik een normale prijs". OEROEZEN Bij al deze prijzen gaat het om Surinaamse guldens, waarvan de officiële koers gelijk is aan de Nederlandse gulden. Met ande re v^oorden: als je uit Nederland komt om je in Suriname te ves tigen, een huis te kopen, een auto, keukenapparaten, wat leeftocht, dan moet je zo onge veer een miljoen meenemen. Als je het spel tenminste vol gens de regel speelt, en keurig bij de douane opgeeft hoeveel geld je bij je hebt, en je keiharde Hollandse guldens vervolgens bij een bank omwisselt tegen boterzachte Surinaamse gul dens. Je kunt het ook minder keurig spelen, geld het land bin nensmokkelen en dat op de zwarte markt verkopen. Dan wordt het beeld ineens een stuk rooskleuriger, want voor één Nederlandse gulden krijg je van de tientallen mannen die op de Centrale Markt „wisselen-wis selen-wisselen" naar je sissen tien Surinaamse guldens. Een dollar levert er 18 op. Om terug te keren naar het Torarica Hotel: wie daar het of ficiële bedrag in dollars of Ne derlandse guldens betaalt, is, om een Westerse diplomaat let terlijk te citeren, „niet goed bij zijn hoofd". Je regelt wat. Je wisselt zwart wat geld. Je verzint een truc met buitenlandse bankrekeningen. Of je verhuist gewoon naar een van de vele pensionnetjes die de laatste maanden zijn ontstaan. Allerlei mensen die een kamer over hebben verhuren die maar al te graag, en voor heel wat minder dan 670 gulden per nacht. YVant geld is geld, en daar heeft bijna iedereen in Suriname een ern stig tekort aan. Daarom verhu ren mensen kamers. Beginnen ze afhaal-restaurants. Verkopen ze groenten uit de moestuin. Nemen ze twee bijbaantjes. Handelen ze. Kortom, hosselen ze. zoals dat in Suriname heet, rommelen ze dus, oeroezen ze. En dat is geen wonder, als je naar de gangbare salarissen in Suriname kijkt. Een onderwijze- rers verdient er 700 gulden per maand, een leraar aan de ULO 1100, een ambtenaar gemiddeld 700, een tuinman 600, een schoonmaakster 300, een fa brieksarbeider 1000. De officiële armoedegrens is bepaald op 1300 gulden. TEDJES VAN ES Er is geen betere manier om een beeld van de Surinaamse economie te krijgen dan naar prijzen en aanbod van goederen aan de ene kant, en naar de in komens van de bevolking aan de andere kant te kijken. Dat beeld is duidelijk: de prijzen zijn schrikbarend hoog, de salaris sen schrikbarend laag, en je kunt zo ongeveer alles krijgen. Als je zin hebt in Dimple whis ky, kun je zo naar de super markt om er een fles te kopen, maar die kost dan wel 240 gul den. Wat zegt dat? Econoom Haroen A. Karamat: „Het zegt dat er mensen hier zijn die geld genoeg hebben om alles aan te schaffen. Maar cjat is een kleine minderheid. De meeste r zijn arm, en zakken steeds v der in het weg En zo is dat. Handelaars op de zwarte markt, handelaars in zwart geld en zwarte goederen, smokkelaars, handelaars in drugs, dat zijn de mensen die zich de Kenwood geluidsinstal De economie van Suriname loopt hollend achteruit en de ontvolking dreigt een groot probleem te worden; Ruim een derde deel van de bevolking heeft een goed heenkomen gezocht naar Nederland. foto anp latie kunnen veroorloven die in Parbhoe's Shopping Plaza te koop staat. Machtig ding, hon derden knopjes, schuifjes en lichtjes en een prijs van 25.985 gulden - in de uitverkoop. Kara mat geeft een voorbeeld hoe de Tedjes van Es van Suriname aan zoveel geld komen. „Ze kopen op de zwarte markt voor 36.000 Surinaamse gulden 2000 dollar. Voor dat geld kopen ze in Mia mi een vijf jaar oude Ford Escort. Aan transport en invoer rechten zijn ze dan nog eens 2000 dollar kwijt". Totale kosten voor de auto dus: 4000 dollar, ofwel 72.000 zwarte Surinaamse guldens. Karamat: „Die auto verkopen ze dan voor 172.000 gulden. Pats, 100.000 gulden winst op één enkele auto. Zo ben je snel binnen". Inderdaad, Suriname heeft z'n multimiljonairs. Maar aan de andere kant zie je 's middags bij de Centrale Markt r in de vuilnisbakken naar wegge gooid rot fruit zoeken. Idem bij de eetstandjes langs de water kant, waar je passanten restjes eten van de borden kunt zien graaien. WANBELEID Hoe het zover gekomen is? Wie het nieuws uit Suriname van de enigszins ge- heeft, kent het rijtje oor zaken wel. Corruptie, wanbe leid, in elkaar zakkende prijzen van bauxiet, de opschorting van de Nederlandse ontwikkelings hulp nadat Bouterse en de zij nen in 1982 hun vijanden ver moordden. Ir. Marcel Meyer, ondervoorzitter van de Vereni ging Surinaams Bedrijfsleven, noemt nog twee oorzaken: „De politici hebben in de loop der jaren hun volgelingen almaar baantjes beloofd. We hebben nu 50.000 ambtenaren, en dat zijn er veel te veel. Bovendien wordt het economische leven gefrustreerd door het belache lijk gecompliceerde vergunnin genstelsel". Hoe dan ook, de huidige situa tie in Suriname is er een van „bijna onbestuurbaarheid" (Ir. Meyer), en „absolute uitzicht loosheid" (econoom Karamat). Wiq behoefte heeft aan een meer officiële stem moet het jaarverslag van de centrale bank van Suriname, de Surinaam- sche Bank nv, over 1990 er maar eens op naslaan. Daarin wordt al op de eerste bladzij gespro ken over „zeer sombere ver wachtingen", „gebrek aan ver trouwen in de eigen toekomst", „stijgende criminaliteit", en „gebrek aan duidelijk en geïnte greerd beleid van de regering". Het jaarverslag van de Suri- naamsche Bank geeft een fasci nerend voorbeeld van waartoe het verschil tussen de officiële koers en de zwarte koers kan leiden. Het jaarverslag noemt het de „geld-schept-geld-me- thode'VHet komt hierop neen wie als Surinamer z'n kind in Nederland laat studeren, mag maandelijks geld overmaken volgens de officiële koers. Dus je gaat met 1000 Surinaamse gulden naar de bank, die ervoor zorgt dat dat bedrag als 1000 Nederlandse guldens op de bankrekening van het kind komt. Vervolgens stuurt dat kind per post een Nederlands biljet van 100 gulden terug. Dat geld wissel je dan op de zwarte markt („onze Wall Street", aldus het jaarverslag) weer in voor 1000 Surinaamse guldens. Die maak je dan een maand later weer over, enzovoorts, enzo voorts, tot in alle eeuwigheid. Corruptie viert hoogtij in Suriname Vijftien jaar na de onafhanke lijkheid verkeert Suriname eco nomisch, moreel en politiek op een dieptepunt. De samenle ving is van hoog tot laag gecor rumpeerd. Het geld is niets waard, de zwarte markt in goe deren en valuta floreert .Het land takelt steeds verder af. Ruim een derde deel van de be volking heeft in Nederland een veilig heenkomen gezocht. Het Surinaamse kader woont tegen woordig in het vroegere moe derland. Toch is het niet louter ellende wat de klok slaat. In Nederland ligt nog steeds een zak ontwik kelingsgeld op besteding in Su riname te wachten. Een flink deel van de Nederlandse poli tiek lijkt bereid te zijn Suriname te helpen, al was het alleen maar uit schuldgevoel jegens de voormalige kolonie, die wel erg onvoorbereid in 1975 de onaf hankelijk in is geworpen. Internationaal gezien is Neder land ook het enige land dat Su riname snel en effectief hulp zou kunnen bieden. De taal, het gezamenlijke verleden, de ken nis die in Nederland nog steeds ruim voorhanden is over de Su- rinaame politieke, maatschap pelijke en economische orde. Financieel gezien zou Neder land die hulp ook moeten kun nen bieden. Nog afgezien van de 1,4 miljard gulden aan ont wikkelingsgeld die voor dit doel al jaren zijn gereserveerd (be steding is opgeschort na de de cembermoorden). Nederland heeft immers de achtste econo mie van de wereld en Suriname is daarbij vergeleken niet veel meer dan een modale artikel s-gemeente. Bovendien is Suriname zelf niet geheel en al hulpeloos op eco nomisch gebied. De bauxiet - voorraad (grondstof voor alumi nium) is tenminste winbaar tot 2010. De landbouwsector is aar dig ontwikkeld, vooral in tropi sche produkten zoals rijst. Kortom: de combinatie van Ne derlands donorgeld en.Suri- aamse hulpbronnen zou kun- en leiden tot de ontwikkeling an een herstelprogramma dat veel beter is dan een koude sa nering. De sociale pijn die met zo'n omschakeling gepaard gaat, zou verlicht kunnen wor den. Maar voor zo'n project met een kader aanwezig zijn: Nederland, laat staan Neder landse bedrijven, is niet bereid één cent extra in Suriname te steken als de democratische verhoudingen niet definitief ge regeld worden. De militairen moeten terug naar de kazerne en daar blijven. De mensenrechten moeten worden gerespecteerd - dat be tekent een ingrijpende hervor ming van politie en justitie. Ook de kwaliteit van het binnen lands bestuur moet omhoog, om de corruptie in te dammen. Bovendien moet duidelijkheid komen over de verhoudingen in het binnenland. Suriname is meer dan de kuststrook met de hoofdstad. Het kan niet zo zijn dat in Paramaribo een demo cratisch, ordelijk systeem wordt opgetuigd, terwijl in het bfn- nenland gewapende benden el kaar en de overheid te lijf gaan. VOORWAARDEN Pas als aan die voorwaarden is voldaan, kan hulp worden ge boden. Maar dat is tegelijkertijd het probleem: Nederland vindt dat Suriname zelf zo'n kader moet scheppen. Deskundigen in Haagse politieke en ambtelij ke kringen houden het niet echt voor mogelijk dat Nederland militair ingrijpt om een en an der af te dwingen. Hoewel mis schien veel Suririamers (daar en hier) vinden dat het maar zou moeten, is international en ook in de Nederlandse politieke ver houdingen zo'n herkolonisatie onacceptabel. Een operatie 'Pa ramaribo Storm' lijkt dus uitge sloten. Maar intern-politiek zit Suriname in een neerwaartse spiraal, die het niet kan door breken: democratie, militaire dictatuur, burgeroorlog, een door de militairen 'toegelaten' democratie, een nieuwe staats greep. Los van de militaire op tie, zijn er weinig andere con crete mogelijkheden om vanuit Nederland initiatieven te ont wikkelen, de recente ruzie tus sen Van den Broek (buitenland se zaken) en premier Lubbers ten spijt. Die ging meer over een houding die jegens Para maribo moet worden ingeno men, dan om harde plannen. Een gemenebest-relatie, mone taire unie of wat dan ook - het zijn allemaal luchtballonnetjes. Enige onderbouwing is er niet, zoals ambtenaren op Ontwikke lingssamenwerking onder vier ogen grif toegeven. DUBBELE PASPOORTEN De eigen bevolking heeft het nooit vertrouwd: velen beschik ken over dubbele of hebben familiel Bijlmer, Zoetermeer of de Rot terdamse Oosterflank. De inte resse vermindert snel. Bij de laatste verkiezingen viel vooral de orhvang van de groep thuis blijvers op, en het grote aantal proteststemmers. Het land kent één allesover heersend probleem: de verloe dering van normen en waarden door de vele jaren van militaire heerschappij en politieke on macht. De 'oude' politici draai en nog steeds mee in het poli tieke circuit, hoewel zij met hun optreden aanleiding gaven tot het ingrijpen van het leger. Toch kreeg deze groep opnieuw een meerderheid bij de recente verkiezingen. Van 'Nieuw Front' zal dus de aanzet moeten ko men voor de vernieuwing van het land. Dat zal moeten gebeu ren door in eerste instantie een oordeel te geven over een nog geheim advies van het manage ment adviesbureau Cooper Lybrand, opgesteld in opdracht van de EG. Verwacht wordt dat Cooper Lybrand een fors aan passingsprogramma adviseert. Het rapport komt neer op een forse devaluatie van de Suri naamse gulden, een aanzienlij ke beperking van de koop kracht, minder subsidies en meer vrije markt. Kortom: de buikriem zal fors r den aangehaald. PARAMARIBO HENK DAM Enkeling drenkeling. Dat is het even korte als puntige antwoord van journalist Jan Smeulders van het dagblad De West in Pa ramaribo op de vraag of Surina me vergaande samenwerking met Nederland moet zoeken of z'n eigen pad moet blijven vol gen. Het is de mensen in Suri name niet ontgaan dat de rege ring in Den Haag er wel wat voor voelt om als een soort gro te broer op te treden voor het jongere familielid dat te vroeg op kamers is gaan wonen en nu tot z'n nek in de problemen zit. Uil tientallen gesprekken blijkt dat veel Surinamers een Geme nebest-relatie met Nederland, waarbij Nederland bijvoorbeeld de Surinaamse aan de Neder landse gulden zou koppelen, toezicht zou houden op de overheidsbestedingen en in vloed zou krijgen op het militai re en justitiële apparaat, van harte verwelkomen. Enkele meningen zeggen vol doende. Winston Jessurun, een van de leiders van de nieuwe en succesvolle partij D.A. 91: „We moeten ophouden met dom chauvinisme. We moeten er- diep is ingezakt dat we er alleen niet meer uitkomen." Mevrouw 1. Labadie, procura tiehoudster van de centrale bank van Suriname, de Suri- naamsche Bank nv: „Het is pijnlijk voor mij om als Surina mer te moeten toegeven dat we hulp van buitenaf nodig heb ben, maar het is niet anders". Rab Williams, huisarts en politi cus van de Hindoestaanse partij VHP: „Wij kunnen hier een he leboel zaken niet aan. We willen wel, maar we kunnen niet. Ons land is ziek en we hebben een dokter nodig. Alleen al zoiets als geldbesteding moet niet in onze handen blijven". Haroen Karamat, econoom: „Er is voor ons geen andere oplos sing dan een Gemenebest. We moeten toegeven dat het de af gelopen 16 jaar, sinds de onaf hankelijkheid, niet is gegaan. Als je een volk niet meer kunt voeden, ben je niet meer onaf hankelijk". En tenslotte Edwin Clifton Gra ves, hoofd van een ULO in Gro ningen, een dorpje in de huurt van Paramaribo: „We hadden Een koelkast is zonder bijverdiensten niet te betalen. nooit onafhankelijk moeten worden. Zoiets is een natuurlijk proces, iets dat moet rijpen. Wij waren er niet rijp voor. We moeten nu naar Nederland gaan en zeggen: hier ben ik". Deze meningen zijn zonder twijfel representatief voor wat er onder het Surinaamse volk als geheel leeft. Een CESWO-en- quête die in mei werd gehou den, wijst uit dat 80 procent van de Surinamers voorstander van een Gemenebest is. VOORSTELLEN Als dan zoveel Surinamers hoopvol in de richting van Ne derland kijken, waarom is er dan zo weinig gebeurd? Im mers, sinds premier Lubbers in april met z'n eerste voorstellen over een Gemenebest kwam, is er tussen de twee landen niet over gepraat. Nederland stelt zich op het standpunt dat Suri- geren op de gedane suggesties. Daar zit een probleem, want be velhebber Bouterse stuurde de cember vorig jaar met één tele foontje de zittende regering naar huis, en de nieuw gekozen regering is zoals gezegd nog al tijd aan het praten over de vraag wie welk ministerie moet krijRcn. Daar komt bij dat de nieuvye re gering zal worden gevormd door het Nieuwe Front en van dat Front maakt de NPS van Henck Arron de^l uit. Dat is de partij en dat is de man die des tijds, in 1975, zo hard voor de onafhankelijkheid hebben ge vochten. Arron heeft zich tot dusver niet in concrete termen uitgelaten over de Gemenebest gedachte, maar het is in Para maribo geen geheim dal hij er allerminst enthousiast over is. Haroen Karamat: „Als hij ja te gen Nederland zegt, komt het erop neer dat hij zijn eigen braaksel moet inslikken". fotogpd Karamat verwacht ook weinig van de oude garde: „De oude politici van het Front, die we al lemaal weer terugkrijgen, heb ben zulke grote verplichtingen tegenover de handelaren die varf de huidige situatie met z'n zwarte markt profiteren, dat ze alleen daarom al niet met een Gemenebest akkoord kunnen gaan". MILITAIREN En zelfs als de hobbel van de aan de macht zijnde politici zou worden genomen, dan wacht daarachter de nog hogere hob bel van de militairen die sinds 1980 de werkelijke macht in handen hebben. Stanley Rensch, onverschrokken vech ter voor de mensenrechten en vertegenwoordiger van Amnes ty International in Suriname, is daarop niet gerust: „Voor de militairen is een Gemenebest een te grote bedreiging". Henck Arron. «foto anp Rensch voorspelt dat Bouterse en de zijnen eerst zullen probe ren om via de politieke partijen in het Front het Gemenebest te gen te houden. Als die niet aan de druk toegeven, zullen ze via bewapende groepen zoals de Tucayana indianen proberen het land te destabiliseren. „Als dat ook niet werkt, zullen ze het op een militaire confrontatie la ten aankomen", zegt hij. Anderen zijn minder somber. Journalist Smeulders: „Ik denk dat de jongens in het lang groen wel bereid zijn om een stapje terug te doen. Maar dan moe ten we hen een stukje zekerheid geven. Niet weer met de de cembermoorden van 1982 uit de kast komen, om eens wat te noemen". Politicus Jessurun: „Ik heb het gevoel dat de mili tairen beginnen te beseffen dat hun rol is uitgespeeld".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 22